HET GEHEIM
4de Jaar.
Nummer 41 (206)
Zondag 17 November 1889.
Abonnementsprijs
LIBERAAL WEEKBLAD VOOR
5 fr. voor de stad.
5 fr 50 voor den buiten,
PRIJS PER NUMMER 10 CENTIMEN.
voorop betaalbaar.
Men abonneert zichop alle postkantoren voor den buitenvoor de stad, ten kantore van het blad,
10, Vooruitgangstraat 10, Aalst.
Nee spe nee metu.
PIET ARRONDISSEMENT AALST.
Prijs der Anno.cen°7,one'
Reklamen, 75 centimen u'UKregei.
Vonnissen op de derde bladzijde, 1 frank.
Men maakt melding van elk werk waarvan een exemplaar aan het bad gezonden wordt.
Handschriften worden niet terug gezonden.
AALST, 16 NOVEMBER.
De personen die een abon
nement nemen aan DE
DENDERGALM voor het jaar 1890,
zullen de nog voor Nieuwjaar verschij
nende nummers gratis ontvangen.
Buitenlaiidsch politiek
overziclit.
Frankrijk. Het Fransch parlement
heeft deze week zijne zittingen geopend
M. Floquet is voorzitter benoemd ge
weest met de ontzettende meerderheid
van 374 stemmen. Eene boulangistische
betooging is geheel mislukt. De boulan
gistische afgevaardigden zijn in deKamer
getreden om den voorzitter eene protes-
t.atie tegen de kiezing van Joffrin te
Montmartre te overhandigen.De intrede
van M. 1 brivier, een afgevaardigde met
eenen kiel gekleed, heeft eene zekere
opschudding veroorzaakt.
Duitschland. Keizer Willem is op
weg naar zijne Staten. Na eenige dagen
te Athenen te Konstantinopel verble
ven te hebben, is hij weder kortwijlig le
gast van koning Umberto geweest, en
daarna die van den keizer van Oostenrijk,
welken hij te Innsprück gezien heeft.
Wat de politieke uitslagen van de reis
van den Duitschen keizer betreft, die
ican men in die drie woorden samenvat
ten, Geen stellig verdrag, maar ge-
voellijke vermeerdering van den Duit
schen invloed die reeds zoo diep inge
worteld is in de omgeving van den
Sultan.
Engeland. Lord Salisbury in zijne
politieke redevoering ter gelegenheid
van het instellingsbanket van den nieu
wen Lord-Meier te Mansion-Housevindt
at alles en alles vredesgezind zijn in
Europa. Hij verklaart dat hij zijne
macht zal leenen aan het driedubbel
verbond, zoolang het slechts voor doel
het behoud van den vrede en het statu
Quo, heeft, maar dat hij aan geenen
oorlog deel zou nemen die de kaart van
Europa zou kunnen veranderen. Hij
heeft de belofte hernieuwd dat deEngel-
schen Egypte zullen verlaten den dag
op denwelken zij hunne taak van ver-
be.eren en van versterken als geëindigd
zullen aanschouwen.
Beieren. In den Landtag van Beie
ren hadden de klorikalen de vernietiging
der wet van 1872 gevraagd die den
bodem van het koninkrijk aan de Jezui-
ten en aan de Redemptoristen verbiedt.
55.
VAN DEN BANKIER.
Lionel Westford uitte een rauwen gil van
wa-hoop en viel op den grond neêr met het
portret zijns vaders in zijne hand geklemd.
Toen hij weer tot bewustzijn kwam lag hij
alleen met zijn gelaat op het gras.
De hemel was geheel donxer, uitgenomen
bet nauwe schitteren van eenige sterren. Het
w.is reeds laat en er was veel dauw gevallen.
Lionel gevoelde een ijskoude rilling tot in het
diepste van zijn gebeente.
Hij had een gevoel van zwaarte in zijn hoofd
eene zekere dofheid, bijna wezenloosheid en
toch herinnerde hij zich alles wat er gebeurd
was.
Het beeld van zijn vader, door Rupert God
win s moordadige hand gevallen, stond levendig
voor zijne oogen. Hij zag het voor zich, bijna
e\en duidelijk en tastbaar als de zware boom
stammen om hem heen.
Hij trachtte op te staan, maar hij gevoelde
dat al zijne leden stram en pijnlijk waren,
debeïn °eite hiJ e'ndoiijk weer op
Toen hij om zich heen zag, scheen alles
rond hem voor zijne oogen te schemeren en de
grond onder zijne voeten te golven.
O God riep hij uit, ik zal ziek worden en
moed verliezen, juist op den oogenblik nu ik
n«m noodig bob als wreker van mijnen vader.
