h 'ist u'aams e2.\nd w TA... RA... RA... BOEM-TAJIET Blikvangers... Negenendertigste Jaargang Zaterdag 4 september 1965 'T WAS MET EFFECT 65-JARIG JUBILEUM Drukker - Uitgever PAUL LUYSTERMAN - JACOBS Koepoortstraat 10 NINOVE Telefoon 327.97 Postcheckrek. 4786 85 In verband met het artikel a NINOOFSE MU- ZIEKEN verschenen in ons nummer van 14 oogst 1965, ontvingen wij van een lezer-simpatisant on derstaande suggestie. Wij drukken deze hier integraal en objektief over, Dat het met onze stedelijke muziekmaatschap pijen langzaam maar zeker de berg af gaat, weet zo wat iedereen. Al zijn de redenen van dit verval menigvuldig, het verdwijnen van het amateurisme zal ook hier wel de hoofdzaak zijn. De jongeren voelen er inderdaad weinig voor hun tijd en geld te spenderen aan iets dat voorgoed uit de tijd schijnt, hebben andere amusementsge legenheden en aanzien hun politieke overtuiging als privézaak niet als iets dat al spelende open baar wordt. Vroeger was dat heel anders. Ge waart rood. groen, blauw7 of geel, elk bekende kleur en was daar nog fier op ook. Het muziek dit simbool van macht zijner partij te steunen, werd als een plicht beschouwd waaraan niemand wenste te ontsnappen. Zowel de dikke burger als de middenstander en de werkman schoten zonder morren in de zak als het maar om zijn muziek ging. Wie van de ouderen mannen of vrouwen liep niet eens achter een fanfare of harmonie na een gelukte verkiezing, met Cecilia of plechtige begrafenis Dat blijkt nu wel een beetje gek, maar het was toch zo. De weinige keren dat nu nog een muziek buiten komt, wekt dat hoogstens de belangstelling van enkele wandelaars of nieuwsgierigen die, van achter de gordijn, komen loeren waarom en wie al spelend door de straten trekt. Muziekmaatschappijen, als politiek propaganda middel, hebben naar onze mening voorgoed afge daan, zodat met het verdwijnen ervan over afzienbare tijd rekening dient gehouden. En dat zou erg jammer zijn, omdat de muzieken tot onze folklore behoren, omzeggens met onze gewoonten en gebruiken zijn vergroeid en het oordeelkundig optreden ervan toch iets kunstzinnigs heeft. Om de muzieken te redden dient er dus naar een reddingsmiddel gezocht, en waarom dan niet eens gedaan wat elders ook gebeurde, nl. van amateurisme overstappen naar een .semi-professio- nalisme waarbij aan de spelende leden vergoedin gen zouden uitbetaald worden voor repetities en openbare uitvoeringen. Dat elke politieke partij op zichzelf dat nooit kan klaar spinnen, spreekt vanzelf. De financiële opofferingen zijn tè groot om er ook maar aan te denken. Maar zou het dan zo onmogelijk zijn de nu bestaande drie muzieken tot een Stedelijke Harmo nie om te vormen, Harmonie die onder leiding van een bevoegd Meester tot grootse dingen moet in staat zijn. Het moet niet zo moeilijk zijn, in de geest van het welzijn der Stad, een akkoord te bereiken tussen de verschillende maatschappijen enerzijds en het Stadsbestuur anderzijds. Wij wreten het, er zal over veel eigenliefde die nen gestapt, er zijn alle soort lokale moeilijkheden bij te leggen, maar met veel goede wil is dat toch te bereiken. Daar tegenover staat dan toch dat betere pro gramma's zouden worden samengesteld, zomercon- certen in de verschillende wijken, winteropvoerin- gen in een of andere zaal, tot de mogelijkheden behoren. Aan belangstelling zou het zeker niet ontbreken. En aan de traditionele overwinningsparades bij ver kiezingen moet zelfs geen einde worden besteld. Mits betaling van een flinke vergoeding door de overwinnaars, zullen