N 59.
Zondag 11 February 1872.
2de Jaergang.
WEKELY KSCH MEUWSBLA l>.
VAN DYCK.
Aelst, 10 February.
Roem in Nederlaeg.
Het Huis-Antwerpen
In Vlaenderen Vlaemsch.
Nieuwstydingen uit Rome.
Buitenlandsch Nieuws.
Gazette van Aelst
Hot Rurecl van liet
is gevestigd in de Knpellest. netTX' 11, wner nlle brieven, gelden, en,, vr.cl.tvry moeten toegezonden worden.
Abuancmentüpi'yg 8 fr. 'sjaers, voor
Sedert dry maend heeft ons België feiten op
geleverd die uiterst raer,ol liever die eenig zyn
in de geschiedenis van een constitutionneel
land.
Er leeft en woelt hier eene politieke party-
wier liefste droom is, en altyd is geweestde
overheersching.
Is zy aen het bestucr? onregtveerdigheid,
dwingïandy kenmerken hare akten; wordt haer,
door liet regelmatig spel onzer instellingen,
het bestuer ontnomen? dangaetzy tewerk alsof
er haer een schreeuwend ongeluk was aenge-
daen, en regt, noch wet kunnende inroepen om
weder boven te komen, neemt zy haren toe
vlucht tot kuipery en geweld.
Die party heet men naer willekeur delibe
rate, de doctrinaire of de magonnieke aenllang.
In 1870 verklaerde het kiezerskorps twee
herhaelde malen, en dit op alleruitdrukkende
wyze, dat het die party beu was en het riep
hare tegenstrevers tot het bestuer van 'l land.
Mannen van kennis en ondervinding, mannen
van zelfsopoflëring en beproefde vaderlands
liefde namen in den raed der Kroon de plaets
der gevonnisde ministers, en, gedurende zes
tien druk vervulde maenden bewezen zy dat
het vertrouwen van Land en Koning in hen niet
was misplaetst. Nogtans hoe wys, hoe onparty-
dig, hoe verdienstelyk ook zy bestuerden, zy
waren aen het bestueren dit alleen was te
veel voor hunneheerschzuchtigebenyders.Lang
reeds zochten deze de gepaste gelegenheid om
hun wettig gezag aen te randen, en, die gele
genheid meenende gevonden te hebben in de
benoeming van M. De Decker als gouverneur
van Limburg, eischten zy luid het ontslag der
katholieke ministers, roepende op alle tonen
dat het 'Land was.tegen hen teruggekeerd en
dat zy deszelfs vertrouwen waren onweerdig
'geworden.
Dit was louter lastertael; de akten van de be
schuldigden en de meerderheid der beide Ka
mers warén daer om de lasteraers te ontmaske
ren en bcschaemd te maken.
Da lasteraers voelden het al te wel, en, ho
pende door de vrees af te persen wat hun yd el
geschreeuw niet kon bekomen, riepen zy, even
als in 1857, den oproer in de st.raet.
Maer zy hadden gerekend zonder het karak
ter van den edelen d'Anethan en van zyne edele
■ambtgenoolenToegeven aen de brutale magt,
zegden deze, is het regt verraden; toege
ven aen de wanorde is de goede orde verder
ven; toegeven aen hetgeen de wet veroordeelt
is de wet zelve in gevaer brengen, en, krachti
ger en luidruchtiger dan het gehuil der betaelde
muiters, weergalmde door het Land hun vrome
•antwoordWy zullen het niet, wy houden
stand!
En dan vond het Z. Majesteit goed gebruik
te maken van het voorregt Haer door de Grond
wet toegekendde portefeuilles welke Zy de
ofbetaolbaer. Voor tien bulten kan men Inacbryven In al «le po»tkantooren, en voortlr lnn.lelyke gemeenten by «le briefdrager».
katholieke ministers uit eigen gezag had toe
vertrouwd, vroeg Zy hun uit eigen gezag terug
en.... zy stonden ze af.
Zietdaer feitpn die iedereen sinds lang be
kend zyn, maer die niemand heeft vergeten.
Herinneren wy dezelve, het is enkel om des te
gemakkelyker te kunnen antwoorden op de be-
lankryke vraeg: Wie van beide partyen, de
liberatery of de katholieken, heeft, by de betreu-
renswaerdige voorvallen van november laetst-
leden, verloren of gewonnen
Dit vraegpunt is thans ryp en de oplossing
ervan is onweersprekelyk geworden.
