Lieve Jonkvrouw Trotschhart 6de Jaar. Abonnementsprijs LIBERAAL WEEKBLAD VOOR 5 fr. voor de stad. 5 fr 50 voor den buiten, PRIJS PER NUMMER: 10 CENTIEMEN. voorop betaalbaar. Men abonneert zichop alle postkantoren voor den buiten voor de stad, ten kantore van het blad, 10, Vooruitgangstraat 10, Aalst. HET ARRONDISSEMENT AALST. n Gewone, 15 centiemen Prijs der Annoncen ReMamen, 75 centiemen drukregel. Vonnissen op de iet de bladzijde, 1 frank. Nee spe nee metu. Men maakt melding van elk werk waarvan een exemplaar aanjhet blad gezonden wordt. Handschriften worden niet terug gezonden. AALST. 14 NOVEMBER. Huitcnlaiidscli politiële overzicht. Frankrijk. Het ministerie Con stans wordt van alle kanten door zijne ver- eenigde tegenstrevers, bestaande uit radikalen, boulangisten en klerikalen, besprongen. Tot hiertoe heeft het aan dien gemeenschappelijken aanval kun nen wederstaan, maar eventwel zal het moeite hebben om zich recht te houden. Duitschland. De keizer doet de strengste maatregelen nemen om de openbare zedelijkheid te beschermen en dezer verkrachters te straffen. Het groot huis der bankiers Sommer- feld heeft hare betalingen gestaakt. Het te kort zal kolossaal zijn. De gebroeders Sommerfeld hebben zich gezelfmoord. Engeland. De anti-Parnellisten hebben in de kiezing van Cork eenen on verhoopten zege behaald, daar hun kandidaat Flavin eene overgroote meer derheid op zijne beide tegenstrevers bekomen heeft. Al de uitslagen der ge deeltelijke kiezingen bewijzen tot hier toe klaar dat de partij van Parnell ver oordeeld is om te verdwijnen en er een liberaal ministerie met Gladstone aan 't hoofd kortelings zal optreden. Italië. De Voorzitter van den Raad, M. di Rudini, heeft eene belangrijke redevoering uitgesproken. Hij verzekert dat het Italiaansch gouvernement zich zal beijveren om den Europeeschen vrede al meer en meer te verzekeren. J >e Staatskas. In den tijd verzekerden de clericale bladen dat M. Beernaert de Messias was van onze Staatsfinancies dat hij was gekomen, en als het ware uit den hemel op aarde en nogal naar Belgenland ge zonden, om dit ongelukkig land uit den afgrond van het bankroet te redden, waarin de liberalen, die Farizeërs der XIXe eeuw, het gedompeld hadden. Het zonderlingste van de zaak is echter dat die redder zich vertoonde, toen de afgrijselijke liberalen voor 15 a 16 mil- lioen nieuwe belastingen hadden ge stemd,om de deficits,in andere woorden de gaten aan te vullen, die hunne voor gangers de klerikalen in de Staatskas hadden gemaakt. Met de schoonste en de verleidelijkste beloften van de wereld gelukte Messias B. ernaert er in de kiezers te overtui gen, wat eigentlijk wil zeggen om den 27. Vrij naar 't Engelsch. Zij had hem dikwijls gevraagd, eenige uren van dan avond bij haar en hare moeder te komen overbrengen, en hij had gemeend die uitnoodffing te moeten aanvaarden. Thans was het reeds geruimen tijd geleden dat hij Sibylla gezien had onder al zijn werk en zijn heen en weerloopen had hij nauwelijks aan haar gedacht. Den avond dat hij met Marie Challoner het kort gesprek had gehad in het voorgaand kapittel aangehaald, dacht hij eensklaps aan juffer Sibylla hij besloot haar te gaan bezoeken. Zij zijn recht vriendelijk jegens mij dacht hij (en bemerk dat zelfs zijne gedachte was zij zijn» en nietzij is en 'k geloot, zij zullen blijde zijn mij te zien. En zoo wandelde hij naar de straat alwaar jonkvrouw Jansen woonde. Hij zag licht door de vensters. De oude vrouw, die de bedieningvan portierster vervul de, en do .leur opende, zegde hem dat madame enjonvwrouw Jansen te huis waren en verzocht hem te willen naar boven gaan. En onze jonge vriend klom tot de eerste verdieping waar de Jansens woonden. Reeds een paar maal was hij daar in 't gezelschap van jonkvrouw Sibylla geweest. Dat is als hij haar naar huis verge zelde, was nij een of tweemaal rn"t haar deu Dap opgegaan en door haar aan hare moeder voorgesteld. Uit betgeen