Lieve Jonkvrouw Trotschhart
Abonnementsprijs
LIBERAAL WEEKBLAD VOOR
5 fr. voor de stad.
5 fr 50 voor den buiten,
PBIJSPEB NUMMER: 10 CENTIEMEN.
voorop betaalbaar.
Men abonneert zich: op alle postkantoren voor den buiten: voor de stad, ten kantore van het blad,
10, Vooruitgangstraat 10, Aalst.
HET ARRONDISSEMENT AALST.
Gewone, 15 centiemen
Prijs der Annoncen
Reklamen, 75 centiemen
Vonnissen op de ieide bladzijde, i frank.
per drukregel.
Men maakt melding van elk werk waarvan een exemplaar aan ,het blad gezonden wordt.
Handschriften worden niet terug gezonden.
Nee spe nee metu.
AALST, 17 OCTOBER.
Buitenlandsch politiek
overzicht.
Frankrijk. Nooit heeft de toestand
van de republiek schooner geweest dan
heden. Bij elke verkiezing groeit het
getal harer aanhangers bij en behaalt zij
voordeelen welke de beste verwachtin
gen overtreffen.
Stil maar langzaam herneemt Frank
rijk zijne macht en aanzien.
DuitsclilandEen groot socialis
tisch kongres wordt te Erfurt gehouden.
Men zal er het toekomend programma
der werklieden partij bespreken.
Deze week hebben de verkiezingen
voor Volksvertegenwoordigers in Sak
sen plaats gegrepen. De socialistische
partij behoudt niet alleen hare 4 zetels,
maar wint er 3 nieuwe bij en komt voor
verscheidene in herstemming.
De burgers welke 3 marken of 3.75
fr. belasting betalen, maken het kiezers
korps uit.
Engeland.De groote Iersche leider,
M. Parnell, is met buitengewone plech
tigheid begraven. De toeloop van volk
was ontzaglijk, ondanks het slechte
weder. Het was donker avond eer alles
was afgeloopen. De vrienden van Mac
Carthy hebben zich uit voorzichtigheid
onthouden. Men wendt pogingen aan
om den broeder van Parnell voor zijnen
opvolger te krijgen.
Italië. De bijeenkomst van den
Russischen kanselier de Giers met M. di
Rudini, bet hoofd van 't Italiaansch
kabinet, wordt in de politieke kringen
veel besproken. Alhoewel deze samen
komst de beteekenis niet heeft van eene
toenadering tusschen Italië en Rusland
mag men haar toch aanzien als voor-
deelig aan den algemeenen vrede.
Onwettig'.
Als een arme drommel de minste wet
overtreedt, wordt hij vervolgd en in
't gevang gesteken maar onze ministers
en hunne burgemeesters mogen met de
wet en de Grondwet spotten.
Zoo werd het recht van vergadering
meermalen gekrenkt door sommige
burgemeesters. Waarom? Eenvou-
diglijk omdat daar dingen moesten be
sproken worden tegen hunne goesting
De Grondwet zegt dat de censuur of
rechf van goed of af te keuren, niet mag
hersteld worden, voor de boeken en
dagbladen, en toch verbiedt minister
23.
Vrij naar H Engelsch.
Daar woonde madame Zeegrave in een schoon
groot huis. Zij was rijk, en kon nog eene jonge
weduwe genoemd worden doch vrijers kreeg
zij niet, want het was wel gekend, door al wie
er belang kon in stellen, dat madame Zeegrave
nooit zou hertrouwen. Een jong schoUch meisje
van goede familie met een wonderlijk smal
inkomen, had zij de aandacht getrokken van
een ouden advokaat uit Londen op zijn bezoek
te Edemburg. De advokaat had haar getrouwd
en naar Londen medegebracht. Korte jaren
nadien was hij gestorven en had haar in 't bezit
gelaten van een groot fortuin, dat echter moest
ophouden haar toe te behooren zoodra zij zou
hertrouwen. Doch de weduwe Zeegrave was al
te gelukkig met hare vrijheid en met haar for
tuin om ooit aan hertrouwen te denkeu.
