DE UNDHAMERHOEVE 11de Jaar. Nummer 26 Zondag 28 Juni 1896. Geen cent, geen paard, geen man meer. Vrijheid van Geweten. De Partij der Revolutie. LIBERAAL WEEKBLAD VOOR1 Abonnementsprijs^„buiten voorop ll"ïalbaar PEIJS TER NUMMER 10 CENTIEMEN. Men abonneert zieh op alle postkantoren voor den buiten voor de stad, ten kantore van het blad, 32, Vrijheidstraat, 32 AALST. HET ARRONDISSEMENT AALST 15 centiemen Reklamen 76 centiemen Vonnissen op de derde bladzijdefrank. Gewone, Prijs der AnnoncenReklame per drukregel. Men maakt melding van elk werk waarvan een exemplaar aan het blad gezonden wordt Handschriften worden niet terug gezonden. Mee spe nee metu. AALST, 27 JUNI. Medeburgers, beziet uwe lastenbrief- jes en vergelijkt ee met die van verle den jaar. Allen moet ge twee, drie, tien en meer franken meer betalen. De klerikalen houden hunne belofte Geen cent meer. Ouders, vroeger waren uwe kinderen slechts voor acht jaar aan 't leger ver plicht, de klerikalen hebben dien tijd op dertien jaren gebracht. Zij houden hunne belofte geen man, geen slavernij meer. De klerikalen hebben millioenen ver spild aan Maasforten en Congoboeltjes. Ze riepen immers weg met de nutteloo- ze uitgaven en de nuttelooze werken De klerikalen hebben hunne beloften gehouden Green cent, geen paard, geen man meer Beziet uwe belastingsbiljetten, verge lijkt en betaalt. Betalen moet ge en voor de vriendjes, die u zulke schooae ge« schenken bezorgen moet gij ook stem men. Kiest voor die klerikalen Als kenspreuk van meest al de kleri kale bladen leest men Voor Godsdienst en Vrijheid. Vroeger hebben wij aangetoond hoe de klerikalen van heden de verdediging van den godsdienst begrijpen, hoe de priesters van heden hunne zending ver staan. Meermaals hebben wij er op gewezen, (lat op onze dagen geene priesters meer gevonden worden, welke zich niet met politiek bemoeien, den geldgod niet aanbidden en wel te doen, te troosten en te onderwijzen als hunnen plicht aanzien. De jongeling wordt priester niet om dat het zijne roeping is, maar omdat de ouders of de familie er hem op wijzen, dat het priesterschap het winstgevend- ste, het gemakkelijkste en schoonste postje is dat men vervullen kan. Eens priester gewijd en benoemd moet de geestelijke zijn ontslag teekenen zoo blijft hij in de macht der overheden en zoo er eenen gevonden wordt, die er aan denkt of gebaart een eigen wil te hebben, het noodlottig papier wordt hen voorgehouden, het gedwongen ont* slag dreigt hen voortdurend als een zwaard van Damoclès. En zulke priesters, die zoo onder de roede liggen, zijn de leiders der kleri kale volksmaatschappijen, de opstellers der klerikale vuilbladeu,de schreeuwers in de klerikale vergaderingen. De vrijheid van geweten, is iets af schuwelijks in de oogen der klerikale partij.Uwe meening hebben,uw gedacht zeggen, uwe opinie verdedigen naar de inspraak vau uw hart is een monsterach tig feit volgens de klerikalen. Omdat de Belgische grondwet de vrij heid van geweten huldigt werd ze door de pauzen veroordeeldomdat de libe ralen de vrijheid van geweten eischen voor iedereen worden zij als slechterik- ken uitgekreten. Is er één priester, één katholiek, één klerikaal blad om de verdediging der vrijheid van geweten op zich te nemen, en bewijzen kan in overeenstemming te handelen met de groots klerikale bazen Neen, zulke bestaan er niet. De klerikale vrijheid is eene spotter nij. Maar de nood dwingt, de omstan digheden verplichten ertoe, het woordje vrijheid op het klerikaal uithangbord te