Het was tydens de troebels van november dat
M. Frère spotsgewyze die benaming wierp naer
het hoofd der antwerpsche deputatie; in zynen
onvoorzichtigen mond achtte hy ze een scheld
woord; maer het fiere Antwerpen heeft het
scheldwoord opgenomen en het heeft er zich
van bekleed als van een eeretytel. Het was na
mens het II nis-Antwerp en dat de scheldestad^
zondag verleden haren moedigen vertegenwoor
diger M. Jacobs, tegelyk metdeszclfs oud-colle-
gas, heeft onlhaeld en gevierd.
Dit feest was, van al degene welke sedert dry
maend het afgedankt ministerie werden opge
dragen, het laetste; maer ook het was het luis-
terlykste, het spande de kroon.
Het programma van dit leest bestond uit twee
voorname deelen: de plechtige behandiging aen
M. Jacobs van een prachtig kunstgewrocht, en
een banket.
De maet van een blad als lipt onze lact met
toe het omstandige relaes van den feestelyken
dag van 4 february over te nemen; wy bepalen
ons by de beschryving van bet kunstwerk aen
>1. Jacobs opgedragen.
Dit geschenk stelt eigenlykvoor het Huis van
Antwerpen. k
Het voetstuk verbeeldt de Schelde. Aen de
vier hoeken zitten EuropaAzië, Afrika en
Amerika, hunne schatten uitstortende voorden
voet van Belgies koophandelshoofdstad
Boven de golven der Schelde verheit zich het
doorluchtig Huis van Antwerpen, vol rykdom en
roem.
By den ingang van het gebouw staen de wijs
heid en del-egtveerdigheid en acht medaillons,de
portretten van eenige beroemde antwerpsche
magistraten, vergieren denzelve. In de twee
boeken, boven den ingang, bevinden zich de
borstbeelden van Gilbert Van Schoonbeke, die
zyn lortuin wydde aen de verschooning zyner
geboortestad, en van AbrahamOrtelius een dei-
scheppers der hedendaegsche aerdrykskunde.
Boven de vier hoeken van het gebouw, die
liet voorstuk uitmaken en die elk op vier kolom
men rusten, pryken de geniën der beeldende
kunsten waeraen de stad Antwerpen vooral ba
ren roem is te danken; men treft er vier man
nen aen die byzonder in die kunsten hebben
uitgemunt: Rubens, Quellin, Bolswert en Ap
pelmans.
Boven op het geheele troont de Macgd van
Och, brave Ruys! riepen, eenen namiddag
<lcr maend juny 1616, een twaelflal jongelieden lot
eenen bejaarden dienstknecht bezig met kleuren te
wryven in de voorkamer van een der schoonste hui
den van Antwerpen. Och, lieve Ruys, doe ons de
werkzael van den meester open, wy stneeken u!
Ik heb myn eigen zeiven beloofd, myne heeren,
dat ik het niet zal doen, antwoordde Ruys, en
wat ik my zeiven beloof, houd ik vol.
Dan houdt gy beter de belofte die gy doet aen u
eigen, dan degene die gy doet aen een ander, viel een
der jongelingen schertsend in; gy belooft en zweert
dagèlyks aen uw vrouw geen bier meer te drinken en
alle avonden brengt men u te huis zoodanig buiksken
vól dat gv er het hoofd by laeten de beenen ook.
Allèmael vertelsels, Mher Diepenbeek; en was
het nog waer, wat zou het bevvyzen, ik vraeg het u?
Myn beenen, myn hoofd, myn wyf, en myn kanne bier
wat hebben zy gemeens met het werkhuis van den
weledelen en hooggeachten heer en meester Rubens?
Welaen dan, signor, doe open; of zyt gy~bang
misschien
Ik bang riep de grysaerd hel hoofd regtende.
