HET KLOOSTER Zondag 24 Februari 1901 Onderstandspenning. Hel Spel. Jesuieten. In Congoland. 16de Jaar. LIBERAAL WEEKBLAD VOOR Abonnementsprijs *r J°01 d" ®tad voorop betaalbaar 4 fr. 60 voor den buiten p PRIJS PER NUMMER 10 CENTIEMEN. Men abonneert zich op alle postkantoren voor den buiten voor de stad, ten kantore van het blad, Vrijheidstraat, 58 AALST. HET ARRONDISSEMENT AALST Prijs der Annoncen x Reklamen 76 centiemen Vonnissen op de derde bladzijdefrank. Gewone, 16 centiemen drukre9e|. Men maakt melding van elk werk waarvan een exemplaar aan het blad gezonden wordt Handschriften worden niet terug gezonden. Nee spe nee metu. AALST 23 FEBRUARI. Omdat ik juist door 't venster keek als E. passeerde 0,10. Hij speelde twee cavaliers op eeuen avond 0,25. A. V. en F' trokken samen op 0.20. Maar ze kwamen niet sa men af 0,20. Nen cene voor den apotheker en 1 fr. voor zijnen discipel 1,02. Omdat Mieken vijfmaal met J. gedanst heeft 0,05. Omdat P. zou nen feilen socialist is 0,10. Matr's werkmans brood benijdt 0,10.—Ze dronken een glas en p... een plas in D. D zij nen bas 0,15. Orarlat mijn kindje genezen is 0,50. Omdat M. Walpot het al zoo beu is als koude pap 0.25. Een Gentsch voddeken met den ronkenden titel Recht en Vrijheid weekblad voor het ar rondissement Aalst, deelt in zijn laatste Dum- mer een printje mee, voorstellende koning Leopold II aan 't kaarten met een gekenden socialistische» leider. De gelijkenis is o ïloo- chenbaar en daaronder leest men dit enkel woord Burger ver maak. Wij wisten Diet, dat koning Leopold liefheb ber is vau smousjas, maar dat vele socialisten liefhebbers zijn van de kaart, dat weten we wel, dat woordekeu Burgervermaak komt daar zooveel te pas als een paus op een verkeu. Met over^roote meerderheid werd de wet op da hasardspelen gestemd en de uitzondering welke voor Oostende en Spa werd gevraagd, werd met evengroote meerderheid verworpen. De volksvertegenwoordigers hebben aan die twee steden geen schandalig voorrecht toege staan. De tuischerij is eene plaag voor de maat schappij, die plaag leidt tot losbandigheid, tot ellende, tot diefstal en zelfmoord. Dat er bij de bespreking dier wet voel zee ver werd verkocht behoeven we niet te zeggen, doch de zaken zoover te drijven ook de whist- partij den teerliugbak en bet lotspel hij de waagspelen te rekenen gaat zeker over zijn hout. liet ligt in de zeden en gewoonten van ons volk gezellig te vergaderen in herbergen en lokalen en daar den tijd te korteu onder het spelen van een partijtje klaverjas of mal au bras, waarbij de inzet zelaen meer bedraagt dan de waarde van een glas bier. Zoozeer is dit in de zeden gedrongen dat het rood papierken een zijner leiders afbeeldt zit tend met onzen koning. Een spel wordt maar een kansspel, eeno kwaal, wanneer het ontaardt in misbruik 't zij omdat de inzet te groot wordt 't zij dat de spelers er hun werk en hun ge zin mede verwaarloozen. Het kaartspel is geen burgorvermaak of werkman8vermaak, er wordt (schijnt hetj ge kaart bij den koning er wordt gekaart in de geringste werkmanshut. Men moet charlatan zijn om naar aanleiding der nieuwe wet met het Ilollowayuchtig socialism voor de pinne te komen. door P. S. Gods woning, Godes woning der natuur. Ik zie uw licb'en in de gele maan als koningin van *t nachtelijk uur op hare hooge hemelbaan lk zie U doez'len in 't geboomt, zwarte armen ten trans geheven Ik voel u waar het doomt geruischloos heen en weder zweven. Ik hoor U trillen