Dagboek van
Ferdinand
Vander Haeghen
2
DE DENDERKLOK
UIT HET
Abt van de Norbertijnenabdij van de
HH. Cornelius en Cyprianus
te Ninove
1712- 1754)
35.
Op 18 ootober overleed in onze pastorij
van Voorde, E.H. Carolus Nolan, voorheen
onderpastoor te Pamel en te Liedekerke. Hij
is ook novicenmeester en prior in onze abdij
geweest. E.H. Gabriel Byl, onderpastoor te Ni
nove, heeft hem te Pamel opgevolgd, en als
onderpastoor te Nanave werd E.H. Ferdinan-
dus Vander Eeoken, onze lector, benoemd.
Uit Liedökerke riep ilk de onderpastoor al
daar, E.H. Bartolomeus Eloy, naar de abdij
ter-ug om er de theologie te onderwijzen. E.H.
Philippus Robrechts die tevoren bij wijlen
pastoor Carokis Nolan woonde, werd onder
pastoor te Liedekerke.
Dit jaar lieten wij te Brussel, bij de we
duwe N. Vander Haegen, drie beelden in witte
steen, genaamd Bentumsteen, vervaardigen,
voorstellende de Allerheiligste Maagd Maria
met het Kind Jezus en onize heilige patronen
Cornelius en Cyprianus. Wij betaalden daar
voor 750 guldens.
De 21sfce januari 1745, daar E.H. Egidius
De Ries, onze subprior, wegens ziekte ver
zocht heeft ontslagen te worden uit zijn ambt,
'benoemde ik E.H. Siardus Bajenrieux als zijn
opvolger. Dezelfde dag werd E.H. Bernardus
Fransman cellier in de plaats van E.H. Em
manuel Gbiselin (functie die hij lofwaardig
gedurende 17 jaar vervulde).
Op 26 april had te Gent, in het bisschop
pelijk paleis, de verkiezing plaats van de af
gevaardigden wegens de geestelijkheid in de
Staten van Vlaanderen. Als eerste afgevaar
digde voor het Gentse district werd Hoogwaar
dig Heer Cassina de Boulers, abt van Ename,
gekozen en als tweede afgevaardigde E.H. de
Castro, kanunnik van Sint-Baafs. En voor het
district van Brugge werd de Hoogeerwaarde
baron de Vicq, déken van Sint-Donatianus,
eerste afgevaardigde en E.H. Donquers, ka
nunnik van hetzelfde kapittel, tweede afge
vaardigde.
Daar wij 'hier nog acht marmeren kolon-
nen hadden, met hun kapitelen en voetstuk
ken die door een van mijn voorgangers.
Hoogwaardig Heer Joannes David, meer dan
honderd jaar geleden gekocht waren geweest
doch nu geen not meer hadden daar onze
abdijkerk van nieuwe altaren is voorzien,
werd besloten deze kolonnen te verkopen.
In de meimaand verkochten wij ze aan Zijne
Eminentie de kardinaal-aartsbisschop van Me-
dhelen en aan de proost van Affligem om er
twee altaren mede op te richten in de nieuwe
zijkapellen van het koor van de kerk van
Affligem. Zij betaalden daarvoor de som van
1250 guldens waarmede wij een cijns hebben
gekocht.
Op de 1ste juni werd frater Carolus Van
der Eist, uit 'Mechelen, tot de plechtige pro
fessie toegelaten. Wij gaven het heilig habijt
van onze orde aan Bernardus-Albertus Helias,
uit Gent, die frater Benedictus genaamd werd.
Op 12 juni werden te Mechelen door Zij
ne Eminentie onze aartsbisschop priester ge
wijd, de fraters Guilielmus Moens en Jose-
phus Goethals. Frater Hermannus-Josephus
Haeck werd diaken.
Tijdens dit jaar woedde de oorlog. Op 1
mei begonnen de Fransen de stad Doornik
te belegeren. Er werd hevig gevochten tegen
de Engelsen, de Duitsers en de Hollanders,
in het dorp Fontenoy, in tegenwoordigheid
van de koning van Frankrijk. De 10de juli
'begaf ik mij naar Brussel waar ons refugie-
huis tenauwernood vrij was van legerbezet-
ting. Op 11 juli werd Gent door de Fransen
belegerd, de 18e Brugge, de 22ste Oudenaarde,
op 13 augustus Dendermonde, de 24ste Oos
tende, Ndeuiwpoort en Diksmuide. Een zekere
graaf, genaamd Beausobre, die hier zijn intrek
had ger.omen met zijn .manschappen genaamd
housaers,nam afsaheid van ons maar zijn
vertrek liet weinig adem aan de Ninovietevs
wamt na de koning van Frankrijk, die na zo
vele zegepralen naar Parijs was vertrokken,
kwam het leger van de maarschalk van Sak
sen uit Aalst naar Ninove. De stad werd bezet
en de legeraanvoerder, graaf de Montesson
met zijn gevolg, nam zijn intrek in onze abdij.
De stad was door vrees bevangen, er werd
voedsel verzameld. De parochiekerk, heit
klooster van de grijze zusters ofte peniten-
tienen en de kapel op de burcht werden sta
pelplaatsen voor de granen.
De 8ste Oktober, na het beleg van Ath,
vertrok het ganse leger.
De 4de oktober overleed in onze proosdij
van Renissart, E.H. Sebastian us De Cor te die
aldaar E.H. proost bijstond. In de plaats van
de overledene, benoemde ilk E.H. Miohaël
d'Hanins.
