d e en ol~~ rt vjo^sS tQciiri s Bij een Overlijden Onder de Antenne Orie en dertigste Jaargang Zondag 23 oogst 1959 NAAR DE 32 IJZERBEDEVAART OP 23 OOGST e.k. VERSCHIJNT ELKE ZATERDAG Drukker - Uitgever Paul LUYSTERMAN - JACOBS Koepoortstraat 10 NINOVE teltfoon 327, 27 Postcheckrek. 4786.85 Het beset dat de Vlaamse strijd tevens een broodstrijd is, die ons een blijvende welvaart moet waarborgen, lijkt minder tot onze mensen door te dringen, omdat daarvan de vruchten niet dade lijk in de schoot vallen. Over onze jongens aan de IJzer waaide een geest van idealisme, van verantwoordelijkheidszin ten overstaan van de gemeenschap en velen be grepen dat wij naar toestanden gingen, die de plicht vervulling van allen opeisten en het geluk van el keen voorbereidden. Aan de IJzer hebben allen het offeren ge leerd voor het algemeen welzijn en die offergeest zou de levensblijheid scheppen en de bestaans- veiligheid voor allen verzekeren. In de loopgraven bestond er verdraagzaam heid en broederlijkheid; daar heerste offerende lief de voor elkaar. Die geest moet wederkeren of wij vergaan in de poel van het materialisme, dat zich tegen de zwakke vestigt door zijn logge overmacht. Bij onze Vlaamse IJzersoldaten bestond geen bekommernis om zich zelf. Zij trachtten niet krui pend. niet stotend of stampend er te komen. Zij offerden en leefden er in eenvoudige plichtvervul ling, en in de hoop op een nieuw leven, dat zij zelf zouden opbouwen in liefde en recht. Liefde voor Vlaanderen en de Vlaamse volks gemeenschap. Recht voor Vlaanderen, dat schandelijk lag geknecht. Hier ons bloed Wanneer ons recht Uit liefde hadden zij geofferd, hun bloed en hun leven. Het recht voor Vlaanderen hebben zij niet bekomen en velen zijn in vertwijfeling geraakt. En toch, de verbittering mag ons niet over heersen. Wij moeten teruggaan naar de bron der offerende liefde, naar de plaats waar onze jongens sneuvelden en begraven liggen en waar hun geest nog waart over alles wat ons daar aan herinnert. Die terugkeer tot het verleden; dat weerom beleven van de dromen onzer jeugd; dat gedenken van onze gemeenschappelijke strijd om de uitein delijke bevrijding van ons volk; dat tasten naar de harde doch doelmatige daad; dit alles zal ons de betekenis doen beseffen van onze jaarlijkse tocht naar de graven van de IJzer, van waaruit ons de zwijgende taal spreekt der opperste bereidheid om Vlaanderen te doen herleven. Die taal van hun bloed spreekt er tot allen en zal ook in de jeugdige harten de geest opwekken die hen bezielde; de geest van het offer; de geest van de liefde; de geest van paraatheid om ons recht te veroveren. Het recht van zelfbestaan van Vlaanderen, dat wars van lager materialisme, niemand uitsto tend en om allen bezorgd, de welvaart, de levens vreugde en de bestaanszekerheid, in verdelende rechtvaardigheid aan allen zal bieden, wat de hor tende machten van eigenbelang nooit zullen ver mogen. Het recht van Vlaanderen op arbeid op eigen bodem en van verpozing aan eigen haard. Het onvervreemdbaar recht van Vlaanderen op de beveiliging van geheel zijn gebied, dat noch door talentelling, noch door andere kuiperijen mag worden genaast. Het recht van Vlaanderen amnestie te ver lenen aan hen die vervolging hebben geleden en de duistere machten uit te schakelen, die door haat en wrok en twist dit trachten te beletten. In de IJzervlakte staat het verleden tegen over de toekomst; de herinneringen tegenover