en fluist'ren uit honderd stille mouden tot in mijn zieleluist'ren Uw lof alleen verkonden Natuur en God 1 óGodlijke natuur 1 Gij zijt 't begin en 't eind Gij zijter de eeuwigheid en duur waarin het leven golft en deint Gij kleurt en licht eD straalt en donkert Gij trilt en warmt en gloeit Gij troont en verft en flonkert NatsurisGod, ig God geboeid Geen enkel werkman zal er kwaad inzien een potje, te wiezen, en het kaartspel is ook oen deftig vermaak, doch de beste dingen worden slecht als men er te veel van neemt. Deftig vermaak is voor den werkman zelf noodig, te veel deugt niet meer. Te samen een paar uren te kaarten is een eerlijk verzet, maar de ker missen afloopm met drie kaarten op een pira- plu om h^t geld uit de zakken der snullen te futselen is misdadig. Bij tuischspelen is er geen vermaak meer, er is drift, gejaagdheid, vrees, haat en meest al tijd bedrog, zoowel in de speelkoteu der steden als Namen, Spi, Oostende, als aan de hoaken der straten, waar de werkschuimers op het loon der onverstandige arbeiders loeren. Burgervermaak Er wordt helaas 1 veel meer getuisebt door het werkvolk dan door de burgerij. Wie verspilt er het meest geld aan de Juivenmelkerij Wie zijn de gewone klan ten van de loouschnimers, welke soms ten ge- talle van drie en vier aan de S' Annabrug en aan den Zwarten hoek het einde van den ar beid afwachten bezonaerüjk op de betaalda gen De drift naar het spel is eene uiting der ver laging van de burgerij, zegt het rood vodde ken, dat is waar, doch het is insgelijks waar voor de werklieden en het getal tuischers is in evenredigheid grooter onder het werkvolk, dan onder de burgerij zoodat volgens de redenee- ring van het rood voddeken de verlaging groo ter is onder de arbeidende klasse dan onder de burgerij. Niet het kwakzalverssocialism zal daaraan verhelpen, maar goede wetten en degelijk on derwijs. Indien er ooit eene geestelijke orde kwaad heeft gestichtis het wel het orde der Jesuie ten, de misdaden bedreven door leden van dat gilde, opgestookt door hoofden van dat orde, opgehemeld door schrijvers dier sociëteit zijn ontelbaar, koningsmoorden, diefstal, erfenis- roof alle slag van wanbedrijven werden door hen of hunne handlangers bedreven en daarna door hunne hoofdmannen als goede werken geprezen. Er is geen land in de wereld waaruit ze niet verbannen werden, geene streek waar hunne slechte leerstelsels niet werden veroor deeld, geene stad waar zij den voet hebben gezet zonder akelige herinneringen te hebben nagelaten. Ze richtten de hand der moordenaars die naar bet leven stonden der vorsten welke de Jesuieten vijandig waren, ze bliezen het vuur aan der brandstapels waarop duizenden onge lukkige» levend werden verbrand uit hoofde hunner belijdenis, ze kaapten de erfenissen van weezen, verschoonden in hunne werken ontucht, verkrachting, bloedschande en vader moord. Nooit werdeu meer slechte boeken geschre ven en verspreid dan door de Jesuieten. Er is Gij troont en verft en floukert. Natunr is God, is God geboeid Zuster Brod opgaande in hetzelfde gevoel vanJohan, her haalt de laatste woorden zacht dus Zuster Brod Gij kleurt en licht en straalt en donkert Gij trilt en warmt en gloeit Gij troont en verft en flonkert Natuur is God, is God geboeid. Een wijle blijft zuster Brod tegen de ven sterbank geleund, starend kijken Daarna hoort zij plotseling gerucht in de cel der moeder-overste en neemt ijlings de vlucht naar haar cel. Moeder-overste komt uit haar