fel
MEETJE STEVENS
m
18^e Jaar.
Nummer 15
Zondag 12 April 1903.
feil
pi
is^lfes
m
Mm
ku
Feest Gustaaf LEVEAU.
Zoogezegd voor
de pensioenen
't Wordt Lente.
En
waar zijn
De kiezing van 1903.
IPS
Sgp
ÉH
BW
LIBERAAL WEEKBLAD VOOR
4 fr. voor de stad
Abonnementsprijsvoorop betaalbaar
4 fr. 50 voor den buiten r
PRIJS PER NUMMER 10 CENTIEMEN.
Men abonneert zich op alle postkantoren voor den buiten voor de stad, ten kantore
van het blad, Vrijheidstraat, 58 AALST.
Nee spe nee metu
HET ARRONDISSEMENT AALST
Gewone, 15 centiemen
Prijs der Annoncen (per drukregel.
Reklamen 75 centiemen
Vonnissen op de derde bladzijde1 frank
Men maakt melding van elk werk waarvan een exemplaar aan het blad gezonden wordt
Handschriften worden niet terug gezonden.
AALST 11 APRIL.
Het feest Gustaaf LEVEAU zal onver
anderlijk plaats hebben den Zondag 7
Juni eerstkomende.
Al de Liberale Maatschappijen en krin
gen der stad en verse h eidene Maatschap
pijen van het arrondissement, benevens
afvaardigingen uit andere steden zullen
aan het feest deel nemen.
Indien het goevernement de lasten op den
alcohol vermeerdert, dan is het onder anderen
volgens wat het beweert om eenige mil-
lioenen meer aan de arbeidspensioenen te be
steden.
Laat ons egns zien
Verleden jaar heeft de pensioenwet eene uit
gave veroorzaakt vau ongeveer .12 millioen.
Maar sindsdien verscheen het koninklijk be
sluit van 30 December 1902, dat de formalitei
ten, de redens vau uitsluiting vermenigvuldigt
dat vooral a.in de Patronage Comiteiteu zoo
danig strenge regels voorschrift dat zeer ze
kerlijk een derde der tegenwoordig gepen-
sioenneerden hun pensioen voortaan zullen
verliezen.
De uitslag 't Isdat reeds dees jaar de uit
gave voor de pensioenen zal neerdalen van 12
tot 10 millioen, misschien tot 9
De nieu we lasten zullen dus voor de peusioe-
neu niet dienen. De heer De Smet zal het geld
houden en het voor andere zaken gebruiken.
Is het daarmee al
Zullen ten minste de pensioenen zooals nu
blijven bestaan Geenszins volgens de wet van
1990 wordt het pensioen zon ler voorwaarden
slechts toegekend aan de ouderlingen geboren
voor 1845, en dat, naarmate zij den ouderdom
van 65 jaar bereiken.
Te rekenen van 1909 biunen zes jaar
zal het getal dier gepensionneerden niet meer
vermeerderen en integendeel van jaar tot jaar
verminderen aangezien de dooa op dien ou
derdom alras velen wegmaait.
Gedurende drie jaar nog, 1910, 1911 en
1912 zal men het pensioen toekennen aau ou
derlingen van 65 jaar die in de Lijfrentkas 18
frank op ten minste 3 jaar verdeeld zullen ge
stort hebben. Zeker zullen er zijn. Maar hoe-
Dorpsverhaal
door L. V. O. Onderwijzer.
Niet slimmer dan een ander, en om u
dat te doen zien In de groote wei bij het
bosch, grazen vier mijner knechten vier vette
ossen kunt gij die stelen, dan wil ik gelooven
dat gij slim zijt en de ossen zijn de uwe.
Jan trok naar huis, stak een beurze met
geld ia zijn zak en ging heen. Een half uur
later kwam Jan zingend en juichend door den
meer8ch geloopen waar de vier knechten, de
vier ossen graasden.
