Raadszitting
2
«DE DENDERKLOK»
VAN 20 SEPTEMBER 1979
beogen van werkloze werknemers tegen voordelige
voorwaarden.
Ik citeer ook de oprichting van tal van openbare
instellingen, zoals de Nationale Investeringsmaat
schappij, het Sociaal-Economische planbureau, de
gewestelijke ontwikkelingsmaatschappijen, de ge
westelijke economische raden, die allen hetzelfde
doel nastreven, namelijk de heropflakkering van onze
economische welvaart te bewerkstelligen.
Wat nu specifiek de streek Ninove betreft, is het
geen geheim te zeggen dat deze totnogtoe een pro
bleemgebied is geweest, met relatief hoge werkloos
heidscijfers en uiteraard sterk aangewezen op pen
del.
De geringe industriële activiteit dat het zich in
de vorige eeuw had weten te verwerven, ging in de
na-oorlogse periode teloor. De nabijheid weliswaar
van de Brusselse agglomeratie en de toenemende
mobiliteit van het individu waren daar beslist niet
vreemd aan. Deze ongunstige toestand werd nog be
stendigd door de gehele of gedeeltelijke betreurens
waardige verdwijning van een aantal middelgrote be
drijven, waardoor honderden arbeidsplaatsen teloor
gingen.
Toen echter bij koninklijk besluit van 25 novem
ber 1960 de bestemming van de terreinen waar we
ons momenteel bevinden erkend werden als indus
trie-terreinen van nationaal belang, konden zich nieu
we perspectieven openen. Ongeveer 100 hectaren
stonden ter beschikking, voliedig bouwrijp gemaakt.
Dank zij deze erkenning en de gezamenlijke in
spanningen van de overheid en van U, Heren bedrijfs
leiders, kwam stilaan een heropflakkering van de zo
kwetsbare streek op gang.
Na een aanvankelijk relatief lange periode van
stagnatie is het met enige fierheid dat ik thans mag
verklaren dat dit industrieterrein nagenoeg volledig
volzet is en wij aan uitbreiding kunnen denken.
De hier thans gevestigde bedrijven hebben naar
onze inzichten omstreeks 1300 a 1500 arbeidsplaat
sen opgebracht, wat in absolute cijfers meer dan
10% betekent van de beroepsbevolking van onze
streek.
Tegen de hiervoren geschetste achtergrond
werd in sommige kringen de onderneming in vraag
gesteld. Ik meen echter voorop te mogen stellen dat
de privé-onderneming de cel blijft waarbinnen, dank
zij gezamenlijke inspanningen van overheid en privé-
sektor, een combinatie en een evenwicht tot stand
kan komen tussen produktie en vooruitgangsfaktoren
Naast de traditionele koppeling van kapitaai en
arbeid, moeten de kennis, de ondernemingsgeest en
het beroep op de openbare infrastruktuur en de open
bare instellingen, die instaan voor de collectie be
hoeften, optimaal aangewend worden.
Hoe dan ook. hopen wij dat de herstelbeweging
van de economie, die zich in 1978 op nationaal vlak
had ingezet, zich verder mag doorzetten.
De lokale besturen spelen daarbij een belang
rijke rol. Niet minder belangrijk is de rol van de on
derneming. De investering is de eerste vereiste tot
expansie, sociale vooruitgang en bestaanszekerheid.
Deze bestaanzekerheid en het eraan verbonden wel
zijn is wat ons in hoofdzaak allen moet bekommeren.
Om dit te vrijwaren hoeven wij ons allen samen in
te zetten.
En dan naar de lindeboom ie Meerbeke waar on
ze Vorsten praktisch tegelijkertijd op de afspraak
aankwamen. Ook hier was de belangstelling opval
lend groot en laaide de geestdrift hoog op. Koning
Boudewijri onderhield er zich enkele minuten met
Zijn petekind Boudewijn Timmermans, met oud-ge-
dienden van de beide wereldoorlogen en met de ge
handicapten. Inmiddels werd Koningin Fabiola druk
omstuwd door de toeschouwers met wie Zij zich
minzaam onderhield.
