Bei Uur van de Solidariteit NegentTencie (JaaTgawg. Zondag 25 Maart 1945 Prijs per nummer lfr. Drukker-Uitgever R. LUYSTERMAN-HAELTÉRMAN Koepoortstraat, 10, NINOVE Postchekrekening nf 1862,54 Handelsregister Aalst n' 1093 HET HOEKJE VAN DEN ARBEIDER Het is een traditie geworden, een tra ditie die van jaar tot jaar nog schooner en dieper beleefd wordt, een traditie die beantwoordt aan den aard van net kris ten volk de Kruisvereering op Goede Vrijdag 3 uur. Reeds jaren spannen al de takken van onze kristene werkliedenorganisaties zich in om in alle middens die grootsche gebeurtenis te herdenken.Het kruisbeeld moet terug de eereplaats krijgen die het toekomt. Het ordewoord luidt iedereen moet, hetzij in 't geheim, hetzij in 't o- penbaar, een dankbaar gebed storten voor den dood van den Godrnensch die de verlossing schonk aan de wereld. Om 3 uur schare men zich rond het kruis, het werk wordt stil gelegd, de ma- chinen zwijgen, de sirenen fluiten om te herdenken de grootste wereldgebeurte nis. Dit jaar lanceeren wij een nieuw or dewoord Goede Vrijdag 3 uur is «het uur van de solidariteit. Wat dit beteekent Wij vragen aan alle arbeiders, aan alle loontrekkenden hetzij ze werken of werkloos zijn een uur loon of een uur van hun «dop» af te staan op Vrijdag 30 Maart tusschen 3 en 4 uur voor de geteisterden. Schoon werk, kristelijk werk. daad van naastenliefde. Het is een schitterend gedacht. Onze arbeiders hebben niet veel. Als eenige rijkdom hebben zij hun handen, hun ar beiderskracht. Maar daarbij hebben on ze arbeiders tevens een gevoelig en een edel hart gaarne en met liefde zullen ze het hunne bijdragen om de ongeluk kige geteisterden te helpen en te steu nen. Ze weten wat het is lijden wat het is honger hebben, nood hebben en verwijderd zijn van wat zoo dierbaar is vier jaar hebben ze het aan den lijve gevoeld, daarom in een breed gebaar van broederlijkheid willen ze hun be proefde landgenooten bijstaan. Met duizenden zijn ze immers over het land verspreid, duizenden gezinnen zijn in nood van alles beroofd, geen woonst geen kleederen. geen huisraad, geen werk... en wij zouden ongevoelig blij ven aan dien schrijnenden nood 't Is beter te mogen geven dan te moeten krijgen. Wij zullen dus geven, en gaarne geven Onze kristene arbeidersvrouwen, le den van de K. A. V. hebben er iets spe ciaal op gevonden de meesten werken niet, daarom wordt bij de leden aan huis een inzameling gedaan onder t slagwoord Ieder moeder voor de ge teisterden de prijs van een brood Over gansch het land zal er op Goede Vrijdag 3 uur een geest waaien van in nig solidarisme en van welbegrepen naastenliefde, men zal er van spreken op de arbeidsmiddens. aan de doploka len. in de huiskringen, bij de kerkelijke plechtigheden. Ieder weldenkend kris ten zal zich aansluiten bij dit nobel werk. Daarom durven we ook een op roep doen tot al deze die niet behooren tot den arbeidersstand tot de beter be- goeden om ook hunne penning te stor ten voor de ongelukkige geteisterden.(1) Christus, de arbeiderszoon, heeft zijn volk gediend tot der dood. Hij gaf voor ons zijn leven wij, zijn kinderen, vol gen hem na en geven wat we kunnen. Moest ieder zijn plicht begrijpen, wat ware het leven schoon. Moest Christus, de Koning der Schep ping, werkelijk heerschen in het arbeids- midtiert dan verdwijnt alle onrechtvaar digheid. haat en nijd. dan is er vreugde, veiligheid en eendracht. Moest Christus heerschen in de ge zinnen dan vlucht de ruzie, de oneenig- heid en 't verdriet, dan brandt er liefde, genegenheid en trouw. Moest Christus heerschen in onze har ten, dan heerscht er hoop en betrouwen, moed en volharding. Maken we dus één groot en machtig front op Goede Vrijdag. 