Toekomstmogelijkheden, PIERLALA EN OMSTREKEN. BURELEN: Kerkstraat 9 "Aalst Telef. s nr. 24.114 - VOLKSE OPVOEDKUNDE .Verschijnt de Donde - P.C. nr. 881.72 9"Jaar» 1*2 rda» en Zondag van iedere week. 5 fr. het Nr. Zondag 15 Juni 1952 (Familiale Kronijk voor Opvoeding en Onderwijs.)1 TWEE ZEER INTERESSANTE BROCHURES. Voor ons liggen Iwee zeer interes sante brochures vrn de hand van Fer- nand Van Houtryve, Lei aar in klassie- Ke talen aan het Koninklijk Atheneum te Brugge. Zij dragen a's hoofdtitel "K WÓRD V1IFTIEN jaar EN NU WAARHEEN? Het. antwoord wordt, onder vorm van teken'iTig, namelijk door het uit beelden van een boom met onderschei den vertakkingen, heel synthetisch ge geven op die gestelde vraag. De on derscheiden takken in de kruin vrn de boom dragen de naam van gebeurlijke betrekkingen of wegen leidend tot be trekkingen in de handel, de landbouw, het onderwijs, de techniek, het leger, de leertijd (leerwezen), de kolonie en de administratie. i Die namen alleen kunnen voor ve len een arnduiding wezen voor toe komstmogelijkheden. Wij oordelen het daarom nuttig onze lezeres en lezeres sen in kennis te stellen met deze twee brochures. Voor zich zelf, voor hun kinderen of voor vrienden en kennissen kunnen zij zeer zekci '11 documentatie bron daarstellen inzake toekomstmo gelijkheden jgebeurlijk ontdekken sdi er in onvermoede of ongekende uitwgen voor de opbouw van een toekomst voor die velen die heden de lagere school verlaten, die 14 of 15 jaar oud zijn cn de wereld ingaan hm toekomst te gernoet, toekomst die in veel geval len gelukkig of ongelukkig, of ten min sts geslaagd of mislukt wezen zal al naar gelang zij gekozen wercl niet in het wilde maar rekening houden met tal vm factoren waai onder wij in de allereerste plaats nonnen de aanlc: en de drang of goestin; man of het jcugé meisi< of het vak kiezen zal waardoor het zijn of haar weg trachten te maken zal in de wereld. EERST NOG DIT. Als kernspreuk lezen wij van zekere Amiel Laten we eerst zijn wat we in iedere loopbaan moeten wezen, voor aleer te trachten meer te zijn; dit is de methode van de meesters in het teken van de ware superioriteit. WAT 'moeten we eerst ziin WAT moeten we in IEDER LOOP BAAN eerst wezen WAT... IN IEDER LOOPBAAN, vooraleer te trachten MEER TE ZIJN? WAT WE EERST MOETEN ZIJN? Wij menen gezond. eerlijk, deftig, werkzaam, wilskrachtig, openhartig, rechtvaardig, vriendelijk, gemoedelijk., cn neg veel meer, omdat al die gaven en hoedanigheden en deugden aan de basis liggen van het degelijk presteren in gelijk welke levensbëtrekk'n; Eerst en vooral «MENS» zijn in het ven. Een mens met een open hart. een rijk gemoed, meevoelend, meewillend, meewerkend. Breed van opvatting, anderman? gedachten en zienswijze turnen respecterend Een schone mens van wie ieder ook gebeurlijke te- genstaander of vijand moet zeg gen :n zijn diepste binnenste dat is een man. dat is een vrouw die er zijn mag. die het goed meent, waarmede men over dc baan kan. Zulke mensen hebben kans te lukken :.n gelijk welk ambt, of gelijk welke carrière, omdat het «mens zijn» in de meeste gevallen in het leven aan de basis ligt van het lukken of... van het niet-lukken. WAT MOETEN WE IN IEDERE LOOPBAAN WEZEN Eerst en vooral mens worden, zijn en blijven zoals hierboven geschetst. Dan ten Voilé in dienst staan van de gekozen loopbaan. Zich geven, zich ge heel en gans geven aan zijn werk. Op gaan in zijn werk. Vreugde scheppen in zijn werk. Fier zijn op zijn werk. Zijn werk immer Men lei trachten beter om beter te doen weze nu werknemer of werkgever der of geleide, meester of onderd; Ieder op zijn plaats in de maatschappij moet vreugde en genoegen scheppen in zijn werk, dat hij liefdevol, gewetens vol, met blij gemoed dag na dag, uur na uur doet. Zo wordt elke dag een zonnedag, een dag vol levensblijheid, ambtsgenoegen en optimisme Trek ken wij op cn? de aandacht door onze flinke, voorbeeldige, stipte werkpres taties. WAT TE WEZEN IN IEDER LOOPBAAN VOORALEER TRACHTEN MEER TE ZIJN. Het antwoord is eenvoudig eerst MENS en dan OPGAAN INTERNATIONAL] EN NATIONALE Dinsdag 10 Juni ve mercommissie van fina passing te besprekef] pensioenen. Niemand zal bewert weduwen van gesneuv en oud-militairen geen duurte aan'gepast, pen; nieten. De verslaggever, dh o. m. dat deze aanpa kwestie is maar een le aangelegenheid. Ik ben volledig a< TE Meyers waar hij zegt j gaat om een paitijkw niet meer zo volledi" PLICHTEN -ASTEN