Antimalbeunenduivels,
Tweede Jaar Nr 37
Prijs per nummer 25 centiemen
Ninove 9 September 1928.
Katholiek Vlaamsch co Volksgezind Weekblad
ft. LtlYSTERttACt-ULMAffti
Landbouwbelangen
NOG OOIT OORLOG?
VOOR HET
Postcheckrekening (R Luysterman n 1862,54)
KANTON NNOVE
Abonnementsprijs
3 maanden fr. 3,50
G maanden G,50
1 jaar 12,5()
Drukker-Uitgever
NINOVE, Koel poortstraat, 1», NIN'OVE
Aankondigingen
Gewone per regel 1 fr.
dikwijls te herhalen vol
gens overeenkomst.
Waar ge ze ook nog aantreft
Kent ge in uw onmiddelijke omge
ving geen modern juffertje Zoo 'n
dingentjemet vleeschkleurige kous
jes, wanhopig-korte rokjes, een,
diep-uitgesneden blousje, rood-en
bruin-en geel-en zwartgeverfde lip
jes, wangen en wenkbrauwen, en
'n armzalig gesneden jongenskop
Wie kent er zoo geen Wel dan,
aan den hals van dit hypergeëman-
cipeerde conterfeitsel onzer Moe
der Eva, bengelt aan 'n ragfijn ket
tingsken een gouden rondeken
waarin het mooi uitgesneden en
wereldbefaamdenummer to, of een
zwartolifantje, belachelijk klein en
dat een gouden ringsken, luimig
op cn neer wipt. Dat zijn allemaal
't Woord en is van mij niet. Ik
steek er dus niet het pluimpje van
op mijn hoed. En om te zeggen
van wien 't is, (want eere wien eere
toekomt,) zal ik maar direct ver
klappen dat het gerold is uit, den
humoristischenbol van JefScheirs,
deau'.eur uit deAjuinensteè,dieons
reeds menig lekker boek heeft ge
schonken. Scheirs heeft dat woord
Antimalheurenduivels gelegd in den
sappigen mond var, Titten «De(n)
FHozoof van Haagem; een ronde. yjoviale
vijf-cn-vijftiger, weelderig haarbos peper
en zout, 'n paar levenslustige oogen die
tintelen van blij levenslust, 'n mond al
tijd tot lachen gereed en in zijn geheel
'n pootigen kereldit als ge zijn portret
hebben wilt.
Maar daar ik niet van zin ben over
dien wonderen vent te schrijven,
hou ik me bij die korte inleiding,
met de verklaring dat ik ze alleen
neerpende om den titel van mijn
praatje nader uit te leggen.
Dat ge 'det weet wat een antimal-
hturenduivel is? Kom! Hebt ge al
een auto gezien Natuurlijk! Wel
dan Van achteren aan het ven
stertje, binnen in de car hangt aan
'n koordeken een gek klein figuur-
ken te dansen, dat door het sghok-
ken van den snorwagen lustig op
en neer dentert. Ol wel zit het van
voo", vlak boven den ronkenden en
tutfenden motor Van binnen in is
't een aapje, een vlinderken, een
juffertje, een springduiveltje-lijk er
in de kermiskastjes zitten-met ste-
keligen haarbos en verveerlij ke lan
ge vingeren en teenen, of een an
der zot en onnoozcl postuurken.
Van buiten op den motor is 't een
vliegmachine, of een duikersvaar-
dige zwemmer, of een pijl, of een
hollenden hond, of een helm, of
een hoefijzer, ofeeu godinnetje van
de snelheid, maar in ieder geval
iets dat de meest onwaarschijnlijke
beteekenis daaisteld. Al die ver
scheidene poppetjes zijn antimal-
heurenduivels.
specimens van antimalheur^ndui-
vels Bij zoo 'n suffragettes treft ge
soms ook aan, rond den eleganten
pols of den blooten arm Haar ben
gelen ze aan een juweeligen bra
celet of een heidensch=n esciave, of
worden gehecht aan het kleurige
lintje van dameshorlogi--tjt dat ze
snobsachtig en parmar tig ten toon
stellen. Of dat aardige juf (sic) draag
een costume tailleur cintré et a la mode
en spelt op haar revers een microp-
nisch Onze Lieve Vrouw beestje.
