KIEZERSLIJSTEN
DE STERKSTE WIL
l62<le Jaar.
Nummer 38
Zondag 19 September 189?.
De Vacancie gaat eindigen.
Krot-Verslag van 1895.
Te Warenime (Borgworm).
Abonnementsprijs
LIBERAAL WEEKBLAD VOOR
4 fr. voor de stad
4 fr. 50 voor den buiten
PRIJS PER NUMMER 10 CENTIEMEN.
vonrop betaalbaar
Men abonneert zich op alle postkantoren voor den buiten voor de stad, ten kantore
van het blad, 32, Vrijheidstraat, 32 AALST.
Nee spe nee metu
HET ARRONDISSEMENT AALST
Priis der Annoncen aew0üe' 15 centiemett per drukregel»
rrijs aer Annoncen Reklamen 75 centiemen H
Vonnissen op de derde bladzijdefrank.
Men maakt melding van elk werk waarvan een exemplaar aan het blad gezonden wordt
Handschriften worden niet terug gezonden.
AALST, 18 SEPTEMBER.
De Kiezeislijsten zijn schandelijk par
tijdig opgemaakt.
Burgers en werklieden komt uwe
rechten doen gelden in den Graaf van
Egmont Groote Markt te Aalst.
Zonder uitstel moet ge gaan nazien
of ge op de kiezerslijsten staat met het
getal stemmen waarop ge recht hebt.
Liberale Burgers- en Werkmauskring
zullen het noodige doen om uwe rekla-
matien in tijds in te dienen.
Eerstdaags zullen de voorwaarden
van het stemrecht door onze zorgen
overal bekend worden gemaakt.
REDACTIE.
De rusttijd voor leeraars on leerlin
gen loopt ten einde. Weldra worden
overal de scholen heropend en de leer
gangen hernomen.
Thans, ouders, is het aan u, de school
te kiezen waarin gij uw vertrouwen
stelt. Doet uwe keuze met overleg en
voorzichtigheid, de toekomst uwer kin
deren hangt er grootendeels van af.
Zendt uwe kinderen naar scholen
waar de onderwijzers en leeraars door
hunne bekwaamheid en hunne zedelijk
heid uw vertrouwen waardig zijn.
Zendt uwe kinderen naar de scholen,
die sinds lauge jaren aan de samenle
ving waarde burgers, goede werklieden
oppassende bedienden hebben bezorgd.
Ouders, eene groote verantwoorde
lijkheid rust op u. Doet uwe keuze met
overleg en voorzichtigheid.
Onze Middelbare Staatsscholen, en
Stadsscholen moeten in alle opzichten
uwe aandacht trekken aan deze moet
en zult gij dan ook de voorkeur geven.
De krotleening van 1891.
We meenen bewezen te hebben, dat men in
het budjet van 1896, waarin reeds voor 11000
franken dwalingen voorkomen, een som heeft
(33" Vervolg).
ZESTIENDE KAPITTEL
Dat alles beviel hem en hij dacht dat hij er
nog goed van afgekomen was, want het onge
val had veel erger gevolgen kunnen hebben.
Hij zag ook niet in dat dit zijn plan moest
veranderen en hij bleef bij zijn besluit 's an-
derdags Marchwood te verlaten
Terwijl hij daar stil en gemakkelijk lag,
meende hij 's anderendags zeer wel de reis te
zullen kunnen ondernemen en moest hij dan
te Londen nog eenige dagen te bBd blijven,
het kwam er niet op aan. Men had hem slechts
voor eenige dagen naar Marchwood gevraagd
en het was reeds tien dagen dat hij er was
hij zou een gebroken arm niet tot uitvlucht
doen dienen om een bezoek te verlengen dat
onaangenaam was aan zijnen gastheer.
Wei is waar, allen waren zeer minzaam ge
weest jegens hem van daag doch onder de ge-
gevene omstandigheden hadden zij bezwaar
lijk anders kunnen doen. Met vastberadenheid
wendde hij zijnen geest al van alle gedachte
omtrent Alice, en hij was kwaad opzichzelven
gebracht vaD 269,000 fr. beschikbaar op de
leening van 1891, som welke volgens de ver
slagen der vorige jaren onmogelijk nog beschik
baar konden zij u
Ofwel de verslagen der vorige jaren zijn
onvolledig, ofwel het budjet van 1895 is een
werk der lantazij, waarin 269000 iranken als
hemelsch manna zijn terecht gekomen, zonder
dat iemand zeggen kan hoe of lau waar.
