DE GltZET VAN fiet Bisdom Gent in roüW Mgr. Honoré COPPIETERS Zaterdag morgen overleden PIERLALA FAMILIEGELUK en VREDE EN OMSTREKEN [Verschijnt den Donderdag en (Nummer 103 Donderdag 25 December 1947 'BURELEN Kerkstraat 9, Aalst. Telefn. 114. P. C. n. Zondag van iedere»week.. 1,72. - 4e Jaarg 1,25 fr. 't Nr. Heel zachtjes, zoals heel zijn leven ■was. is Mgr. Honoré Coppieters, bis schop van Gent. Zaterdag ochtend te 4 u. 50 in het Bisschoppelijk Paleis te Gent. in de Heer ontslapen. De laatste ■woorden van de bisschop, die tot op het uiterste ten volle het bewustzijn be hield waren Ik zal bidden voor mijn priesters en voor mijn gelovigen VAN BOEREZOON TOT BISSCHOP Mgr Coppieters is de zoon van een gezonde Vlaamse boerenfamilie. Hij zag het levenslicht te Overmere. op 30 30 Maart 1874. De kleine boerenjongen blonk reeds snel uit boven zijn andere makkers, en Zijn ouders aarzelden dan ook niet het verstandig baasje te laten voortstude- ren. Honoré moest de hofstede verlaten en trok met pakken en valiezen op naar het College van Eekloo. De jonge student stelde de opoffe ringen van zijn ouders niet te leur. Op schitterende wijze werkte hij z.ch door de moeilijke Collegejaren, en in 1892 beeindigde hij zijn Rhetorika maxima cum lande», als primus en zien we hem het College verlaten met een zware vracht eerste prijzen in Uitmuntendheid, Welsprekendheid. Grieks, Latijn, Ne derlands, Frans, Anatomie, Astrono mie. Geschiedenis, Wiskunde, Algemeen Examen en Voordrachtkunst. Toen was het de tijd dat er moest (gekozen worden welke levensweg hij nu verder zou opgaan. Na rijp overleg besloot de jeugdige laureaat de schoon- lste levenstaak te kiezen. Zijn menigvul dige begaafdheden en zijn» hele persoon ging hij ten dienste stelle van God en de zielen. Wat Honoré was als Collegestudent, dat was hij nu ook als filosoof in t Klein Seminarie en als theologant in het Seminarie te Gent. Op 19 December 1896 werd de jon ge theologant door Mgr Stillemans tot priester gewijd. Ditzelfde jaar reeds ■werd hij naar de Leuvense Universteit gezonden om er zijn studiën in de Godsgeleerdheid voort te zetten. De president van *t Pauscollege aldaar be merkte vlug de uitzonderlijke kwalitei ten van de jonge priester, en bewerk stelligd: zijn aanstelling tot Subregent in de paedagogie, als medewerker in de opleiding der universitaire jeugd. Daar verdiende E. H. Coppieters zijn eerste sporen als opvoeder en zielenherder. In 1900 werd hem de zware taak opgelegd Mgr Ladeuze te vervangen als leraar van de H. Schriftuur in de »Scho- la brevior» der theologische faculteit. Met een proefschrift over de ((Hande lingen der Apostelen» dat een meester werk mag genoemd worden, behaalde hij de doctoraatstitel. Het was een waf- re triomfdag te Overmere toen de jonge Doctor in de Theologie plechtig door de geestelijke en burgerlijke overheid werd ingehaald. Als Hoogleeraar in de H. Schrift: was Z. E. H. Coppieters onovertroffen. Latijn. Nederlands, Frans en Engels, al deze talen sprak hij met evenveel ge- maak. Ook zijn grondige kennis in de Hebreeuwse taal werd zeer gewaar deerd. Hij was ook de bezieler van het stu- dentenmillieu. Toen er in 1911 spraak was een Katholieke Vlaamse Kring te stichten, sprong hij geestdriftig in de bres om dit te verwezenlijken. Tijdens de eerste wereldoorlog kwam hij enkel; maanden Schriftuur doceren aan het Groot Seminarie van