In myne jeugd heb ik op zee gediend, als 'l u belieft;
•en een man, die op zee heeft gediend is geen bloo-
daerd, weet j'het? Een man die dagèlyks de dood in
't aenzigt heeft gezien gelyk hy u ziet, een man die
dagèlyks met haer kennis heeft gemaekl
Dank voor die kennis! Wy, wy willen kennis
maken met de maniervan werken van meester Rubens,
wy willen zyne begonnen tafereclcn bcstudeercn.zien
hoe hy die aenlegt en hoe hy die voltrekt, en daertoe
is het noodig dat wy toegang vinden tot zyn werkhuis
en dat gy er ons den sleutel van gevet.
Ik zon wel willen,antwoordde de dicnaer zonder
zich le verroeren, indien al die heeren hier tegen
woordig geen ander inzigt hadden dan in rust en gc-
voegeiykheid zich toe te leggen op de studie; maer
ongelukkiglyk, ik ken eens gy binneu zyt is het dat
niet meer; in plaets van te sludeercuvall gyaen spelen,
gy werpt alles hel onderste boven, gy eerbiedigt niets,
volstrekt niets; gisteren vond ik een plaasteren
slandbeeldjo gebroken, een schoon grieksch model,
en ik heb aen den heer Rubens willen wysmaken dat
het de wind was die het had omgeworpen. De wind!
antwoordde hy, het was gisteren stikkend heet; geen
minste koeltje waeide over de Schelde! Ik was het
vergelen en hy verweet my dat ik hel was die het
beeldje had gebroken.... Ik, zyn oude dienacr! Hy ver
weel my nog dal ik le hevig, te hitsig ben van geba
ren, ik die hink en de helft van 't lyf vol rhumaiism
zit! Welk gedacht gaet meester Rubens opvatten van
myn karakter!....Neen, neen, hel is gezegd; ik doe
niet open.
Daarop begonnen de jongelieden eerst voor goed le
roepen:
Ueh! brave Ruys! Och Ruvsken lief! Lactu gezeggen
Zie, een gansch pak cigaren voor den sleutel! Zie
myn schoone meerschuimen pyp voor den sleutel!
En hel werd einde 'van wereld; men hoorde niets
meer danden sleutel! den sleutel!
En terwyi Ruys duizelig zich deooren slople zagen
Rubens leerlingen dat de zoo druk gewensclue sleutel
met den ring uil den zak stak van 's dieuaers over
kleed, en ontfutselden hem zoo gezwind dat reeds
allen in het werkhuis stonden eer Ruys gewaer werd
dat hy bestolen was.
liet was te laet. Ruys smeekte met saemgevouwen
handen dal men niets zou aenraken, dat men zich stil
zou houden, er by voegende dat hy Mher Van Dyck den
last liet zyne gezellen in den teom te houden.
Niemand antwoordde, niemand zelfs had naer de
aanbevelingen van Ruys geluisterd: de eene stond
Antwerpen,houdende in deeene hand een olyf-
tak, zinnebeeld der Vrede, en in de andere een
schild niet het portret van M.Jacobs. Hare zetel
is versierd met de wapens van Antwerpen en
is gesteund op vier Zeegoden die de afgunst on
der den voel trappen.
De dry ander zykanten van het sluk herinne
ren de dry karakters van Antwerpen's geschie
denis: den burgerlyken moed, de wetenschap
pen en fchoone letteren, en den koophandel.
Historische feiten, voorgevallen in Antwerpen
tydens de XVI eeuw, verbeelden de dry karak
ters.
Hel Huis-A ntwerpen zal vervaerdigd worden
in massief gedreven zilver. Het zal eene hoogte
meten van 90 centimeters en zal ongeveer 10
kilogs wegen. Het geheel zal eene kas uitmaken
waer in zal bewaerd worden het grootboek van
het Huis-Anlwerpen, het is te zeggen de regis
ter bekleed met de namen der genen die byge-
dragen hebben om dit bewys van hulde en lier-
kentcnis aen den vromen en jeugdigen verdedi
ger der goede zaek op te dragen.
Het Davids-Genoolschap van Aelst, Vlaemsch
.an aerd en Vlaemsch van zin, komt de burgery
ter ondertoekening te bieden een verzoeksehrill
gcstucrJ ach onzen Stadsraed, waerby wordt
gevraegd dat voortaen het proces-verbael der
gemeente-zittingen in 't Vlaemsch worde opge
steld en de naem der straten in vlaemsche tael
worde uitgeplakt.
