7\n
^/acims
MINISTEK DE CKOO
in de Stedelijke Vakschool te jNinove!
NU IS T GENOEG!!!
Toespraak van Schepen De Jonghe
Vijftigste Jaargang
Vrijdag 2 juli 1976
Toespraak van Directeur Arents
Drukker - Uitgever
PAUL LUYSTERMAN - JACOBS
Koepoortstraat 10 - 9400 NINOVE
Tel. (054) 33 27 27 - Prk. OOG 0478685-87
Prijs voor Jaarabonnement330 Fr.
Prijs per nummer8 Fr.
VERSCHIJNT IEDERE WEEK.
Zaterdagavond deed het als een goeie grap de
ronde dat de Minister van Nationale Opvoeding, in
hoogst eigen persoon, de tentoonstelling zou be
zoeken en de proclamatie der uits'agen en de uit
reiking der diploma's zou bijwonen in de Stedelijke
Vakschool te Ninove.
Het bericht werd zondagmorgen bewaarheid.
Te 11 u. 30 stipt werd Minister De Croo aan de
ingang der school verwelkomd door het Stadsmagis
traat en Directeur Arents met een afvaardiging van
het lerarenkorps.
De voorstellingen werden gedaan door Senator
Waftniel.
Al de lokalen waarin tentoonstelling gehouden
werd kregen het bezoek van de Minister die som
mige leraren en leerlingen aansprak en ondervroeg.
Na een grondig bezoek der tentoonstelling kwa
men overheidspersonen, leraars en leerlingen te
recht in de vergaderzaal op de verdieping.
Als Schepen van openbaar onderwijs en Voor
zitter van de Beheerraad der Stedelijke Vakschool
hield Schepen De Jonghe volgende toespraak
Mijnheer de Minister, Mijnheer de Senator.
Heren Voorzitter en leden van de Inrichtende Macht
(Stadsbestuur) en Bestuurscommissie,
Heren Directeur, Leraars en leerlingen van de school
Mevrouwen, Mijne Heren,
In denk wel dat U mij zult geloven ais ik U zeg
dat ik mij geenszins op mijn gemak gevoel met dit
onverwachte bezoek van de Heer Minister van Na
tionale Opvoeding.
Maar van een andere kant denk ik, dat U mij
ook zult geloven, als ik U verzeker, dat wij uitermate
vereerd zijn voor de eerste maal in het bestaan van
onze school een Minister van Nationale Opvoeding
te mogen ontvangen op de plechtige proklamaiie
van de eindejaarsuitslagen. Namens onze bestuurs
commissie, onze directie, onze ieraars en onze leer
lingen, onze diepe dank daarvoor, Mijnheer de Mi
nister.
Ik bedank ook oprecht de Heer Voorzitter van
de Oud-Leerlingenbond van onze school, de Heer
Wi If ried Van der Poorten, die zo een enige gebeurte
nis in de annalen van onze school heeft bewerk
stelligd.
En onmiddellijk daarop aansluitend heeft de
zelfde Heer Voorzitter ons op het hart gedrukt dat
U. Mijnheer de Minister, het liefst op een eenvoudige
en gemoedelijke wijze wenst ontvangen te worden
omdat uw bezoek enkel ingegeven is door uw be
langstelling voor een organisatievorm van technisch
onderwijs met beperkt leerplan waarvan, naar het
schijnt, er maar weinig meer bestaan in ons land.
!k bedoel namelijk dat wij een instelling van
stedelijk lager- en hoger secundair technisch onder
wijs met beperkt leerplan zijn, die niet ingericht is
door een dagschool.
Ons stedelijk technisch avondonderwijs werd
meer dan 60 jaar geleden opgericht in deze 120-ja-
rige gebouwen van de gemeentelijke lagere school
en is gegroeid uit de samenwerking tussen gemeen
te- en nijverheidsverantwoordelijken.
Dezen hadden toenmaals reeds aangevoeld dat
aan de werknemers uit de toenmalige plaatselijke
industrie de gelegenheid moest geboden werden
zich na hun dagtaak technisch te vervolmaken. Dus
ook materieel te verbeteren. Samen hebben zij dan
gezorgd dat zuikdanig avondonderwijs kosteloos
werd verstrekt aan de vele belangstellende werk
nemers u:t a'le milieus en lagen van de bevolking.
Ondertussen zijn wij zodanig ingericht dat wij
voor mechanica, bouwkundig tekenen, auiomechani-
ca en vier vormen van lassen voldoen aan de voor
geschreven nermen voor het bekomen van de wed
de-, werkings- en uitrustingstoelagen. Dit laatste na
tuurlijk ais er kredieten beschikbaar kunnen gesteld
worden.