cel en gaat de wandelgang in om nog eens toe te zien of alle zusters ter ruste zijn. Zij wil dus de 1° deur openen, maar vruchteloos, de 2* insgelijks, met verbaziüg gaat, ze de heele reeks af eu vindt ze alle gesloten. Ze staat nu op 't einde van den wandelgang met schrik eu verbazing te zien, als plotseling al de deuren geopend worden en al de nonnen in hun ge waad verschijnen en zich lachend om da moe der-overste scharen. Wei 1 De Moeder-Overste op aarde geene misdaad zoo groot welke niet door Jesuieten werd op touw gezet telkens die misdaad dienen moest o n de verovering der wereldheerschappij te bevorderen. Het is daarom dat de naam jesuiet geheel de wereld voor alle standen der samenleving een scheldnaam is geworden, welke niemand dra gen wil dan de Jesuieten zeiven. Die naam wordt hun geenzins benijd, de geschiedenis is daar om ons te leeran wat hij betaekent. Clemens XIV op aandringen van minis- ters der groote mogendheden n (en ook van vele bisschoppen) welke betooeden dat het orde een maatschappelijk gevaar en eene oorzaak van sehandaal was ge- worden voor de christenheid schaft het orde der Jesuieten al om de goede ver- standhouding tusschen den H. Stoel en de verschillende hoven van Europa te behou- den. i) De jesuiet die in Denderbode schrijft heeft dat gelezen in h9t groot Woor denboek van Larousse, dat voor hem ontfeil- baarder is geworden dan de paus. In de afschafflngshulle van Clemens XIV staat geen enkel kwetsend woord voor de Jesuieten, zegt hun verdediger van het kliek- blad. Als de Jesuieten die bul Ie niet als een kwetsend stuk aanzien bewijst zulks dat ze niet vies gevallen zijnen een schop voor een kompliment nemen. In dozijnen klachten aan dien pans gestuurd werd er gewezen op de schurkeriien onder bescherming der jesuieten zoo niet door hen zelve bedreven, die klachten gingen uit van faculteiten van godsgeleerdheid, van bisschop pen, van parlementen geiuchtmakende pro cessen brachten ongehoorde schandalen aan het licht, Clemens XIV had niet meer noodig hunne misdaden op te sommen, hij ontbindt eenvoudig de sociëteit op straf van excommu- nicutie voor al wie ze nog zou inriohten. Bewijst zulks niet, dat Clemens XIV het orde der Jesuieten waarlijk als een maatschap pelijk gevaar en als een schandaal voor de Christenheid aanzag of was die paus zoo een bedorven man dat hij hot tegendeel meen de en de sociëteit maar ontbond uit vleierij jegens de vorsten van Europa. De sch rij velaar van Denderbode is van mee ning dus, dat de onfeilbare pans eene slechte daad beging om de goede verstandhou ding tusschen den H. Stoel en de Eu- ropeesche hoven te behouden. Zulke afzweepiiig van het pausdom werd nog nooit door een geus toegediend. Over dat punt zijn wij het met hem eens, de pauzen zijn altijd vleiers geweest van de erooteu en machtigen der aarde, paus Leo XIII is het nog meer, hij zendt benedicties aau protestautsche keizers, kadeaukeus aan den bloedhond van Turkye, terwijl arme drom mels in den hoek der verdoemden als beesten worden ingedolven omdat ze niet orthodox waren. Maar Clemens XIV had daarbij nog het schouwspel voor oogou van de wanbedrijven der Jesuieten en van de oproerigheid van nun- Een Don. Wel 't is S' Thomas, moeder. De Moedor-Overste (nog niet begrijpend) Wel! Een andere non (lachend en in kinderlijk vertrouwen haar na derend) en we hebben u buiten gesloten, moeder (Het hooge woord is er nu uit) (Lachend verdringen zicb de zusters om haar) We hebben u