uc
e
en q\\<5S
HAVENS
Veertigste Jaargang
Zaterdag 10 september 1966
m
Inleiding
Antwerpen
Slof-
Drukker-Uitgever
PAUL LUYSTERMAN - JACOBS
Koepoortstraat 10 NINOVE
Telefoon 327.27 Postcheckrek. 4786.85
Prijs voor Jaarabonnement 95 fr.
Prijs per nummer 2,50 fr.
VERSCHIJNT ELKE ZATERDAG
Voor de Regering Van den Boeynants - De
Clercq ziet de aanstaande heropening van het Par
lement er niet zeer rooskleurig uit. Er staan na
melijk sommige punten op het programma die on
mogelijk langer uitgesteld of opzij kunnen gezet
worden. Wel is het goed dat het probleem van de
staatsfinancies eens ernstig onder ogen wordt ge
zien. alhoewel en dat schreven we reeds vroeger
dit ons weinig zorgen baart. We hebben hier in
België al voor heter vuren gestaan en hebben voor
elke toestand steeds een bevredigende oplossing
kunnen vinden.
Maar buiten deze zorg voor de boterham staan
andere zaken die ons steeds even nauw aan het
hart liggen.
Zo blijft het slecht genoemde probleem Leu
ven nog steeds op een oplossing wachten. Ge
makkelijk en eenvoudig is dat niet. Oppervlakkig
beschouwd misschien wel, als het alleen om Leu
ven ging, maar de zaak reikt veel verder. Want
de subsidiëring van één vrije universiteit gaat niet
zonder dezelfde voordelen toe te kennen aan die
andere, de Brusselse.
En voor ons ligt het paard daar gebonden.
Van de Brusselse universiteit verwachten dat
ze tot splitsing of ontdubbeling zou overgaan zon
der dat hiervoor andere (financiële?) eisen wor
den gesteld, lijkt ons onmogelijk. We geven toe
met reden, want wat in Leuven moet gebeuren
geldt ook voor Brussel.
Nochtans en rekening houdende met de anti-
Vlaamse sfeer die in de Université Libre heerst,
zal op veel tegenstand moeten gerekend worden.
Hoe groot die zal zijn is gemakkelijk op te
maken uit de campagne die gevoerd wordt tegen
de toepassing der taalwet Gilson, betreffende het
regelen der betrekkingen tussen Walen en Vla
mingen in het Brusselse.
Naar de laatste berichten zou de un voering
ervan over een drietal weken wettelijk worden
en wat dat zal geven blijft een raadsel.
Schijnbaar zal wel toegegeven worden en zul
len de Brusselse administraties niet openbaar dur
ven tegenwerken. In feite nochtans zal zodanig'
en onderduims gewroet en gewrongen worden, zal
zoveel slechte wil worden betuigd dat alles op een
sisser zal uitlopen. Voor dhr Cappuyns, vice-gou-
verneur van Brabant ligt nog heel wat werk op
de plank. Ook de Minister van Binnenlandse Zaken
zal er goed aan doen met de Brusselse mentaliteit
rekening te houden om de toepassing der wet Gil
son tot een goed einde te brengen Als het moet
mag het hard tegen hard gaan in dit geval staat
de meerderheid der bevolking achter de Regering.
De op taalgebied werkelijk onuitstaanbare
Luikenaars zitten nog altijd met een Voer-kom-
pleks. Het wil er ginder niet in dat de Wet ver
plichtend is voor iedereen, dat eenmaal de Voer
bij de Vlaamse provincie Limburg ingelijfd, de
reglementering terzake volledig moet worden toe
gepast. Ze hebben zich daar eenvoudig bij neer
te leggen, zoals wij zelf dat deden toen Moeskroen
een veel dikkere brok dan de Voer naar He
negouwen werd overgeheveld.
Als laatste punt blijft dan de motie van Ad
vocaat Victor, gemeenteraadslid van Antwerpen,
waarbij de eis wordt gesteld dat voortaan in Vlaan
deren slechts magistraten rechters, prokureurs,
notarissen, enz... zouden worden benoemd, die
hun studies in het Nederlands deden. Een zeer
rechtmatige eis die moet ingewilligd worden. Tot
nogtoe werden deze hoge functies te vaak toege
kend aan franssprekenden met een dito-diploma,
die een mondvol flamand usuel voldoende vonden
om recht te spreken over mensen wier taal ze maar
half, of wier gemoedstoestand ze niet eens begrij
pen. Wie het geluk had voor een Vlaamstalige
Kamer in Brussel te verschijnen al was het
maar voor een verkeersovertreding kan daarover
meepraten ge ergert U ziek of ge lacht U dood.
