®j
1
Aan onze Lezers.
JAN KREKEL.
Goedkoope Drukkerij.
liberaal weekblad voor
DE WERELD DOOR.
Beschaving.
Pater Casnedi.
4 Sr.voor de stad voorop betaalbaar
Abonnementsprijs VOor den buiten
PRIJS PER NUMMER 10 CENTIEMEN.
Men abonneert z,ch op allo pos.k»ot„r,n voor d.n buten voor d, stad, ten kantore
van het blad, 32, Vrijheidstraat, 32 AALbi.
HET ARRONDISSEMENT AALST
Gewone, 15 centiemen p^j, (jppkrBQöL
Prijs der Annoncen ^^amen 75 centiemen
Vonnissen op de derde bladzijde, frank.
Men maakt melding ran elk werk vd^^pl»ar aan he, blad genenden werd,
Handschriften worden niet terug gezonden.
Nee spe nee metu.
AALST 18 AUGUSTI.
Met onverholen vreugde zongen onze
vijanden het de profundus over Dender-
galm.
Oude gewoonten zijn moeilijk om la
ten en h'd doodrapersvolk is zoo gretig
naar uitvaarten, dat het ook wel over
gezonden den doodenzang zou brullen...
mits betaling.
DENDERGALM ia nog uit de wereld
niet höewel zijue verdwijning met wel
behagen door de dompers werd aange
kondigd.
DENDERGALM is springlevend en
voelt niet den minsten lust naar ue
eeuwigheid te verhuizen,
DENDERGALM zal tot groot hert
zeer alle slag van dompers, nog lang in
de rapen zitten van al wie vnjheidsha-
tert en volksbedrieger is.
DENDERGALM zal het orgaan blijven
der liberale partij van Aalst en in de
bres springen ter verdediging van het
liberaal programma, ter verdediging
der grondbeginselen van vrijheid en
rechtvaardigheid.
DENDERGALM zal onverpoosd kam
pen tegen het geknoei der bende verval-
bcheis en slokkers, uie in onze stad
tien schimpnaam van dompers hebben
gekregen en dien naam zoo wel verdie
nen.
DENDERGALM zal even als vroeger
rekenen op d«. medehulp van al de vrien
den, die ons tot nu toe hebbeu gehol
pen in den liardnekkigen strijd tegen
bedrogen konkelfoes, tegen verdruk
king en verslaving.
Leest on verspreidt
j Uendergalm
orgaan der liberale partij te Aalst.
DE REDACTIE.
Trouwberichten, Facturen, enz. enz.
Nergens kan men b der en goedkoo-
per bedieud worden dan ter drukkerij
van DENDERGALM, Vrijheidstraat 32,
A <rl fit
R. VAN BRANTEGHEM.
De Uitgever van DENDERGALM
neemt de vrijheid zich bij alle vrienden
en stadgeuooten aau te bevelen voor
alles wat DRUKWERK betreft Om
zendbrieven, Programma's, Dood- en
In Transvaal
't Was te Berchem in 1830.
De Belgen hadden er de Ilollan
ders verdreven en de keeskoppen weken
voor de blauwe kielen.
Een Belg had een der vluchtelin
gen bij den kraag gestekt en riep triom
fantelijk J'ai un prisonmer 'k lleb
nekeeskop.
Maar de Hollander was nu juist
geen half panne en sleepte het Belgsken
met zich voort
Breng den gevangene hier, riep de
kolonel.
Ja maar, schreeuwde de blauwe kiel
die leelijke keeskop wil mij verdomd
niet loslaten
De Engelscheu beginnen in lrans
vaal zoo wat de belachelijke rol te spe
len, van de overwinnaar die vloekt om
dat zijne prooi hem te veel spel levert
Oh ware het te herbeginnen de Djek-
ken zouden het Boerenvolkje wel met
vrede laten, maar zie de eer is er nu
mee gemoeid, de heele wereld spot met
de groote natie die klop of klop heeft
gekregen van de \rijstaters en Iransva-
lers en ze willen zich wreekeu.
Elf maanden duurt de oorlog en de
Zuid-Afrikaausche Leeuw is nog aiet ge
tornd. Elf niaandon lang staan de Eu-
gelscke gazetten vol lofzangen over de
Eugelsche zegepralen, over de Enge
sche moorderijen, over de Eugelsche 011
meuschelijkheden. Telegram op tele
gram wordt door de Eugelsche generaals
verzonden over de nederlagen der Atri-
kaanders De Boeren zijn verslagen, de
Boeren zijn op de vlucht, de Boeren zijn
verstrooid, de Boeren zijn dood.
Hadde ik den tijd ertoe ik zou eens
berekenen hoevele Boeren er sedert net
begin van den oorlog zijn gesneuveld,
volgens de beweringen der Britscue dag-
bladeu zonder overdrijving mag ikbe
vestigen dat dit getal meer dan honderd
duizend zou bedragen zoodat de En
gelscheu meer Boeren hebben gedood
dau er ooit geweest zijn.
