HET GRENSHOF
r
6de Jaar.
Nummer 7 (271)
Zondag 15 Februari 1891.
Abonnementsprijs
LIBERAAL WEEKBLAD VOOR
5 fr. voor de stad.
5 fr 50 voor den buiten,
PRIJS PER NUMMER: 10 CENTIEMEN
voorop betaaibaar.
Wen abonneert zich op alle postkantoren voor den buiten voor de stad, ten kantore van bet blad,
10, Vooruitgangstraat 10, Aalst.
IiET
Prijs der Annoncen
ARRONDISSEMENT AALST.
Gewone, 15 centiemen
Reklamen, 75 centiemen per ^kregel.
Vonnissen op de iet de bladzijde, 1 frank.
Nee spe nee metu.
Men maakt melding van elk werk waarvan een exemplaar aan bet blad gezonden wordt.
Handschriften worden niet torug gezonden.
AALST, 14 FEBRUARI.
Oproep aan de liberale jongelingen.
Wij brengen ter kennis dat de lessen
tot bereiding van 't kiesexaam alle Zon
dagen om 9 ure s morgens en des Don
derdags om 8 ure s avonds, in het lo
kaal Concordia zullen gegeven wor
den.
Wij hopen dat talrijke liberale jonge
lingen het zich als eenen plicht zullen
aanrekenen, dio lessen te volgt n om in
't bezit van een diploma te geraken,
dat hun toelaat hunne politieke rechten
uit te oefenen.
Buiteiilandscli politiële
overziclit.
Oostenrijk. De vermoedelijke op
volger der Oostenrijksche kroon, aarts
hertog Frans-Ferdinand, is gedurende
verscheidene dagen de gast van het
keizerlijke hof van Rusland geweest.
Hij was daar het voorwerp van takijke
beleefdheden welke de gedienstige dag
bladen van Weenen bereidwillig aautee-
kenen, met het doel hun eene groote
staatkundige beteekenis te geven. Die
wisseling van beleefde handelwijzen is
het teeken van eene ontspanning der
betrekkingen tufischen de hoven van
Weenen en St. Petersburg. De russische
groothertog en vermoedelijke troonop
volger, die zich eene maand geleden te
Weenen bevond, was er ook het voor
werp van eene zeer hartelijke ontvangst.
Die twee bezoeken zullen geenszins de
staatkunde der twee besturen verande
ren. Rusland heeft tot nu geene reden,
om de omzichtige en afwachtende hou
ding, welke zij sedert tien jaar heeft, op
te geven. Om het van die houdiu te
doen afzien, zou Oostenrijk er moeten in
besluiten hare staatkunde in het Bal-
kansch schiereiland te veranderen. Tot
heden heeft men niet gemeld dat de
aartshertog Frans-Ferdinand gelast is
geworden iets in dien zin te St. Peters
burg te laten weten.
Italië. De ministerieele krisis is
geëindigd Een kabinet, door den mar
kies di Rudini samengesteld, is tot stand
gekomen. Wat vooral dit kabinet ken
merkt is de tegenwoordigheid van ba
ron Nicotera, den persoonlijken tegen-
kanter van M. Crispi. Men mag zeggen
dat dit kabinet een kabinet van reactie
tegen de staatkunde van M. Crispi is.
Chili. De burgeroorlog duurt
voort. Het landleger schijnt grooten-
deels getrouw gebleven te zijn aan liet
VLAAMSCHE ZEDENSCHETS.
geheugen
zegt
Vos li ke< ft een goed
de vreemdeling.
-Hij neemt den hoed af en toont boven het
bruin gelaat met den donkeren baan), een wit
voorhoofd, waarop donkerbruin krulhaar valt.
't Is Jooren Aan uwen krullekop herken
ik u Welgekomen Wel, wel, zijn dat dingen!
Wat zijt gij veranderd, jongen En kom
algauw in de kamer En hoel mg zijt gij weg
geweest
Ik ben drie jaar weg geweest Eu als
de man dat zegt klinkt er een lichte toon van
weemoed in zijne stem.