jonkvrouw Jansen hem bad gezegd, had hij opgemaakt, dat zij leefden van een klein inkomen, geholpen door Sibylla's tuin te laten leiden en te doen gelooven, dat alles wat hij zegde Evangelie was. Hij werd gekozen, en nog geen jaar was hij aan 't werk, of allerwege werd door de dagbladen die te zijner devotie stonden, uitgebazuind, dat hij de groot ste minister van Financies der vroegere, tegenwoordige en toekomende tijden was. Waarom Hij had een boni Een boni had hij, ja, inderdaad maar als men er de 15 a 16 millioen belastin gen aftrok, die hij vroeger gezworen had te zullen afschaffen, was er een aan zienlijk te kort. Hij speelde met die be lastingen schoon weer. Dit duurde zoo twee, drie jaren er was boni, alweer boni, altijd boni. Maar wij waren gerust in de toe komst. Wacht maar, zegden wij M. Beer naert is in zijn zeven vruchtbare jaren doch eens zullen de zeven magere jaren komen, en dan zullen wij malkander spreken. Het schijnt dat die jaren zijn aange broken en de toestand gansch is omge keerd. De misrekeningen gaan aanvangen. Voor weinige dagen kondigde de Moniteur de uitslagen af der ontvangsten van den Staat, van 1 Januari tot 30 Sep tember, dat is dus der negen verloopen maanden van dit jaar. Bij het vernemen van dezen uitslag- moet de grrrrroote Minister Beernaert gepnen kleinen neus getrokken nebben. Al zijne vooruitzichten zijn mislukt. Hij had er vast op gerekendin voor uitzicht der wetgevende kiezingen van 1892, een kolossalen b. ui te kunnen aankondigen* Om daarin te slagen, had hij voorzien dat de successierechten, op die negen maanden tijd, eene som van 12 millioen zouden hebben opgebracht. Zijne misre kening beloopt ongeveer een en half millioen. Daarenboven is er te kort op de ont vangsten van den spoorweg, voor de zelfde som of 1,500,000 fr. Er is eene misrekening van 800,000 frank op de mutatierechten; van 350,000 fr. op de registratierechten van onge veer 200,000 fr. op de posterij van 130,000 fr, op de griffierechten, van eene gelijke som op de sterke dranken, en nog andere misrekeningen. Andere posten geven, wel is waar, meer dan men had voorzien, maar er is stellig een te kort volgens de tab llen eigen hard werk in bet oversteken voor uitge vers, in het schrijven van gelegenheidsartikels voor tijdschriften en in het houden van voor drachten. Christiaan klopte op de deur en de meid zegde dat de dames binnen waren zij leidde hem door een sm illen gang in eene kamer die donker was, onistak eene lamp, vroeg hem zijnen naam en verdween. Christiaan bleef alleen. Om den tijd te ver drijven, keek hij naar de boeken die op de tafel lagen. Het woord Album in gouden letters op een boekdeel, maakte zijne aandacht gaande. Hij opende het album en vond dat het niets bevatte dan eene verzameling van uit nieuwsbladen geknipte artikels over de lezin gen en de redevoeringen van jonkvrouw Sibylla Jansen. Er lag iets treurigs is deze kleine verzame ling van beoordeelingen. Geen enkel dagblad waarvan Chiistiaan ooit den naam had gehoord had de jonge Philosofesse met een artikeltje vereerd. Het eene dagbladje vergeleek haar aan Corinnaeen ander aan Sapphoeen derde zegde dat Sibylla Jansen de priesteres was van eene nieuwe geloofsleer. Een gevoel van di pe deernis kwam over Christiaans geest, als hij dacht dat het arm meisje haar herte poogde te spijzen met dit soort van voedsel. Terwijl hij hierover nadacht, trad Sibylla Jansen in de kamer. Wel, mijnheer Pembroke riep zij uit ge zijt gij het... Ik had geen gedacht wie het kon zijn... De meid verbroddelde uwen naam... Weldat is mooi, mama zal zoo blijde zijn u te zien. Sede-t lang beloofde ik mij het vermaak u een bezoek te doen zegde Christiaan maar 'k was laatst een geruimen tijd buiten stad. duor M. Beernaert zelf openbaar ge maakt, van 2 millioen 200 duizend frank. Dat kan nog al tellen, dunkt ons M. Beernaert had voor de 9 eerste maanden van het jaar 1691 gerekend op eene ontvangst van. fr. 