Zij is er niet in gelukt ze te verkrijgen,
daar deze vraag van den Reichstag af
hangt en de Landtag de macht niet bezit
er over te beslissen.
Egypte. De politieke beteekenis
van de reis des prinsen van Wallis in
®lïypte, is het Engelsch leenheerschap
in de Staten van den Khidir te vermeer
deren. Maar indien die reis getoond heeft
dat Britanje min dan ooit genegen is
Egypte niet te verlaten, dan is er ook
uit gebleken dat de Europeescbe mo
gendheden geenszins genegen zijn zich
te onderwerpen aan den Engelschen
voorrang in dat werelddeel. De gezanten
van Turkije, van Frankrijk en cler
andere mogendheden hebben den prins
van Wallis niet bezocht.
Landsverdediging.
Het tooverwoord vrede klinkt
thans over geheel ons werelddeel door
al de organen van de staatsbesturen her
haald, en teruggekaatst door al de fi-
nantiëele dagbladenals een gegeven tee-
ken met kracht van uitleggingen beves
tigd en versterkt.
Zoo tracht men thans de volkeren in
slaap te wiegen.
Doch wat zien en hooren wij
Middelerwijl komen ten allen kante
nieuwe vragen om staatskredieten voor
den dag, en ontluikt de eene staats lee
ning voor, de andere na.
Graaf von Bismarck vraagt slechts
honderd vijftig miljoen frank nieuw
krediet aan den duitschen rijksraad
Rusland, Italië, Bulgarië, Servië zijn op
het punt nieuwe leeningen uit te schrij
ven. Elke mogendheid moet geld slaan,
en al die miljoenen, al dat goud heeft
geene andere bestemming dan het be
wapenen, het versterken van land- en
zeemachten.
Is het daarom dat wij zulke vreedza
me lucht inademen
Wat keizer illem bij den sultan van
Turkijë gaan doen is, is toch gewis net
om den harem eens te mogen bezichti
gen, maar wel om zijne staats leer uit te
breiden, om met iedereen aan te span
nen. Dit teeken overheert alles ook
heeft men kunnen bemerken dat de rei
zende keizer, bij al zijne vrienden die hij
tot hiertoe gaan bezoeken is, meer be
lang schijnt te stellen in hunne krijgs-
inrichtingen dan wel in hunne bestuur
lijke instellingen.
Het Militar Wochenblatt, uit Berlijn,
bevatte deze week een lang artikel over
de nieuwe fransche krijgswet. Dit arti
kel, zeer belangrijk, daar het duidelijk
en op volledige wijze de oorzaken en
de noodwendigheden der nieuwe fran
sche wet aanhaalt, besluit volgender-
wijze
De uitslagen van het werk, gedu
rende vier jaar verricht, dit met eenen
geest van zelfopoffering die verdient
nagevolgd te worden, doet eene buiten
gewone vermeerdering zien der macht
van het fransche leger, welke met door
dachtheid en methode werd teweeer ge
bracht.
Door eindelijk de aanwervingswet
aan te nemen, doet het fransch Parle
ment niets anders dan de groote opoffe
ringen bekrachtigen welke de natie zich
oplegt tot de vermeerdering zijner be
wapening
Wanneer de oudste der weezen, Je
zonen der weduwen, en die eens blinden
vaders zonderonderscheid onderworpen
worden aan den dienst van één jaar,
wanneer in een land waar men bijzon
der fier is op verstandelijke bekwaam
heden, er de jongelingen der verlicht-
ste standen insgelijks verplicht worden
gedurende driejaar te dienen, en wan
neer de geldelijke hulpmiddelen en de
belastingen tot eene hoogte gebracht
worden voor de natie, zooals die thans
bestaan in Frankrijk, dan is het stellig
toegelaten te zeggen dat dei':, elijke op
offeringen en bewapeningen de grenzen
overschrijden der inzichten eener vreed
zame ontwikkeling en eener krijgskun
dige opvoeding, welke maar alleen de
verdediging van het land zouden voor
doel hebben
Het is mogelijk, het is zelfs zeker dat
Je bewapening en de militaire inrichting
de strikte noodwendigheid van de land-
verdediging te boven gaan, doch men
kan hierop vragen, en aanmerken hoe
men zich goed zou kunnen verdedigen
indien men zijne mogelijke aanranders
het hoofd niet weet te bieden. En daar
het fransche leger door het samenge
trokken drievoudig verbond in eens
kan aangevallen worden, is het wel
van 1887 hebben bewezen dat de meer
derheid der lieden in Elzas-Lotharingen
vijandig aan Duitschland is. Indien er
vooralsnu geene reden kan bestaan om
deze provinciën aan Frankrijk terug te
schenken, toch schrijft men aan den
overleden keizer Frederik het denkbeeld
toe het vraagstuk op te lossen door de
onzijdigverklaring dezer gewesten.