Gent, la ter weer te Leuven. ZIELEN HERDER Op 19 December 1919, toen hij juist voor de 23e maal de verjaring van zijn H. Priesterwijding vierde, werd hij be noemd tot pastoor-deken te Lokeren en op 5 Oogst 1924 in dezelfde functie te Aalst. Van zijn bestuur hebben zijn parochianen de beste indruk bewaard. Hij was werkelijk een goede Her der», steeds vol zorg en toewijding.Zijn beste krachten heeft hij steeds gewijd aan de armen en gebrekkigeo. vooral de oudjes en de kinderen; in een woord aan de eenvoudigen van hart Het was dan ook met grote spijt dat Lokeren en Aalst hun geliefde deken zag vertrekken na een al te kort ver blijf 26e BISSCHOP VAN GENT In Februari 1927 kwam uit Rome het bericht dat de Paus Kanunnik Cop pieters benoemd had tot titelvoerend Bisschop van Heliopolis en tot hulpbis schop van Mgr Seghers, van Gent. Toen dc ^ude Kerkvoogd enkele maan den later stierf, volgde Mgr Coppieters hem op als 26e bisschop van het Bis dom Gent met als leuze Fide en Ca- rilate (Voor Geloof en Liefde). Met onvermoeibare werklust nam bij het bestuur van zijn Bisdom in handen. Weldra ondervond men overal welk een goede, minzame en heilige bisschop hij was. Mgr Coppieters zou steeds zijn voor al zijn diocesanen, zoo geestelijke als leken, een stichtend voorbeeld» Mgr Coppieters is niet meer Reeds maandenlang was hij ziek. Juist een maand geleden zag men hem nog in de kathedraal, waar hij het beeld kwam groeten van O. L. Vrouw van Fatima. Tot zijn laatste levensadem hield hij het bestuur van zijn Bisdom in handen. Dit verlies is zwaar, zeer zwaar f Maar zijn woorden en werken zullen (hem overfeven. Met christelijke gelév- tenheid buigen wij het hoofd Uw Wil geschiede, Heer NIEUWJAARSGIFTEN VOOR DE PAUS, 1948 INSCHRIJVING VAN DE BOND DER KATHOLIEKE DAGBLADSCHRIJVERS. Voor de derd; maal sinds de bevrij ding organiseert de Bond der Katholie ke Dagbladschrijvers van Belgie. even als vóór de oorlog, een geldinzameling gekend onder de benaming: Nieuwjaars giften voor de Paus. Deze inschrijving moet Zijn Heilig heid in staat stellen, naar eigen schik king, tussen te komen in die ontelbare gevallen, dat pp Hem, uit alle Koeken der wereld, wordt beroep gedaan, om de nood Ie lenigen en de ellende te ver zachten; ook ons land heeft meer dan eens en nog onlangs de zwaar geteister- den der Ardennen, deze milde steun van de Vader der christenheid mogen on dervinden. Maar. dit initiatief betekent nog veel meer Het moet een schitterend bewijs leveren der kinderlijke verkleefdheid van katholiek Belgie aan de Paus van Rome, die. lijk wij enkele maanden ge leden. tijdens een audiëntie in h;t Vati kaan mochten ervaren, in Zijn hart een voorliefde koestert voor ons vader land! Belgie heeft het steeds op prijs ge steld, zijn verknochtheid te betuigen aan de Heilige Stoel. Het beeft er in de verleden eeuw nog zijn bloed voor ge geven, in de strijd der pauselijke zoua-. ven Wij mensen der twintigste eeuw moeten door daden bewijzm, da- wij die christelijke voorouders waardig zijn. Deze inschrijving van de Bond der Katholieke drukpers biedt elkeen gele genheid, zulke daad te verrichten, zulke blijk van aanhankelijkheid aan de. Roomse Kerk te geven Door mild onze oproep te beant woorden, zal Belgie opnieuw aan de wereld tonen dat het' zijn edele zen ding en zijn groot verleden niet verloo chent Met deze gevoelens richten wij ons, op dit Zalig