De laatste tocht ging naar Neigembos. Krachtig
weerklonken er de zuivere tonen van de Brabantse
Jachthoorngroep in het stille bos. Temidden van de
milde herfstkleuren gaven dhren Luc De Smet en Luc
Franchet er een interessante deskundige uiteenzet
ting. Aan de groebe werd het Koninklijk Gezel
schap opgewacht door een selecte groep genodig
den en hun dames. Tijdens de receptie ging het er
gemoedelijk aan toe en kregen de aanwezigen ruim
schoots de kans om even een gesprek aan te knopen
met de Koningin en haar Gemaal.
Na een laatste groet van de Overheid en onder
het afscheidslied van de jachthoorns verlieten de
Koning en de Koningin ons grondgebied.
Ninove mag fier zijn i Het onthaal dat Hunne
Majesteiten ten deel viel was echt vorstelijk
ontroerend mooi door zijn eenvoud, maar ook door
zijn stijl, door zijn zin voor orde en tucht, waarvoor
Politie en Rijkswacht terecht geprezen worden.
Toen we Neigembos verlieten en even nakaart
ten over die feestelijke namiddag, realiseerden wij
ons hoe dicht de bevolking nog bij haar Vorstenpaar
staatSpontaan en hartelijk hebben onze mensen
deze enige kans te baat genomen om hun aanhan
kelijkheid en trouw aan de Vorsten te betuigen.
Werkelijk een dag om nimmer te vergeten
Interpellatie door dhr De Riemaecker over de
onwettige wijziging door het College van de ver-
koopsvoorwaarden der bouwgronden in het Doorn
kwartier te Ninove.
DE PRINCIEPEN.
Het is de Gemeenteraad die beslist over de
vervreemding van de onroerende goederen der ge
meente, en haar lasten en voorwaarden.
Naar gelang de waarde van het goed
- ofwel met de goedkeuring van de B.D. alleen
- ofwel, na advies van de B.D., met de konink
lijke goedkeuring.
Volgens vigerende onderrichtingen MOET de
vervreemding van onroerende goederen door de ge
meente geschieden bij wijze van openbare verko
ping, behoudens welbepaalde onbetwistbare oppor-
tuniteits- of utiliteitsredenen.
De gewone openbare verkoping van onroerende
goederen is ingericht en geregeld door de wetten
op het notariaat.
TER ZAKE.
De Gemeenteraad heeft op 16.6.1977 de verka
veling in 19 bouwgronden van een sector, binnen
het bijzonder plan van aanleg het Doornkwartier,
goedgestemd en op 22.12.1977 een verkaveling in
18 bouwgronden in zelfde sector.
De Stad werd telkens gemachtigd om tot de
OPENBARE VERKOPING ervan over te gaan volgens
goedgekeurde algemene voorwaarden, gewijzigd
en aangevuld bij gemeenteraadsbesiissing van 26.10.
1978.
Op 18.7.1979 beslist het College: 1) aan de
Ontvanger der Registratie een herschatting te vra
gen voor lot 20 2) bij eventuele openbare verkoop
van stadsgronden vooraf aan de kandidaten te vra
gen hun aanvraag schriftelijk in te dienen bij het
College of bij de werkende notaris 3) de techni
sche dienst te gelasten met de uitvoering van deze
beslissing.
Deze beslissing werd bekend gemaakt in de
lokale pers met melding dat de nodige formulieren
verkrijgbaar zijn op de technische dienst.
De formulieren behelzen de verklaring van ken
nisname van de verkoopsvoorwaarden, van de ver
bintenis op de openbare verkoping aanwezig te zijn
voor één welbepaald lot, van de kennisname van de
minimumprijs en van de storting van 5.000 F
WAT MET FAMEUZE BESLUIT VAN 18.7.79
VAN HET COLLEGE BETREFT.
1ste vaststelling:
De beslissing van het College werd op 18.7.79
getroffen bij afwezigheid van
- burgemeester Cosyns
- schepenen Desprets en De Ville
- stadssecretaris De Groot.
Het College was voorgezeten door Schepen
Waltniel, bijgestaan door een gemeentebeambte, die
fungeerde als secretaris.
2de vaststelling
Het niet opdagen van kooplustigen op één ver
koopszitting, voor één lot, bij breedvoerig gemoti
veerd schattingsverslag, gewaardeerd op 1.525.000 F
is geen afdoende reden ter staving van een vraag
tot herschatting.