Ei, Janneken, waar loopt ge naartoe
Naar huis
En waarom zingt en springt gij zoo
Kijk 1 aan u wil ik het zeggen. Bij den
dikken beuk in 't bosch staan vijf bloedroode
bloemekens en daar valt uit het kelkje dees
beursje vol goudstukken iu mijn hand zie 1.
En Jan liet het geld zien. Ik wou de andere
bloemekens ook plukken, maar een oud vrouw
ken kwam van achter den boom en zei Als
gij er nog een aftrekt, zult ge sterven nie
mand mag twee van iniju roosjes plukken of
hij valt doou I Ziet gij, ik loop nair moeder,
zij kan ook algauw naar 't bosch gaan.
Wal Snul 1 riepen de knechten. Trientje
Pannekoek zal de ledige plaats vinden.
Zij lieten de ossen staau en liepen het bosoh
in.
voel zullen het niet gedaan hebben, hetzij uit
nalatigheid, onwetendheid of armoede. Zeker
wel de helft. Daaruit spruit dat, voor die drie
jaar, de uitgave voor de pensioenen nog sterk
sal verminderen.
Eu na 1912 P Dan bestaat er geen pensioen
meer. Volgens de wet blijft slechts bestaan de
premie van 69 centiemen per frauk toegekend
aan degenen die regelmatig storten in de lijf
rentkas. Ondanks de reclame, ondanks de
aantrekkelijkheid van de premie, heeft het
gouvernement aan die toelagen verleden jaar
niet meer moeten besteden dan twee millioeu.
Dat cijfer kunt ge verdubbelen, ge zijt nog ver
van de 30 millioen die de nieuwe lasten aan
het gouvernement zullen opbrengen.
Dus de bewering van het goevernement dat
het geld klopt voor de pensioenen dat is een
zuiver lolleken.
De waarheid is dat de kas ledig staat en dat
alle middeltjes goed zijn om ze weer op te
vullen.
Alhoewel we 't tot nu toe maar wei
nig hebben bemerkt, zijn we toch in de
Lente.
De schoone dagen zijn er nog niet
maar we leven op hoop en wenschen
allen dat die hoop niet zal teleur ge
steld worden.
Als de schoone dagen en de zoele
avonden ons naar buiten lokken, zuilen
de openbare concerten worden herno
men.
Te Aalst bekomt slechts eene Maat
schappij toelagen voor het geven van
openbare concerten, namelijk de Jonge
Garde die ook nog andere brokken
bekomt, die uit de stadskas wordt ge
kleed en wier instrumenten insgelijks
gekocht worden met het geld van ieder
een.
Alle Aalstenaars zullen bekennen en
zeggen dat die concerten weinig bijval
genieten bij hot volk, we zoeken er al
de reden niet van op, we bestatigen een
feit.
Het muziekkorps der Pupillenschool
geeft kosteloos openbare concerten en
de kleine muziekanten behalen meer
succes dan do Jonge Garde, die eerst
en vooral de algemeens sympathie ont
beert.
Ziet ge dat 1 zei Jan. Hij nam de ossen
en trok er mee weg.
Den volgenden dag ging Trientje weer naar
de kerk en ze was vroolijk 1
Wel, Trientje, gij zijt weer zoo pleizierig
zei de burgemeester.
En zou ik niet blij zijn JanDeken is
gisteren met vier groote, vette ossen thuis ge
komen, die hij eerlijk gewonnen had.
Verduiveld Zeg eens aan Janneken
dat hij na den middag eens bij mij komt.
Jan, de slimme dief, giug bij den burge
meester.
Zoudtgemijn schoone grijze merrie uit
mijn stal kunnen stolen
Ja.
Dezen nacht
Dezen nacht.
Kunt gij dat Jan, gij moogt ze houden
en ik geef u nog vijftig napoleons bij.
Twee knechten zouden den stal bewaken,
de paardenknecht moest zich schrijlings op de
merrie zetten. Zoo was er geen nood.
De deur ging op slot en werd langs binnen
onderzet.
