JAN KREKEL. 15de Jaar. Nummer 14 Zondag 8 April 1900. ONZE KANDIDATEN. Meetingen Manifesten. Schooloorlog. Persoonlijke dienst. i' LIBERAAL WEEKBLAD VOOR Abonnementsprijs 4 fr- voor de stad 4 fr. 60 voor den buiten *poroP betaalbaar PKIJS PER NUMMER 10 CENTIEMEN. Men abonneert zich op alle postkantoren voor den buiten voor de stad, ten kantore van het blad, 32, Vrijheidstraat, 32 AALST. Nee spe nee metu HET ARRONDISSEMENT AALST Prijs der Annoncen ®e,w10ne' 15 centieme* Der drukrflfle|. Reklamen 75 centiemen per aruKreHö'- Vonnissen op de derde bladzijdefrank. Men maakt melding van elk werk waarvan een exemplaar aan bet blad gezonden wordt Handschriften worden niet terug gezonden. AALST 7 APRIL. Voor het Senaat Arrondissementen Aalst en Oudenaarde M. Aug. VERBRUGGHEN, notaris en burgemeester te St. Lievens-Hautem, ti- telvoerende kandidaat. M. BERNAEYGE, eigenaar te Neder- brakel bijgevoegde kandidaat. Voor de Kamers Arrondissement Aalst. M. Alb. GALLE, voorzitter der kan tonale liberale associatie en advokaat te Aalst, titelvoerende kandidaat. M. Jules RENS, advokaat te Geerts- bergen, bijgevoegde kandidaat. Door meetingen en manifesten zullen wij het programma der liberale partij overal verdedigen. Dat programma is demokratisch in alle opzichten en bevat geen enkel punt, dat we niet in elk midden kracht dadig durven toelichten. Dat zullen we doen bondig, kort en duidelijk door onze manifesten breed voeriger op onze meetingen. Ons programma bevat punten van ■drieërlei aard politieke, zedelijke economische. Onder de eerste moeten we stellen de vrijheid van geweten, de onafhankelijkheid der burgerlijke macht, de vrijheid der drukpers, het stemrecht enz. onder de tweede rang schikken wij de inrichting van het onderwijs en al wat daarmede in be trekking staat, de inrichting der recht banken enz. onder de derde noemen wij de hervormingen en verbeteringen ten behoeve der werklieden, van den landbouw enz. Elk punt van bet programma zal naar een bepaald plan worden behan deld, duidelijk worden uitgelegd en in eenvoudige waardige taal vatbaar wor den gemaakt voor het volk. Elk punt van het omstandig pro- giamma kan tot onderwerp dienen van eeue of meer meetingen en reeds is er door eene groep liberalen van Aalst een ontwerp opgemaakt voor het openen van eenen leergang voor al de vrien den, die zich in 't spreken zullen wen- schen te oefenen. Nu reeds zal dan kamp door een aan tal wakkere mannen worden aangegaan en zal het woord, het vrije woord in ai onze gouwen weerklinken. worden zal er integendeel nauwer door toegehaald worden, Is de tegenstand der bevoordeeligde burgerij hier te vreeien Zullen zij die gemakkelijk zich eenen plaatsvervan ger kunnen stellen, afstand willen doen van hun voorrecht De katholieken, wier eenige politiek ikzucht is, zullen natuurlijk den per soonlijken dienBt bekampen doch gansch de liberale pers is het eens om die rechtvaardige schen. hervorming te ei- On des tie bijzonderste punten van het liberaal programma hoeft men den persoonlijken dienst. Deze kwestie kan beschouwd worden onder verschillen de oogpunten waarde van het leger gevolgen voor de bemiddelde standen' voor de werklieden, enz. De persoonlijke dienst is eerst en vooral gesteund op het beginsel van recht vaardighein iedereen gelijk voor het lot. Het is inderdaad strijdig met de beginselen van gelijkheid voor de wet dat hij, voor wie eene som van 1600 franken een niets is, zich kan ontslaan xijn vaderland te dienen het is in de hoogste mate onrechtvaardig dat de verdediging van ons grondgebied, onze vrijheden, onze onafhankelijkheid, de bescherming onzer eigendommen en kunstschatten op woelige dagen moet toevertrouwd worden aan de min be- goede standen alleen. Door den persoonlijken dienst moet het leger in achting winnen. Het dienst nemen de zonen uit den begoeden stand zal aanleiding geven tot eene menigte hervormingen en verbeteringen waar- nu weinig aandacht aan verleend wordt de klachten zallen beter onderzocht en aanhoord worden en de kloof, welke tusschen de verschillende klassen der maatschappij immer grooter dreigt te Zouden de zonen der begoede stan den, die niet aarzelen naar vreemde landen om uitwegen voor onze nijver heid te zoeken, die deel nemen aan wetenschappelijke ontdekkingsreizen «chrik hebben eenigen tijd in eene ka zerne te slijten Zulks veronderstellen