Nog een Bewijs.
We zegden, dat er in rekenkundig opzicht
van de leening van 1897, eeue som van
554000 franken kon overblijven, maar dat
zulks iu werkelijkheid onmogelijk was.
Immer3 indien de stad 1,649,000 fr. leende,
was Uit voorwaar niet enkel om een koekskeu
van lö0,000 fr. te schenken aan «LaBauque
de Biuxelles, maar wel omdat zij het mil
joen en half brooduoodig had.
Van de 554000 fr. welke er na het betalen
van de onkosten der leening en het uitkeeren
der vorige leening van een miljoen overbleef,
heeft de stad gewis een groot deel gebruikt.
We veronderstellen, dat al hetgeen er overig
was spaarzaam en voordeelig moest geplaatst
worden en inderdaad we vinden iu de uitgaven
van het budjet van 1892, het volgende Tijde
lijke plaatsing eener som van 269000 franken
voortskomende van de nieuwe leening van
1,649,000 fr. (bladz. 25).
Het stadsbestuur voorzag dus op de leening
een overschot van 269000 franken te plaatsen
aan 3 maar zelfs die som was overdreven
daar we in 1893 lezen Intresten eeuer som
van 158,315,75 fr4,749,47 ir, Ware er
269000 fr. overgebleven men badde het jaar
nadien den intrest van die som iu de ontvangs
ten moeten vinden In plaats van 4,749,47 fr.
zou het aan 3 8070 fr. zijn geweest.
Nachtmerrie.
Sommige getallen spelen de rekenkundigeu
van ons Landhuis iu het hoofd, alsof die ineu-
8chen aan hallucinatie of zinsbegoocheling
leden b. v. de getallen 269000 fr. en 94000 fr.
De som 629000 fr. werd in de begrooting
gebracht van 1892 als te plaatsen kapitaal en
in werkelijkheid, was het geplaatst kapitaal
158,315,75 fr.
De som 269000 werd op de begrrootiDg van
1894 beschikbaar gebractit
De som 269000 werd nogmaals op de be
grooting van 1896 beschikbaar gebracht
De som 94000 fr. wordt vermeld als over
schot der rekening van 1894 iu werkelijkheid
is het 29000 franken minder.
De som 94000 fr. wordt als vermoedelijk
overschot der begrooting van 1896 aangegeven
in werkelijkheid moet het 104000 franken zijn.
De fameuze financiers lijden aan zinsverbijs
tering en zullen hun cijferverstaiid iu de zot-
tenkolome van Gheel moeten hertempereu.
Zonderling Zonderling
Als ik een kapitaal van 100 fr. uitzet aan
3 °/o schrijf ik die 100 franken op als uitgave.
Doch door zulke uitgave wordt mijn kapitaal
niet verminderd vermits uie som onder een
andereu vorm tooh mijn eigendom blijft en ik
schrijf daarom de 100 1'r. weer iu mijn Goed
vind, zoodat mijn kapitaal overanderJ biijtt.
Onze knappe stadsfinanciers verstaan bet
anders ze schrijven de 26900O franken, welke
zij in 1892 aan intrest plaatsen wilden in de
uitgaven en in de ontvangsten viudt men geen
regel, geen woord, geen lett r om het even
wicht te herstellen.
Ze schreven dus in de uitgaven 269000 fr.
die eigenlijk niet uitgegeven waren, vermits ze
het eigendom bleven der stad. In het verslag
van het volgend jaar viudt men van die s »in
geen spoor meer, tenzij de intrest 4,749,37 fr.
van het kapitaal 158,315,75 inderdaad er van
voortkwam, gelijk wij hooger hebben geschre
ven. Zonderling 1 Zonderling 1
Een comble
In 1885 ging ons stadsbestuur eene leening
aan van 200,00O fraukeu. Twee, drie jaren
lang meldt het verslag Leening van 200,000
maar dan verandert plotseling dat getal, door
een goochelpart (welke zeker in wouderbaar
heid, de kunstgrepen van den Goochelaar van
Suieders overt! eft) in Leening van 210,600 fr.
