Het nijlpaard, de buffel en de olifant prachtige Feestavond JSaas Jïcst.. en de Duivel I Veertiende Jaar N' 15 Prijs per nummer 35 centiemen. Ninove 7 April 1940 Abonnementsprijs 3 maanden fr. 4,50 8 maanden 8,50 1 jaar 15,00 Drukker-Uitgever R. LUYSTERMAN-HAELTERMAN n TELEFOON 345 Koepoortstl aaty 10, Postchekrekening n' 1862,54 N INOVE Handelsregister Aalst n' 1093 Aankondigingen Gewone per regel 1 fr. dikwijls te herhalen volgens overeenkomst Der waren eens een nijlpaard, een buffel en een olifant, en zij leefden in vrede. Men ziet dit is een geschiedenisje uit den ouden tijd. Zij leefden in vrede, het nijlpaard en de buffel, namelijk, wa ren volwassen en verzadigd, en de oli fant was nog jong en zijn slagtanden stonden nog maar halfwas, zooals het met jonge dieren pleegt. Maar toen gebeurde het dat de olifant groeide en groeide, en het nijlpaard en de buffel werden ongerust. Langen tijd hadden zij elkaar gewantrouwd, maar nu staken ze de koppen samen. En het nijlpaard zei Hij groeit en hij blijft groeien, en als dit duurt, wordt zijn jachtgebied hem vast te nauw. En dat was nog maar een half kwaad. Maar hij slurpt mijn water op met zijn tromp en waar moet ik dan zwemmen Is het water niet mijn gebied En de buffel zei Hij groeit en hij blijft groeien, en hij zuigt water op met zijn tromp. En dat was maar een half kwaad. Maar zijn slagtanden groeien mee, hij wet ze te gen de boomen en straks staan zij scher per dan mijn horens en hoe zal ik hem dan nog van mijn jachtgebied houden, als hij ooit lust voelt er te komen op ja gen En op een dag spiegelde de olifant zich in het water en hij zei Ik ben grooter dan het nijlpaard of de buffel, ik zwem zooals het nijlpaard en rnijn slagtanden zijn langer dan de horens van den buffel. Waarom zou het nijlpaard alleen over de wateren heer- sehen en de buffel over het land Ik ben groot, ik heb recht op mijn deel en krijg ik het niet. ik grijp het ben ik niet sterk genoeg en hoe hebben de andere bun deel gekregen Toen werd er gevochten, lang en hard. om het meesterschap. Zoo woest werd alles vertrappeld dat het eten ten slotte schaarsch werd het nijlpaard had nog de visschen van de zee. doch de vruch ten verzwonden van de aarde en zoo ge raakte het gedaan. Van honger vielen de slagtanden van den olifant uit. zijn jachtgebied werd besnoeid dit is de wet van de jungle, de olifant gromde maar boog. Het nijlpaard en de buffel zaten, hun nerzijds, hun wonden te likken. En de dieren vroegen waarvoor heeft het ge diend Toen beslisten al de dieren dat er zou ontwapend worden, en zij hielden een conferentie om de kwestie te rege len. De buffel zegde, toen de zitting ge opend werd. dat het gebruik van slag tanden barbaarsch en afstootelijk was en dat het. met algemeene instemming zou moeten verboden worden De horens, evenwel, die uiteraard defensieve wa pens zijn. zouden dienen geoorloofd te blijven. De neushoorn, het hert. het ste kelvarken en zelfs de kleine egel zegden allemaal dat zij met den buffel zouden stemmen. Doch de olifant, de leeuw, de tijger konden dit standpunt niet bijtre den. Zij verdedigden de slagtanden en de klauwen, die zij afschilderden als van oudsher eervolle wapenen. De panther, de luipaard en heel de stam der kleinere katachtige dieren steunden den olifant. Toen nam de beer het woord. Hij stelde voor zoowel de horens als de slagtanden als wapens te verbieden, en hij oordeel de dat geen dier er zich nog zou moeten van bedienen om te vechten. Zou het niet volstaan dat dieren zich eens flink zouden omhelzen, om hun geschillen te ledigen Kon het broedcrlijker en zou dit geen reuzenstap zijn naar den vrede Al de overige dieren verhieven zich echter daartegen en de kalkoen werd door een echte paniek aangegrepen. De discussie werd zoo vinnig en zoo heftig, en al de dieren begonnen zooda nig aan horens, slagtanden, klauwen en omhelzingen te denken, dat zij elkaar begonnen te beloeren. Het eene dier na het andere sloop weg, kroop zijn