GEDENKT DE LINDHAMERHOEVE tic arme Eerste Communiekanten. De klimmende belasting. Zal het de laatste zijn 11de Jaar. LIBERAAL WEEKBLAD VOOR Abonnementsprijsbulten voorop betaalbaar I'RIJS PER NUMMER 10 CENTIEMEN. Men abonneert zich op alle postkantoren voor den buiten voor de stad, ten kantore van het blad, 32, Vrijheidstraat, 32 AALST. HET ARRONDISSEMENT AALST Gewone, 15 centiemen Prijs der AnnoneenJ Eeklamen 76 c6ntlemen P" drukregel. Vonnissen op de derde bladzijdefrank. Voor d'annoncen buiten de Vlaandereu, zich te wenden tot den AGENCE HAVAS, Madelenastraat 32, Brussel. Nee spe nee metu. AALST, 8 FEBRUARI. Een der geleerdste volgelingen van den kristene Demokraat Graaf do Mun, met naam Hendrik Savatier schrijft liet volgende Niets is rechtvaardiger dan de klim mende belasting op 't inkomen, 't Is waar, die maatregel wordt bevochten maar de tegenstand komt van 't volk niet, zij komt enkel van eenige groote burgers, wier belang in strijd is met het belang van de groote massa. Die mannen schelden uit voor commu nard al wie durft spreken van klimmende belasting en nogthans zien wij niet dat de koningsgezinde en meest behoudsge zinde landen de klimmende belasting bezitten Zij spreken van aanslag op den eigendom, terwijl de klimmende b lasting juist voor doel lie. fr de klein eigendommen, bijgevolg den -eigendom van de groote massa te kunnen ontlas ten en zoo te handhaven. Staan wij dus niet stil bij die kreten, die slechts kreten zijn van bedreigde hebzucht 't is waar vele katholieken huilen meê en zijn zelfs van de hevigste tegen de klimmende belasting. Die man nen vergeten dat de grootste godsgeleer- den de rechtvaardigheid der klimmende belasting hebben vastgesteld. Wij willen de klimmende belasting 1°) Om het onrecht te verhelpen der belastingen op de eetwaren en dergelijke, die niets anders zijn dan klimmende belastingen op de armoede. 2°) Om groote vrijstellingen van be- Een boerenv9rhaal DOOR KAPITEIN VAN ACKER. (Sc Veevulg). Een gewezen soldaat kende Willem, want eer hij in 't lot gevallen was, had hij op de Lindhamerhoef als knecht gediend. Het solda tenleven was hem niet goed bekomen, zijn led»- gen tijd had hij meest niet vroolijke makkers doorgebrachten als hij in verlof gezonden werd, had hij den smaak voor het regelmatig werken verloren. Het aanleggen der spoorbaan gaf hem gelegenheid een losbandig leven te leiden. Al de andere kerels waren zoo als men zegtvolkje van éen slag, die nergens nog werk konden vinden. De ontmoeting verraste Willem en was hem zelfs onaangenaam maar het deed hem goed zich met zulke uitgelateue openhartigheid be groet te zi n, zoodat hij er oogenblikkelijk niet aan dacht wie de groetenden waren hij deed geerne bescheid aan de hem toegereikte glazen men maakte seffens plaats aan het boveneinde der tafel. Willem liet de glazen vullen, en welhaast zat hij met al die kwasten te drinken als of zij oude vrienden waren. l)e tijd vervloog rap, onder zingen en drinken en lachen en klappen. Wel had Willem meer dan eens het gezelschap willen verlaten om naar huis te gaan maar dan wist de oen of de andere eene nieuwe grap te vertellen ea zoo was hij blijven zitten. En toch, gerust was hij niet. Het scheen hem alsof hij eene gewichtige boodschap verzuimd had te ver- rMlen en alhoewel hij zich bezon, Jat dewijl lastiugen te kunnen geven aan de kleine 'genaars. 