de stedelijke dus neutrale muzikanten voor dit werk ook te vinden zijn. Het ligt er nu maar aan of de politiekers wen sen hun muziek aan bloedarmoede te zien ster ven, dan wel een poging te doen om te redden wat nog te redden valt. Onze bijdrage over de oprichting van een stads- muziek lokte in zekere middens onmiddellijke reac tie uit. Bij de Katolieke Harmonie, bij voorbeeld, wer den bestuur en muzikanten onmiddellijk in spoed vergadering opgeroepen. Een vruchtbare en opjouwende gedachtenwisse- ling wees uit dat de middens der Katolieke Harmo nie nog niet vatbaar noch rijp zijn voor de ver wezenlijking van zulke idee. De bespreking gaf aanleiding tot tal van sug gesties die de verdere werking der Katolieke Har monie zelf moeten en zullen ten goede komen. 't Is ook een effect en zeker niet het minste. Spijtig dat er nog een paar elementen voorhan den zijn die niet kunnen verteren dat iemand het aandurft een nieuwe idee vooruit te brengen Prijs voor Jaarabonnement90 F Prijs per nummer: 2,25 F VERSCHIJNT ELKE ZATERDAG De jeugd nam deze week terug bezit van de straat, met al de gevaren welke haar onbezonnen heid en uitgelatenheid meebrengt voor de overige weggebruikers en voor haar zelf meer in het bie- zonder. De vacantiestemming is daarmee voorgoed van de baan voor groot en klein. De stedelijke Overheid had er voor gezorgd dat de politie een oog in t zeil hield en het verkeer regelde, terwijl aan de scholen zelf een agent het ordentelijk verloop van aankomst en vertrek ver zekerde. Wij kunnen deze attentie van onze stedelijke politie, ter bescherming van onze kinderen, niet genoeg toejuichen en aanmoedigen. Te dezer gelegenheid kunnen wij niet nalaten nogmaals te herinneren aan onze voorgaande arti kelen. gewijd aan het stedelijk verkeer in verband met de schoolgaande jeugd. Volgens onlangs ge publiceerde statistieken kwamen alleen reeds in ons kleine België, gedurende het jaar 1964, dertig duizend kinderen om het leven door verkeerson gevallen. Het cijfer stemt tot nadenken en bezin ning. Het mangelt in onze scholen aan twee bij zondere vakken welke onze jeugd moeten vormen om door het leven te geraken, nl. aan voldoende uren lichamelijke oefening en aan een allernood zakelijkste kennis van het verkeersreglement. Het heeft geen zin zedelijke en geestelijke vorming te geven in de school en onze kinderen de straat op te jagen om hen daar op dwaze manier te laten verongelukken. De initiatieven welke in die richting reeds ge nomen werden zijn alle lof waard maar onafdoende. Theoretische en praktische opleiding van de school gaande jeugd* is allernoodzakelijkst en meer dan dringend gezien het van dag tot dag aangroeiend verkeer en het onverantwoord groot aantal zware ongevallen. Onze stadsgenoot de heer EMIEL CASSIMAN zal op zaterdag 11 september aanstaande zijn 65- jarig lidmaatschap gedenken van de Sint-Gregorius- gilde. Te dezer gelegenheid zal in de O.L. Vrouw- kerk te 11 uur een plechtige Dankmis opgedragen worden door Zeereerwaarde Heer Deken De Landts- heer. Dergelijke gebeurtenissen doen zich maar zel den voor en wij nemen aan ook de gelegenheid te baat om de nog zeer kloeke en nog steeds preste rende jubilaris zeer hartelijk geluk te wensen. Wie herinnert zich niet zijn warme, forse ba- ritonstem, welke hij zo vele jaren inzette tot meer luister van de goddelijke diensten in onze prachtige kerk. Moge Onze Lieve Heer, die hij zo lang en (Lees verder op pag. 2) CSC

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Denderklok | 1965 | | pagina 1