Zoo meen ik het niet zoo nietzegt de
boerin rap en hartelijk. Om mijnentwille hebt
hadt gij bier nooit moeten weggaan, jongen.
Gisteren zegden de knechten het nog Nu zal
Jooren ook welhaast van de soldaten afko
men. En heden zijt gij reeds daar Dat is mij
eene verrassing En wat zal ons Rozeken zeg
gen
Ondertusschen waren zij het huis en de ach
terkamer ingegaan. De boerin trok eenen stoel
aan 't venster nevens haren zetel.
Kom, zet u hier bij mij en vertel Gij hebt
veel gezien En waar hebt gij niet al gelegen?»
Vooral in Antwerpen 'k was meest in de
rijschool.
n Voor u was 't niet noodig in eene rijschool
te zijn, want eij hebt altijd kunnen rijden als
of gij op het paard vastgegroeid waart.
En toch heb ik nog veel geleerd.
bestuur integendeel schijnen de op
roerlingen de bovenhand op zee te be
houden. Zij hebben drie stoomschepen
en een kruiser van het bestuur buit ge
maakt zij bezetten en verhongeren
Valparaiso, belegeren Iquique en schij
nen gereed op de staatkundige hoofdstad
van het land, ril Santiago te trekken,
Om zijne staatkunde van tegenstand te
bevestigen, heeft generaal Balmaceda
de gevangenissen gevuld met de leden
van het congres vrij door de natie ge
kozen.
Midden-Amerika. De gemeenebes-
ten Guatemale en Honduras hebben
juist een aanvallend verbond tegen hun
ne geburen van San Salvador, Costa
Rica en Nicaragua gesloten. De oorlog-
dreigt tusschen deze volkeren uit te
barsten.
Eene pleidooi voor het Algemeen
Stemrecht door.... Woeste.
Men weet dat de herziening, langs alle kan
ten door burgers en werklieden van verschil
lende gezindheden gevraagd, in de Kamers
zou doorgaan gelijk een briefin de post, was
daar geen man die Woeste heet en de uitvoer
der der bisschoppelijke bevelen is.
Nu roept hij De werklieden vragen niets;
de herziening is otmoodig de vertegenwoor-
diging der minderheden een zotspal.
Luister wat diezelfde man over 20 jaren
schreef en oordeel hem dan.
Het valt niet te ontkennen, dat er
sedert eenige jaren in den schoot der
katholieke partij eene groote beweging
ontstaan is ten voordeele van de uitbrei
ding van het stemrecht. Er zijn arron
dissementen, waar de katholieken met
plezier bet algemeen stemrecht zouden
aanvaarden, indien zij geraadpleegd
werden over zijne invoering in België.
Ik wil aan mijne vrienden bewijzen,
dat zij belang hebben,ten minste bij eene
groote uitbreiding van het stemrecht.
Iets durf ik beweren, namelijk, dat
het algemeen stemrecht beter is dan het
tegenwoordig kiesstelsel.
Doorloopt onze groote steden, en gij
zult verstomd staan over de politieke
onwetendheid der kiezers die nu de wet
maken.
Wij hebben tegenwoordig al de on
gemakken van het algemeen stemrecht
en dat in veel hoogere mate dan indien
het stemrecht uitgebreider ware, maar
integendeel genieten wij geen enkel der
voordeelen van het algemeen stemrecht.
De middenklassen bezitten niets van
die edelmoedige en belanglooze vervoe
ringen, noch de groote deugoen, noch het
geloof en de vaderlandsliefde der lagere
klassen, landbouwers en werklieden...
«Wel 't kan zijn. Maar wacht! Ik zal aan
Urte gaan zeggen dat zij u wat eten en drinken
brengt... Neen Meent gij dat het hier anders
geworden is? Wie welkom is wordt eten en
drinken voorgezet... Ach, Jooren, de hofstee
is nog dezelfde maar één ontbreekt er op
de beste van al, dien hebben wij begraven...
Dat heb ik met veel verdriet gehoord
zegde de jonkman en liet het hoofd op de borst
zinken.
En dan zitten zij eene wijl stil nevens elkan
der en gedenken den overledene.