Ik heb er ook nog gezien, wonde
re antimalheurenduivels, op de bu
reau 's van heel geleerde... witsel-
agenten of bankiers en wel onder
den meest verscheiden en over oti-
gineelsten voim. Ik ken er een,
een heel ernstig mensch anders
(anders zeg ik, want of ie in deze
zaak ernstig is dat valt sterk te be
twijfelen); ik ken er een dieopzijn
bureel, vlak voor zijn cijferboeken
en zijn zaak-papieren een,...konij
nenpootje liggen heeft en aan den
wand,daar voor hem... een fiagiel-
ged ruogde vierklavtr.
De mode van de antimaiheurendui-
veis is een echte fuore antididbolo ge*
worden, (onr ook eens slecht latijn
te spreken,gelijk de antigodsdiens
tige bladen bij het geval Ladeuze
Warren van de Leuvensche Alma
Mater Van in de laagste tvt in de
hoogste klassen van de huidige sa
menleving vindt ge antimalheu-
renduivels, of anders gezegd mas
cottes of portesbonheursIk heb e: ge
zien op den werkzak van den waal-
schen mijnwerker, aan den veel te
blooten hals van het moderne nuf
jeop het bureau van den rijken
wisselagent, op het voorsteven van
den varenden schipper, op de
schroef van den waaghalzigen vlie
genier en op de car van den snellen
automobilist.
En waar ze toe dienen moot en
Simpel om de malheuren tegen
te gaan. Om hun eigenaars le vrij
waren van ongevallen en ze inte
gendeel te overstelpen met gel uk-
en g^ede kans. En al blijkt die mo
de tegenwoordig haar hoogtepunt
bereikt te heDben, toch kunnen wij
tr gerust van zeggen dat er niks j
nieuws onder de zon is. Van vroeger
reeds, van veel vroeger, zat het
vergroeid in de menschen, in de
bijgeloovige menschen a thans.
Want dit is nog een andere vast
stelling dat het bijgeloof stijgt daar
waar het echte geloof den grond
in gaat.
Als ik nog een kleine kerel was,
bratht ik gewoonlijk mijn verlof
door even buiten de stad, bij twee
stilaan-oud-wordende menschjes
die op een boerderijtje woonden
Ze waren nochtans in den grond
brave, christelijke luidjes en door-
goed. En om l te vertellen van
hun geval met de antimalheurenduivels
moet ik eeist zeggen dat al een
heel tijdje de stallen van d e twee
oudjes, als door "de kwade hand
waren bezet. Geen zeug en kon
heur viggetjes ter wereld brengen
of-nieitegenstaande de beste zor-
gen-'t kleine verkensvolkje hield
het hier beneden hoogstens een
paar dagen uit Nadien stierven ze
allemaal, zonder onderscheid en
of ze in het eeuwige Varkenswal-
lalah werden opgenomen, weet ik
niet, maar dood waren ze. zoo dood
als ten doode pitr En geen koe
en kon haar malsche kalf uit
werpen of kalf en koe schoten er
ook het leven bij in... Pat had zoo
ai een heel tijdje geduurd 't Boer-
derijtje krapte achteruit. De rnen-
schen kwamen in nood en de ellen
de stond voor de deur. De pachte
res en de pachter zelf waren al
meermaals ter btevaart geweest,
om 't ongeluk uit hun stallen te
bidden, maar de Heilige die zich
met deze zaker moest bezig hou
den, scheen wel met verlof te zijn.
Hij trok zich 't wanhopige geval
van de twee brave menschen in
ieder geval weinig of niets aan en.
't ongeluk bleef voortduren. En
een eindeken van hun hoveken
stond een woningsken, waarin een
ouwe vrouw leefde Ik heb ze
zelfs dikwijls gezien, binnen en
buiten haar kotje en" k moet hier
eerlijk bekennen dat het me - in
dien tijd althans- geen zierken ver
wonderde dat de menschen van 't
omliggende,van haar wisten te ver
tellen 't Is sen tooverheksOp een
goeiën morgen stapte de pachtesse
van het ongelukkig boerdei ijtje,
zonder van iets te gebaren naar die
tooverheks en ze deed heur geval uit
een. En de tooverheks hielp, met
een raad wel te verstaan.