Eti de Boeren vechten maar altijd
vcort. Alle weken sneuvelen 2000 Eu-
gelschen in de gevechten of door ziek
te wekelijks moeten nieuwe troepen
naar Zuid-Afrika worden verzouden Up
tien op twintig twintig plaatsen te ge
lijk vallen de Boeren deEngelschen aau,
bemachtigen treinen, vermelen kanons,
drijven de Djekken op de vlucht, bre
ken de spoorbanen op. De Engelschen
weten niet langswaar zich te keeren.
Toe, Djekkea maakt met den oor-
rale melden ons, dat de Chineezen heel slecht
bediend werden voor hun geld ^anneor ze ka
nonnen en ammunitie bestelden in Luropa.
Na den oorlog zou Belgie daar kunnen voor
zorgen
De Belgen halen hunne kanonnen in DuUsca-
land, de Cbineezen zijn niet zoo dom kooPwa*
ren te nemen van natiën, die huneigenvoort
brengselen voor vreemde versmaden. Wat me r
is wat dunkt u van 't denkbeeld de Cbineezen
góede wapens te bezorgen Dat is weeral
een kostelijke inval der beschaveis.
Vandoben.
log gedaan.
Ja maar de Boeren willen ons ver
domd niet loslaten.
Dag aan dag brengen de dagbladen ons het
verhaal van het beschavingswerk der Britten
u Zuid-Afrika
Als ze er in slagen een kommaudo boeren
tot deu aftocht te dwingen, begaan zij de
schroomelijkste gewelddaden, tien mijlen in
't ronde verbranden zij buizen en boeven, doe
men moeders en kinderen tot een levenvol
gebreken ellende, ontzien noch kranxen noch
gebrekkelijken wie niet vluchten kan voor de
bandieten mag in de vlammen omkomen.
Ze vinden de historie uit vau bet komplot
tegen het leven van Roberts, om de gelegen
heid te hebben de bezonderatu inwoners »au
Pretoria voor hunnen bloed.-..ad te dagen, t
veioordeelen en schandelijk te vermoorden.
De Engelschen worden razend van gramschap
omdat bun leger van 25U duizend man in be
dwang wordt gehouden door bet kleine lie
denvolkje, dat in eene week tijds moest weg
gevaagd zijn en ïu hunne razernij bedrijven zj
gruwel op gruwel waarover de wildste volks
stammen der aarde beschaamd zou len w ezen
Ziedaar wat ons een voorsruaa* geeft van
hetgeen het beschavingswerk zal zijnii» China,
indien de gele meuschen zich met haasten
bunnen ouden rommel van wapens weg te
werpen en de banden op te steken om genade
16 Doch 't is waar, geene genade de gekroon
de dweeper van Duitschland heelt het gezegd,
de soldaten der beschaafde natiën zulleu zich
gedragen als Hunuen. De Enge'scbeu toouen in
Transvaal, dat ze daartoe zeer wel gescbi
JEen legioen Belgen, zal aan dat beschavings
werk de baud leeneu. Wij hebbeu landgeuoo-
ten te wreeken, bloed voor bloed, moord voor
moord op die wijze bescbaatt meri de volke-
ren op bet einde der XIX eeuw. Belgie moet
er ook uitwegen zoeken voor de nijverbeid de
groote blauen, ond, r andere La Flandre Libe-
1 >u vroolijke
door POL L1NDEMA
Mag zonder toelating niet overgedrukt worden.
17' Vervolg.
8.
Stil weeudeu 't oude Anneken, Mie-Roze
ken en Netteken bij het hooren van den brief
die de grijze Jef Krekel bun voorlas
O die brave, goede meuschen van Turnhout
waarop Heintje stofte wat klopte 't dankbare
moederhart zegenrijk voor hen in t wne,
nederige Lommerbeek. Hoe graag hadden
twee boeriunekeus een van hen op hun hoeve
ken ontvangen om hem te tooneu hoe gaarne
zij hen allen zagen.
Wij zullen toch weerschnjven, met waar,
zegt Mie-Rozeken.
Zeker seffens.
Dau loop ik om briefpapier naar het
Dorp en snel stapte Mie-Rozeken heen.
Ei 1 meisje, waar loopt gei heen I
Reine, ge doet mij verschieten? Waar
ik heenloop Naar het Dorp om brielpapier
Pater Casnedi zegde tot de Christe
nen Indien gij door eene onoverwin
nelijke dwaling gelooft, dat God ii oe-
voleu heeft te liegen en te blastemee-
ren liegt, blaslemeert.
De opstellers van het Wotstoblad.