Ik weet dat gij hem bemind en geëerd hebt
gelijk hij het verdiende zegde de boerin ein
delijk met eene stem die eerst stil en onzeker
klonk en dan allengskens bedaarde. En hij
heeft altijd veel van u gehouden. Als gij nog
zóó een klein ding aart en zij hield de hand
kniehoog van den grond heeft hij dikwijls tot
mij gezeid zoo 'nen jongen zouden wij moeten
hebben, moeder 1
Maar als ik over drie jaar de hofsteê ver
liet, dan is de baas lang op mij kwaad gebleven
en hij heelt mij maar met moeite kunnen ver
geven niet waar bazin
Vergeven heeft hij u al gauw maar hij was
verwonderd dat gij, dien wij in huis gehouden
hebben gelijk ons eigen kind, kont weggaan,
als gij zoo verre waart dat gij ons zoudt kunnen
helpen hebben.
Ja, dat mag er zeer ondankbaar hebben
uitgezien maar ondankbaar ben ik nooit ge
weest 1 Tot heden toe herinner ik mij iedere
weldaad die gij mij bewezen hebt, ea nooit
zal...
Spreken wij daar niet meer van onder
brak zij hem. Wat wij voor u en uwe zuster
gedaan hebben, wel, dat hebben wij geerne
j gedaan. Vandaag heb ik er mei Rozalie van ge-
1 sproken wat haar grootvader in eene bui van
j oploopendheid aan uwen vader had gedaan, en
lint is mogelijk dat de stemrechtbe
weging niet onmiddelijk algemeen zal
worden, maar van 'en oogepblik dat de
talrijkste klassen der samenleving het
eens zouden zijn om de volledige rechten
van den mensch te eischen, dan vraag ik
mij af, waar de onvoorzichtige regeering
zou wezen, die de verantwoordelijkheid
op zich zou nemen, van een tegenstand
aan de openbare wenschen.
Hoe kan men zich inbeelden dat de
werkende klasse bij ons de rechten niet
zal eischen, die zij in naburige landen
geniet en dat de demokratie achter-
i waarts zal gaan in plaats van zich te
j ontwikkelen
Aan lien die aldus denken, moet ik
antwoorden, dat de politieke beweging
die de wereld in onrust houdt, het ge
volg is der burgerlijke en politieke ge
lijkheid in de wetten en van den voor
uitgang van het onderwijs.
Het is dus onbetwistbaar dat het
algemeen stemrecht vroeg of laat zal ver
wezenlijkt worden.
Men vergete 1848 niet/
Laat ons het algemeen stemrecht
spoedig invoeren, vooraleer de revolu-
ticmnairen er gebruik van maken om
ons te bestrijden.
Talrijke behouders zouden willen
alhoewel zij de invoering van het alge
meen stemrecht onvermijdelijk achten
dat de datum dier invoering verscho
ven werd.
Dit is ons inziens niet goed het
openbaar belang begrijpen, want hoe
langer het algemeen stemrecht uitblijft,
hoe langer ea hoe beter men gelegenheid
zal hebben het te misvormen in de
anti-godsdienstige liberale school, die
door volksvoordrachten, tooneel en pers
onze bevolking tracht te bederven.
In het slot zijner redevoering somt
M. Woeste do voordeelen op eener uit
breiding van het stemrecht.
Het bijzonderste daaronder is, dat de
groote maatschappelijke elementen hun
wettige heerschappij zouden verkrijgen.
Het slot der redevoering van M.
W oeste was beteekenis vol. Wij drukken
het in vetjes
De tegenstanders van het algemeen
stemrecht hebben een laatsten toevlucht
de grondwet.
n Ik zeg echter, dat het in dit tijdstip
niet is, waarin de grondwetten vallen en
gewijzigd worden, soms met een betreu
renswaardig gemak, dat België, waarde
aanslagen van het liberalisme verdubbelen
voor zijne grondwet aanspraak mag
maken op de onveranderlijkheid.
De Grondwet zelve heeft hare wijzi
ging voorzien en den vorm vastgesteld,
waarin zij kan gebeuren.