schrijven, om de menigte aan te lok ken. Zoo zet de joodsche fruitkoopman een maudje ppelcienen aan de deur en versjacheld biuneu slechts rotte appe len. Het woord vrijheid in een klerikaal blad is een vloek, want er is geene en kele partij die de slaafsche gehoorzaam heid, aan leeringen en personen welke zij onfeilbaar noemt zoo verre heeft ge dreven als de klerikale partij. Maar al wat ze poogt is nutteloos, de vooruitgang der denkbeelden is niet te Een boerenverhaal DOOR KAPITEIN VAN ACKER. stutten. Eeuwen zal misschien de strijd duren, wij zeker zullen er het einde niet van zien, hoewel we ons best doen, de zaak der vrijheid van geweten vooruit te helpen de ellende en 't gebrek zul len misschien het volk aan de dwaalbe grippen nog langen tijd gekluisterd houden, doch door welstand en door de uitbreiding vau 't onderwijs zal de ont- slaviug immer veld winneu en volledig worden. Hoe meer blaadjes van ondergeschikt belang, door lage handelwijzen in naam der vrijheid, de vrijheid bekampen hoe volkomener de zegepraal zal wezen, wanneer het volk eenmaal beseffen zal, waar de bedriegers zich bevinden. De vrijheid van geweten te bewerken is de taak der liberale partij. Die taak is moeilijk en lastig. Doch zoolang de gewetensvrijheid niet volkomen is zal ook het liberalism niet verdwijnen. Duizenden slachtoffers, ja millioenen zijn reeds in den kamp bezweken, de eerste Christene, de Waldeuze, de Hu genoten, de protestanten, de geuzeii, de katholieken in Ierland, leden voor de gewetensvrijheid en werden door fana- tieken van allen aard vervolgd en om gebracht. We brengen hulde aan die allen, en schandvlekken de dweepers die door alle eeuwen iu alle landen, iu al gezind heden andersdenkenden hebben gemar teld. Verdraagzaamheid is onze leus, Vrij heid is ons orderwoord. Vrijheid en verdraagzaamheid zullen den vrede on der de meuschen terug brengen. Elke revolutie is wettig volgens degenen die ze maken, ontwettig volgens degenen tegen wie ze gericht is. Als eene omwenteling gelukt wordt zij officieel als eene weldaad opgehe meld omdat de revolutionnairs dan de mannen worden der wettelijkheid en de verslagen par tij als de oorzaan van al de rampen worden be schouwd. Mislukt de revolutie, dau worden de oproerlingen al vijanden van 't vaderland be handeld en mishandeld en valt op hen de schuld van al de buitensporigheden welke be dreven werden. Het. oordeel van den gewetensvolle geschied schrijver is echter niet zoo bekrompen, wan neer hij zich door geen partijhaat of chauvi nisme laat vervoeren. Nemen wij twee voorbeelden De Franscht Revolutie en De Revolutie van 1830. De eerste had voor gevolg den ondergang van 't oud re giem de afschaffing der oude gewoonten en ge bruiken, het afkondigen eener grondwet, het verklaren der rechten van den mensch, de af schaffing der voorrechten van adel en geeste lijkheid, het daarstellen van den voorrang der burgerlijke macht op de kerkelijke. De oorzaak der bloedige Fransche omwente ling was dubbel zedelijk en stoffelijk. Do burgerij vroeg naar recht, vrijheid en gelijk heid, het mindere volk werd voortgestuurd door 't gebrek en de ellende. Koning, adel en geestelijkheid gavsn hel voorbeeld der verkwisting en losbandigheid, dit kan men door schriften van priesters van dien tijd bewijzen de zedeloosheid heerschte algemeen in de hooge kringen terwijl het volk van üonger stierf. De koning verkeerde in de grootste onwetendheid omtrent den toestand van het volk, en een uur voor dat de hongerige menigte zijn paleis