Kerstfeest, tot alle geloofs- en landgenoten van goede wil. er vast van overtuigd dat onze woorden een sterke weerklank zullen vinden en ver trouwend op de ijver, de fierheid en de liefdadigheid, vooral van onze meer bemiddelde medeburgers, die zeer tal rijk zijn. De namen der intekenaars worden verzameld in een gulden boek. aan Zijn Heiligheid overgemaakt. Alle stortingen mogen gebeuren op het postchecknummer 382,79, Nieuw jaarsgiften voor dc Paus. Brussel. De Secretaris De Voorzitter, Em. STORCK. M. DELFORGE. De Ondervoorzitters, J. PECKER en J. GYSELINX De Penningmeester, E. GILLARD. AAN ONZE LEZERS EN LEZERESEN ZALIG KERSTFEEST LANGS EEN AND£*E WEG TERUG Het is nu al vele ho vderde jaren gele den dat drie koningen .hun land verhe ten om op voyage te 'gaan. Ze hadden gehoord dat i ergens» j een koning gebo ren was. Een heel «p»qiale koning, een koning van vrede, de Koning der ko- ningen. Op het kruispunt der wegen ont moetten ze elkaar en -?i Je drie stapten ze eensgezind verder #ant alle drie wensten ze in vrede te leven met elkaar en wensten ze ook vréde in hun eigen land. Elk van hen h..d een geschenk mede om den Koning der koningen aan te bieden en ze zoudrin, den knie bui gend. de dubbele vreol die ze verlangd, den den Koning van vede afsmeken. Onderweg besprakejf ze vele zaken, want om wegwijzers moesten ze zich niet bekommeren daai^een speciale ster hun voorging om de^'weg te tonen. Maar... almetecns was jiie ster verdwe nen en onze drie koningen wisten geen raad meer. Ten einde ïhad beslisten ze om bij hun collega vrn bet land waar ze waren om inlichtingen te gaan. Zo belden ze aan bij konijn Herodes. Heel hoffelijk en uitermate vriendelijk ont ving Herodes zijn ccilegas uit den Oriente en bood hen jein lunch aan sa men met de geleerden! van zijn rijk. Toen de drie reizende! koningen het doel hunner voyage n jedegedeeld had den en de moeilijkhedefi waarin ze ver keerden door het verdwijnen der ster, gingen, op bevel van,jde vriendelijke Herodes, de geleerden aan het snuffe len in de oude kronijkéja en inderdaad ze ontdekten dat er voé+speld werd dat een Koning zou gebojen worden in Bethlehem. Onmiddellijk togen dc drie koningen verder na hun collega gedankt te heb ben om de vriendelijke 'receptie. Koning Herodes wenste hun een voorspoedige reis; vroeg om ook zijn koninklijke groeten aan de pasgebo fcn Koning over te piaken; bij hun terugreis moesten ze zich aan zijn paleis opri *.uw aanmelden; het zou hem zeer aangitnaam zijn hun ;maals te mogen onv angen; hij zou dan vernemen waar ze ,V-n nieuwe Ko ning gevonden hadZt- hij op zijn beurt Hem gaan beteoeken om Hcirj Is nieuwe collega te verwelkomen. De drie koningen waien door deze hoffelijkheid in hun nopjes en beloof den Herodes aan Zijne wensen te vol- doen. Pas waren zc opnieuw op weg of door verscheen terug de ster die hen voorging. Eindelijk bleef dc 9ter, even buiten de stad Bethlehem, staan. Ze stapten in die richting verder en kwa men aan een herdersstal. Zou dat het koninklijk paleis zijn I Ze stapten er schoorvoetend binnen en vonden er een pasgeboren kindje in een krib samen mei zijn gelukkige oudeTS. Spijts alles allen zo armtierig en eenvoudig wa ren konden ze toch niet twijfelen dat ze irlijk het doel hunner reis bereikt hadden, want ze voelden om zich een vuur branden van liefde, ontzag en eer bied voor dat pasgeboren kindje. Ze vielen