Madame's Zeegrave's huis was opgevuld met
schilderiijen, met borstbeeldeu, met boeken,
met zeldzaamheden, met oud-chineeseh porse
lein, met japaneesche waaiers, enz. Haar man,
de heer Zeegrave, was een liefhebber geweest
van schildeiijen van oude meesters of die hij
geloofde van oude meesters te zijn van oude
printen en boeken en zeldzaamheden. Van eene
reis in Turkije en Egypte had hij zijne vrouw
een geheel magazijn sjals, pijpen, zwaarden
en kleederen medegebracht. Eenigen tijd had
zij zich beziggehouden met het verzamelen van
oud pottegoed, dan met photographiën, dan
met postzegels, dan met oud porselein en dan
met artikels uit Japan.
Van clen Peereboom sommige dagbla
den
Waarom Hij zegt dat ze zedeloos
zijn. Maar wat kan ons schelen wat hij
zegt De tribunalen zijn daar, om
uitspraak te doen, niet hij
Hij verkracht dus de Grondwet Wat
zeg ik 'lij spot er mede Inderdaad
wat schrijft hij in zijnen laa^sten om
zendbrief tot de postmeesters gericht
Hij vraagt voor de postbedienden den
noodigen tijd om 's zondags mis te hoo-
ren, als zij zulks verlangen.
Zeerwel; maar als hij de postmees
ters dwingt hem verslag te doen over de
wijze waarop de bedien len dien tijd
gebruiken, en hem te laten weten in
welke parochie deze mis hooren, dan
wordt het eene andere zaak Dat wordt
dan een onderzoek En zulk onderzoek
strijdt regelrecht tegen de Grondwet
Maar wat beteekent de vrijheid van
gewetenen de Constitutie, voor de ka
tholieken
Nu komt Deburlet bij ministerieel
besluit eenige honderden onderwijzers,
die op wachtgeld stonden, broodrooven
Onwettig En wij hopen dat al de
slachtoffers dezer hatelijke onwettigheid
zich zullen wenden tot het comiteit in
gericht door den Schoolpenning om
hunne rechten te verdedigen.
Minister Deburlet die gelast is de
wetten te doer? eerbiedigen, kent ze
niet, of krenkt ze vrijwillig.
Wat zegt de wet
Het wachtgeld wordt betaald zoo-
lang het noodig is, om aan de afge-
stelde onderwijzers eene plaats te
bezorgen.
Wat wil dat zeggen
M. Jacobs, die, als minister, zelf
zulke schandalige wet maakte, zegde in
de Kamers
Men vraagt hoelang het wachtgeld
zal duren Den tijd die er noodig
is, om aan de belanghebbenden eene
andere plaats te verschaffen.
De Staat zal dus zich moeten aanzien
als een plaatsingbureel voor de bui-
tendienstgestelde onderwijzers.
Men moet dus die onderwijzers
Dus was de Staat verplicht die heeren
eene plaats te bezorgen eer HIJ het recht
had hun wachtgeld af te nemen.
Is dat klaar
Kan men aan die ongelukkigen ver
wijten zeiven geene plaats gezocht te
hebben Neen, want de Staat alleen
kon die verleenen, en hoeveel honder-
De zondag-soirees van madame Zeegrave
werden goed bezocht, bijzonder door lieden die
men nergens aantrof, en nochtans waren het
geene vervelende en nietsbeduidende personen.
Iedereen was mirt of meer eigenaardig, had
iets bijzonders verricht, of had de eene of
andere zending te vervult n, of had theorieën
op het leven en op de toekomst.