3 uur Het uur van de Solidariteit. sen, een gebed tot Jezus, een antwoord van Hem... en alles wordt weer stil. Maar hoe is alles veranderd De bandiet is een boeteling, de moordenaar een heilige, de lijdende een gelukkig mensch geworden. Qui latronem exaudisti, Mihi quoque spem dedisti.» Die den moordenaar hebt vergeven hebt ook mij de hoop gegeven Ook wij kun nen .in korten tijd. van ons lijden maken een zegetocht en een bron van bovennatuurlijk geluk, indien wij willen naar Jezus en Zijn Kruis opzien en onzen toevlucht nemen tot het gebed. (1) - Iedere bijdrage mag gestort wor den op P. C. nr. 4815.30. Uur v. d. Solida riteit. Brussel of aan de Kristen Werk- liedenbond. Koepoort. Ninove (Postrek. nr. 541.68). Figuren uit het Lijdensdrama. De vier Evangelisten vermelden dat Je- sus-Kristus gekruisigd werd tusschen twee boosdoeners, den eenen aan zijn rechter- de anderen aan zijn linkerzijde. Drie hangen er aan het kruis, zegt de H. Augustinus. een die de zaligheid geeft, een die haar ontvangt, een die haar verbeurt. Zoo wordt eenzelfde kruis voor den een, een bron van zaligheid, voor de andere een bron van verdoemenis. Zoolang het lijden den mensch gespaard blijft, leeft hij als in een zorgelooze roes daar heen en bekommert zich weinig om zijn schuld bij God. Doch laat de roede van het leed op zijn rug neerkomen, dan schrikt dik wijls het geweten wakker, de oogen gaan o- pen en hij begint zich te herinneren dat er een gerechtigheid Gods bestaat, waarvan het lijden den dienenden engel is. Men leeft dik wijls onverschillig, maar bij gelegenheid van ziekte of tegenspoed komt men tot inkeer en wordt men godvruchtig. Hij hoort zijn metgezellen spotten en is verwonderd dat de gedachte van Gods Ge rechtigheid iien nog niet getroffen heeft. Hij spreekt zijn ongelukkigen makker aan en tracht hem ook deelgenoot te maken in de boete en de verdienstelijkheid Vreest Gij God niet. daar gij dezelfde straf ondergaat?» Het lijden heeft bij hem opgewekt de vreeze des Heeren die het begin van de wijsheid is. Van die vreeze tot een rouwmoedige schuld belijdenis ligt er maar één stap Wij, ja wij lijden terecht want wij ontvangen loon naar werken.» Hij erkent dat het lijden voor hem verdiend is, het is een rouwmoedige on derwerping en terzelfder tijd een antwoord aan de spotternijen die hij rondom hem hoort Red U zelf nu, en ons van dit kruis.» Neen, de goede moordenaar aanvaardt het kruis, zonder morren en klagen, en het wordt voor hem een boete er» een eerherstel. Men kent de gevechtswaarde van een sol daat niet en kan dus niet steunen op zijn mooie verklaringen van dapperheid, zoolang hij dén vuurdoop niet ontvangen en in een kogelregen zijn moed niet getoond heeft. Ook onze kristelijke deugd is maar gewaarborgd wanneer zij getast en beproefd is in den smeltkroes van het lijden. Ziet, daar sluipt de dood een woning binnen, rukt een gade weg aan de zijde van haar echtgenoot of maakt aan tafel een plaats leeg van een duur baar kind een finantieele ramp slaat heel een fortuin ten gronde, en die gisteren nog in weelde leefde, ziet zich nu in armoede ge dompeld. Die echtgenoot, die vader, die arm geworden man begint te morren, verwaar loost gebod en sacramenten, mort tegen God omdat hij vindt dat hij zulks niet heeft ver diend. hij zeker niet, en neeint de houding aan van een opstandeling zeg dan maar ge rust dat de godsvrucht of de kristelijke deugd \an dien man maar klatergoud ;s Maar als hij tegen het kruis bestand is en zijn lijden draagt in deemoedige onderwerping, het aan vaardt en er een offer van maakt dat hij met Kristus den Vader aanbiedt, hoe wordt zijn deugd dan door het kruis gestaald Het lij den is een kunstenaar het maakt op korten tiid een ware heilige van wie zich grootmoe dig blootgeeft aan zijn harde beitelslagen. Dal zien wij in den Goeden Moordenaar. Deze echter heeft niets verkeerds gedaan!» Geen opstand, geen