Uiterst wel is die petitie door onze bevolking
onlhaeld geworden, en geen wonderDie be
volking is Vlaemsch en de Raed tot welken zy
is gestuerd, is samengesteld uit Vlamingen van
Vlaenderen.
Na (1e deftige uitbreiding welke de vlaemsche
beweging heelt verkregen; na de voortreffelyke
verklaringen van minister belcour in de Kamer;
na de schitterende manifestatie van het liuis-
Antwerpen, manifestatie, welke toch vooral
Vlaemsch was; na dat een Walenkind als M.
Rara zich er mede begint te moeien en ons zyne
redevoeringen in 'l Vlaemsch wil doen lezen,
zal .hopen wy, niet één Aelstenaer het zich meer
schamen dat men op het Landhuis zyne zaken
in zyne tael te boek stelle, noch dc vreemdeling
het kwalyk nemen dal onze straten hem in
vlaemsche tael den weg wyzen tot de groole
markt.
Zaterdag laetst heeft de minister van binnen-
landsche zaken in de kamer der volksvertegen
woordigers een wetsontwerp neergelegd, tot
doel hebbende
1° De geheele vernieuwing der provinciale
raden
2° Eene nieuwe verdeeling der raedsheeren.
Volgens de bepalingen des onlwerps zal het
getal provinciale raadsleden in 'i koninkryk met
21 vermeerderd en gebragt worden op 559.
Er zyn 21 kantons, wier vertegenwoordiging
gewyzigd is, zie ze hier
Provincie Antwerpen: 't kanton Antwerpen.
voor ecu tafereel, een andere voor eene schels, een
derde onderzocht het nog verscbe palet van den
meester. Velen waren vergaderd voor een doek voor
stellende Maria en Magdalena acn den voet van het
Kruis.
Er hcerschle de diepste stilte, de stille der bewon
dering. Ziende dal allen zoo rusiig en ernstig waren,
hield Ruys op van spreken en ging de kamer verlaten.
Nogthans hv was niet gansch zonder verlegenheid
en zich legeii het oor leunende van Van Dyck: Mher,
sprak hy, ik heb vertrouwen in u; let toe dal ik niet
bekeven worde Van Dyck wenkte dat hy verslaen
had en de knecht vertrok.
Hel werkhuis van Rubens gaf uit op een der schoon
ste plaelsen van Antwerpen; het was ruim en luchtig,
en de leerlingen vergaderden er zooveel om zich te
verzetten en het schoon volk op wandel te zien als om
de geheimen van 's meesters penseel le verrassen.
Men moet het zeggen ter hunner eer, gedurende
eene halve uer gedroegen zy zich voorbceldelykin
genomen van hetgeen zy zagen,uilsluitclyk bezig met
de kunst waeraen zy hun leven gingen wyden, sche
nen die jouge losbollen een aental ernstige, koele
grysaerds.
Welk groot meesier toch.is die Rubens!—zegde
dc eene.
Welke schitterende loopbaen is de zyne!—sprak
een andere.
Weet gy, makkers, viel oen derde in, dat
hel iets zeldzaems is zoo in een'den zelfden persoon,
den grootcn heer en den grooten kunstenaar te ont
moeten?
Myn vader heeft my verhaald, sprak Van Dyck
dat, tervvyl Rubens afgezant was te Wcenen, eens,
acn tafel by prins Kaunilz, minister van den Keizer van
Oostenryk, een heer van 'l hof de schilderstukken van
Rubens hoorde pryzen en zegde: Die Rubens is dus
-een afgezant die 'zyne ledige uren slyt met schilde-
Brabant: de kantons van Hal, St-Jans-Molen-
beek, St-Joost-tcn-Noode, Nyvel.
Oost-Vlaenderende kantons van Ninove,
Gent, Eekloo.
West-Vlaenderen: het kanton van Kortryk.
Henegouwde kantons van Charleroi, Ch&te-
let, Gosselies en Seneffe.
Luikde kantons van Luik, Fexhe-by-Slins,
Louweigne, Verviers.
Namende kantons van Beauraing, Walcourt,
Andenne.
AI de bovengenoemde kantons bekomen maer
cenen vertegenwoordiger meer, tenzy dat van
Antwerpen, hetwelk er twee by bekomt.