Van twee zaken één
- ofwel is de schatting gegrond en dan bestaat
er thans nog geen afdoende reden om erop terug
te komen
- ofwel is de schatting loutere fantasie en, in
dit louter denkbeeldig geval, zien we niet goed in
hoe de opsteller ervan nieuwe en lagere cijfers zal
motiveren.
3de vaststelling
Ik daag het College uit een enkele wettekst aan
te halen ter staving van de vraag aan kandidaat-ko-
pets voor een openbare verkoping om hun kandida
tuur schriftelijk in te dienen bij het College of bij
de werkende notaris.
4de vaststelling
Het houdt geen steek de technische dienst te
gelasten met de uitvoering van de beslissing van
het College.
De verkoop van een onroerend goed is - bij
uitstek - een financiële verrichting. Al de verhande
lingen die ermee verband houden behoren per se
tot de loutere bevoegdheid van de stedelijke finan
ciële diensten.
Buiten het geval van de volledige abdicatie van
het departement van financiën vinden we geen enke
le reden ter staving van de bevoegdheid van de tech
nische dienst voor de uitvoering van de beslissing
van het College van 18.7.1979.
5de vaststelling
De beslissing omtrent de grondige wijziging van
de verkoopsvoorwaarden, werd niet voorgelegd aan
de hogere overheid voor goedkeuring
- noch aan de G.R., alleen bevoegd om daar
over te beslissen
- noch aan de B.D. die dergelijke beslissing
moest goedkeuren.
WAT UW PUBLICATIE IN DE PERS BETREFT.
1ste willekeurige daad
De publicatie in Kontakt van 5.9.1979 van het
Bericht aan de Bevolking - Verkoop van stadsgron
den - namens het College, door de Schepen van O.
W. Jacques Timmermans, is nietig en zonder de min
ste betekenis.
Om redenen, die uw College zelf breedvoerig
heeft uiteengezet in een hangende zaak der Stad
tegen een aannemer.
Behoudens vergissing was iedereen op 5 sep
tember ji. op post, zodat het geen zin heeft dat een
2de Schepen zijn 1ste Schepen en zijn Burgemees
ter weg-elleboogt om zich alleen te doen gelden voor
een ogenschijnlijk sympathieke aangelegenheid.
2de willekeurige daad
Het gezamenlijk te koop stellen van nog 18 be
schikbare loten druist radikaal in tegen het opzet
van de G.R. en tegen formele beloften van de Sche
pen van Financiën.
Het verslag van de gemeenteraadszitting van
22.12.1977 vermeldt inderdaad:
Op de vraag van dhr De Riemaecker of het
de bedoeling is deze bouwpercelen alle tegelijk
te koop te stellen, antwoordt dhr Waltniel, schepen
van financiën, ontkennend. Het is de bedoeling,
zoals voor de andere verkaveling per schijf van
een 5-tal loten te werken
WAT DE UITVOERING ZELF
VAN UW BESLISSING BETREFT.
1ste vaststelling
De beslissing van het College maakt geen ge
wag over de verplichting die de technische dienst
oplegt aan de kandidaat-kopers orn beiden persoon
lijk aanwezig te zijn op de zobeweerde openbare
verkoping, die er in feite geen is.
De clausule, die de kandidaat-kopers verplicht
om beiden persoonlijk aanwezig te zijn, druist trou
wens radikaal in tegen alle gevestigde geplogend-
heden.
2de vaststelling
De beslissing van het College maakt geen ge
wag over een verplichting voor de kandidaat-kopers
om hun inzichten bloot te geven voor een welbe
paald perceel.
Deze kennisgeving is van aard om aanleiding te
geven tot schromelijke misbruiken en tot onoplos
bare betwistingen.
3de vaststelling
De beslissing van het College voorziet de ont
hulling niet van de minimumprijs, t.tz. van de schat
tingswaarde door de Ontvanger der Registratie. Die
onthulling is een aanslag op het krediet vari de Stad.
4de vaststelling
De beslissing van het College voorziet geen
storting van 5.000 F door de kandidaat-kopers om
hun verklaringen kracht bij te zetten
ars.
V- f - J i