Tegen den avond kwam een oud manneken
met rattenvallen en brillen bij den burgemees
ter te slapen vragen.
Ga in den stal, zei de burgemeester, zulk
volk waakt uog Deter dan twee knechten.
Het oude ventje trok den stal biuueu.
Gasten, zei hij, neem mij niet kwalijk,
hebt gij hier niets te drinken een druppelken
of iets
Wel ja, proficiat 1...
Dan zal ik u' met een druppelken be-
Waarom worden de openbare con-
j certen, niet aangemoedigd door de stad
en meer algemeen gemaakt Omdat ons
stadsbestuur een koteriebestuur is, dat
niets over heeft dan voor zijne trawan
ten en kreatur^n. De Jonge Garde moet
vele toelagen hebben dat vermindert de
lasten der eereleden en kopstukken.
Ware de Jonge Gardé hare subsidies
kwijt en hare gedwongen blazers ze
bestond geene maand meer.
Hoe gaat het in andere steden Ne
men we b. v. Gent.
De stad stelt eene zekere som vast
voor het geven van openbare concerten
op verscheidene kiosken. Alle Maat
schappijen vau muziek en zang, die de
gevergde voorwaarden vervullen (zeke
ren tijd bestaan, voldoeude getal uit
voerende leden) mogen zich laten in
schrijven.
De dagen waarop de concerten moe
ten plaats hebben, de kiosk enz. wor
den door 't lot aangeduid. (We meenen
te weten dat de kicsk van den Kouter
voorbehouden is aan de militaire mu-
zieken). Er staan kiosken in de bezon-
derste volkswijken der stad.
Hadden we te Aalst eeneu gemeente
raad gekozen met de evenredige verte
genwoordiging we zouden wekelijks
een paar concerten hebben op de groote
Markt die langs om meer aan 't begijn
hof begint te gelijken en we zouden
ook concerten hebben in de volkswij
ken, die thans van zulke uitspanning
geheel verstoken blijven.
t
Bij het onderzoek over den toestand der
kleine burgerij te Antwerpen, legde een kleine
boekhandelaar de volgende verklaring af
Het werk in de kloosters en g ivangonissen
maakt eene doodeude concurrentie aan den
kleinhandel. Zekere kloosters leveren pa-
pier aan 25 per honderd lager dan de gewo-
ne prijs. In de gevangenissen betaalt men 2
a 3 centiemen een handwerk waarvoor de
kleine nijveraar 30 centiemen geeft.
Iu de meeste clerikale scholen en in alle
nonnekeuskloosters zijn de leerlingen ge-
scheid doen. Hij haalde een flesch uit zijn zak
en dronk, dan stopte hij de flesch en stak ze
weer in zijn zak.
Ei, zie 1 riep hij, wat ik nu doe, dat is
puur uit gewoonte. Ik neem zoo van tijd tot
tijd een sloksken op mijn baan maar dat is
niets, jongens, niets 1... Hier is de prij al voor
de pinue gekomen We zullen haar eens gam
zeggen wat de boerkens vertellen als ze dorst
hebben
Maar de flesch, waar het oud manneken vau
gedronken had, was in den zak gebleven en de
knechten dronken jenever waar een slaapdrank
in was Een half uur nadien ronkten zij als
verkens.
Dan stond het grijs ventje, die Jan de slim
me dief was, op hij nam don paardenknecht
van de merrie en zette hem op de krib, maak
te het beest los en vertrok.
Wel, Trientje, zei de burgemeester weer
deu volgenden inorgend, gij ziet er zoo geestig
uit
Zwijgt, zegt Trientje, Janneken is dezen
nacht met een schoon paard naar huis geko
men eu hij zegt dat hij nu nog vijftig napo
leons te goed heeft.
De burgemeester liep naar den stal.... Sla
pers, riep hij, leelijke slapers Üp, allo, op
Jan de diet is verloren zei de p tardenkuecht
aan zijn oogen wrijvend, ik zit er nog op,
op de grijze.