Dat zijn dan enkele zware problemen waar de
huidige Regering noodgedwongen en over korte
tijd een oplossing moet voor vinden. Of dit zal
lukken zal afhangen van de vastberadenheid en
de durf der huidige ploeg, die wel de mond vol
heeft over een nieuwe stijl, maar ons nog moet
overtuigen een ernstige beslissing te durven nemen.
Eerlijk gezegd, we denken dat het dezelfde
weg opgaat, zodat politieke verwikkelingen onaf
wendbaar zullen zijn.
In een vorige bijdrage hebben we het gehad
over de toestand van onze binnenwaterwegen. La
ten we nu even stilstaan bij de uitrusting van onze
havens.
De haven van Antwerpen heeft nog steeds een
t als wereldhaven, doch wanneer wij de uit
stat uut
breiding van zekere havens in de buurlanden na
gaan. ondervinden we toch een zekere achteruit
gang, namelijk vergeleken met Rotterdam.
Onze politiekers hebben hier wel zekere fouten
begaan, wanneer het er op aan kwam.de Schelde-
Rijnverbinding te verbeteren.
Het nieuwe kanaal dat moet gegraven worden
zal bijna gans bekostigd worden door de Belgische
Staat, en dit om een vaart te verwezenlijken die
niet als ultra-moderne kan worden beschouwd.
Nochtans stonden de Nederlanders hier in een
moeilijke positie daar zij ons absoluut nodig had
den om hun toevoer van zoet water te verzekeren.
Anderzijds schijnt het zeker te zijn dat de
Autoroute de Wallonië verwezenlijkt werd met
de gekende voorrang, ten einde aan een zekere
druk van Frankrijk uit te beantwoorden, om
een gemakkelijke verbindingsweg te bekomen van
uit Duitsland naar Le Havre.
Wat de uitbouw van de haven zelf betreft, zien
wij dat men nu bezig is enorme werken uit te voe
ren die het moeten mogelijk maken petroleumtan-
kers tot 80-000 Ton de haven binnen te loodsen.
In de raffinaderijen zelf is men zeer sceptisch
wanneer men het nut van deze werken gaat beoor
delen. Inderdaad op vele scheepswerven is men
opzoekingen aan het uitwerken die het zouden
moeten mogelijk maken reuzetankers van 200 tot
300.000 Ton te bouwen reuzetanks die toch nooit
de haven van Antwerpen zullen kunnen aandoen.
Natuurlijk kunnen deze reusachtige sluizen ge
bruikt worden om gewone schepen tot^ 80.000 Ton
de haven te laten bereiken, doch deze suizen zijn
gebouwd op toegangswegen naar de petroleumraf-
finaaerijen. Een aanpassing zal dus nodig zijn.
met als gevolg kapitaal die verloren gaat in niets.
Dit wil natuurlijk niet zeggen dat in een na
bije toekomst de raffinaderijen in Antwerpen zul
len moeten verdwijnen. Petroleumtankers tot
300.000 Ton zouden tot voor Nieuwpoort kunnen
komen een oleoduc zou dan moeten aangelegd
worden om Antwerpen te bereiken.
Zoals altijd trouwens, zou men vele verbete
ringen kunnen aanbrengen aan de werkwijze die
men tot op heden heeft toegepast. Gezien onze hui
dige economische positie, blijft het immers zeer
moeilijk om onze infrastructuur aan de moderne
normen aan te passen. Het is nochtans hoogst nodig
dat men een grote inspanning gaat leveren, ten
einde onze havens aan te passen, sommige kanalen
te verbouwen die een gemakkelijke toevoer van
goederen mogelijk maken en verder om de andere
communicatiemiddelen te verbeteven.
Het is natuurlijk steeds veel gemakkelijker om
kritiek uit te oefenen dan zelf iets positief te ver
wezenlijken, doch dit mag toch geen reden zijn
om de zienswijze van anderen onbesehouwd te la
ten.
B«6/
aamsen
HEROPENING