Boven de staldeur zou de pachter
in den vorm van een kruis, twee
kareelsteenenbinden, maar't moes
ten steenen zijn die hij voor zijn
deur zuu vinden. Die raad kostte
twintig frank, wat in dien tijd een
respectabel sommetje was, maar
de tooverheks gaf de volle ver
zaken ng dat dit helpen zou Heel
in haar schik kwam de pachtesse
thuis. Ze vertelde 't geval aan haar
maner (weeral niks nieuws onder
de zon .-denkt maar even aan onze
voorouders uit 't Aardsche Para
dijs de man liet zich bepraten.
Hij geloofde ook dat 't nu zou uit
zijn en. samen gingen ze op zoek
vlak voor hun deur, naar twee ka
reelsteenen. Al goed en wel, maar
vindt ge dat direct. En 't moesten
gevonden steenen zijn, dat had de
pachtesse wel onthouden. Er ver
liepen 'n paar dagen en b er en
boerin hadden nog geen steenen
gevonden. Toen dacht de pachtes
se dat ze 't vinden wel een beetje
kon vergemakkelijken en ze zei te
gen mij, dat ik maar ergens anders
dan voor hun deur twee kareelstee
nen moest halen, ze voor 't hofken
komen neergooien en... de rest zou
zich dan welschikken. 't Duurde
bij mij natuurlijk niet lang. Waar
ik geen kareelsteenen vondripteik
er een paar mee, aan den steen*
oven van 'n boer van Pollaere,
wierp ze voor de poort van mijn
vacantie hofstede enverwittig
de de pachtesse. De steenen wer
den gevonden sic kruisgewijs bo
ven de staldeur gehangen en de
malheuren.... bleven voortduren.
Tot daar 't geval van de antimal-
heurenduivels of bijgeloovigheld van
mijn brave kennissen. Tot dat de
vétérinaire kwam, een grondig on
derzoek instelde naar de oorzaken
van de blijvende sterfte onder de
beesten, de vloeren van de stallin
gen deed uitgraven en de muren
heelemaal afkappen en ontsmetten.
Na deze bewerking bleef de ziekte
weg en waren pachter en pachtesse
genezen van hun superstitie.
Dit is een geval bij simpele luidjes,
wien 't niet mangelt aan gezond ver
stand maar die te simpel zijn om
zich schrap te zetten, tegen prak
tijken die gewoon weg belachelijk
zijn en nochtans altijd voorgespie
geld worden als zijnde onfeilbaar.
Honderden leuke gevalletjes zou
ik hier over de antlmalheurenduivels
kunnen verhalen en dit bij men
schen van een heel verstandiger
slach dan mijn boerkens. Maar
waartoe noadig.
We weten het allemaal, ik heb
het reeds gezegd Hoe kleiner het
christelijk geloof, hoe grooter het
bijgeloof.
Als dusdanig moeten wij chris
ten menschen ons te weer stellen
tegenover deze heidensche gebrui
ken. Waar het er gaat om versiering
bij middel van deze belachelijke
postuurkens, schuilt er natuurlijk
geen kwaad in, maar wanneer we
die antimalheurenduivels zien aanwen
den, niet de vaste overtuiging Het
zal mij behoeden daar staan we voor
het domste bijgeloof dat, helaas,
in onze twintigste verlichte eeuw
toch nog plaats vindt onder de
zon.
Daarom ook dit vooral voor
de automobilisten is het een
lofb lar initiatief dat in het Vlaam-
sche Land is genomen, om de au-
tos te voorzien van een medalie
van den heiligen Christophorus,
waarop ongeveer deze woorden
bekijk mij en vertrek gerust. Deze me
dalie is het herkenningsteeken van
de leden van den Bond der Chris-
tene Automobilisten, waar elk lid
een kleine jaarlijksche bijdrage
stort, voor dewelke dan nog ieder
jaar een mis wordt opgedragen, ter
intentie van de reizenden en inzit
ten van een auto.
En dit is heel wat beter dan de
gekkepostuurkens van onze heden-
daagsche antimalheurenduivels.
Le Pigouin (Alfred) dear.timnl-
heurenduivel die Vooral op dei>aar-
denkoersen te zien is.
To Neel.
Ammoniaksuperfoefaat.