3°) Om al de sociale hervormingen te kunnen invoeren, die volstrekt noodig zij a verzekering tegen ziekten, werke loosheid, pensioenkassen enz. Al die las ten spruiten voort uit onzen slechten socialen toestand, toestand die nogthans aan een klein getal toelaat zich langs om tneer te verrijken. Is 't dan niet rechtvaardig dat de rijk dom, die juist de vrucht is van dien socialen toestand, er ook de lasten van drage 4°) I)e zeer groote fortuinen hebben dikwijls eenen zeer onwettigen oor sprong. Hoe zou iemand op wettige ma nier kunnen millioens vergaren, en zelfs milliards Zulke fortuinen zijn slechts gehouwd op den ondergang van een groot getal. Daarenboven in onze demo- kratische samenleving spelen die fortui nen veelal een zeer verderfelijken rol. Men moet ze inkorten door de stijgende belasting. Hoe de belasting ingericht Vooreerst volkomen vrijstelling voor het inkomen dat noodig is om te leven. Daarna ge/leeltelijke vrijstellingen Yoor de klein eigenaars, met acht op het getal kinderen die ten laste van het huis houden vallen. Daarna voor de grootere inkomen, belasting inet een matige klimmende taks voor de zeer groote fortuinen zeer ingrijpende taks derwijze dat voortaan de kolossale inkomsten van twee of drij millioeu volstrekt onmogelijk zouden zijn. Iemand beletten van een fortuin te bezitten van verschillige millioenen is geen aanslag op den eigendom 't is eerder een waarborg voor den eigendom van de groote massa want 't is beletten dat het groot getal klein eigenaars op geslokt worden door het klein getal grooten. zijn vader zijn model voor het drijfrad gebro ken had, het nu onnoodig was den blikslager te gaan vinden, t cli ondergiug hij eene ge waarwording welke hem verder dreef. Door deze gedachten geleid, was hij eindelijk op gestaan en het gezelschap eenen goeden avond wenschende, verliet hij de herberg. Doch de soldaat hield hem hij den arm vast. Willem poogde zich los te maken want hij wilde io vollen ernst naar huis toegaan. Goeden avond, Peter zegde hij. Ik moet naar huis, ik heb nog een verren weg af te leg gen, en ik bun reeds lang genoeg uit, want van dezen morg'nd vroeg ben ik van huis. Juist daarom komt heter met voor een Uurtje op aan riep de slotmaker. Waarlijk, lachte de steeman, gij hebt al den tijd. Het is noglang eer het middernacht is. Neen, neen, zei Willem, genoeg voor van daag. Een andermaal zullen wij het hertrek ken. Jamaar, wie weet wanneer wij Dog eens te zamen zijn 1 riep Peter. Kom, nog een half uurtje. Luister ginds op het Hooge is er mu ziek.... Hoort gij ze blazen Het is juist als of zij ons riepen. En inderdaad, van het Hooge klonk een lang gerekte hoornroep. Willem luisterde. Zoo er iets bestond om hem van besluit te doen veran deren, dan waren het zulke tonen zij bezaten eene boeiende macht over hem. Als hij muziek hoorde, trilden al de vezelen van zijn hart. Hij gaf nog niet toe doch hij bleef staan luisteren. Wel, als hij volstrekt niet blijven wil, riep de slotmaker laat hem maar gaan! Misr schien beeldt hi) zich in dat ons gezelschap te gemeen is voor hem. Nu wij met hem ons geld verteerd hebben, vreest hij voor ons te moeten betalen, en daarom gaat hij loopen I Neen, dat is piet waar, onderbrak de gtedeljDg, dat mag van Willem njet gezeg Weer is hij geweest !j Weer hebben wij hem gezien, den vermale dijden dag, waarop het dwaas en blind toeval beslissen zal wie van de arme sukkelaars zij nen tol aan de bloedwet betalen zal. Even treffend als vroeger was hij, indruk wekkender duukt me, met zijnen onvermijd- rare tr>oneelen van onbeschrijfelijke vreugde en grenzenloos wee 1 En dan die akelige nasleep van verlagende uitspattingen en wal rende slemperijen, die u doen afvragen of wij wel in een