218,054,784,38 Hij heeft maar ont vangen j) 215,875,649,24 Dus eene misrekening van fr. 2,179,135,06 Hebben wij nu niet het volle recht te vragen wat M. Beernaert zou aanvangeu indien hij de belastingen, in 1883 door de liberalen gestemd, en die hij zoo he vig bestreden heeft en hatelijk vond, niet hadde befiou len Zonder diezelfde belastingen zou er een afgrijselijk deficit zijn, een te kort van misschien 20 millioen Welnu, ziedaar hoe die Messias de Staatsfinaucies heeft gered. Alles laat daarenboven voorzien, dat die toestand al langer hoe erger zal wor den, en wij zijn nieuwsgierig om te zien, welken boni als er een is M. Beer naert voor 1892 zal aankondigen en hoe hij dien boni zal aaueenflansen. Wat nu gebeurt hebben wij onder alle clericale ministeries zien voorvallen. Zij keeren altijd terug aan het bewind, als de liberalen het land gered hebben uit den krot, waarin de clericalen het ge dompeld hebben en verlaten het bewind, als het land opnieuw iu de krot is. Zoo zal het nogmaals gaan. De kloosters. Volgens de wet zijn de kloosters afgeschaft. Hola, zegt de kerk, die afschaffing is zonder waarde omdat de kloosters godsdienstige in stellingen zijn, en dat de Staat op geestelijk gebied niet medepraten mag. De kloostergoederen zijn verkochtdie ver koop is nietig 'tis eene heiligschennis, omdat de kloosters geestelijk zijn. De wet erkent de kloosters niet meer als geestelijke broeder schappen, als burgerlijke personen zij kun nen noch verwerven, noch bezitten. Voorde kerk bestaan die wetten niet'de kloostirs zijn burgerlijke broederschappen, zij verwerven en bezitten niettegenstaande het verbod van den wetgever. Immers de kerk leert dat het beter is aan God te gehoorzamen dan aan de menscken, wat beteekent dat de katholieken zich te onderwer pen hebben aan de voorschriften der kerk, en ongehoorzaam mogen wezen aan deze van den fetaat. Pater 'Bouix vraagt of de kerk dan geene volkomene opperheerschappij bezit. De sluwe jezuiet durft niet ronduit antwoor den, maar bij zegt dat men twee tegenstrijdige grondbeginselen aanvaarden moetGod en den Duivelde kerk en den Staat. Gij komt juist van p:;s voor den thee. Ik zie gij zuigt naar mijne notas. Ik had dit boek hier niet moeten laten liggen. Had ik ongelijk het te lezen? O, neen... dat meende ik niet; maar't gelijkt aan ijdelheid, en de mannen zeggen altijd dat wij vrouwen ijdel zijn. Het is noch tans geene ijdelheid, mijnheer Pembroke; maar ik stel veel belang in de zaak die ik vertegen- wourdige. Gij hebt dus eenige nota's gelezen eenige zijn zeer goed, nietwaar? Laast gij de beoordeeling der Trompet van Putney Zoudt gij mij ijdel noemen indien ik u verzocht dit eens te overzien Zij nam het boek met bevende handen, sloeg met koortsachtige haast de bladzijden over en vond het artikel der Trompet van Putney. Christiaans hart bloedde als hij het artikel las hi t was geschreven in een bombastigen stij 1 en sprak over het uitblinkend talent van jonk vrouw Jansen, en zegde dat hare stem zoo virt- weel als muzikaal was. Ik weende van vreugde als ik het de eerste- maal las zegde Sibylla. 11 Het is te veel lof, denkt gij misschien doch ik verwelkomde het als eenteeken dat de mannen eindelijk begon nen recht te laten geworden aan de vrouwen. Gij denkt niet gelijk wij, ik weet het, en het spijt mij, e edelmoedigheid van uw hart zou u langs onzen kant moeten brengen. Ik heb het vraagstuk weinig bestudeerd. Rekè mij dus als onzijdig, jonkvrouw Jan sen. Neen, gij kunt niet onzijdig zijn, gij moet u verklaren voor recht of onrecht, voor waar heid of valschheid Neen, neen, gij staat onder zekeren invloed eener vrouw. Ik weet wie u overtuigt dat wij niet vrouwelijk zijn... O, wal doen zij ons lijden die verraderessen hunner eigene zaak. Jonkvrouw Sibylla's oogen glinsterden, hare borst zwoegde en nare kleine vingers sloten als En zooals de duivel aan God is onderworpen, zoo is de 8taat de dienaar der kerk, voor