Het eerste wat Christiaan zag toen hij in het
salon kwam, waren de stralende oogen van
Sibylla Jansen Met den rug naar de deur ge
keerd, stond zij bij den schoorsteenmantel met
twee of drie personen te praten doch in den
spiegel, die boven de schouw hing, hadden hare
oogen aldra die van Christiaan ontmoet, en
jonkvrouw Sibylla keek aanstonds naar eenen
anderen kant. Maar madame Zeegrave kwam
spoedig tot Christiaan gesneld Wat ben ik
blijde dat gij gekomen zijt... om u voor te
stelhu n en zij trok hem voort bij de hand en
stelde hem voor aan jonkvrouw Sibylla Jansen
KAPITTEL XIII.
ENDYM ION (1)
Sir John Challonners huis stond in eene der
schoonste en nieuwste wijken van Zuid-Ken-
sington. Met zijnen vierkanttoren rees het als
eene prachtige massa boven een hoogen muur
op.
Alles zag er even ruw en koud uit.
Langs buiten was het huis nieuw-, langs
binnen ouderwetsch. De heele huisraad was
middeleeuwsch of ten minste voor middel-
eeuwsch gekocht. Voor onervaren oogen was
het aanzien prachtig en konstig, maar eenen
clou plaatsen ziju er sedert 1884 niet
opengevallen
Wat ware er gebeurd, indien zij zei
ven eene plaats hadden gezocht, buiten
den Staat, de Provincie of de Gemeente?
Seffens verloren zij hun wachtgeld,
en bevond de particuliere die ze ge
bruikte, dat zijn zoon of zijne dochter
bekwaam genoeg werken om die plaats
te vervullen, dan lag de onderwijzer op
straat
Overigens, verscheidene Koninklijke
besluiten bedreigden die onderwijzers
met verlies van het wachtgeld als zij
dorsten iets ondernemen waar geld mede
te winnen was.
Is dat klaar? vragen wij nogmaals.
Wanneer toch zal er eens eene wet
komen, die de verantwoordelijkheid der
ministers vaststelt, zooals het de Grond
wet vraagt
Dan toch zouden zij het land niet
meer laten dienen tot lachstof voor
gansch Europa, en tot groot nadeel van
ons volk.
Wat kaakslag.
De Bien Public is razend omdat M. Buis
de man van den 7 September brult hij te
Marseille aan een officieel banket, in tegen
woordigheid van 5 Fransche ministers, eene
redevoering heeft gehouden, die door gansch
de Europeesche pers worjt besproken en toe
gejuicht.
Door wie was hij gemachtigd om dit te doen
vraagt toornig het Gentsch bisschoppelijk blad;
en kon de eerste de beste burgemeester-volks
vertegenwoordiger uit Vlaanderen het ook niet
doen
Wel zeker M. De Malander, b. v., zou voor
zulk geval de rechte man op de rechte plaats
geweest zijn. Deftiger en geschikter persoon-
aadje ware moeielijk te vinden alhoewel dat
onze burgemeester Van Wambeke aan een
banket ook nog al wel met vork en tong weet
om te gaan.
Wat dat de machtiging aangaat, M. Buis
moest ze toch zeker aan meester Beernaert niet
gaan vragen, vermits hij door den Koning er
toe verzocht was.
Dat is andere peper, niet waar
Maar voegt het blad van Mouseigneur er bij
Het was niet noodig te Marseille gaan te her
halen dat België volstrekt onzijdig wil blijven
tusschen Duitschland en Frankrijk en dat het
door geene enkele overeenkomst aan deze of
gene natie verbonden is. M Beernaert had die
verklaring reeds in de Kamers gedaan en bij
gevolg was de rede van M. Buis eene nutte-
looze herhaling.
Zoo nutteloos niet als men wel denkt; waDt
als onze Vorst M. Buis er toe genoopt heeft om
zoo te handelen, dat beteekent voor ons niets
anders, dan dat Leopold II weet dat men elders
aan de verklaringen van zijnen eersten minister
niet gelooft.
Zulke kaakslag is nog al van beteekenis
kenner kwam alles boekachtig en zonder sa
menhang voor.