klagen, maar een aan vaarden, en hij kiest openlijk partij voor Jezus. Het eerste woord van oprechte deel neming hoort Jezus uit den mond van dien moordenaar. Het lijden heeft zijn oogen ge opend. Nog geen uur hangt hij aan het kruis en reeds spreekt hij de taal van de heiligen Jezus, gedenk u mijner, als Gij zult komen in uw koninklijke macht Hij ziet en ver staat al dat het lijden van nu voor ons is een voorbereiding op het groote geluk dat ons later te wachten staat en dan nog voor een eeuwigheid. Hij ziet het in het ware daglicht waarin wij het altijd zouden moeten kunnen bekijken. Welk een heerlijk geloof en welk onverwoestbaar betrouwen. Het is op dat oo- genblik den eenige die zoo durft spreken. Zulk betrouwen kan door Jezus niet be schaamd worden. Tot hiertoe heeft Hij ge zwegen op al de lasteringen. Hij heeft zijn mond niet geopend dan om te bidden voor Zijn beulen. De bede van dezen berouwvol- len zondaar, de vraag van dien man gepij nigd door het lijden zal Hij niet onbeant- woordt laten. Hij wendt zijn smartelijk hoofd naar den moordenaar en belooft hem «Voor waar, ik zeg u, heden nog zult gij met Mij in het Paradijs zijn.» Hoe moeten die woorden als een zoet mu ziek in de ooren van den Goeden Moordenaar geklonken hebben, welk een heerlijk verge zicht moet die lusthof opgeroepen hebben voor de brekende oogen van den stervenden bandiet. En hoe snel is alles toegegaan Eenige woorden gefluisterd daarboven in de krui- VAN ALLES WAT. Kan men uitstel bekomen Zeer dikwijls hooren wij de vraag stellen of militieplichtigen van de jong ste klassen, die dus nooit in militairen dienst waren, nu ook kunnen beroep doen op de bij de wet voorziene voor uitstel of vrijstelling, als daar waren eerst geroepene van zes kinderen, vier de opgeroepen zoon. steun van ouders, en andere... Het antwoord is NEEN. De wet voor ziet. in vredestijd, en voor zoover het aantal der opgeroepen militianen niet beneden het vastgesteld cijfer komt. sommige gevallen van uitstel of vrij stelling. doch in oorlogstijd en dat zijn we nu nog. laten wij niet vergeten vervallen deze voorrechten, hoezeer zij ook gegrond waren om sociale rede nen. Nochtans, gezien den particulieren en dringenden toestand waarin ons land zich bevindt na vier jaar bezetting, heeft de regeering besloten vrijstelling van militairen dienst toe te staan aan alle jonge mijnwerkers die zich verbinden om ten minste gedurende 8 jaar in de mijn te werken. Anderzijds kunnen som mige personen omwille van het belang dat zij voor het land vertoonen. in hun ne particuliere bezigheden, burgerlijk gemobiliseerd worden. Deze burgerlijke mobilisatie staat dus gelijk met militai ren dierst. Eindelijk overweegt de re geering maatregelen te nemen om uit stel toe te kennen aan landbouwers die. moesten zij nu gemobiliseerd worden, hun bedrijf totaal verwaarloosd zouden achterlaten (b.v. weduwe met 1 zoon, militieplichtige of twee zonen behooren- de tot twee opeenvolgende klassen Vermits de landbouw zoo volmaakt mo gelijk moet behartigd worden zou een jonge boer. op een belangrijk bedrijf, liefct aan zijn arbeid gelaten worden, maar hij zou zijn militairen dienst la ter moeten doen. Zoo overweegt de re geering ook maatregelen om vijf maan den uitstel te verleenen aan hoogeschool of normaalschool studenten van het laat ste jaar. ofwel zullen de examens voor deze studenten vervroegd worden. De bpitengewone vaardigheid van M. Lalmand. Okus... pokus... zegt M. Lalmand en ziedaar ik haal het uit mijn hoogen hoed, pardon, uit mijn klak. Vooraleer de Moniteur de nieuwe ta bel van rantsoeneering bekend maakte, wist «Le Drapeau Rouge» reeds de hee- le zaak mee te deelen en bloempjes te werpen naar het hoofd van M. Lalmand de goochelaar die met zijn communisti sche tooverstok ineens 800 gram vetstof fen