overrompelde en hem de revolutiemuts op 't hoofd duwde, wist hij nog niet dat de oproer losgeborsten was. De staats kas was ledig, het geld was vervalscht, de el lende was verschrikkelijk. De koning, de ministers, de adel de groote meerderheid der priesters wilder van de noo- dige hervormingen niet hooren. Ze weigerden den weg iu te slaan der revolutie, zij waren de oorzaak der revolutie en ook de eerste slacht offers. Het zij verre van ons de baldadigheden in die beroerde tijden gepleegd goed te keuren dat doet met eeue partij, niet een ernstig mensch. Wat niet te rechtvaardigen is, is te evenwel te verklaren door de eeuwen uitbui ting en verdrukking door het volk geledeu. In dat opzicht is de revolutie van 1830 veel min te verrechtvaardigen. Volgens al onze otficieele geschiedenissen is de omwenteling van 1830, rechtvaardig, wettig en noodzake lijk geweest. De Belgen in 1830 hadden noch tans zoovele reden niet tot klagen als de Fran sche iu 1790. De revolutionnairs van 1830 worden opgehemeld, gedekoreerd omdat het oproer gelukte. De Belgeu warea helden de Hollanders mossels, leest men echter Neder- laudsche geschiedenisboeken, dau Terneemt men juist hot tegenovergestelde. Hetzelfde kan toegepast worden op alle omwentelingen, wit volgens den eenen, zwart volgens de anderen. Eene revolutie is altijd te verklaren door de onbekwaamheid of den moedwil der regeerders door opgeroeid fanatismdoor overdreven mi litarism of door de ellende en verdrukking van het volk, maar is nooit te verrechtvaardi gen door de gruwelen welke gepleegd worden. (24* Veevolg). Zeer verstandig Maar gij moogt niet aanstonds gaan I Zei Sep. Gij zoudt er nu zeer ongeschikt komen. Ge weet misschien niet hoe erg heter op de hofstede uitziet, 't Is alsof de zwierbol al het geluk had meegenomen. De hoef wordt verkocht, en heden wordt de zaak bij het gerecht klaargemaakt.... Ga beneén in 't dorp, daar is eene goede herberg waar ge kunt rusten kom dan met valavond naar de hoeve, dan vindt gij ze al te zamen. Wees niet bevreesd, ik zal er ook zijn. lk dank u, zegde het meisje opstaande. Indien gij denkt dat het zoo best is, zal ik den avond afvvachtea En gij zult zeker komen vroeg Sep, die zijne boosaardige vreugde niet verbergen kon. Zeker antwoordde zij en vertrok, Sep bleef haar achternazien tot zij achter den bosebkant verdwenen was. Dan schoot hij in eenen luiden lach. Dat gaat beter, dan ik zou kunnen wensehen hebben I riep hij. Ja,'t zal eene Zeldzame vreugde voor den oude zijn, en de hoovaardige Treze zal er van barsten... Ha, ha, ha Eensklaps zweeg hij op de zijstraat rolde een licht rijtuig voort. Wat is dat vroeg Sep onzeker. Is dat Diktus niet Hij rijdt er van door terwijl wij afgesproken waren nier bij elkander te komen. Oho I gij wilt mij ontsnappen I riep hij. Wacht maar, dat zal zoo gemakkelijk niet gaan Op de Lindhamerhoeve hadden de zakeD eensklaps eene zoo gunstige als onverwaebtte wending genomen. De verkooping was van rechtswege opgeschorst geworden. De advokaat van Rozenheim had namens eenen vreemden kooper eene zoo aanzienelijke somme geboden, dat niet alleen al de schuldeischers konden betaald worden, maar nog eene vrij ronde som voor Diktus overbleef, waarmee hij elders iets anders kon aangaan. Overgelukkig door dezen onverwachten tusschenval, had Diktus het aanbod gretig aanvaard, en nu was hij op weg naar Aibling waar de koopsom moest betaald en de gelden verdeeld worden. Tevreden van de hoef ontslagen te zijn, was hij zinnens zich inden nabijgelegen