Thans komt dit denkbeeld weer ter
spraak, en onze landgenoot, de heer
Emiel de Laveleye, kondigt in een ame-
likaansch tijdschrift, The Forum, uit
New-Jork, een artikel af, waarin hij
zegtZoolang Elzas Duitsch zal blij ven,
is de oorlog altijd te verwachten het
eenige middel om de zaak in het hoog'
dringend belang der volkeren in 't alge
meen te vereffenen, is de verdrukte
provincie onzijdig te verklaren en eene
confederatie te stichten die Elzas-Lor-
reinen, Zwitserland, Luxemburg, België
en Holland zoude uitmaken.
Langzaam en met wankelende schreden ver
volgde Lionel Westford zijnen weg over het
grasperk naar de Hall. Hij wist dat de groote
deur van de vestibule eerst laat in den avond
gesloten werd. Hij zou derhalve nog in staat
zijn ongemerkt binnen te komen.
Hij was van gedachten veranderd omtrent
het geen hem te doen stond. Hij wilde nu
zooveel mogelijk partij trekken van het zon-
derlinge toeval, dat üem in het huis van den
bankier gebracht had hij moest nog meer
bewijzen van de schuld van Rupert Godwin
trachten te verkrijgen.
Een bedroevend! gevoel van hulpeloosheid
maakte zich van hem meester, toen hij het huis
naderde, een gevoel van wezenloosheid en
duizeligheid, dat met elk oogenblik toenam.
Hij opende de deur en trad de kleedkamer
finnen. Toevallig bevond zich daar geen der
bedienden, en het gelukte hem ongezien den
trap op te klimmen en zijne kamer te berei
ken.
Er brandden geene kaarsen op de tafel in de
kamer, maar in de half duistere schemering
van den Augustusnacht, zag hij dat de brief,
dien hij aan Julia geschreven had, weggeno
men was.
Met moede, zware schreden begaf hij zich
naar de kamer naast aan, en wierp zich op
het bed. Het kwam hem voor, dat hij geen stap
verder had kunnen gaan, al ware zijn leven er
mee gemoeid geweest. Veelkleurige lichten
flikkerden en dansten voor zijne oogen een
suizend zingend geluid ruischtein zijne ooren;
langzamerhand verdween het beeld zijns vaders
voor zijne oog >n en smolt in het niet we",
terwijl Lionel Westford in een' staat van be
wusteloosheid verviel.
IV. Door de koorts aangetast
I'oen de bediende, die gewoon was Lionel
noodig dat Frankrijk al zijne zonen
voor de verdediging vaardig hebbe.
En een dusdanig gespannen toestand
zal blijven bestaan zoolang de quaestie
van Elzas-Lotharingen tusschen Frank
rijk en Duitschland hangende blijft.
Alles wat sedert Sedan in Europa
voorgekomen is op staatkundig gebied,
heelt zijn uitgangspunt genomen in de
inpalming dezer twee provinciën, het
geen eene politieke dwaling voor het
behoud van den vrede geweest is.
Wat men er over denke wat men wil,
de bevolking dezer twee provinciën
blijven iranschgezind. De verkiezingen
Westford te bedienen, in den laten avond de
kamer van den jongeling binnentrad om de
venster te sluiten, vond hij dezen in den staat
van bewusteloosheid, waarin hij vervallen was
op zijn bed liggen.
De verwondering van den knecht was niet
gering. Er waren eenige uren voorbijgegaan,
sedert hij de kamer was binnen getreden om
de tafel te dekken. Hij had toen het vertrek
ledig, en de brief aan Julia Godwin op de tnfel
gevonden.
Hij had den brief bij miss. Godwin gebracht,
die hem daarop gezegd bad, dat de heer Wilton
het huis voor een onbepaalden tijd vei laten
had, en dat zijne diensten derhalve in de
kamers, die de jonge mau bewoonde, niet meer
noodig waren.
En nu vond hij Lionel Westford geheel ge
kleed te bed liggen met vochtig en verwilderd
haar.
Lionel s gelaat was naar den muur gekeerd
en liet kwam den man volstrekt niet in de ge
dachten dat de jongeling wellicht ziek kon zijn.
olechts eene gedachte viel hem in en die was
dat de schilder wellicht hier of daar te veel
gedronken bad, en nu bij zijne tehuiskomst
zich heel gekleed op het bed geworpen had.