Ammoniaksuperfosfaat is een© tweeledi
ge meststof, die va#l in Duitschland en
Holland, weinig in Üelgie gebruikt wordt,
't Is een© krachtig werkende meststof, di©
in goede gronden ze©r gunstig© uitslagen
kan opleveren. Het bevat gewoonlijk 7
t.h. ammoniakale stikstof, en 10 t.h. fos-
foorzuur, dit onder vorm van superfos
faat,
De landbouwer kan d©ze meststof heel
j,oed zelf samenstellen, door 34 kgr. zwa
velzuren ammoniak met 66 kgr. superfos
faat te mengen,
Wij beveien den landbouwer zeker niet
aan samengestelde meststoffen aan t© koo-
pen, die te duur zijn naarvolgens hunne
samenstelling; hij make liefst zelf die sa
menstelling.
Om volledig t© wezen, diende het am
moniaksuperfosfaat met chloorpotasch
aangevuld te worden.
Een goede samenstelling voor al de g«-
wassen waar elk bestanddeel afzonderlijk
past, en waarin zwavelzuren ammoniak,
superfosfaat en chloorpotasch voorkomt,
en die hijgevolg volledig is, ware de vol
gende :Sp.h. ammoniakale stikstof, 6 p.h
losfoorzuur, cn 8 p.h. chloorpotasch aan
50 p.h.
Daarvoor moet gebruikt worden onge
veer 37 kgr. zwavelzuren amoniak, 42
kgr. superfosfaat en 16 kgr. chloorpotasch.
Men kan tot 100 kgr. aanvullen met ge-
fosfateerde plaaster, ten einde de menge
ling droger te bewaren toch raden wij
aan deze niet te lang voor het gebruik sa
men te stellen.
Dat is eene voortreffelijke mengeling,
die uitstekend past voor alle beetwortelen,
hop, ajuin, suikerijworteten, enz. Voer
aardappelen kan de chloorpotasch desge
vallend door zwavelzure poiasch vervan
gen worden.
Intensiever
Dr. Mataja, gewezen minister van bui-
ttnlandsche zaken der Oostenrijkseh©
Republiek, heeft een artikel laten ver
schijnen waarin hij handelt over den
oorlog en vr«de. Volgens hem heeft de
wereldoorlog de slec.itste gevolgen gehad
zoowel voor de overwinnaars als voor de
geslagenen. ten aanstaande oorlog zou
r.og veel schrikkelijker zijn, De stikgas
sen die dan de voornaamste rol zullen
spelen, zuilen den oorog eik romantisch
uitzicht ontnemen. Oorlog van ue schei
kunde, van de bacteriën wellicht, zal men
hem moeten schandvlekken als een schen
ding der zedelijke wet tn daar het niet
mogelijk is die wapens alleen te verban
nen, is het de oorlog zelf dien men most
doen verdwijnen.
Maar in geruimen tijd nog zal de op
vatting van den oorlog Duiten de wet niet
doordringen in het levende geweten van
de volken, Het grijpen naar de wapens is
in het bloed geankerd. Sedert eeuwes be
staande, kan de oorlog niet met een slag
gerukt worden uit de harten en hersens.
Men moet de oorzaken van don oorlog
uitroeien. De naties moeten voor den geest
hebben de niet te verhalen gruwelen van
den aanstaanden oorlog. Teen kan men
niet te veel staat maken op de uitwerksels
van zulke propaganda, welke nauwelijks
ingezet is en dan nog op onrechtmatige
wijze, daar men er de partijpolitiek en de
aanvallen tegen net verleden, enz., in ver
mengt,
hr moet gedacht worden aan de zaken
welke kunnen aen oorlog doen ontstaan,
aan de regelmatige klacuten, betrachtin
gen cn VcriangOi.s der vo.ken, aan hun
levensbelangen en aan hun eer. ten oor
log beschouwen, ten minste lusschen twee
niacnuge naues oie tot een hoogen giaad
van omwikkeling gekomen zijn, ais eene
Wereldramp, is wel;m<tar dal men ooi. üen-
ke aan üe mogelijke oorzagen van een
oorlog en dat men uitroepe, dat üe ver
wijdering ervan van ons rechtmatig offers
mag vergen, zfoolang echter de nationale
ikzucht alleen de richting zal aanwijzen
van de wederiandsahe betrekkingen, zal
het gevaar van een gewapend geschil blij»