buitengesloten, moeder. Een stem En wat krijgon we nu, moeder Een andere. We laten u niet ios. Een andere O Moeder we eereu u zoo. De Heele groep. We eereu haar zoo. Een stem We hebben haar zoo., lief. (op dit oogenblik versohiet de gelaatskleur der onbeweeglijke moeder-overste eens, anders nog altijd strak. Een stem (luid klinkend) Maar nu hebben we haar beet. (zich ondeugend terugtrekkend wel wat ver schrikt de moeder nog steeds stijf en onbewege lijk). nen generaal Ricci tegen het pauselijk gezag, mits deze weigerde hot orde te hervormen ge lijk de paus het wilde en bot weg antwoordde dat het weze lijk het i3 of dat het niet zij. Was zulk reeds geen schandaal tegen de Christenheid, Denderbode Pax. De wetenschappelijke zending van Ka Tanga. Onder dezen titel verscheen eenigen tijd ge leden, een schrijven in het Fransch van Kapi tein Ch. Lemaire, waarin hij, op min of meer breedvoerige wijze uitweidt over het ongeluk kig einde van J. De Windt. Daar velen De Windt, ten minste bij naam, gekend hebben, dennen wij aan ieders verlan gen te voldoen, dit schrijven hier over te nemen. Ziehier wat kapitein Lemaire vertelt Woensdag 10 Oogst 1898, om 6 1/2 uur treden de heeren Michel en Heiaars bij mij binnen. Ik lig uog te bed. Hoe bracht ge de nacht door comman dant. Tamelijk wel. Het is waar men versmacht bijna in deze huizen, maar ik gevoel mij van dag tot dag beter. Dan n zegt eensklaps Michel, mogen wij u bekend maken met een groot on geluk. n Mij op mijn leger oprichtende, ziehier wat ik verneem «Gij zult nimmer De Windt noch Caisley wederzien. Wat zegt ge Wat komt ge te verne men Zij zijn verdronken in het Tanganika- meer. Ik spring van mijn leger af, en kleed mij in der haast aau, terwijl Michel vervolgt Het is de zwarte loods van de Good News dia ons zoo even komtin te lichten De Windt en Caisley kwamen in prauwen van Ki-Touta drie prauwen waien er, die van de loods is dezen nacht aau de landingsplaats van Moliro aangekomen. De andere waren achter gebleven, geschei den door een tempeest dezen morgen zijn de pagaaiers der Europeanen aangekomen, ons meldende dat hunne vaartuigen gezonken wa ren op eenigen afstand van de post, en dat de blanken verdronken waren. Wij vertrekken. De loods van de Good News i) is daar. Ik ondervraag hem op mijne beurtal wat ik van hem to weten kom, is dat de p igaaiers den vorigen avond verlangd had den den nacht door te brengen op den oever, doch dat de blanken hadden willen voortgaan. Hij, loods, ismet zijne prauw in goede ha ven aangekomen en heeft met zijne lieden den Een zuster vooruittredend zegt het volgende versje op Op dezen dag, 't is buitensluitersdag Vergeef het ons o beste moeder, als het vroeger, immer plag zoo wagen wij het tucht en vrees te breken en u ons ware liefde te betoonen (schalk) wel vreugdig wachtend naar 't beloo- [nea De Heele groep. (even schalk) wel vreugdig wachtend naar 't beloonen. De Moeder Overste (staat nog altijd onbewegelijk, even glimlacht zij nu, maar wordt weer ernstig, wat somber afkijkend) Groep nonnen (In de groep begint zich hier en daar eeü ont stemd gevoel te vertoouen, zich openbarend in het ophouden van dringen. Een ander non. Wij eeren u zoo, Moeder Gij helpt ons zoozeer in den nood De Heele Groep God weze altijd uw hoeder verlaten u nimmer in den nood f (Weer dringend volgen nu een reeks uitroepin- i gen iets of wat gekke tonen.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Dendergalm | 1901 | | pagina 1