Welnu, wat dunkt er u van Wat toen recht
was is nu no,<^ recht, wat toen noodzakelijk
werd genoemd, moet zeker thans, na 20 jaren
strijden, wel dringend heeten.
De woorden van Woeste zijn onze argumen
ten geworden; wij nemen die zonder verande
ring aan en wat hij over 20 jaren gewild heeft,
willen wij thans en zullen we winnen Want
we willen het recht en dat moet zegepralen.
Het referendum.
dat heeft hij willen goed maken. En ik ver
telde alles aan Rozalie omdat zij ook zoo op
vliegend is. Nu, dat was eene schuld die wij
hebben moeteu vereffenen als gij en uwe zuster
later weezen wierdt. Gij weet hoe geerne mijn
man zaliger, u altijd gezien heeft, en nog korts
voor zijne dood heeft hij mij gezeid In
Jooren steekt een goede landbouwer als gij
hem ooit met iets kunt helpen, doe het. Wat
gij hem geeft is niet weggeworpen 1 Ziet gij,
zoo dacht hij nog aan u korts voor zijne dood.
Ik dank hem, en dank u 1 Maar, God lof,
ik heb niets noodig 1 Ik hoop alleen wel dooi
de wereld te geraken.
Gij hebt gelijk. Een mensch als gij komt
altijd door de wereld. Het heeft ons rechtzinnig
verheugd als wij goeds vau u hoorden zeggen.
En indien gij niets anders voorhebt, zoo kunt
gij ieder uur weer op 't Greushof komen.
Eene lichte trilling liep over het gelaat van
den jonkman, en er verhop een oogenblik eer
hij antwoordde.
Dat gaat niet, dat kan niet 1 zegde hij
dan diep ademhalend. Om uwentwille deed
ik het geerne. Voor u zou ik seffens willen
komen en uwen eigendom oppassen als of hij
mij toebehoorde. Maar om de reden dat ik in
dertijd niet blijven kon om die reden kan ik niet
weerkomen.
Waarom niet? Blijf zitten Ik wil weten
waarom gij hier niet kunt terugkomen.
Jooren zat met gefronste wenkbrauwen en
geperste lippen en zweeg.
Meent gij, ik raad niet waarom gij niet
komen wilt? Gij hebt ook al gehoord wat kwaad
er gezeid wordt van onze Rozalie.
Ik geloof niet alles wat de menschen zeg
gen en ik vrees ook niet het hier slecht te heb
ben. Ik weet dat hier iedereen altijd 't zijne
bekomen heeft en bekomen zal.
Dat is waar en Rozalie is de eerste die
In vele gemeenten reeds wordt, telkens het
de uitvoering van een werk van eenig belang
geldt, de uitspraak van het kiezerskorps inge
roepen. Het is het referendum dat vooral onder
de democraten vele partijgangers telt.
Wij ook zijn van meening, dat men, wanneer
zaken van algemeen belang in 't spel zijn, niet
te dikwijls zijnen toevlucht kan nemen tot de
volksstemming doch de manier, waarop ze
in sommige plaatsen toepepast wordt geeft
aanleiding tot kritiek.
Zoo raadpleegt men b. v. enkel de kiezers,
zij die 10 fr. belasting betalen terwijl men zich
om heD, die slechts 9 fr. 90 centiemen betalen
niet bekreunt. Ons dunkt, dat zelfs zij, die
maar 1 frank belasting betalen evenzeer hun
aandeel hebben in het algemeen belang en
hunne stem in het referendum zouden mogen
geven.