iand van be schaafde menschen zijn Ja, wij hebben hem weer gezien en luider dan ooit is een vloek over onze lippen gekomen voor lien die de schuld zijn dat deze schande- ijke loting van menscheuvleesch behouden blijft. Van onverget'lijke tooneelen die de zieleve- zels roeren zijn wij getuigen geweest een voornamelijk hebben wij onthouden en willen wij hier neerschrijven. Hij stond daar de vader, mogelijk 50 jaar oud. Zijn Frans moet loten, 't is de voor naamste broodwinner van't gezin, zijn eenigste steun. Hij heeft nog wel een and°re zoon en dochter gehad, die fraai wat verdienden, maar op zekeren morgen hebben zij de ouderlijke woonst, vader en moeder in den steek gelaten om hunne kos'.en elders te gaan koopen. Zijn Frans heeft van dan af zijne werkzaamheid en leerzucht verdubbeld 't is reeds e»n knap meubelmaker en zijn meester die oud wordt en kinderloos is, is hem zeer genegen: vrie weet of hij hem niet als meester meubelmaker zal opvolgen. Nu brengt Frans wekelijks 12 fr. thuis en met de 6 die vader met moeite winnen kan,want ten gevolge eener ziekte weet hij on mogelijk meer te verdienen, kan moeder be hoorlijk allen, want er zijn nog 3 jongeren, kleeden, voeden en naar school laten gaan. Er heerscht tevredenheid, een zeker geluk in dit werkersgezin Wat gaal het lot beslis- s -n Daar zooeven hebben twee zoons van rijke millionnairs een gelukkig nummer getrokken, zij die zooveel moeten ge zen om 1600 fr. als om een knop hunner bottienen. Nu is 't de beurt van Frans. Zie dear komt hij, met zijn briefje in de hand. Hij hoort niet, hij voelt niet, hij ziet nietdoor de hortende en woelende menigte wordt bij voortgestuwd, vooruit gedreven tot worden. Wel ken ik hem slechts van vandaag, maar hij heeft zich mild als ri)ken boerenzoon getoond, en zoo hij naar huis wil hij weet waarschijnlijk waarom. Hij zal den huissleutel niet hebben, en als de sukkelaar na hot avond- luiden naar huis komt, dan staat zijn vader zeker met de roede achter de deur op hem te wachten... Zonder het le weten had hij met, die woorden den vinger op de won Ie van Willems gemoed gelegd door woede en smart aangegrepen, sprong hij vooruit en greep den spotter bij de keel. Wat durft ge van mij zeggen riep hij. Ik ruk u 't hart uit het lijt, kerel, indien gij die smaadvolie woorden niet oogenblikkelijk her roept. Ik ben meester te doen en te laten wat ik wil I Wel, toon hot dan! riep de slotmaker, terwijl hij den aangegrepene losrukte. Toon het en ga meê... Dat is een beter bewijs dan elkander in het haar te vliegen. Kom meê! liep de soldaat, ginds in de Kroon is er wel eene gitaar. Gij kunt zoo goec op dat speeltuig tokkelen, dat weet ik nog uit tertijd dat ik als knecht op Liudham woonde, kom, gi) moet ons vandaag nog iets voortokke- len. Wij blijven bij elkander totdat de zon in ons glas schijnt. Vrijwillig ging Willem meê. De kameraden omringden hem juichend en zingend s Wij willen nog naar huis niet gaan, Wij trekken naar de kegelbaan, De kegelbaan, de kegelbaan liet kegelen geeft frisschen moed, Als men de kegels rollen doet, Zoodat geen kegel op de haan Nog recht blijft staan, Vivat het kegelen, het kegelen, Vivat de kegelbaan a in zijn vader.... die even doodsbleek als aija kind >iider den ijselijken slag als verplet ea verstomd, daar als een zinneloos wezen zich da handen wringt, zich de borst doorwoelt, stuip trekkend bet gelaat vervormt, da oogballen glazend buiten hunne holten puilt en langa zijnen akelig verkrampten ir.ond schorre seelgeluiden laat ontsnappen. Geen traan ontsnapt hen