Geheel Italië, naluerlyk liet revolulionnaire
Italië, heeft de verjaring gevierd van den slag
by Dijon, waerin Garibaldi enzyncheldenschaar
op den loop gingen. Volgens de Italiaensclie
bladen, die dat met veel ophef verhalen, zyn
toen de Pruisen door Garibaldi verslagen.
Overal werden vergaderingen gehouden; liet
regende belden- en jubeldichten, opschriften
op de hoeken der straten en telegrammen aen
den kreupelen held en de vrienden in Dijon. De
korrespondent van de Germania geeft de Itali
aensclie regeering den raed, zoolang Garibaldi
en zyne helden teven, Italië niet le versterken,
want zy zullen den dierbaren bodem wel tegen
iederen vyand weten te verdedigen.
Volgensde laetst ontvangen berigten uit Rome
schynt by de Italiaensclie regeering het plan te
bestaen om de zoogenaamde wet der waerbor-
gen, zoo liet heette ten gunste van den Paus
vastgesteld, op te heften, na de goedkeuring
der kamers ontvangen te hebben. Men zou
voorgeven, dat alle hoop op verzoening tussclien
den nuiionnlen geesten het Pausdom vervlogen
en Pius IX onverzettelyk is. Men zou Pi us IX
eenvoudig als den eersten onderdaen van Victor-
Emmanuël beschouwen, die als koning eenige
voorregten aen den Paus zou kunnen schenken.
Dit alles is in het Vatikaen al lang voorzien, en
algemeen is men van gevoelen dat, indien het
zoover komt, de Paus onmiddellyk Rome zal
verlaten. Het is noodig dat de katholieken zich
by tyds op dergelyke gebeurtenissen voorberei
den," en op geen menschelykchulp steunen maer
op God, die Zyne Kerk zul doen zegevieren op
het uer en de wyze, door Hem uitgekozen. De
wolken pakken zich meer en meer samen: wel
dra zal de donder ratelen, maer de bliksems
zullen alleen de vyanden van Kerk en muet-
scliappy treffen. Wy, katholieken, kennen geen
vrees, omdat onze hoop onstcrflyk is.
FRANKRYU.
Eene proefneming die van veel aenbelang is
voor de kunst, is op 2 dezer te Vincennes ge-
daen, met eenen schroefballon, vervaerdigd
door M. Dupuy de Lome. De uitstekende werk
tuigkundige had reeds zyne diensten aen liet
renCasanova antwoorddeDe heer minister heeft
het mis op, hel is een schilder die zich verzet met
ambassadeur te spelen.
Gedurende dit gesprek had een der leerlingen den
groep verlaten en had een elastieken bal bemerkt die
sedert den vorigen dag in eenen hoek lag vergelen;
zich eenige beweging willende geven, was hy aen
't spel gerackt, wierp den bal op, en hervatte hem
naermale hy terug viel.
Eens noglans vatte hy mis,en de bal rolde door liet
werkhuis. 0 dc onbehendige! riep een makker uil.
tervvyl by den bal naer hel aanzicht zond van den spe
ler. Deze keerde hem terug en geen oogenblik verliep
of al die ernstige sludenten waren in vollen gang.
Dc jongelieden, gansch de plaets vergeten waer zy
zich bevonden, zonder eerbied voorde kunst waer het
werkhuis van Rubens het heiligdom van was, zonder
eerbied voor de meesterstukken die hen omringden,
werpen zich vooruit, loopen, springen, vallen elkan
der om het lyf, roepen en juichen. Diepenbeek was de
geweldigste. Kortom, en zonder dat iemand kon zeg
gen hoe hel was gekomen, slootte Diepenbeek
op eene nog verscne schildery van Rubens, en schil-
derv cn leerling vielen samen ten gronde.
Haestig was Diepenbeek herop, maer eene angst
kreet ontsnapte uit aller monden: de arm van Magda
lena was uitgevaagd, en de kin en de wang der H.
Macgd waren verdwenen.
De diepste stilte had de ruchlige wanorde der leer
lingen vervangen.
Wal hebben vvv gedaenriepen zy uit, elkander
met schrik aenziende.
Wy zyn verloren, zuchtto Diepenbeek.
Geen tvvyfel meer, morgen zendt de meester ons
al te samen weg.
Ik, viel een ander in, ik neem verlof op voor
hand; wie volgt my?
Biik! was het antwoord.