hol in. de struisvogel groef zijn kop in het zand en het nijlpaard dook. met een plompen plons, onder in het water waande het zich veilig en on genaakbaar. Zoo stond de buffel dan alleen voor den olifant, die nog wel slagtandenloos was, doch groot, zoo groot En de buffel wist slagtanden hergroeien. Hij zei niks. doch hij begon zware, logge rots blokken naar zijn grens te rollen, tot wanneer daar een muur verrees. En. o wonder, de olifant deed hem dit na Nog nooit te voren was zooiets in den jungle gebeurd en al de dieren vroe gen zich af wat moet dat bedieden Toen kwam het antwoord met een ruk keerde de olifant zich om en begon, aan den overkant, zijn jachtgebied te ver- grooten. Een gekraak vervulde de lucht, zoo onheilspellend dat het door het wa ter drong en het ingedommeld nijlpaard uit zijn slaap wekte. Het dook op. wreef zijn oogen uit en riep Weihoe. buffel, ziet ge dat niet Het hert. uw gehoornde bondgenoot, wordt onder den voet geloopen. De oli fant heeft zijn slagtanden weer. hij is grooter en sterker dan te voren, straks komt de neushoorn aan de beurt en dan De buffel zei Ik had het wel gezien, maar waar zaat gij Gij hebt niet eens gemerkt dat hij ook weer water begint te slur pen. Toen sprak het nijlpaard Nu is het genoeg tot daar en niet verder, de olifant moet het vernemen. En het werd den olifant aangezegd, doch hij geloofde niet dat het nijlpaard en de buffel hun stuk meenden, ofwel achtte hij zich weer eens sterk genoeg zoo werd er dan andermaal gevochten. Of beter, de olifant stak zijn trompe en spiesde zijn' slagtanden vooruit, de buffel neeg den nek en raapte zijn spie ren als een veer samen, en heel het die- renbent stopte sidderend oogen en ooren. rommedom. Maar de verwachte schok bleef uit de olifant en de buffel hadden ingezien dat zij alleen hun slagtanden en hun horens zouden kunnen afstompen op de rotsblokken die hen scheidden. Toen kwam de groote beproeving der kleine dieren. Met zijn tromp greep de olifant spitse sternen en slingerde ze naar het zwemmend nijlpaard, dat er wel enkele in den flank kreeg. Doch veel zwaarder werden de brozere zee hond en de minder dikhuidige walrus geraakt. Zijnerzijds besloot het nijlpaard den olifant opnieuw van de vruchten dei- aarde te berooven, opdat zijn slagtanden zouden uitvallen. Doch daar stond de muur en zoo werd er niet gevochten en weiden er ook geen vruchten vertrap peld. Toen riep het nijlpaard uit Wat. gij walrus en zeehond, gij an tiloop en gazelle, de olifant mishandelt kleine dieren en gij gaat hem niet te lijf Op wat wacht gij Een ezelsveulen piepte De kleine wachten tot de groote zouden beginnen. Doch het kreeg dadelijk een lap om zijn ooren. van moeder ezelin. Het nijl paard had het echter gehoord en brom de Zoo Ge weigert den olifant te tuchtigen Dan zal ik U tuchtigen Maar dat is een andere historie, die pas begint. En om niet te varen zooals het ezelsveulen, zullen wij maar liever geen zedeles voorstellen OSLOWER P. S. Dit ontwapeningsfabeltje is. met enkele geringe wijzingen, ontleend aan een rede van Mr. Winston Churchill, wiens laatste redevoering ons deze fabel heeft ingegeven ZONDAG 7 APRIL, stipt 5 1/2 uur VOLLEDIG ten voordeele der KAPEL in de Feestzaal van 't COLLEGE PITTIGE COMEDIE 5 BEDRIJVEN TUSSCHENIN FIJNE NUMMERTJES, alles door onze K. S. A.-jongens Houdt dien Zondag vrij Ge kent toch reeds de kracht dier mannen Men zal ingangskaarten aan Kuis aanbieden ook Zondag 7 April in 't College verkrijgbaar. af of het niet beter is deze ongenaakbare schim eenvoudig den rug toe te keeren, de rechtvaardigheid en de zedeleer op zij te laten en in 't vervolg het geheel der volkeren alleen te beschouwen als een eenvoudige combinatie van mogend heden die tegen mekaar gekeerd staan. Ziedaar de gemoedgesteltenis van per sonen wier loyauteit niet kan betwijfeld worden. Voor niets ter wereld zouden zij hun persoonlijke verbintenissen ver breken nooit zouden zij aannemen dat hun land de zijne ontrouw