hun hart bloedt vau binnen 't is de stomme smart die de bij zonderste levensorganen schokt ea doodende sporen laat 1! Wat zal er van dit gezin, van dien jongeling, van zijne toekomst geworden Ik begrijp dat die ongelukkigen om hunne einde] roze smartte dooven zich dien dag ver geten, dat zij, die anders zoo matig zijn, dan het doodend vergift met volle teugen inzwel- gen 1 Ik begrijp dat zij dan door wanhoop vervoerd zich wooiuen laten ontvallen, die zij andera niet zouden durven uitspreken Ik begrijp en verschoon dat alles. Maar wat wij niet begrijpen is dat die onge- ukkige huisvader, welke op éénen stond den vrede en het welzijn van zijn gezin verbrijzeld, het geluk, misschien de toekomst van zijn kind voor altijd vernietigd ziet, dat die zwaarbe proefde man, zeggen wij, binnen eenige weken of maanden voor hen zal kiezen welke de eenig ste oorzaak van ai die rampen zijn. Ja, binnen kort zal die vader-kiezer zijne stem geven aan M. Woeste die de bloedwet schoon en goed vindt en de groot fout is dat zij ten voordeele van de rijken blijft bestaan. Ja, binnen kort zal die vader-kiezer zijne stmn geven aan knechten van M. Woeste, aan oü-hewaar,Iers, die alles zullen inspannen om dit stelsel van onrecht staande te honden Aan de bewerkers van al zijn onheil, aan de vernietigers van al zijn geluk zal die onver standige kiezer zijne stem geven, en dat is pjj- oelijk om hestatigen eu knunen wij maar niet begrijpen 1 Weg met M. Woeste en zijne kliek, allen aanhangers van de gevloekte bloedwet en van het wraakroependst onrecht Weg met dia vol .sv.janden, die duizenden onherstelbare r impen in onze werkersgezinnen en kleine burgeisi'amiliën haren Als wij willen zal er geen vermaledijde loting m^er zijn. Welnu, huisvaders-kiezers, we zijn hoaderden en duizenden laat ons willen V. Er was veel volk in de Kroon, meeBt lur- gers, met hunuc vrouwen en dochters, eenige beambten der dorpplaats, talrijke vreemde lingen, wien de zeer geroemde healkraoht der Aiiilioger-baden naar hier gelokt had, en niet een van hen zou het verzuimd hebben, op eenen sciioonen avond, het schilderachtig landschap en het prachtig bergbeeld te bezichtigen, dat zich hier wonderschoon uitstrekte. Daar bevond zich ook eene kleine troep reizende muziekan ten, uit drie mannen en een meisje bestaande. Het was eene rondzwervende bende koorden dansers en springers welke op fooren en jaar- mirkten hunne halsbrekende kunsten ten toon spreiddeD. Het orkest bestond uit eene viool, eene klarinet, een hoorn en eene harp. Zij wareD tamelijk armoedig gekleed. Sleohts hij, die de viool speelde en eene soort van opper hoofd scheen te zijn, droeg in kleedij en gelaat de sporen alsof hij vroeger betere dagen gekend had. Alhoewel schraal gekleed, wag b 1 meisje in zulk gezelschap een ongewoon en zeer verrassend verschijnsel prachtig pek- zwart haar hing in twee met linnen door vlochten strengen achter haren rug af onder donkere wenkbrauwen vonkelden een paar diepe oogen van gelijke klenr en tusschen hare fijne roode lippen flikkerden twee reien sneeuw witte tanden, bohoon had men ze moeten noe men, hadden niet blik en gebaren verraden dat de wasem der reinheid eu der onsobuld voor haar sedert lang verloren was gegaan, Willem met zijne kameraden kwam al zingend de breede heuvelstraat op. Wat is dat voor een uitgelaten troep vroeg een badgast aan den heer die nevens hem zat. Zijn dat jongens uit bet dorp, heep landrechter? {Wordt voortgezet).

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Dendergalm | 1896 | | pagina 1