wist te bedeelen. Maar... Wat de heeren van uiterst links liefst niet meedeelen is dat begin Februari, de stock in de margarine fabrieken zoo groot was dat men wel den vrijen ver koop ervan zou hebben kunnen toelaten Doch Minister Lalmand in plaats van het rantsoen te behouden het onmiddel lijk terug bracht op 150 gram. natuur lijk om een maand later met een ver hooging uit te pakken die hij dan aan zijn buitengewone talenten zou doen toeschrijven. Weet het publiek ook dat, en Minister Lalmand wist zulks op hetzelfde oogenblik wanneer het vetrantsoen voor Februari-Maart inge krompen werd en de stocks zoo groot waren, te Antwerpen verscheidene sche pen geladen met vetstoffen aangekomen waren. En die schepen kwamen niet van tooverland Hunne afreis was sinds lang bekend en hunne aankomst was met zekerheid geweten. Maar ja, wat is goochelkunst Het is niet iets uit het niet halen maar alleen. op een handige manier iets dat verbor gen was te voorschijn halen. Op het too- neel is dat zeer aangenaam, in het be stuur van den Staat is het belachelijk. De Eerste-Minister krijgt een uit brander. Na de zitting in de Senaat waar M. Van Acker in minderheid werd gesteld en zijn ontwerp van speciale machten moest intrekken was de eerste-minister slecht geluimd. Hij liet het hooren voor de radio en bizonder den Zondag avond was hij zoo kwaad gezind dat hij zich vergreep aan den Senaat en de ïechter- zijde verweet hem niet te willen volgen in zijn optreden tegen den sluikhandel. Dat was een beetje kras. Ook moest M. Van Acker het hooren, vooreerst in de Kamer, waar de heer Philippart, de moedige en eerlijk-over tuigde tegenstander van de volmacht- wetten hem streng verweet, buiten het Parlement, een belangrijke groep van de Kamer en een meerderheid van den Senaat, oprecht oneerlijk te hebben be schuldigd. M. Van Acker lachte groen en... antwoorde niets. In de Senaat was het M. Moyerscen die zich uitsprak over deze onbetamelij ke manier van optreden Immers de be kommernis van de opposanten was de grondwet te doen eerbiedigen en daar door de grofste misstappen te vermijden Want, eens buiten de legaliteit getreden waar houdt men dan op en hoe kan men nog goed maken wat verkeerd gedaan werd. De zuivere juridische positie van de katholieke Senatoren was onaanvecht baar. daarom juist bekwam zij een meerderheid, vermits verscheidene libe ralen zich bij de katholieken hebben ge voegd. M. Van Acker, zeer in ?t nauw ge bracht wist alleen maar te zeggen dat hij waarheid gesproken had doch M. Moyersoen antwoorde hem zeer raak dat hij het belangrijkste deel van de waar heid verzwegen had. Zoo doen al dezen die vóór de rechtbank in t nauw zijn gebracht. Maar ja. onze eerste-minister bekent zelf dat hij van de wetten niet veel af weet Een belangrijke redevoering. Gezien wij nog niet in het bezit zijn van de parlementaire annalen, zullen wij verdere bespreking over die redevoe ring verschuiven tot toekomende week. KOOLWITJES (1) O. zie ze daar dwarr'len als sneeuwige vlokjes En dansen als feetjes met spierwitte rokjes En zweven en zwieren in 't rond Boven tarwe en haver En grasgroene klaver En boven den bleekblanken grond O, zie ze daar waaien als donzige pluisjes En schrijven hun lettertjes, cirkeltjes, kruisjes Heel keurig en netjes en fijn Romancen en sprookjes. Geschreven op strookjes Van liefelijk luchtblauw satijn O, zie ze daar dart'len als heel blije kindjes De vleugeltjes klampen aan streelende windjes Voor hoogten, noch diepten beducht Ik wou er wel wezen Ook eene van dezen Zoo'n vlinder in vroolijke vlucht A. Maris. (1) Koolwitje - witgele vlinder van de koolrups. De grootste keus en de voordeeligste prijzen voor VLOEREN, FAIENCE, BAKSTEEN, DAKPANNEN, enz. Belangrijke hoeveelheden zijn reeds toegekomen bij G. VAN BELLE te NINOVE, tel. nc. 