Tirol te gaan vestigen alwaar hem eene goede afspan ning was aangeboden. Daar hoopte bij op zijn gemak te leven. Ook zijne vrouw was hiermeé zeer in haar schik trouwens zij was in eene herberg opgebracht en gewoon met reizigers en gasten om te gaan. Diktus had zicht de moeite niet gegeven zij nen vader vaarwel te zeggen. Dit ware ook niet gemakkelijk geweest, want sedert den dag dat hij alles had onderhoord, had de bliude man zieh in zijn tuinhuis opgesloten en wilde niemand zien noch spreken. Alleen Treze deel de de opsluiting van den ouden boer. Die op- s uiting was echter geenszins vrijwillig. De ge beurtenissen hadden hem zwaar eetroffen... In de eerste dagen scheen het alsof bij ernstig ziek ging worden dag en nacht zat hij zwij gend en dubbend voor zich heen te kijken zon der rust noch voedsel te uemen zelf als Trees hem iets vraagde, antwoorde hij niet. Dan eensklops was bij veranderd met Treze sprak hij over alles wat er nu te doen stond. De toe komst hekommorde hem. Hij kondigde Tre' s zijn besluit aau, de hoef te verlaten, en zij weersprak hem niet zij begreep dat het hem onverdragelijk zijn moest, met vreemde lieden op de hoeve te blijven wonen. Zijn recht op woning en onderhoud was op de hofstede ver pand en bleef voortloopen maar hij had liev r dit recht tegen eene zekere som af t<; staan hij dacht daarmede genoeg te hebben voor de weinige dagen die hij nog te leven had Trees had hij gelast, te Aibling naar eene goedkoope woning uit te zien waar de eens zoo rij ke boer zich met zijne schande en armoede verbergen kon. Dit scheen Trees ook het beste te zijn, al hoewel het haar smartelijk viel van de plaats te scheiden alwaar zij zoo veel stil geluk geno ten had en welke haar door het daar uitgestane leed nog meer duurbaar gewordeu was. Zij hoopte, te Aibling werk te vinden, waarmee zij genoeg verdienen kon om de droeve dagen van den ouden man te veraangenamen. Ook dacht zij daar beter aan eenige inlichting over hare moeder en hare zuster te komen. Sedert zij hare afkomst kende had zij noch rust noch duur meer zij moest, zij wilde weten wat er van hare moeder geworden was. De Lindha- merhoef, dit gevoelde lij zeer wel, was en bleef hare lievelingsplaats. A ui de menschen die zij hier had loeren kennen, hing aan haar hart met al de vezelen der liefde maar sedert zi| wist dat ergens elders andere harten klop ten, die met het nare verwant waren, sedert zij ten naasten bij het oord kende waar zij eene moeder en eene zuster zoeken kon, was voor haar eene nieuwe wereld opgegaan. Haar besluit stond vastbij den ouden Lindhamer- bcer zou zij blijven, zoolang bij haar noodig had, maar dit zou baar met beletten iulichtiu- geu over hare moeder eu hare zuster in te win nen en, zoo baast zij vrij zou zijn, beu op te zoeken. Des morgends was zij in Aibling geweest, en had er gelukkig eene woning gevonden. Zij kwam nog bij tijds te huis oin het middagmaal voorden ouden boer te bereiden. Aan tafel vertelde zij hem het nieuws dat zij had meége- bracht. Gij denkt dus, zegde de oude, dat de wo ning zeer geschikt is n Zeker, antwoordde Trees er is eene schoone kamer beneden, t oven zijn twse slaap kamers, en achter het huis ligt een tuin met fruit boomeu. Daar kunt gij u aan het open venster zetten om versche lucht te scheppen, eu de kerk is er ook niet ver af. De oude knikte vergenoegd. Dan hebt gij het huis gehuurd vroeg hij. Wordt voortgezet). TSfi Xt

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Dendergalm | 1896 | | pagina 1