waren ben lasteren Zouden zij mis schien vies zijn van nevens eenen werk- manszoon in de rangen te staan Maar zijn er dan geene soldaten die op de banken der hoogeschool gaan plaats nemen en verlaten de rijke studenten daarom die Bcholeu Zijn de fabriekan ten niet dagelijke in betrekking met hunne werklieden Zijn do rijken dan vies van de dienstboden die zij in huu huis nemen en geven zij niet dikwijls bewijsen dat zij hen achten en waarliik liefhebben Zijn de officieren niet overal in de hoogere kringen toegelaten en waarom zouden de zonen van die hoogere krin gen weigeren onder het bevel te staan van de officieren cüe aan hunne tafel ontvangen worden. Meer dan eens hebben de bevoordee ligde burg eis zelf den persoonlijken dienstplicht toegejuicht eu behalve ee nige ikzuchtige behoeders» zullen zij zijne invoering met vreugde begroeten onder de kreet Iedereen gelijk voor het lot Iedereen gelijk in het vaderlaud Denderbode raast maar altijd voort over schooloorlog indien de liberalen of socialisten de meerderheid behaalden. Hij zou beter doea hierover te zwijgen, want er is misschien gee ne 8tad of geen dorp, waar d« schooloorlog heviger, maar met meer bedektheid is voort- gezet ea nog duurt dan Aalst. In de kerken, in de biechtstoelen raadt men de kinderen aan naar de katholieke scholen te gaan op straat randt men hiervoor de kinderen aan en pries ters gaan vau huis tot huis om de vaders ea vooral de moeders te overhalen huune kinde- z-en uit de stadsscholen te trekken. Beloften bij de vleet worden gedaan om de ouders om te praten. Deugt^ dan het onderwijs niet in de stads scholen Zijn er dau geena onderwijzers en geene onderwijzeressen in werkzaam volgens den geest van Denderbode en zoodanig door trokken van godsdienstzin dat ze zekere christelijke plichten vervulden op eene wijze en eenen tijd die in 'toog springend waren voor alle persouen die zich in de kerk bevonden. Denkt Denderbode misschien dat zulks maar scbiju-godsdienst is eu dat de beoefe naars er vau dienen gevlucht te wordeu door alle rechtschapen en openhartige lieden. Ia dit geval zou hij beter doea die lieden uit zij ne partij te verdrijven in stede van ze met open armen te ontvangen. De Denderbode en met hem de katholieke partij vreest voor geen schooloorlog, maar voor een onderwijs dat onder een ernstig toezicht zou staan van den Staathij vreest dat, ouder een ander ministerie meer macht aau de op zieners zou geschonken worden en dat deze met meer hoop op aanhoord te worden de klachten zouden kunnen neerleggen welke hunne bezoeken aan de katholieke scholen huu opleggen te doen. Er zijn inderdaad nu scho len waar het van 9 tot 12 uren catechismus en heilige geschiedenis is en van 2 tot 4 ureu hei lige geschiedenis en catechismus. Met moeite leeren de kinderen er een wei nig lezeu en schrijven, maar denken en oor- deeleu, verstaan en overwegen dat niet. De kinderen komen uit die scholeu als bekrom pen schepsels, onbekwaam den strijd voor het bestaan vol te houden, en slechts goed om uitgebuit te wordeu. Men pompt hun wel de slaafsche gehoorzaamheid en blinde onderwer ping aan bun lot in, maar wanneer de driften ontwaken en wanneer zij aangehitst zijn dan kent hunne woede geene palen meer en be drijven zij daden, die hun later berouwen. De onwetendheid en de dweepzucht willen I>e vroolijke door POL LINDEMA Mag zonder toelating niet overgedrukt worden. 7* Vervolg. Thea, de waschvrouw. I*o?. n 8t0u-- Jefken 700r zich uit te Kien als leefde hij in nen schrikkeiijken droom maar dan de ijselijkheid van 't ge vaar dat hem bedreigde inziende liep hij naar zijne moeder en kreet met tranen in de stem moeder, moeder, moeder Jef ken, riep de vrouw iu 't hart getroffen, wst i8 er De wesp, moeder, de wesp (1) De wesp mijn God 1 Ze zat op den appel en ze heeft mij in de tong gestoken In «ut tongsken, mijn engel, is't moge ujk 1... Laat zien, laat zien 1... En hem in hare armen nemend loopt xii ermee naar 't venster, zette zich op den stoel en onderzocht de tong, die spoedig zwolt... Och, kermde dwalend de arme Thea. wat ga ik daar aandoen Niets, morde Jefken, met engelachtigen moed, daar is niets aan te doen Niets v— Neen, niets Maar,.,, jawel, jawel O J 'k weet het genoeg, moeder, zei de A) Doorgaans perebie in Lomerbeek. kleine, die reeds met moeite sprak, 'k weet het maar tegoed... De meester