zou worden. Het recht blijft voor hen het recht en zij blijven overtuigd dat de zedewet in laat ste instantie zal triomfeeren. Maar te genover den ondergang der huidige in ternationale maatschappij staan zij moe deloos. Zij stellen vast dat de zedelijke leering niet meer wordt geëerbiedigd, dat de geestelijke waarden onder de voe ten worden vertrapt en uit dezen toe stand trekken zij praetische besluiten. Deze gemoedstoestand is bijzonder begrijpelijk wanneer men het faljiet van den Volkerenbond vaststelt, wanneer men ziet hoe vrij aangegane verbinte nissen worden verkracht, wanneer men den bijval waarneemt van leerlingen die den Staat of het ras als het einddoel van elk menschelijk streven aanprediken. Wat kan gedaan worden om hieraan te verhelpen Aan de oplossing van dit probleem, zijn beste aandacht besteden is ons aller plicht. Hierover wijden wij uit in een vol gende bijdrage. HET GEWETEN TEGENOVER DEN OORLOG. Benevens de vreeselijke gevolgen van den oorlog, waarbij dood en vernieling schering en inslag zijn. kan niet genoeg worden onderstreept welke vreeselijke verwoestingen in het geweten der men- schen wordt veroorzaakt door het mis prijzen van het internationaal recht en van de zedeleer. De macht van den sterk ste schijnt alles te primeeren. Hoe kan er verbetering in deze wantoestanden verhoopt worden Over dit gewichtig probleem handelt de Voorzitter van de Waalsche fractie van de Katholieke Partij, de heer GIO VANNI HOYOIS die samen met den heer Aifons Verbist, Voorzitter der Ka tholieke Vlaamsche Volkspartij, met zooveel toewijding de leiding van het Blok der Katholieken in handen heeft. In het maandschrift van het Hooger Handelsinstituut van Antwerpen La Vie Economique et Sociale 15 Maart 1940 geeft de heer Hoyois eerst de di agnostiek van de huidige moreele ont reddering. Nog maar twintig jaar. schrijft hij. zijn er verloopen sinds den afgrijselijken oorlog die alle naties had ondermijnd en die een vreeselijken indruk had ge maakt op diegenen die geloofden aan de bestendigheid der beschaving. En. in plaats van daarna een blijvenden vrede op te bouwen, scheen men zich alleen in te spannen om een nieuwen strijd te ont ketenen. Wederzijdsche wantrouw spoor de aan tot steeds sterker bewapening. Iedereen meende in de maatregelen door andere naties genomen bedreigingen te zien zoodat de wedloop naar algeheele bewapening onvermijdelijk naar een bloedige botsing moest leiden. De terugkeer naar den oorlog was nochtans minder indrukwekkend dan het trage schipbreuk-lijden van de ge dachten op dewelke een hechter duur zamer vrede moest gebouwd worden. De ideeën, die de grondvesten van een sta biele verstandhouding onder de volkeren moesten uitmaken, verloren hun over redingskracht. Stilaan ging men steeds meer uitsluitend spreken over de eigen belangen der natie en zocht men de doel matigste middelen om deze belangen te dienen zonder rekening te houden met de rechten der andere volkeren. Zullen voortaan de betrekkingen tus- schen de landen alleen geïnspireerd wor den door het verlangen zich zooveel mo gelijk toe te eigenen of zal een weder zijdsche eerbied het lot der menschheid beheersehen Ziedaar de vraag, die steller in alle op rechtheid wenscht te onderzoeken. De onrust van de gewetens tegenover deze vraag is ernstiger dan men het soms meent. Het gaat hier niet alleen om het geweten van hen die met recht en on recht nog al gemakkelijk omspringen. Zelfs in het gemoed van hen. waarvan men het nooit zou vermoed hebben, is het geloof aan 't wankelen gegaan. Zij staan hulpeloos tegenover de gebeurte nissen die een harde taal spreken. De meest overtuigde partijgangers van in ternationale medewerking vragen zich Verlangt de rijst 0 R Y Z A in pakjes. Francois Hendrickx 8, Beverstraat, Ninove Verzekeringen van allen aard Hoofdagent voor Ninove en omstreken der Maatschappij Belgische Lloyd Boekhouden - Fiskaal recht. Nazicht - opmaken - projekten, Balans - verlies en winstrekeningen