Als een der bedienden zoo iets deed zou
hij weggejaagd worden dacht de man; maar
zoo n kwast van een schilder mag maar al doen
wat hij wil, denk ik. Miss. Godwin schijnt eene
bijzondere voorliefde voor dien kerel te'hebben-
maar ik weet tocli niet wat hij uitgevoerd heeft.'
Hij verliet Lionel's kamer en ging den trap
af naar het benedengedeelte van het huis. Julia
Godwin zat in de huiskamermaar zij was
met alleen Mrs. Melville was als gewoonlijk
op naren po3t en zat met haar eeuwigdurend
borduurwerk voor zich, als een toonbeeld van
stijve welgemanierdheid.
Deze gedachte is vooralsnu nog eene
hersenschim, en al de landen van Europa
zetten zich op bovenmatige wijze onder
de wapens, als vaardig willende wezen
tot den onafzienbaren strijd die eerlang
zou kunnen plaats grijpen.
Maar indien het bovenmatig schijnt,
wat de landsverdediging betreft, te ver
richten hetgeen Frankrijk thans doet, en
dat dit de verwondering opwekt van het
duitsche Militar Wochenblatt, dan moe
ten wij, Belgen, ons afvragen, hoe men
in den vreemde nog het eenige land als
het onze moet beoordeelen, waar het
niet alleen de zonen van eenige weduwen
zijn die niet moeten dienen, waar bijna
niemand uit de burgersstanden dient,
volstrekt niemand uit de hoogere stan
den, en waar de geheele krijgslast en
alle verplichtingen jegens het Vaderland
op de schouders gelegd worden van be-
hoeftigen en ongelukkigen die geene
1600 franks bezitten om er zich aan te
onttrekken.
En indien men oordeelt dat met hun
huidig stelsel Frankrijk en al de overige
landen te veel doen, wat moet men dan
geheel Europa door over ons denken,
die bijna niets doen, waar men de on
beschaamdheid zoo verre drijft met den
persoonlijken dienstplicht te spotten;
met de herinrichting des legers welke
de wensch van den Koning is, in de
Kamers niet te willen onderzoeken.
De quaestie der reserve is niet opge-
lost_vergeten wij niet dat het recht tot
het inroepen der gehuwde manschap der
9ü en 10* klassen zeer betwist wordt,
dat er weinige ongehuwde mannen der
11% 12e en 13e klassen overblijven, dat
Sedert de komst van Lionel Westford had zij
Julia Godwin nauwkeurig bewaakt, en zij
keurde de ingenomenheid van die jonge dame
met den jeugdigen kunstenaar in het geheele
niet goed.
De knecht trad de |kamer Ibinnen, en deelde
de dames meê dat de heer Wilton teruggekeerd
was.
Niets was in staat de verontwaardiging van
mrs. Melville te evenaren.
Teruggekeerd 1 riep zij uit, teruggekeerd
hier in huis, zonder kennis te geven van zijne
terugkomst of eene verklaring van zijn gedrag
af te leggen, nadat hij eerst een formeele brief
aan miss. Godwin geschreven heeft om haar
van zijn vertrek kennis te geven. Wel heb ik
nu nog ooit in mijn leven zulk eene onbe
schaamdheid gezien I Wat kan hij met zulk
eene handelwijze voor hebben
Julia zegde niets. Zij was smartelijk aange
daan geworden door de koude bewoordingen
van den brief, dien zij ontvangen had, en
waarin hij haar zijn vertrek meldde en zij was
den geheelen middag en avond stil en terug
getrokken geweest. Zij boog zich over haar
boek heen, om haar gelaat voor mrs Melville
en den knecht te verbergen, en maakte geene
aanmerking.
Julia, mijn waarde, riep mrs. Melville
uit, hebt gij ooit zooveel vrijpostigheid 'en on
dankbaarheid gezien Het doet mij werkelijk
leed voor u, omdat dien man eene soort van
beschermeling van u is. Zijt 'gij ook niet ver
wonderd, liefste, en verontwaardigd over zulk
een gedrag
De arme Julia was genoodzaakt op te zien
toen zij die krachtige vragen beantwoordde.
Dij kan wellicht goede redenen voor
zijn gedrag hebben, mrs. Melville, sprak zij
zacht. 1 lij kan van gedacht veranderd zijn en
besloten hebben niet meer terug te keoren. Hy I
de maunen der vijf laatste klassen (in
verlof) aan geene hoegenaamde verplich
ting meer onderworpen zijn, en niet ge
kleed zijn; dat die manschap in verlofis,
de 9e klas sedert 5 jaar, de 13e klas se
dert 9 jaar zonder eene enkele revue,
monstering of krijgsoefening bijgewoond
te hebben dat zij zonder hoegenaamde
toestemming in den vreemde moge i ver
blijven, en, gezien de weinige nauwkeu
righeid waarmede onze volksoptellings-
registers gehouden worden, dat men
soms niet weet waar die mannen verble
ven zijn.