Het huis bezat echter eene prachtig en wel
voorziene bibliotheek. In deze zaal was het
dat zekeren avond in maart Christiaan
Pembroke zich bevond.
Thans was Christiaan een regelmatige geat
tacheerde indien wij de uitdrukking mogen
gebruiken aan het geldhuis of de wisselbank
aan wier hoofd sir John Challoner stond, en
had voor bijzondere opgave het ontwerpen van
ijzeren wegen in Japan en in het heele Oosten.
Met al de kracht zijner ziel had de jonkman
zich op die taak toegelegd en veel bewijs van
talent en oordeel gegeven. Hij werkte hard,
gedeeltelijk uit dankbaarheid jegens sir John
die zoo goed voor hem was geweest, gedeelte
lijk omdat het in zijne natuur lag, als hij zich
mat iets bemoeide alles te doen om het hoogste
doel te bereiken. En dan, in eene aanhoudende
werkzaamheid vond hij het beste middel om
zijn gevoel jegens jonkvrouw Marie Challoner
te keer te gaan. Reeds zoo verre had hij het
gebracht, dat hij jonkvrouw Marie slechts nog
aanzag als de dochter van zijnen meester en als
bestemd om eerstdaags meteen man van hooge
afkomst in den echt te treden.
Sedert lang had Christiaan de jonkvrouw
niet meer gezien. Op zijne terugreis uit Pau
had haar vader Marie te Parijs achtergelaten,
en drie maanden lang had de jonkman in de
woning van sir John verbleven zonder hoop en
ook zonder vrees de jonkvrouw te zien In
januari was Marie teruggekeerd; maar sir John
wist het zoo te schikken, dat juist omtrent dien
tijd Christiaan eene zending te vervullen had
in het Noorden van Engeland. Toen hij terug
kwam in Londen, was Maiie een kort bezoek
gaan brengen bij de familie van den heer Vidal,
en eer zij terugkeerde was Christiaan weer
naar eene andere streek gezonden geworden.
De katholieke kruik.
Het spreekwoord de kruik gaat
zoolang te water tot dat zij berst, is
zeer oud, doch het blijft immer waar en
dat wordt dagelijks door honderde voor
beelden bewezen.
De kruik breekt echter niet van de
eerste berst of scheur. Dat bewijst de
katholieke politieke kruik.
Deze is vol scheuren en bersten en zij
gaat nog te water zoolang als 't duurt.
Hare eerste scheur heet politieke
overrompeling en verwoesting door de
bisschoppelijke knechten Jacobs en
Woeste beredderd.
De tweede de broodrooving van dui-
zende onderwijzers, slachtoffers van den
katholieken haat.
De derde het plaatsen in de volks
scholen van onwetende pilaarbijters.
Dan volgen de scheuren en bersten bij
dozijnen, tot dat Pourbaix, daarna Nie
ter en de gendarmen van Boom een
handje komen helpen.
De Burlet wilde de eer hebben daar
den genadeslag te geven en de kruik te
verbrijzelen.
Zij is gelijmd, gepleisterd, met reepen
en banden omsingeld, om de stukken
aan een te houden.
Men zou zeggen, dat de Burlet dat
niet weet of dat hij meent dat de ka
tholieke landbedervers voor eeuwig aan
't Staatsroer zitten, en al mogen doen
wat zij maar willen want hij ziet naar
wet of recht en neemt van een duizendtal
onderwijzers met eenen pennentrek het
laatste stuk brood af.
Dat is de genade-slag.
Wij vernemen dat verscheidene ka
tholieke gemeentebesturen tegen die
wraakroepende onrechtvaardigheid ver
zet hebben gedaan aan het bisschoppe
lijk gouvernement.