al wat raakt aan 't geestelijk gebied, zelfs als het tijdelijke dingen zijn, zooals de kloostergoe deren, Dus is de kerk buiten en boven den Staat Maar zij leeft en beweegt zich in zijnen schootwat zal zij dan doen,wanneer eene bur gerlijke wet tegenstrijdig is aan hare aanmati gingen Zij zal die wet in volle gewetensrust verkrachten en ontduiken. Zoolang zij de macht in handen had maakte zij misbruik vau het onwetend bijgeloof der volkeren en onttroonde de Koningen, die het waagden haar te weerstreven Maar thans, dat de heerschappij der zielen haar ontsnapt, thans dat hare banbliksems zoo onmachtig zijn als die van wijlen Jupiter, nu neemt zij hare toevlucht tot het wapen der zwakken, tot list, leugen en bedrog. In België hooren wij eene gansche partij huichelend roepen dat zij de tijdelijke macht erkenthare hoofden vragen niets dan vrijheid en vooruitgang Maar gaat hunne daden na, en spoedig zult gij merken dat hunne vrijheid, voorrecht en overheersching beteekent, en dat hun vooruit gang niets anders is dan een schandelijk winst bejag op de menschelijke domheid. Scholen vernietigen, onderwijzers martelen kloos ters bouwen en paters vetten, dat is huune leus God betere 't IV esteuzoekerij Volgens de klerikale pers zijn de libe ralen verdeeld, omdat de eenen voor, en de anderen tegen het algemeen stem recht zijn. Op lie manier zijn dus ook de kleri kalen even verdeeld, vermits er in dit kamp zijn die wel, en anderen die niet tot de herziening der Groudwet willen overgaan. Welnu, op dit punt ten minste, dat er reden bestaat om de Grondwet te herzien in haar artikel 57, zijn AL de liberalen het eens. Zijn zij nu verdeeld over de kwestie wat men in de plaats zal stellen, dat is iet hetgeen de huidige Kamers niet aangaat, maar wel degenen die na de ontbinding in hunne plaats zullen geko zen worden. De huidige Kamers hebben niets an ders te doen, dan te verklaren dat het noodig is of er reden bestaat om de Grondwet te herzien. Twintig malen reeds hebben wij het gezegd en herhaald, maar te vergeefs. Thans laat het Journal de Bruxelles zich ten volle uit in denzelfden geest. Men vergeet te veel, zegt het, dat het de huidige Kamer is die over de herzie ning moet stemmen. Zij zal beslissen of er al dan niet reden bestaat om te her- zieu. De kandidaten, welke zullen ge kozen worden, moeten zich dus niet rond een wapen om er het hart van hare verras- derlij ke zusters mede te doorboren. Kom ij zegde zij eensklaps het boek uit Christiaans hand rukkende aan deze dingen laat gij u toch niet gelegen en ik verveel u slechts. Kom binnen Mama zal zoo blijde zijn Zij houdt zooveel van u en gij zult een kopje thee hebben... Hare stem klonk aangenaam iu Christiaans oor. Hij was blijde hier te zijn omdat hij wist dat hij welgekomen was, en hij had eene mede lijdende genegenheid opgevat voor de arme verlatene Sibylla met hare beuzelachtige ver zuchtingen en hare opene eerzucht. Sibylla leidde Christiaan naar de kamer al waar hare moeder en zij gewonelijk den avond overbrachten, 't Was eene groote zeer netjes onderhouden plaats. Daarstond eene prachtige piano en een heel schoon ebben tafeltje. Aan de muren hingen drie portretten die geschilderd schenen te zijn door eene goede hand maar het tapijt en de stoelen waren nieuw en van goedkoope soor'. De spiegel over de schouw kwam zeer waarschijnlijk uit eene openbare verkooping en de kleine pendule eveneens. Dezelfde tegenstrijdigheid bestond in de boe ken. Er waren twee of drie zeer schoone oude boekdeelen, en dan weer veel goedkoope nieuwe boekjes met hun smal papier en hun fijnen druk. Doch alles droeg den stempel van de grootste netheid. Uif dit een en ander kou men het duidelijk zien de Jansens hadden eens geld gehad, doch waren thans zeer arm. Madame Jansen was eene zwakke versleten vrouw. Hare manieren waren die van eene dame uit den ouden tijd welke niet meer op de hoogte is van de hedendaagsche leefwijze der groote