Ook kan het referendum in zekere zaken
slechten dienst bewijzen, b. v. in het aanleggen
van steenwegen op onze buitengemeenten. Dit
is wel van algemeen nut en moet dus door de
algemeenheid betaald worden. Heeft men nu
bet referendum, zoo zullen zij, welke bij het
leggen van den steenweg geen eigenlijk of
onmiddelijk belang hebben neen antwoorden
en de uitvoering van hetwerk beletten. Ter ver
mijding van dergelijke uitslagen zal de ont
wikkeling van den geest van 't volk krachtig
medehelpen
Wie herinnert den penuestrijd niet gevoerd
ter gelegenheid van het oprichten der nieuwe
statie Zou ze aan don Zwarten Hoek komen
of wel waar ze nu is In dit geval hadde men
het referendum kunnen toepassen, en zou men
misschien niet hebben hooren spreken van
persoonlijken intrest, eigenbelang, enz., en
dan hadde men ongetwijfeld vermeden, dat de
voorbijgangers aan den doorgang van den
ijzerenweg op den Brusselsschen steenweg soms
eeD kwart uurs in de koude moeten staan
trappelen.
Men zegt, de kiezingen zijn daar om de da
den des bestuurs goed of af te keuren. Dit is
geenszins zoo, want de kiezingen zijn enkel een
twist tusschen politieke partijen waar de over
tuiging van de eene, de omkooping van de an
dere zijde de grootste rol spelen en de fouten
des bestuurs op den achtergrond blijven.
Bij het referendum alleen kunnen politieke
vrienden en vijanden elkander de hand reiken
om de bestuurders op de rechte baan te bren
gen en elks belangen te doen vrijwaren.
Een schoon koppel.
Iedereen had met verwondering de
kazakkeerderij van Denderbode in de
kwestie der herziening en der vertegen-
het werkvolk rijkelijk geeft wat hun toekomt.
En toch, Jooren, geheel uit de lucht gegrepen
zijn die booze praatjes niet. Oorzaak heeft zij
er toe gegeven. Maar gij, Jooren, hebt niets van
haar te vreezen. Bedenk, hoe geerne zij u reeds
zag toen gij nog heel klein waart 1
Het trilde in zijn gelaat en een bittere glim
lach speelde om zijnen mond.
Dat is lang geleden zegde hij en wat
zou ik Rozalie vreezen ik vrees geene vrouw
in wat slechte faam zij staat of niet. Indien ik
iemand vrees dan is het mijzelven want ik
beu ook een heethoofd en wanneer zij en ik
eens te zamen stooten, dan spatten er vonken
uit. En daarom is her goed dat ik wegga, hoe
eer hoe beter.
Hij wilde opstaan, maar de boerin legde
hem beide handea op de schouders en zegde
biddend
«Luister, Jooren, ik wil u niet overhalen
hier te blijven indien gij het niet geerne doet
en gij kunt gelijk hebben dat het niet goecl zijn
zou. Maar gij moet eerst hooren boe Rozalie op
de kwaê tongen is gereden.
Ik kan wel peinzen hoe het gegaan is
zegde de jonkman. Zonder reden zal Rozalie
niet opgevlogen zijn, daarvoor ken ik haar te
goed. En kont gij er aan denken haar met
CRerschelde te willen doen trouwen 1 Dat is een
mensch, die slechts aan zichzelven en aan zijn
voordeel denkt. Zijne knechtenen meiden laat
hij honger lijden en van bet loon der daghuur
werkers weet hij altijd iets af te trekken. Hij
is hardvochtig en gierig en met iedereen leeft
hij in twist en tweedracht.
Destijds was dat nog niet zoo gekend als
du antwoordde de vrouw. En hij scheen
Rozalie te bevallen en zat op een schoon gedoe.
Nu, wij kenden hem niet. En als hij met vader
in de voorkamer zat om den uitzet van Rozalie
te bespreken, dan zat ik bier en dacht't is
goed dat Rozalie hem niet hoort.Ik moest
woordiging van de minderheden verno
men.
W el poogde Denderbode er eerst de
verantwoordelijkheid van op de oner
varen handen van eenen zijner mede
opstellers, later op den rug zijner
letterzetters te leggen.
Maar dat alles was slechts praat voor
de vaak men begreep genoeg dat er
gewichtiger redenen moesten zijn om
dien onverwachten ommekeer te wetti
gen en men vroeg zich af of een Woeste,
of een Scribant liem dit ander hemd
niet hadden doen aantrekken.