Zal het daarbij blijven
Wat moeten die gebroodroofde onder
wijzers gaan doen
Naar den arme gaan
Gaan bedelen
Naar den Congo vertrekken
Of gelijk met vrouw en kinderen voor
het paleis gaan liggen sterven
Ziet, dat is het werk der heilige
roornsch katholieke religie Dat is het
werk van dien schijnheiligen hoop kwe
zelaars, van die heilige vaten met ver
doemde reepen.
De onderwijzers zouden geenen frank
minder trekken er zou geen haar op
Alzoo gebeurde het dat Christiaan nog altijd
meende, jonkvrouw Marie was nog steeds af
wezig.
Geheel den vorigen nacht had hij zitten
schrijven aan een opstel dat sir John over eene
groote onderneming inlichten moest. Te 7 uur
van den morgend had hij den trein genomen
om rond 4 uur van den namiddag te Londen
aan te komen. Rechtstreeks was hij naarZuid-
Kensington gestapt, in de hoop sir John rond
dien tijd in de bibliotheek te ontmoeten, met
ongeduld verlangende hem zijn werk te toonen.
Sir John was echter niet te huis, en nu zat
Christiaan in de bibliotheek naar de te-huis-
komst van zijnen patroon te wachten. De plaats
wa3 goed verwarmd. Het licht brandde. De
jonkman zat in een gemakkelijken zetel en
herlas zijn handschrift.
Was het door tie warmte, was het door de
vermoeidheid van den voorgaanden nacht Na
een zekeren tijd, leunde hij achterover het
handschrift ontgleed zijner hand, en hij viel in
slaap... En hij droomde van Japan en van
Durewoods e n van Londen, en nu en dau kwam
Marie naar hem zien, en dan weer zag hij
de geschilderde Godin van zijn plafond, en zij
had Marie's oogen, en zij bezag hem zoo door
dringen adat hij, in zijnen droom, tot zich
zeiven zegde: indien zij hem aldus bleef be
zien, hij zou wakker worden. Eu hij werd
wakker en zie 1 het waren Marie's oogen
die hem met eene uitdrukking van goedheid
en medelijden bezagen En hij sprong be
schaamd op.
Daags te voren was Marie te huis gekomen.
Niet wetende dat hij daar was, had zij do bi
bliotheek geopend, had hem in slaap zien lig
gen, was zacht, zeer zacht genaderd en had
zich niet kunnen weerhouden hem te bezien
Wat ziet hij er bleek en vermoeid uit dacht
zij en zelfs in zijnen slaap zoo ernstig en zoo
deukeude
hun hoofd gehinderd worden zij zou
den beter betaald worden onder het
bisschoppelijk bestuur, dan onder dat
der liberalen, schreef het Handelsblad
voor Juni 1884.
En nu Nu zegt het dat de minis
ter goed doet met die waardige ambte
naars van hun brood te berooven.
M an neer komt de dag der weerwraak?
Deze zal akelig zijn want daar zijn niet
alleen broodrooverijen, maar ook dooden
te wreken.
De verplichtende mis.
Minister Vandenpeereboom heeft alweer
eenen maatregel genomen, die regelrecht in-
druischt tegen de vrijheid van geweten door de
Grondwet gewaarborgd.
Onder voorwendsel van zondagrust, maar in
werkelijkheid om zijne bedienden te dwingen
naar de mis te gaan heeft hij eenen omzendbrief
aan al de dienstoversten gestuurd, waarin hun
bevolen wordt aan de bedienden, 's zondags en
op kerkelijke feestdagen, den noodigen tijd te
verschaffen, om hunne godsdienstigo plichten
te vervullen.
Tot daar valt er niets op te zeggen, zoolang
de regelmatige dienstregeling en niet door lijdt.
Wie tot eene geloofsbelijdenis behoort, mag
niet in de onmogelijkheid gesteld worden, wat
hij zijne plichten noemt, te vervullen.
Maar de minister bepaalt zich daar niet bij.
Indien wij den Nord van Brussel, mogen ge-
looven, zou hij een onderzoek bevolen hebben,
om zicli te vergewissen over de manier hoe de
briefdragers hunne verlofsuren doorbrengen.