heeft het dik wijls gezegd!.. Ik heb zijn wijzen raad ver smeten Zoo een steek is de dood 1... De deed builde Thea rechtspringend Wat spreekt gij van den dood, mijn kind, als t leven zich nauw voor u ontluikt en het leven opent... En ze nam hem in heure armen, zoende hem, drukte hem aan haar benepen hart kuste hem nogmaals en vroeg dau Is 't beter' Jefken is 't nog niet wat beter Draag menu naar bed moeken Ze droeg hem naar haar bed m 't schamel kamerken en dekte hem toe terwijl hare heete tranen op de witte lakens en de kleine handles nedervxelen, en zij kermde Die leelijko wesp die leelijka wesp, dia mijn Jefken komt kwaad doen, kon ik ze eens vastkrijgen Droef glimlachte de kleine. Eene lange poos zat de moeder op de sponde hield een dor handjes in de hare en onderzocht met scheurende ziel den voortgang van t kwaad. 8 Ze wist niet de goede Thea dat haar zoontje waarheid had gesproken en dat zoo een steek heel dikwijls de dood is. Maar als ze voelde dat zijn hoofdeken heet werd en zijne waagjes gloeiden, als zij in topen mondje het schrikkelijk gezwollen tongsken ontwaarde, dan beving haar eene gruwelijke vrees. Heur moederhart bonsde Ge zult niet sterven brult ze en ijlt naar buiten. Daar doorheen het schaarhout ontwaart ze Karei van 't Moeiktmshof en Jan Krekel, die met lauge haken den mest van den wagen 1 trekken. Naar hen loopt ze toe. Karei, roept ze, Krekel, o komt, komt spoe dig, Jef ken gaat sterven Wat zegt ge, vragen de jongens stom van verbazing Jefken Hij sterft... Eene wesp heeft hem in de tong gestoken 1... Doemnis, huilt Kreksl, den mesthaak wegwerpendDoemnis 1... eu iu wilden loop vliegt hij Karei en Thea voorbij en stuift de Elzenhut binnen. Hi] schuift met uiterste zachtheid deu kloeken arm onder 't brandend hoofdje en belooft aan 't onuoozsl knaapje, appels, peren, noten, peperkoek, vogeljongen muiten, och, en wat nog al Thea heeft haar gelaat met den voorschoot gedekt en snikt en schreit dat het de ziele roert. Karei staat als van de hand Gods geslagen. Dezen morgend als ze met het eerste voe der mest naar huauen akker re len st >ud Jef- kea aan de Wilgeubeek en wasck'e zijn rozig gezichtje in 't helder water. Hij riep zoo vriendelijk dag, Karei dag Krekelkeu dat de twee jongens er recht pret in hadden hem van deu vroegen morgend zoo plezierig en zoo snugger te vinden en hem elk nen dikken appel beloofden. Daar lag hij nu ziek, in de koorts, in dood strijd misschien... Zeg, Krekel, wat zit ge daar te suffen, roept Karei spoedig loop om moeder of Reine. Ik haal den dokter... En gij zegt hij aau Thea doe ajuin aan den mond. Eu terwijl de goede knecht in eenen adem naar de hoeve liep, had Karei het vlugge koetspaard van 't voorsp in van zijn trekgetnig ontlast, was op den rug ran het dier gesprou gen en was in snellen draf naar Vlieregem ge reden. Eene halve uur later stapte de oude dokter van Vlieregem in de Elzeahut. Lucia van 't Moeikenshof had Thea met goede woorden getroost en moed ingesproken. Ze vond in haar hart, dat in de jaren van weleer, zich met de smart had verbroederd, en medeleed met allen degenen die leden eu schreiden, ik weet niet wat zoeten balsem voor alle wonden, zij de rijke pachterse zij zat op een stoel neven de weduwvrouw, ze had haren arm geslagen om den schouder vau Thea alsof zij hare zuster ware geweest ea ze sprak van God die beproeft maar niet plaagt, als de dokter binnen trad. Thea wierp zich op heure knieën voor den geneesheer en riep M. den dokter, red hem, red mijn kind 1... Maar de oude grijze dokter vau Vlieregem, gewoon aan die tooneelen van smart en wan hoop keek niet eens naar haar om maar speed- de zich recht naar 't zieke knaapje... Thea kroop hem op hare knieën achterna. Een oogeublik slechts onderzocht de man der kunst het arme jongskea en zich op zijde keerend naar Lucia zei hij met schorre stem Te laat. Een schreeuw alsof baar het hart in de a boezem werd vermorzeld stiet de arme The» uit en rolde op den grond... Terwijl ze in bezwijming lag, en de dokter alle middelen aanwendde om haar weer bij te brengen, stierf Jefken... Een halve uur nadien stapte Lucia Vervoort den weg naar het Moeikenshof weder op. Ze leidde Thea bij de hand als een kind de arme, kinderlooze weduwe was zinneloos Wordt voortftiiei.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Dendergalm | 1900 | | pagina 1