Als zo een inrichting als de onze nog leerbaar
is. in deze tijd van technisch dagschoolonderwijs
met daaraan verbonden avondonderwijs, dan is
zulks in de eerste plaats te danken aan de geest van
verstandhouding, van samenwerking, van onderling
begrijpen die, van vroeger en nu nog steeds, heerst
in deze school. Hier is geen Mijnheer de Direc
teur, geen Mijnheer de Leraar, geen leerling
nummer zoveel of x, y of z. Hier zijn mensen
aan het werk. mensen die begaan zijn met mekaars
wel en wee, die mekaars zorgen trachten te verhei
pen en die naar mekaar kunnen luisteren zowel ie
raars als leerlingen. Het moet U dan ook niet ver
wonderen ais ik zeg dat wij in deze school leerim-
gen-hui vareis hebben gekend, ouder dan 40 jaar.
En niet ae minst verdienstelijke, integendeel.
Ik houd er dan ook aan, voor de laatste maal
dat ik de gelegenheid heb zulks in het openbaar te
doen, de vroegere en huidige directeurs .leraars en
leerlingen van harte geluk te wensen voor de stijl
die zij, samen met de leden van de bestuurscommis
sie. aan onze inrichting hebben gegeven en nog
steeds geven. U hebt mij tijdens mijn schepenman
daat steeds de grootste voldoening gegeven.
Ik wens al de leerlingen geluk om hun bekomen
uitslag, de leraars en leerlingen voor hun volgehou
den inspanningen en hun prachtige tentoonstelling
en ik verklaar het schooljaar 1975-76 voor beëindigd.
Mijnheer de Minister,
Geachte Aanwezigen,
Graag zou ik de woorden die ik tot U wil rich
ten in het teken stellen van de dankbaarheid.
Dank aan de Heer Minister, mede in naam van
alle leraars en leerlingen voor zijn zeer gewaardeer
de interesse voor onze avondschool.
Ik hoop dat hij gedurende het korte bezoek aan
onze tentoonstelling zich een beeld heeft kunnen
vormen van het bekomen resultaat gedurende het
verlopen schooljaar, rekening houdend met de be
perkte middelen waarover we beschikken.
Dank aan het inrichtend bestuur en in 't bijzon
der aan de Heer De Jonghe, schepen van onderwijs,
met wie ik gedurende tien jaar in de beste ver
standhouding mocht samenwerken. Steeds bekom
merd om het welzijn en de bioei van de school, de
den we nooit tevergeefs een beroep op hem.
Bij het begin van elk schooljaar, ter -gelegen
heid van de jaarwisseling, bij mondelinge proeven
van de eindejaarsstudenten, telkens was hij er bij
om te helpen, om raad te geven, of om de spreek
woordelijke riem onder het hart te steken.
Mijnheer De Jonghe. dit is de laatste prijsuitrei
king waar wij U ais Schepen van Onderwijs mogen
begroeten wij hopen echter je nog dikwijls te mo
gen verwelkomen als Meester De Jonghe
Dank aan de ieden van de Bestuurscommissie
om hun daadwerkelijke en onbaatzuchtige medewer
king.
Dank aan het Bankwezen, de fabrieken Franke
en Fabeita omdat zij het mogelijk maken speciale
prijzen aan onze leerlingen uit te reiken.
Een speciaal woord van dank aan de Heren
Leraars, van wie ik niet alleen de medewerking, de
(Lees verder op pagina 2)
Onlangs werd het gedenkteken, op het
Kerkplein, ter nagedachtenis der oorlogsslachtoffers
schandelijk besmeurd.
Een begin tot tweede besmeuring werd deze
week aangevangen.
Gans de gemeente weet zeer goed uit welke
hoek het komt en wie daar achter schuilt.
Dat schandalig gedoe moet ophouden
De gedenksteen huldigt de nagedachtenis van
s* usgenolen uit alle standen en van elke opinie,
c7e hun leven schonken voor onze vrijheid of die
het slachtoffer werden van oorlogsgeweld.
't Is dank zij hun offer dat de gewetenloze
bekladders thans de VRIJHEID genieten aldus te
handelen in een VRIJE gemeente van een VRIJ land!
Aan zulks vrijheidsmisbruiken MOET en ZAL
een einde gesteld worden
't Zijn de ouders, de kwekers, de opvoeders
de ophitsers en de aanmoedigers van de
daders dezer schurkenstreken die verantwoording
verschuldigd zijn.
t Zijn zij trouwens die schijnen te smeken om
oog voor oog en tand voor tand.
't Zijn zij ook die, na de passende reactie, het
luidst zullen janken DAT hebben WIJ niet gewild,
't Is een laatste doch diepgemeende verwitti
ging.
A. DE RIEMAECKER,
Eerste Schepen.