heel 'spontaan in aanbidding op de knieën en boden aan den Koning der koningen hun geschenken aan en baden om vrede voor hun volk en onder elkaar. Nu zouden ze aan koning Herodes gaan kond maken wat ze gezien en ge-J voeld hadden om daarna de blijde boodschap in eigen land te verkondi- Maar er verscheen hun een engel die boodschapte langs een andere weg terug te keren daa-r Herodes geen vrede lievende bedoelingen had maar naar al leenheerschappij streefde en daarom dei nieuwe Koning wilde doden. De drie koningen gehoorzaamden den Engel, wantrouwden op hun beurt koning Herodes en keerde langs een an. dere w;g terug. Dit gebeurde over vele honderde ja ren in een tijd dat de mensen naar vre de verlangden. Nu ook verlangen de mensen naar Vrede. Vier groten kwamen te Londen sa men om de vrede te regelen. Spijts het hartelijk onthaal en het aanbieden van een lunch, was cr onder de vier een He rodes. Drie zijn zonder oplossing van den vierde gescheiden. Het was drie te gen één. Mochten alle vier. nu met de Kerst dagen. een gaan knielen, voor den Ko-, ning der koningern om vrede bidden en begrijpen wat Christ uS-Koning kwam boodschappen «Vrede op aarde aan de mensen van goeden wil Zo niet, zullen drie van dst vier gro ten ook langs een anderen "<veg moeten de weg terug» doen. PIERLALA. BIJ HET KRIBBEKEN Op Kerstdag, geknield b:j het kerststalleke met het stralend goddelijk kindje, kan men haast met anders dan denken aan familiegeluk en aan «Vrede». Twee zaken waaraan de huidige wereld toch zo n nood heeft. Komen deze twee zaken niet in órde dan gaat de wereld er aan ten onder. Alwie dit aanvoelt en ten volle begrijpt moet dan ook in zich een verlan gen voelen ontstaan naar meer familiegeluk en naar ware vrede. De grote vraag echter is en blijft Door wien en hoe wordt deze dubbele nood opgelost Door wien Door God en de mensen Hoe Door bet gebed en den goeden wil der mensen Eenvoudig ja Maar piet gemakkelijk Niet gemakkelijk omdat de mens, bij gebrek aan eenvoud, bij gebrek aan nederigheid, bij gebrek aan eenvoudig geloof,deze eenvoudigheid niet begrijpt. Een waar gelovige weet aat hij béider, én familiegeluk én vredes des harten aan het Kerste-Kindje in volle vertrouwen vragen mag en dat de mens gewor den God daar toe de nodige hulp. niet weigert. Maar... een waar gelovige weet ook dat Gods hulp dan eerst maar doelma tig is wanneer de mens aan deze huip zijn medewerking verleent, t.t.z. wan neer de mens van goeden wil is. -Een biddend mens kan dus aan eigen familiegeluk en vrede des harten bou- Doch, ook voor biddende mensen die daarbij van goeden wil zijn blijven familiegeluk en vredes des harten, heel broze zaken en zullen zij om ze te be houden, een gestatigc en harde strijd moeten leveren. De mens immers Left midden de gemeenschap en ook zijn familie zal hij aan den invloed dier gemeenschap niet kunnen onttrekken. Daarbij, d; mens heeft niet alleen een ziel. hij heeft ook een lichaam. Beident ziel en lichaam, hebben naast hun plichten, ook hun rechten en noden. Beiden, én ziel én lichaam moeten voldaan zijn opdat er van waar familiegeluk en van ware vrede zou kunnen spraak zijn. Want, is het waar dat de mens niet van brood alleen leeft, het blijft toch ook nog waar dat de mens het brood niet missen kan. En, is de vrede des harten, t.t.z. dc vrede met God, hoofd zaak, toch blijft vrede onder de mensen, de standen, de