5. Er dient vlug en streng gestraft. Wei- nu wat zien wij Duizenden Belgen weiden aangehouden en opgesloten in ellendige voorwaarden zonder dat zij reeds gevonnisd werden De toestand waarin de geinterneerden worden gelaten is onze tradities on- waardig. Maar dat zal slechts ophou- den wanneer de regeering haar gezag zal hernemen en zij organismen die in gerechtszaken niets te zien hebben, zal verhinderen zich met dergelijke zaken in te laten. Het volk wil een snelle bestraffing. OP DEN UITKIJK Ik heb mijn nek vol gekregen van vieze menschen die noch goesting nocli tijd hebben voor een pennetwist. Ik heb natuurlijk tijd genoeg maar het papier is te duur. Ik zat ne keer in een circus en twee clowns maakten ruzie en ze gingen vech ten. 't Moet met manieren gaan zei de eene gelijk in een boxe-match. Als ik zeg «begin» beginnen we te slaan, als ik zeg «halt» is 't gedaan, 't Was accoord. «Begin» riep hij en draaide meteen den anderen een mossel - en «Halt» - 't was gedaan. Ik heb mijn partij, in die vernieuwde clownstreek gespeeld en ga voort met mijn voorgenomen taak van voorlich ting voor Roomsch-Katholieken. In Godsdienstige Richtlijnen voor dezen Tijd door Z. E. M. Kardinaal van Roey. verschenen in Januari 1945, blad 10 en 11 staat er te lezen Degenen die hun verplichtingen je- gens den evenmensch niet onderhou den. bijzonder de voorschriften der rechtvaardigheid en de wetten der naastenliefde die toch gebiedend zijn. voor eenieder en in aile omstandighc den. waarom denken zij niet na over de noodlottige gevolgen van hun ge- drag voor zichzelf en voor de samen- leving Tijdens de bezetting werden de be~ ginselen van rechtvaardigheid en van. naastenliefde die zouden moeten in eere gehouden worden vooral onder de burgers van eenzelfde vaderland, helaas dikwijls geschonden door de- genen die niet aarzelden verraad te plegen tegen over België, of bij den vijand medeburgers die hun niet be- vielen aan te klagen, op het gevaar at' deze de hardste behandeling te zien ondergaan. Zij zijn zeker grootelijks schuldig en het gerecht van het land moet hun zaak behandelen en hen vonnissen zooals het behoort. Maar ook zij zijn plichtig, die. na de bevrij- ding. een menigte medeburgers zonder ernstige reden aangeklaagd, soms mis- handeld. medeburgers waaronder een zeker aantal onschuldigen zijn en velen die zich slechts aan kleinighe- den bezondigden, en die niettemin sinds maanden in de gevangenis opge sloten zijn. samen met de grootste mis- dadigers, en zulks maar al te dikwijls in volstrekt onmenschelijke voorwaar- den. Wij betreuren dezen toestand en wij smeeken met aandrang de verant- woordelijke overheden hierin onver- wijld orde te brengen. Het mag niet gezegd worden dat de Duitsche metho* den. die wij tijdens de bezetting ver ft afschuwden, onder een Belgisch re ft gime in voege zouden blijven. De vetjes zijn van mij. De tekst is zoo eenvoudig klaar dat er geen woord bij of af moet. Hadden Roomsch-Katholieke Rexis- ten en V. N. Vers. vroeger naar de Bis schoppelijke richtlijnen geluisterd zo zouden geen theoriën aangekleefd heb ben waartegen de Kerk de 300 eerste ja ren van haar bestaan in weerstand is geweest. Dat heette toen niet le makuis het was de tijd der catacom ben. En ze zouden nu niet zitten waar ze zitten. Wie niet wil verloren loopen luistert naar zijn bisschop. Ook niet katholieken zijn accoord met den Cardinaal. Minister Mundeleer is geen katholiek. Volgens Beknopt verslag van 7 - 10 - 44. verklaarde hij De weerstand van het Belgisch volk was groot. Er wordt veel gesproken over de verraders. Men moet zich daardoor niet laten om den tuin lei- den, want tekortkomingen aan den burgerplicht waren uitzonderingen. Oe Goede Moordenaar.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Denderklok | 1945 | | pagina 1