ds verwachtingen; iiet puin tegenover de herrijzende Toren. Op 23 augustus komen ouderen en jongeren er samen om allen voor Vlaanderens tevensrecht te gtf Dinsdag, in de vroege morgen vernam onze stad. met ontstelling, het zo plotseling als onver wacht overlijden van de heer MAURICE VANDER- POORTEN rn de ouderdom van 54 jaar. Hard is de slag voor zijn achtbare echtgenote, kinderen en familie. Wij haasten ons uit naam vt.n ottze ganse Redaktie hun ons diepkristelijke deelneming aan te bieden en geven hun de verze kering van een vroom gebed ter zielelafenis van hem die ons zo dierbaar was. Over de plechtige begrafenis, die gisteren plaats had, brengen wij toekomende week een uit gebreid verslag. Prijs per Nummer 2 F. Prijs voor Jaarabonnement85 F. Jammer dat de vakantiegenoegens om zeg- gens weer voor een iaar voorbij zijn. Nog meer jammer dat er niet meer van genoten wordt. Ik zelf ais rechtstreekse afstammeling van Adam en Eva ben aan alle menselijke mizeries onderworpen. Toen ik jong was en met volle teugen van de beker van de vakantiegenoegens had kun nen drinken, ontbrak mij het zakgeld. Nu zou ik mij zelf wat zakgeld kunnen geven, maar het ver sleten lichaam en het streng regime door de dokter voorgeschreven maken het zakgeld overbodig. Onze eerste ouders stonden ook op regiem... «niet eten of sterven...». Zij luisterden naar slechte raad, aten en stierven. Veel mensen doen nog als zij en verhaasten hun eigen dood. Anderen zijn een beetje wijsgerig aangelegd en zoeken nog wat ple zier waar ze 't vinden kunnen, zonder aitijd aan de grote penitentie te denken. Ik zoek mijn vakantiegenoegens in de dag bladen. Wij hadden vroeger ten tijde van Mus- soluni dikwijls van de Brennerpas gehoord en gelezen. Dezer dagen las ik «Brennercol». Wat is dat? En ik las een van de gemeenste en toch een van de schoonste vertellingen die ik in mijn leven gelezen heb. Aan de Brennercol is er een grenspost. Daar stond een lange reke auto's voor het onderzoek dei- douanen. Het ging wanhopig traag en helemaal achteraan stond een Hollandse wagen met een Hol lander daarin. Daar komt een Belgische wagen aan, ziet de gelegenheid schoon om de Hollander voor te steken en plaatst zich tussen de lange reke en de Hollander. Hollanders zijn gewoonlijk kalme mensen. Maar wie weet wellicht onder de invloed van de Zuiderzon staat zijn bloed op temperatuur en gaat aan 't koken. De Hollander springt uit zijn wagen en gaat de Belg de huid vol scheiden. De Belg wellicht fier op zijn toeristische helden daad antwoordt vinnig en als de tongen het niet meer zeggen kunnen, spreken de vuisten. De Hol lander trekt al stuk in de Belgische wagen wat hij stuk trekken kon en begon daarna de Belg stuk te slaan. De Hollander was de rapste niet geweest, maar hij was de sterkste en sloeg de Belg zijn kin nebak stuk. De Belg ging naar het hospitaal de Hol lander naar de bak. De Belg is met een medisch attest en gebro ken kinnebak naar huis gegaan. De Hollander werd gelost maar moet terug om voor het tribunaal te verschijnen. De Belg was een chirurg van Verviers, de Hollander een onderwijzer. Geen straatjesvolk in derdaad, toch straatjesmanieren. En ik wil niet zeggen wie volgens mij on gelijk heeft een andersdenkende zou mij ook kun nen kletsen op mijn gezicht geven. iLees v«rd*r 09 fek. 2) w Voor Vlaanderens Levensrecht i I

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Denderklok | 1959 | | pagina 1