Item 10,600 franken meer terug te betalen,
dan men geleend heefttenzij de leening we
zenlijk 210,600 bedroeg, waaruit blijken zou,
dat de fameuze klerikale bazen 10,600 fran
ken meer hadden geleend dan ze zeiven wisten.
Is dat geen comble 1
't Is to grof
De kleppers der saucissenkiezing maken het
zoo bout als hunne voorgangers en als men bet
verslag van 1895 doorbladert moet men on
willekeurig uitroepen 't is te grof 1
We lezen op bladz. 27
Jaardoodingen ten behoeve van La Banque
de Bruxelles (Leening van 1,649,000 fr.)
Eu op bladz. 28
Achterstellige intresten en aflossingen voor
1892 en 1894 der leening van 1,500,000 fr.
Ieder eenvoudig mensch zal denkeu dat er
spraak is van twee verschillende leeningeu,
hoewel er maar eene leening wordt bedoeld,
die van 1891.
Maar hoeveel heeft men nu eigenlijk ge
leend 1,649,000 fr. of 1,500,000 frankeu, dat
kunueu de felle kleppers van het eene blaadje
tot het andere niet onthouden.
Ze staan sloot.
Jan Pik staakt voor een oogenblik zijn on
derzoek. Hij heeft iedereen overtuigd. ïiet is
onbetwistbaar, dat de verslagen en bezonder-
lijk het laatste allerellendigst zijn opgemaakt.
Het produkt der saucissenkiezing van 1895
heeft zijn meesterstuk geleverd. Het is een
schandelijk broddelwerk. Maar het kan niet
beter, de nieuwe kiezerslijsten bewijzen het
nog.
De dompers staan slootde 40000 franken
vrijwillige of onvrijwillge dwalingen hanged
als een noei aan den klauw van het misbakken
kie»produkt.
Als Jan Pik een kleine jongen was, moest
hij op do kiekens waken. Doch het verveelde
hem ze telkens van de erwtenbedden weg te
jagen en hij besloot de krabbelzuchtige dieren
een partje te bakken.
Hij plantte een stok iu den grond en maakte
er koordekens aan vast. Aan 't eind van iedeif
koordeken was een stukje leder bevestigd,
verborgen in een kruimelkeu brood.
ISpoedig kwamen de gulzige beestjes en
slokten kruimel en stukje leder binnen. Wel
dra stonden een dozijn kippen gevangen rond
den stok. Ze kouden de stukjes leder uootl
verduwen, noch uitkroppen.
Eveuzoo staan de klepperachtige stadhui*»
bazen als ounouzele kippen, als uilskuikens,
als dwaze beunen rond het laatste stadsver*
slag.
Toekomende week beginnen wij aan eöü
ander rubriekskou van 't famous verslag.
Jan PIK»
Men kent de uitslagen der kiezing
van Wareuime (Borgworm).
De klerikale kandidaat bekwam 9,345
stemmen, de socialist 6,596 de liberaal
6,127.
Hetgeen iu deze kiezing het meeste
en het eerste treft is den vooruitgang
door het socialism hi het arrondissement
Borgworm gedaan. De socialisten heb*
ben aan liberalen en klerikaleu een aan
zienlijk getal stemmen ontnomen»
De kiezing heeft aan onze verwach*
tiugen niet beantwoord. De propaganda
door de liberale partij gemaakt onder
het patroonschap der Alliance van
Brussel had ons op eene ballotteering
tusschen liberalen en klerikalen doen
hopen.
Die hoop werd niet verwezentlijkfc»
De hoofdzaak is echter, dat de klerika*
len met 3,378 stemmen minderheid te*
geuover Je antiklerikale partijen staan»
De nederlaag der katholieken hangt
dus van die partijen af.
Vöör de kiezing heeft M. Dochen eh
meest al de liberalen, wélke aan dö
propaganda in Wareuime hebben deel
genomen, verklaard, dat in geval van
ballotteering zij tegen de klerikalen
zouden stemmen, voor den kandidaat
der socialisten.
omdat hij met spijt eraan dacht haar vaarwel
te zeggeu. Met bitterheid gevoelde hij welka
tooverkracht haar daarzijn op hem uitoefende,
en hij begreep dat het eeuigste middel om zijn
hert niet weg te geven hierin bestond zoo
spoedig mogelijk het kasteel Marchwood te
verlaten.