Belastingsverklaringen. Inlichtingen 's avonds na 18 uur.. ker bedelt een stem. Zijn supporters be delen om een gunst of een voorrecht. De «goelever» die geld weg werpt gelijk slijk, die geld verdient minstens op dub belzinnige wijze omdat ge er eerlijk geen genoeg verdienen kunt om zoo weg te smijten... bedelt hij bedelt een beet je genot. De braafste argelooste ziel ter wereld die toch door God geschapen is als soci aal wezen bedelt als ware het maar een beetje genegenheid Toch wordt dc bedelaar niet gerespec teerd omdat de christane gedachte ver dwenen is die in den bedelaar Christus zag. Wat was het schoon in den tijd dat de bedelaar zichzelf eerbiedigde cn niet be delde om te «eten» als 't feitelijk om te drinken was... en dat de christen mensch in den bedelaar zijn evenmensch en zijn God eerbiedigde Reporter. T HOEKJE VAN DE REPORTER Ik ben jaloersch van de officieele op stellers van de legerberichten niets te melden 't Is afgeloopen ze mogen kaar ten, sigaretten rooken en potten pakken. Het is geen wonder dat iedereen springt naar een officieel postje. In den ouden tijd zegden ze en ze zeggen het nu nog «als ge in de kerk 'nen nagel hebt om uw muts aan te han gen is uw broodje gebakken De feiten zijn gelaïciseerd, de formule nog niet In een private enderneming gaat het zoo niet. Ik moet maar zorgen dat mijn hoekje vol geraakt. Ik heb een heel week rond geloopen, straat in straat uiten niets te melden Het doet, toch 'nen bedelaar gezien Er zijn geen BEDE-LAARS meer, menschen die biddende vragen, in den naam van God vragen. De bedelaar is gelaïciseerd. De menschen geven niet meer ter wil le Gods. Een glas water in Christus naam gegeven zal niet zonder loon blijven maar de menschen hebben dat loon niet meer vandoen. Ze hebben liever een on- noozelheid seffens. De bedelaar die biddende vraagt krijgt het minst, zelfs bij christene menschen. De zeerlooper met zijn bus, de man die vijf instrumenten tegelijk speelt, hef draaiorgel met of zender apen doen de beste zaken. En de gebrekkige bedelaar zit niet meer op den Halle-weg maar aan de markt. Het godsdienstig motief voor het ge ven is dood. De menschen geven om van een lastpost af te zijn. En als er nog een motief geldt dan is het een «vader- fandschDe driekleur vervangt het kruis en Ie pavilion couvre la merchan dise Het N. I. R. vraagt voor het leger. De door de koningin gepatroneerde werken vragen voor het leger. De lokale officieele comiteiten en de private clubs vragen voor het leger. Individueele scidaten of particuliere soidatengroepeeringen vragen... al was 't maar geld om potten te pakken en nachtlawaai te maken. Ons leger draagt nog altijd de erfzon de van achttien honderd dertig. Het werd door de Hollanders geklopt en moest de hulp van Frankrijk inroepen. Het Belgisch volk is nooit fier geweest op zijn leger, het heeft er compassie mee Och arme, de jongen moet soldaat zijn. Er is een oogenblik kans geweest dat het veranderen zou na 1918. Het leger zelf is niet fier genoeg ge weest, de kans is verkeken en ons leger is de eerste en groote bedelaar van ons Land. 't Is triestig voor wie een greintje fier heid bezit. Maar er is niet aan te doen. Een jonge hond die gedrild wordt met slagen is zijn fierheid kwijt en groeit op als een kruipende, heimelijke hond. Het jonge Belgische leger heeft slaag gekregen, en de fierheid is er uitgesla gen. De soldaten bedelen, het leger bedelt, het Land bedelt voor zijn leger... En het volk is niet fier op zijn leger... het heeft er compassie mee, als het er niet onverschillig of vijandig tegenover staat. De feiten van uitkooperij die een tijd geleden aan het licht gekomen zijn en nu doodgezwegen schijnen zijn er het logisch gevolg van. Niemand heeft respect voor bede* laars al zijn wij allemaal bedelaars, Allemaal De vooraanstaande politie? J UMiiw—niVïiii in wiiiiiü ■uiii wi ■»inwmnn—t—Twirnimr**

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Denderklok | 1940 | | pagina 1