Thans komt er licht in die zaak, en
als wij zien hoe een Woeste zijn verleden
vei loochen durft, zijne woorden van
vroeger eet, dan verwondert het ons
niet dat de slaafsche Denderbode doet
zoo als de meester heeft gedaan,
In 1869 en fut zelfs in 1881 zien
wij dien heef Woeste als aanhanger der
herziening, als voorstaander van het
algemeen stemrecht optreden. Dan he
kelt hij op de strengste wijze het be
staande kiesstelsel en zweept op onge
nadige wijze al degenen welke zich
tegen de hervorming en de uitbreiding
van stemrecht verzetten. Dan predikt
hij van de rechtvaardigheid der herzie
ning en van de gelijkheid der rechten
op zulke talentvolle wijze dat Anseele
of Janson het op onze dagen niet beter
zouden kunnen doen. Ja, Woeste's rede
voering van 1869, waarvan wij in ons
hoofdartikel de bijzonderste punten
mededeelen, pleit zoo ten voordeele van
de herziening en het algemeen stem
recht, dat lit midden-komiteit van het
Vooruitstrevend Congres besloten heeft
er 100,000 exemplaren van te drukken
en in 't land te verspreiden.
Wat zal de galzieke man daarover
pruimen Maar zal hij het niet verdiend
hebbende kleingeestige politieker,
welke recht en rede miskent enzijn eigen
argument onder de voeten trapt, alleen
lijk uit partijbelang
Want anders kan er niet zijn wat
over 20 jaar rechtvaardig en noodzake
lijk was, is het nu niet minder wat
toen eene dringende oplossing eischte,
kan nu, dat het algemeeu en krachtda
dig gevraagd wordt, niet langer uitge
steld worden.
Dat wil nogthans de noodlottige
Woeste.
De werklieden vragen niets, ver
klaart hij, en van over twintig jaar reeds
zegde hij gansch het kontrarie.
Er is geene beweging voor herziening
mij geweld aandoen, om niet in de kamer te
gaan en te zeggen Zend hem weg vader, hij
neemt ons kind maar voor haar geld en haar
goed en zij is toch wel waard dat zij genomen
wordt voor haar zelve! Het was nooit genoeg,
wat vader wilde geven altijd wilde hij meer
en meer. En als vader zegde hoeveel geld Ro
zalie zou meekrijgen, dan lachte hij vader uit.
Maar, zie, op eens vliegt de kamerdeur open
en Rozalie staat voor Overschelcle 1 Nog nooit
in mijn leven heb ik hare oogen zoo zien gloeien.
Zetad hem weg, vader zegde zij stil, doch
hare stem sidderde. Zend hem maar weg, ik
wil niet dat gij geplunderd en gebr mdschat
wordt om mijnentwil 1 En als vader haar
wilde bedaren en zei kom, kom, het is zoo
erg niet dan werd zij woedend, ze trok de
deur open buiten buiten 1 Eu zij greep
naar de tij zweep die aan den muur hing...
Eu hij vertrok
Hij wilde nog spreken, maar als Rozalie de
zweep greep liep hij weg zoo ver hij loopen
kou. En als Rozalie hem zoo loopen zag, schoot
zij in eenen luiden lach, endan viel zij
vader aan den hals en mij en zegde, dat zij niet
wilde trouwen dat zij altijd bij ons wilde
blijven. Zie, zoo is 't gegaan. Aan geenen
mensch hebben wij er van gesproken maar
hij heeft Rozalie overal zwartgemaakt om zich
wit te maken.
Rozalie had gelijk en zij is gelukkig dat
zij dieu Jood niet genomen heeft 1 zegde
Jooren. Maar als men met de zweep eenen
vrijer het huis uitjaagt, dan komt er niet licht
een andere.
Er is nog een gekomen, en met dezen ging
het niet veel beter. Uit liefde tot ons had Ro
zalie ja gezegd, omdat wij haar geerne ge
plaatst hadden gezien. Maar als hij nu kwam,
en de teer; evoelige spelen wilde en haar over
laadde met flikflooierijen, dan heeft zij hom..
Wordt voortgezet.)
■HSBaaaoecafc
4c