Be facteurs zullen officieel ondervraagd wor
den in welke kerk zij naar de mis gaan
Kan men eene brutalere scheuding der vrij
heid van geweten bedenken De Staat heeft het
recht niet zich met de gewetenszaken zijner
onderhoorigen te bemoeien en hun te vragen of
zij, ja of neen, naar de mis gaan. Dit is eene
wezenlijke iukwisitie waar de gezonde reden,
onze zeden en de Grondwet zich tegen verzet
ten.
Maar de Grondwet bestaat voor Vandenpee
reboom niet wat hem in haar hindert, schaft
hij al. Hij overtreedt haar wanneer het belang
der klerikale partij het vergt zooals in het
onderhavige geval. Eu op die manier nu zal de
fanatieke pijpekop nauwkeurig ingelicht zijn
nopens de gevoelens zijner onderhoorigen en de
facteurs kunnen bevorderen of vervolgen naar
gelang zij zullen blijken geven van geloof en
hypocrieterij, of van vrijzinnige grondbeginse
len.
Brave, ingedommelde Belgen, wat zegt gij
van dien muiisteriëelen dwang
Men zegt wel eens dat de volken de regeer
ders hebben, welke zij verdienen. Zijn we dan
zoo laag gevallen en zoo verbasterd, dat een
Vandenpeereboom naar willekeur wet en recht
met voeten mag treden In Rusland heeft men
ons niets meer te benijden. Wij zijn rijp voor
den knout Nog een beetje en de staatsbeamb
ten zullen wegens ongodsdienstigheid afgesteld
worden
Landgenoten gij vindt dit alles goed, ver
mits gij zonder protest den minister kwezelaar
laat begaan. Ge moet het weten. Slaapt wel
Ook zij was een beetje verlegen als hij zoo
eensklaps wakker schoot.
O, jonkvrouw Challoner! n zegde hij.
Zij stak hem hare hand toe.
Het is lang geleden dat ik u gezien heb
zegde zij.
Ik ben beschaamd dat gij mij hebt vinden
slapen zegde Christiaan. Maar... ik heb
geheel den nacht geschreven (hij boog en nam
zijn handschrift van den vloer) en dan geheel
den dag gereisd... Ik wachtte hier naar uwen
heer vader en viel in slaap.
Gij schreeft geheel den nacht Schrijft gij
misschien een boekwerk
«O, neen; ik schreef iets over ijzeren we
gen... Eene dame kan in dergelijke dingen
geen belang stellen.
En hij stak zijn handschrift in zijnen bin
nenzak.
Gij komt mij zeer veranderd voor, en op
zoo korten tijd 1
Ik heb nog al veel gewerkt zegde Chris
tiaan.
-- Gij werkt niet te veel, hoop ik.
O, neen het werken doet mij goed.
Maar gij schreeft geheel den nacht... Ik
vreeze, gij zijt over wrocht.
Ik dank u voor uwe deelneming zegde
Christiaan. Doch wees gerustwaarlijk ik
werkte niet te veel.
Er volgde eene poos stilzwijgens. Beida
stonden recht.
Ik hoop zegde Marie dat gij papa
geerne ziet.
Niemand had ooit een vriend antwoordde
Christiaan. n Ik danke God mij zoo een vriead
gezonden te hebben en u... ook dank ik
voegde hij er een weinigje verlegen bij.
Marie bloosde.
Gij bemint hem dus 0, wat ben ik
blijde
(Wordt voortgezet).
sosaes 3rzEMéa3SQB8res9Eaa!««wonE
BLIJVEN BETALEN, TOT MEN HUN EENE
ANDERE PLAATS BEZORGD HEEFT.
(1) Endymion (Grieksche mythologie) Herder
van Kanen, landstreek in Klein Azië, bemind d®or
Diane, de Jachtgodin. (Nota van den Vertaler.)