Lende1) bode, (anders genoemd de rnoui-
teur der schotellikkerij) zijn klaarblij
kend getrouwe leerlingen van dien ia-
neuzen pater Jesuiet. Zo schrijven in
hun vuilblik vau 12 Oogst het volgen
de
DENDERGALM loochent het be-
staan van God en het toekomstig
u leven. Uendergalm lo Juli ÏJUU)
Da+ is ellendig gelogen. Nooit heeft
Dendergalm zoo iets verkondigd, maar
we gelooven niet aan een Opperwezen
dat om z;jn naam te doen eerbiedigen
de leugens zou noodig hebbeu van da
pastors die het kliekblad opstellen.
Denderbode en de Woesterij hebben
zich een God geschapen naar hun goes
ting, die al hun bedrog, al hunne leu
gens, al hunne vervalschingeu, al hun
ne vervolgingen goedkeurt en waarlijk
aan zoo een God gelooven we me.
Denderbode en de Woesterij hebben zie
een hemel geschapen voor hnn eigen
gebruik, een hemel die bevolkt zal
zijn met armen verdrukkers, ued ne
gers. keersenlikkers, kazakketrders,
stemmendieven, slokkers, en wj.arhji
in dien hemel willen we met komen
wij hebbeu reeds op aarde genoeg van
dat ras te lijden.
Destijds schreef een priester in Den
derbode indien er geen God ware, waar
om zou ik met stelen en moorden. Is
dat ook ue meening van al de dompers t
De dompers wachten zich dus van
dieven en moordenaars te woruen al-
Heintje heeft geschreven
^0 zei de goede Reine, lichtjes blo-
ypiid 't Gait goed met hem V
'Zij hebben veel afgezien in de mauoeu-
vers de arme jongeus maar bet ergste is
reeds voorbij... Toekomende week komt nij
uaar uuis. Ik ga voort want we moeten ons
haËimedtvluggen tred ging Mie-Rozeken been.
Heintje komt naar huis, jubelde Rentes
^Ze* bleef staan vooreen beddeken waarop de
dubbele margrieten bloeiden en de late bout-
kleurige vlinders den honig kwamen zuigen.
Heintje komt naar huis sprak ze weer stil....
En ze zei aau de bloemekens dat zij Heintje
gaarne zag en zij bekende aan de vlinderkens
dat zij niemand toebebooren zou dau hem
De 'margrietjes knikten Wel u! bij
't zachte gesuizel van den najaarswind en de
pepels fladderden weg met blijder hartje oi
ware Keines zuivere, maagdelijke Uefde een
zonnestraaltje meer geweest in hun dioomerig
10 Bijna twee jaren is de liefde dier twee bra
ven oud
't Was de dag na de loting.
Gausch alleen kwam Heintje langs de beek
gewandeld. Hij had rozen en pluimen op de
muts en hij zong met zoete, weemoedige stem
Ik moet piot zijn,
Ik moet piot zijn,
Want voor lansier beu ik te klein
Hij zong de arme jongen en in zijn hart
was bet sombere nacht.
Reine kwam hem tegen.
Hii toonde baar zijn nummer.
Reine, Reineken Vivat drie en veertig
'k Stak mijn bandeken
In dat trommel ken
Drie en veertig is dat niet gen0.eg; hf,
O, Heintje, 't is tuch jammer zuchtte
de£°5Ï T ii met genoeg, he, Reine - Neen
't is niet genoeg. - Honderd meer moest ik
gehad hebben Voor mij is 't mets. boldaa
worden, dat is geen sterven, en twee jaren J
po ia seen eeuwigheid. Maai thuis, o i
Vader en Moeder, allen schreien a s ze u.ij
wrik kan dan niet thuis blijven, ik
uioet weggaau ik ka» <l,t verdriet .tot zreu I
Z'lïnoodlot
Twijfel niet aan Gods goedheid, iieiutj
dat ware rampzalig 1 WQej
Dat doe ia ook niet. Wie weer w*.
verschrikkelijk kruis ik met mijn sLckt num
mer van ons hoeveken heb verwijderd maar
in tijden van onheil mort men al licht zei d
goede jongeling.
't Is waar
Ik meende nochtans zoo wel ik zal er
mii uittrekken... 't Is nu te laatdrie eu
veertig drie en veertig maar 1 Binueu uegeü
ÏÏSe'u loop ik ver
geweer op mijnen schouder Breseutez,
ar mes Hu terwijl ik m de muffe kazerne
vadsige, uuttelooze dageu slijt zal vader zie
d°Reme?,azoóte, blauwe oogeu schoten vo^
tranen. Treurig, onuitsprekelijk trcunö
de loteliug haar aan 1
Gij houdt dan veel van ons, Reine, daf
ge weent
Zij knikte eventjes.
En van mij ook, vroeg de jongeu w.eder
yau u meest, zei Reine
Stom verbaasd, maar 't hart vol eindelooze
fe zij liet baar droevig hootM op zijnen borst
zinken en schreide stil voort
(Wordt voortgezet).