wereld. Met een vriendelijken glimlach, noemde zij Christiaan welgekomen. Het verheugde t akkoord stellen over de noodzakelijk heid der herziening, vermits de herzie ning dan reeds zal gestemd zijn. Wat zij zullen moeten beslissen, is wat men zal moeten in de plaats stellen de wo ning, de bekwaamheid of het algemeen stemrecht. Welnu, wij hebben tot hiertoe nog niets anders gezegd en het orgaan des Ministeries geeft ons ten volle gelijk. Waarom dan, als de huidige Kamers zich niet te bekommeren hebben over woning, bekwaamheid of algemeen stemrecht wil men de tegenwoordige linkerzijde dan dwingen te verklaren, voor welk stelsel van die drij of een ander zij zijn. Laat het ons maar terstond zeggen om een voorwendsel te hebben, ten einde niet tot de herziening te moeten overgaan en te kunnen uitroepen dat dit de schuld is van de liberalen, om dat zij niet eensgezind zijn Dat is van wege het klerikalism lou ter nestenzoekerij. Als de klerikalen vinden dat de libe ralen zoo verdeeld zijn, welnu, des te beter voor hen, klerikalen dat is in hun voordeel, en des te geieeder zouden zij de herziening moeten doordrijven om uit die verdeeldheid profijt te kun nen trekken. Maar zij weten het wel, eens dat de herziening zou gestemd zijn en men de Kamers zou ontbonden hebben, zouden de liberalen het wel spoedig eens wor den, en 't is dat alleen wat hen bang maakt, want de eensgezindheid der libe ralen is de val van het clericalisme. Daarom, en daarom alleen vitten zij altoos over de tweedrac. t der liberalen, om de herziening te kunnen tegen hou den en zich aldus aan het staatsbewind te kunnen bestendigen. Het denkbeeld der herziening is ech ter in de openbare opinie zoo diep reeds gedrongen, dat men haar nog wel eeni- gen tijd kan tegenhouden, maar er wil lens of niet zal moeten toe sluiten, en nog al eerder misschien dan onze vrien den de klerikalen het denken. Aan hun nestenzoeken zal en moet een einde komen. Pereltjes. In het verslag van De Smet-De Naeyer ko mende grootste ongerijmdheden,de ongehoord- ste tegenstrijdigheden voor. Volgens de beweering van den Gentschen knoeier zijn wij aan het tegenwoordig kiesste'- sel 01 jaren van rust, vrede en welvaart ver schuldigd. Hoe komt het dan dat de misdaden en de bankbreuken, de onwettige kinders en de ge- haar, hun eenzaam leven door het bezoek van een verstandigen en beleefden jongeling opge helderd te zien, zegde zij En indien zij in een verborgen hoekje van haar moederhert eene onbepaalde hoop koester de met betrekking tot hare dochter, wie zou het der oude vrouw ten kwade kunnen dui den Hebt gij mama's potret bezien vroeg Sibylla, en zij hief de lamp omhoog om Chris tiaan het potret tc laten bezichtigen. Het is geschilderd door Westwood gij weet, dat hij een akademie-lid was (Christiaan wist het niet, doch was bereid (iet te gelooven.)Is het niet zeer gelijkend Christiaan zag eene tenger, zachte vrouw, in eene kleedij nit vroeger tijd en die hem geheel onbekend voorkwam. Met den besteu wil van de wereld kon hij zich niet inbeelden dat dit de zwakke versletene vrouwe was die nevens hem zat. Doch hij prees de schilderij en ver meed de kwestie van de gelijkenis; want hij v/as een uiterst waarheidlievende en rechtzin nige jongen. Ik zie dat gij de gelijkenis niet goedvindt zegde Sibylla op teleurgestelden toon. Ik ken mijnheer Pembroke op een haar, mama, Men kan hem nooit iets doen zeggen dat hij niet meent. O. waren al de mannen zoo rechtzin nig n Maar, lieve, hoe zou mijnheer Pembro ke eene gelijkenis kunnen vinden in daten wat ik thans ben... Ik had slechts Sibylla's ou derdom als dat geschilderd werd, mijnheer Pembroke. Ik was pas getrouwd. Het schijnt mij eene wonderlijke gelijke nis ii zegde Sibylla de lamp opheffende en met liefde het portret beziende. En behalve de kleeren, zie ik geene verandering. (Wordt voortgtzst). 30

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Dendergalm | 1891 | | pagina 1