Daar de abt van Ename, Hoogwaardig
Heer Cassina de Boulers gestorven was, werd
in zijn plaats op 11 Oktober als eerste afge
vaardigde wegens de geestelijkheid in de Sta
ten van Vlaanderen voor het district Gent
verkozen E.H. N. Van Crombrugghe, proost
van de Sint-Baaf9hoofdikerk.
De 1ste november celebreerde ik mijn
vijftigjarig priesterjubileum. Moge ik waar
dig zijn later in de hemel te jubelen. Amen.
De 18de december heeft Zijne Eminentie
onze aartsbisschop het diaconaat toegediend
aan frater Dominicus Waeffelaers.
Daar de Fransen de stad Aalst -wilden
versterken, gaven «zdj ons bevel hun 4.000 hout
palen genaamd palissaden te leveren. Wij
overhandigden er hen 2.000.
Tijdens de maanden maart en april 1746
trokken herhaaldelijk Franse troepen door de
stad om in de omgeving van Brussel 'hun in
structie te ontvangen. Dit veroorzaakte niet
weinig ongemak en schade.
Op 30 april 1746 werd E.H. Remigius De
Poortere, pastoor te Pamel en Ledeberg. Tot
hiertoe was hij postoor te Denderwindeke,
parochie ter begeving van de abt van Vicoig-
ne.
(Nadruk verboden). (Vervolgt).
brandstofhouders goedgekeurd, maar het werd nooit
toegepast. Zijn we ons wél bewust van de verant
woordelijkheid Er zijn hier in onze stad schan
dalige toestanden. Er is hier een feestzaal met één
in- en uitgang waarboven twee brandstofhouders
zijn geplaatst. Die moeten daar weg of ze nog ge
bruikt worden of niet.
Rechtover een zaal is een brandstofhouder op
de tweede verdieping geplaatst en velen bevinden
zich op een eerste verdieping.
Er werden brandstof houders op daken geplaatst
te midden van huizenrijen.
In de Burchtstraat is er een herberg van 80 m.
diepte, met slechts vooraan een smalle in- en uit
gang. Een smadle trap leidt naar een bovenlokaal
waar er gedanst wordt.
Dit alles moet men op de Graanmailkt toch
ook weten en'zien
Ik vraag Sat deze kwestie ernstig en onverbid
delijk zou aangepakt worden. Onvoorzichtigheid is
vaak ingegeven door winstbejag.
Dhr Burgemeester - Wat die brandstofhouders
boven de ingang van een feestzaal betreft, is toch
wel het voornaamste en het dringendste dat die uit
geschakeld werden.
Dhr De Riemaeoker - De Brandweer heeft er on
der die voorwaarden gedanst.
Dhr Burgemeester - Die brandstofhouders
staan er nu nog. Er werd controle gedaan en ze zul
len weggenomen worden.
Wij speuren de misbruiken voor de brandstof
houders op.
Dhr De Riemaeoker - Er zijn plaatsen waar er
zichtbaar misbruik is. Dat moet de Politie toch ook
zien
Dhr Burgemeester.- De Politie kan niet alles
zien. Het probleem wordt aangepakt.
Dhr De Riemaecker - Aan de voorgestelde mo
tie dient aan ontspannings- en handelsdoeleinden,
ook woongelegenheden toegevoegd te worden.
Dhr Waltniel - Akkoord.
Dhr Burgemeester - Wdj wijzigen de motie in
die zin.
Algemene goedkeuring met 14 9temmen.
2) Slachthuis - kennisneming der beslissingen
van de Heer Gouverneur der provincie, hou
dende schorsing der gemeenteraadsbesluiten
van 21 october 1975 - Intrekken of handhaven
van deze beslissingen.
Dhr Burgemeester - In een schrijven van 18 de
cember 1975 meldt de Gouverneur ons het volgen
de
Hij vraagt afschrift van de beslissing van de
Gemeenteraad waarin akte wordt genomen van de
redenen van 9dhorsing en eventueel de intrekking
van de geschorste beslissingen.
Hij is w an oordeel dat de concessie pas mag ge
schieden na een beroep op de mededinging. Bij de
•toewi jzing mag rekening gehouden worden met alle
•beschikbare gegevens, m.a.w. het financiële a9pekt
dient niet uitsluitend in aanmerking genomen te
worden.
Hij vraagt dat wij vooraleer een nieuwe beslis
sing ;e treffen overleg zouden plegen met zijn dien
sten, maar is van oordeel dat dhr Sohollaert in af
wachting en onmiddellijk een vergoeding zou be
talen die gesteund is op thans niet in het dossier
voorhanden ■zijnde ernstige objektieve gegevens.
Deze overgangsperiode mag niet leiden tot enige
vertraging wat de definitieve regeling van 'het pro
bleem betreft.
Tenslotte wijst de Gouverneur er op dat het
volkomen onaanvaardbaar :is dat een openbaar
slachthuis samen met een appartement gedurende
een lange periode zonder enige vergoeding ter be
schikking werd gesteld van een partikulier.
Hij beitreurt dat deze toestand 12 jaar aange
slepen heeft en vraagt verantwoording voor het
verleden.
Als redenen voor de schorsing van onze beslis
sing citeert de Bestendige Deputatie
dat de concessie wordt verleend voor een ter
mijn van 9 jaar tegen een vergoeding van 7.500 fr.
per maand, gekoppeld aan het indexcijfer zonder
aanduiding van de toe te passen formule;
dat deze prijs niet in verhouding lijkt met de
geringe lasten en de bijkomende voordelen in hoof-
(Lees verder op pagina 10)