Ja, op de kribbe, domme vent I
Na den middag kwam Jan om zijn geld.
Gij zijt gewonnen 1 zei de burgemeester.
Nog een wedding en ik geef mij verloren. In
een doosken op mijn slaapkamer ligt een
dwongen de boeken, schrijfboeken, prentjes
in een woord, alle schoolgerief in de school
zelve te koopen.
Zoo leggen het de clerikalen aan om den
toestand der kleine burgerij te verbeteren In
de kloosters wordt alles gefabrikeerd dooh
men betaalt er bijna geen patent.
Zij betalen ook bijna geen werkloon. Wilt
gij daar een staaltje van
Lees dan het proces dat te Nancy tegen da
nounin van den Goeden Herder ingespannen
is.
Weet ge hoeveel men er aan de werksters
betaalde
27, 23 en lé centiemen per dag en den kost
Weet ge hoeveel jonge meisjes de Goede
Herder in Frankrijk gebruikt.
Vijf duizend en die werken 12 uren per
dag.
Reken nu eens uit hoeveel de nonnen op ie
dere werkster verdienen. En ge komt tot de
kolossale som van 35,000 fr. per dag of lé
miljoen per jaar door den Goeden Herder in
gepalmd.
Het is dus niet te verwonderen dat de
kloosters kasteelen knopen om zich te huisves
ten.
Hier in Belgie gaat het ook zoo. Wij hoeven
enkel te spreken van de kantwerksters.
Het zijn immers de kloos'.ers, die de grnote
middelaars zijn tusschen de voornaamste han
delshuizen van Brussel en deu vreemde en de
arme kantwerksters.
En het zijn ook de kloosters, die bet grootste
deel der centen door deze vrouwen, ten prijza
hunner gezondheid gewonnen opstrijken.
En wat waar is voor de kantwerksters is het,
ook voor talrijke andere vakken
Priester Daens heeft eeD wetsontwerp
neergelegd, waarbij de geineentekie*
zing zou geschieden op dezelfde basis
als de kiezing voor de Kamer van Volks*
vertegenwoordigers.
Reeds vroeger werd dat voorstel doop
andereu gedaan maar door de kleri
kale meerderheid verworpen.
Zal het nu meer kans hebben He^
werd op voorstel van De Trooz in aan
merking genomen. Denderbode zegt
't is alleenlijk uit beleefdheid.
Top jandorie, het orgaan der krot-
bestuurders herkent dus, dat De Troo.3
zich verplicht heeft gedacht beleefd-
diamanten ring. Kunt gij dien stelen, hij i§
voor u 'tis ne middel. (1)
Goed, zei Janneken, dezen nacht kom ife
hem stelen.
De burgemeester dacht. Ik schiet hem
omver en ik neem de vier ossen en mijn schoo
ne merrie weer
Iu het dorp was juist eeu oud, arm wijvekeq
ges.orven. Niemand waakte bij het lijk. Jan
haalde ze van üeur stroo, kroop er mede op da
woning des burgemeesters en liet het doodq
lichaam neder tot vlak voor het venster der
slaapkamer.
Baf zei de burgemeester eu hij schoot he|
gestorven vrouwken een kogel door het lijf,
Jan liet vallen en kroop langs de anderq
zijde naar beneden.
'k Heb hem 1 zei de burgemeester tot
zijne vrouw, ik kan hem niet laten liggen,
ik zal hem met zeven haasten gaan begraven,
Nauwelijks was de burgemeester weg af
Jan liep naar de kamer, nam stil het doosje)
vau de kas weg.
Is 't al gedaan vroeg de vrouw.
Neen, zei Jan, 'k had mi^n muts verge»
ten.
Weg was hij.
Jan had een beurs goud, vier ossen, e«q
paard en een diamanten riug. Hij was rijk eq
leefde lang.
Het klokkeken hiidt
't Poverjannekeu fluit,
Ed mijn vertelselken is uit
(1) fortuj u
Wordt vmtgmi,
J5£?3;s
-- A
BliAZERUS.