volkeren en de lan den een noodzaak voor elke mens en de hele mensheid. Men komt dus bij deze Kerstdaggedachte heel logisch tot dc conclusie dat familiegeluk en vrede twee problemen zijn waarin de hele mensheid betrokken wordt. Het is ten andere voor gans het mensdom dat de Zoon Gods is mens geworden en de Kerstdagboodschap Vrede op aarde aan de mensen van goeden wil» werd door de engelen tot alle mensen en tot al!:-tijden uitgezon gen. Niemand zal zich dus aan de taak om het familiegeluk en de vred>: te bevorderen mogen onttrekken. Het komt er dus op aan onze taak in de huidige tijdsomstandigheden te begrijpen en zoo doeltreffend mogelijk te vervullen. Het mensdom hunkerde naar familiegeluk en naar vrede waarvan rechtvaar digheid en liefde de enige voorwaarden en waarborgen zijn. Het ging gewis niet op. tijdens de verschikkelijke wereldoorlog. losgebroken door politieke heers zucht; in de schuilplaatsen onder den bommenregen gedurende de aanvallen in hej bereik van de mitrailleuses of tijdens de terreur ener vijandige bezetting na te denken over geluk en vrede. En toch beheerste één gedacht alle geesten: De oorlog is een strijd tegen den oorlog; laten wij ons zeiven opofferen opdat onze kinderen genieten van den vrede en ;en betere wereld kennen dan de on ze, waarop zulke gruwelen en moorderijën nog mogelijk zijn. De oorlog is ten einde. De wereld lijdt en blijft zuchten onder d? slagen van den geweldigen schok, die er de grondvesten van heeft doen wankelen. D; gevolgen van-den oorlog doen zich nog immer gevoelen in allerlei naween, die steeds groter worden in afmeting. Het immer aan verblekende licht van het oorlogsenthousiasme brengt steeds meer en klaarder de ontelbare rampen naar lichaam en ziel op den voorgroncf, die de oorlog als een bloedige nasleep ach terliet. Het schrikbeeld der bankwet en van den snijdenden honger rijst op voor menigen staat en bekruipt de ontredderde menigte. Hierbij komen nog een toenemend misnoegen en talrijke ontgoochelingen, door den strijd teweegT gebraht. die. een hinderpaal zijn om het evenwicht in de natiën te berst >llen En wat nog het meest zou doen wanhopen is, dat men zo korten tijd na dat onmenselijk lijden, overal spreekt over revolutie, over e;n toekomende oor log. zonder dat men zich rekenschap geeft dat een nieuwe oorlog het einde der beschaving zou betekenen daar deze veel dieper in haar levensbron aangetast is, dan zij het reeds schijnt. En toch... allen hebben we in dezen tijd een opbouwende taak te vervullen en dan nog met kans tot slagen. Dat zo weinigen die taak aanvatten komt wel licht door dat reeds te veel werd beweerd dat enkelen het lol van de wereld in handen hebben. Deze bewering is nochtans onjuist. Niet enkelen hebben het lot van de wereld in handen, maar éénen, n.l. God, heeft dat lot in handen Maar de mensgeworden God die niet op aarde gebleven is als mens,heeft zijn taak overgedragen aan de Zijnen, aan mensen die in Zijn plaats willen zijn licht dat schijnt in de duistenis Aan mensen in wien Zijn kracht, de kracht van Godsgeest voortleeft. En dit is het juist wat de gelovigen niet begrijpen, niet aanvoelen, niet gelo ven. mag men wel zeggen. En zij die het geloven mangelt het aan de juiste methode opdat doeltreffend zou opgetreden worden. Het geloof in het boven natuurlijke heeft bij velen geen stand gehouden ten overstaan van de ondelijkheid