ZEVENTIENDE KAPITTEL
EEN ONHANDELBARE JONGELING
Des anderdags morgends ontwaakte Alice
met de blijde overtuiging dat de zaken einde
lijk eenen goeden keer schenen te nemen.
Voorzeker betreurde de jonkvrouw het on
geluk dat Rudolf overgekomen was maar
te gelijk verhoopte zij eenen goeden uitslag
van het geval. Alzoo zou Rudolf gedwongener
wijze wat langer op het kasteel Marchwood
verblijven, en intusschentijd zou er wel eene
betere verstandhouding tusschen hem en zij
nen onkel ontstaan.
De goede heer Cadwal had niets liever dan
eenen lijder onder zijne verpleging te hebben.
In zijne jonkheid had hij de genees- en heel
kunde bestudeerd, en hij stelde altijd het
grootste belang in eene ziekte of in een of an
der ongeval onder zijn bereik.
Een ruim deel van den nacht had hij in bet
bestudeereu van breuken en ontwrichtingen
overgebracut en was bijna verheugd een inge
wikkeld en moeielijk geval onder de oogen te
hebben.
Rudolfs mannelijke houding onder het in
eenzetten van zij nen gebroken arm had eenen
gunstigen indruk op den ouden man gemaakt
aan Alice had hij van den lijder als van eenen
fiiukeu jongen kerel gesprokeu.
Alice had in onkels gevoelen toegestemd. Zij
was te verstandig om daar verder over uit te
weiden doch als zij slapen ging had zij de
overtuiging meegedragen dat de zegepraal
reeds half behaald was en dat zij thans niets
anders meer te doen had dan onkel en neef ge
rust huunen gang te laten gaan.
Den volgenden morgend was het sniktieet.
Geen wolkje iu den blauwen hemel dreef voor
do gloeiende zon geen windja bewoog de
kwijnende bladereu der hoornen.
Een erge dag voor Rudolf zoo bemerkte
Alice, als zij haren pleegvader naar de kapel
vergezelde, alwaar beide als naar gewoonte
huu morgeudgebed gingen doen want het
zal schrikkelijk heet zijn van daag. Hebt gij
hem reeds gezien
- Neen. Ik was naar zijne kamer gegaan
maar ik vond de deur gesloten en alles volko
men stil. Ik dacht dat hij sliep. Daarom ging
ik niet binnen» Ik ben zeker dat hij geenen
goeden nacht gehad heeft J want gistefefi
avond was er eeue niet geringe ontsteking in
zijnen arm.
Daarop gingen beide do kapel binnen.
Zie toch daar zat Rudolf op zijue gewottö
plaats, en de kleinen Ethel zat nevens hem 1
Hij was zeer bieek, en er lagen zwarte ran*
den rond zijne oogen doch hij toonde geena
teokens van Üauwto en zat aandachtig te bid*
den.
Nauwelijks sloeg hij de oogen eens op als tot
eeuen stillen groet wanneer zij voorbij hem
gingen, eu zij ze stoorden hem niet»
Over Rudolfs tegenwoordi heid hier wds df»
heer Cadwal zoo verwonderd geweest, om niet
eens zijne afkeuring, zelfs niet met ééueu blik
te keuueu te geven. YVel had hij hem niet aan
bevolen te bed te blijven, denkende dat de li.,*
der niet auders kon maar hij was toch otid en
wijs genoeg om de noodzakelijkheid daarvan
te begrijpeu en de oude man wist niét of hij
over de ouvoorzichlige doenwijze van zijnen
neef lachen of kwaad zijn moest.
Gij zijt alles behalve een vriendelijke jon*
gen zegde hij als zij te zamen de kapalle ver*
lieteu. Waarom niet op Uwe kamer geble*
ven Waarom zoo on voorzichtig zijn
-» Neen, dat badt gij niet mogen doen
zegde Alice met hare zoete stem. Het is të
veel voor u, Wordt vootQwU