Onze bataljons van voetvolk zouden
maar 600 man tellen in plaats van 1000,
welke zij op oorlogsvoet moeten hebben.
Het is dus eene zeer dubbelzinnige en
twijfelachtige inrichting welke wij be
zitten, omdat het contingent, om staan
de te blijven, ieder jaar door de Kamers
moet gestemd worden.
Heeft men het recht niet te zeggen
dat de ministei voor Oorlog eene zeer
zware verantwoordelijkheid tegenover
het leger heeft, en de wetgevende Kamers
welke dergelijken staat van zaken be
houden, hebben nog eene zwaardere
verantwoordelijkheid tegenover het land
op wiens bodem misschien de groote
strijd tusschen Frankrijk en Duitschland
zal geleverd worden.
W ij hebben een stelsel van werving
(lat niet alleen verfoeiëlijk maar verder
felijk is het onderwezen gedeelte der
natie ontmoet het andere niet in des
legers gelederen. Men zendt er, wel is
waar, jongelingen van goeden wil, maar
klein van verstand en min bekwaam om
het krijgsonderricht te genieten. Van
daar de noodwendigheid van een ver
lengd verblijf onder de wapens.
Het onderwijs door de sergeanten en
de officiers te geven, wordt hierdoor
gedwarsboomd. En wat nog erger is,
het verblijf onder de wapens wordt nog
merkelijk verkort door de gunstverlo-
ven waarop elk loteling recht heeft.
Dees jaar werd de klas van 1887 twee
maand voor het gewoon tijdstip in groot
verlof gezonden.
Dat alles verzwakt onze strijdmacht,
wantin Belgie schijnt men 't grondbegin
sel niet te begrijpen dat een soldaat moet
goed gedrild zijn, wil hij eens zijne zen
ding op het slagveld kunnen volbren
gen. De effectieven zijn te kWn de
minister voor oorlog, die aan den kie
zersinvloed moet gehoorzamen, zendt
de manschappen de eenen na den andere
in verlof tot spijt der korpsoversten en
tot nadeel der regimenten. De compa-
gniën van voetvolk zijn heden zoodanig
wist hoezeer ik verlangde dat die schilderijen
in oide gebracht zouden worden, en hij zal mis
schien niet willen vertrekken eer hij daarmede
gereed is.
Maarlieve Julia, in zulk een staat terug te
keeren en daar geheel aangekleed op zijn bed
te gaan liggen, evenals de eene of andere dron
ken werkman 1 O, dat is afschuwelijk
Dat denk ik ook, jufvrouw, sprak da
knecht met een kwalijk verborgen glimlach!
de heer W ilton wat meer gedron-
ken heeft dan hem dienstig was, en dat hij, toen
hij zich ontsteld gevoelde, liever hier gekomen
is om uit te slapen, dan met den trein Daar
Londen te vertrekken.
Dronken I riep mrs. Melville uit. Een
dronken man zou hier hebben durven binnen
treden. Ga terstond naar mrs Bekson, Thomas
en zeg haar dat zij naar mijnheer Wilton'a
kamer gaat en hem beveelt terstond dit huis tg
verlaten, terstond, zonder een oogenblik ta
verliezen. Ik wil geen ooogenblik dulden dat
een dronken man hier blijft en dit huis door
zijne tegenwoordigheid verpest.
Houdt op, mrs. Melville, sprak Julia
wij weten nog niet of Mijnheer Wilton werke
lijk dronken is en na hetgeen ik van hem ge
zien heb, houd ik zulks meer dan onwaarschijn
lijk. In elk geval moet hij toch heden avond
niet uit dit huis gejaagd worden, 't Is zeer wel
mogelijk dat hij ziek is. Morgen ochtend zal het
tijd genoeg zijn voor elk onderzoek dat gij
zoudt wenschen in te stellen, en ik zou mij zeer
moeten bedriegen als mijnheer Wilton niet in
staat zou zijn eene voldoende verklaring van
zijn gedrag te geven.
Ma-ir lieve Julia, ik kan wezenlijk niet
toestaan dat een beschonken man hier...
DE.buis is mijns vaders huis, mrs. Mel
ville, en in dit geval moetik u verzoeken mij
mijn gang te laten gaan.
[Wordt voortgezet,)
1 "au "icci gcurun-