en de begripsverwarring die zo wel in de openbare gebeurtenissen als in het leven der enkelingen met succes zijn door gedrongen. Zijn wij niet t; veel tegen iets en te weinig voor iets Staan wit niet te veel afzijdig van en buiten veel zaken omdat wij denken dat gelovi gen of het geloof daar meest buiten blijft of afzijdig staat Wij zien toch dat twee stellingen inde huidige wereld tegenover elkaar staan en waar staat die massa gelovigen? Waar staan wij?Er naast?Er buiten? Maar, wij moeten toch weten dat een oplossing zonder ons een oplossing te gen ons is.En, tegen ons betekent tegen godtsdienst. tegen dc rechtvaardigheid, tegen de liefde en dus tegen het geluk en de vrede van de hele mensheid. In de democratische evolutie die wij beleven heeft het Christendom een taak te vervullen. Het Christendom werd toch gesticht met Kerstdag, bij dc komst van Christus. Christendom dat zijn toch wij, de gekerstenden. Waarom zijn er twee stellingen in de wereld Omdat de mensheid en zelf schier alle natiën sedert lang hun zedelijke eenheid verloren. Door allerlei om standigheden van staatkundigen, economischen en verstandelijken aard. heb ben eeo steeds groter aantal personen vaarwel gezegd aan hun godsdienstige overtuiging, die den grondslag vormde van de vroegere zedelijke eenheid van Europa. De godsdienstige overtuiging brengt een onberekenbare aangroei van bezieling mede. Wij mogen dus de democratischs evolutie niet laten voleinden zonder ons. Het is onze godsdienstige overtuiging die aan de democratie on telbare diensten kan bewijzen. DOCH HET CHRISTENDOM MOF.T HIER TOE AAN ZIJN ALOUDE. EN IN HUN DIEPEREN GROND EN WEZEN ONVERANDERLIJKE BEGINSELEN DEN GE.PASTEN VORM GEVEN DIE DE NIEUWE TIJDEN VERGEN. Het is zo dat wij het overige deel der mensheid kunnen beïnvloeden, aantrekken en er msê samenwerken aan dezelf de belangrijke taak. maar met een veel vollediger doordrijvingskracht. Voor ons Christenen, is dus xn bijzondere zending in deze tijden wegge legd. Onze verantwoordelijkheid is des te groter, daar wij ons niet enkel hoe ven te bekommeren om de toekomst der maatschappij, maar ook om deze der kerk. Wij mogen ons niet blind staren op den weldoenden invloed der kerk op de samenleving en de natiën doorheen hare geschiedenis. Wij mogen niet ver geten dat WIJ op heden de Kerk zijn, wij. strijdende en levends ledematen.De schone bladzijden uit de kerkelijke geschiedenis sussen ons verantwoordelijk heidsgevoelen in slaap in plaats van het te verscherpen. Heeft de k;rk een prachtig verleden dan is het omdat zij prachtleden heeft geteld. Is, ten slotte, het Christendom geen levende geloofsleer,-, die geroepen is om zijn invloed te doen gelden op de gedachte van elke eeuw Is het geen leer die dient vespreid en in stand gehouden rondom or.s r ls zij een aansporing tot werk, of is zij slechts va<a beschouwenden aard en wordt zij voorbehouden aan enkele begunstigden, zonder invloed en zond;r aanraking met de menselijke gedachte Vragen wij ons voldoende af of wijzelf opgewassen zijn voor onze taak en of de godsdienst in ons en door ons rondom tins een doeltreffende kracht is, die de vruchten oplevert, die men er zou moet«i van verwachten Mochten wij de taak, Je zending die Christus ons gebracht hte*t met dezen Kerstdag begrijpen 1 W. V. H.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Gazet van Aalst | 1947 | | pagina 1