aderde de Ka- iciën om de aan- der militaire n dat vooral de lden, invalieden n de levens- ioen moeten ge- IN EIGEN beweert dat het e WERKPRESTATIES. Wij omschreven Itionale «ngefegraheid Voorzeker pensioen het hierboven en meteen plaatsen wij i de personen die zulks toepassen willen staanden van ge sneu ve op de tweede trede die leidt naar deslachtoffers, invalidttei derde T RACHTEN MEER TE ZIJN. Oud-milrtairen, enz. val Want men wordt slechts meer als het land; gezien ze vie voldaan werd aan één en twéé... hier werden in dienst van f wel aan toevoegend dat er dan toch Maar... krijgt deze nog wel immer een beetje" geluk moet plichting geen heel an< bijkomen en dat de levensomstandig-neer men de zaken b heden de gelegenheid moeten bieden nationaal standpunt -ui om hoger op te kunnen... Doch hieraan Bizonder wanneer n voegen wij onmiddellijk toe wat een Van het standpunt der onzer vrienden, een zeer verstandig het kader van de hede man eens zei - iedereen krijgt eens in digheden en toestande het leven de gelegenheid méér te wor- tionale verplicht; den dan wat hij is... kwestie is die ge- uitzicht, legenheid te kunnen snappen.. Ook SPIJTIGMAAR NOG SPIJTIGER. En die laatste gedachte van onze vriend brengt ons op de vooruitzetting van Fr. Roosevelt «Het is spijti< maar sprjtiger mislukken, va" °e J°Ti hebben beproefd. a e arn 1Veel mensen zouden in oneindig veel verder staan c het maar beproefd Hadden zij maar «geprobeerd), zoals de man van de straat het zegt. U kent toch wel mannen en vrouwen in uw omgeving waar heel wat stof in steekt om hoger en om beter te staan in de samenleving waar ze nu staan - Dat zijn van die mensen die niet wist- ten dat bet leven, de toekomst aan de duivers is. Natuurlijk mag men zijn kunnen niet overschatten... maar zeker mogen wij ons kunnen niet onderschat ten. Wij zien liever iemand die tracht ho ger te komen... langs rationele, deftige weg... en die mislukt, dan iemand die talenten heeft om zich op te werken en ër te lui of te vadsig voor is De eer sten zijn de werkers.de durvers. de per sonen die iets verwezenlijken in het le ven. De tweede, zifn de luierikken, de vadsigaards, de afbrekers in veel gev ervallen. En met afbrekers bouwt men geen toekomst op Met Fr. Roosevelt-zeggen wij «Het is spijtig te mislukken, maar spijtiger nog niet te 'hebben beproefd. Laten wij beproeven met de hoop op lukken En mislukken wij, laten wij daarbij de moed niet zinken maar wachten wij de levensgelegenheid af om andermaal te beproeven te lukken. Eens lukt het toch... zeer dikwijls dan nóg tot spijt van wie 't benijdt ONS RENDEZ-VOUS. Na deze inleidende gedachten geven wij rendez-vous voor volgende week. In ons volgend Volks Opvoedkun dig Praatje zullen wij ons richten tot die tienduizenden die op 15-jarige leef tijd. na het beëindigen van de middel bare school (3e middelbaar), de 4e klasse der humaniora of de vakschool voor de gewichtige vraag staan of ze definitief de school zullen verlaten of wel in eene of andere richting hun stu diën zullen voortzetten. OPVOEDER. (Nadruk verboden.)] Geen enkel land, heeft door oorlogvoe nen, wel veel te verli een hele serie van oor dere mogendheid de haast de hele wereld En dan nog Wat h< niet te dezer machtspositie nu j ellende miserie en ro Nummer 4S Meyei WEDEROPBOUWLENING TWEEDE SCHIJF. Bij de 175ste trekking van de We- deropbouwlening. 2de schijf, is een lot van I millioen frank toegekend aan obligatie nr. 567 van de reeks 6840 en een lot van 500.000 fr. op obligatie nr. 372 van de reeks 6193. De andere obligatiën van die teek- zijn uitkeerbaar tegen 1.000.fr. TREKKINGEN VERWOESTE GEWESTEN 1922 De uitslag van de 3411 e trekking van de Verwoeste Gewesten 1922 luidt 1.000.000 fr.: Reeks 73437 nr. 100.000 fr. Reeks 40.41 7 nr. 4. De overige obligatiën van deze reek sen zijn uitbetaalbaar met 312.50 fr. of 300 fr. naar gelang zij overgemaakt werden volgens het Koninklijk Besluit commissie, van 11 Mei 1935. zegde sing geen partij- ".rkelijk nationa- oord met dhr. lat het hier niet itie doch ik ga iccoord wanneer werkelijk na- aan naastbe- iden en oorlogs- spensioenen aan en ten laste van verminkt et land. naticnale ver- er uitzicht wan- •kijkt van inter- en ze bekijkt kleine staten in ndaagse omstan- i krijgen de na- een heel ander 'in enkel volk 'I iets te win- :en. Tenzij door Ogen een of an- uprematie over heeft veroverd., jsft het bereiken ;ekost Wat iw is daardoor •.kpmen En... 'lijf niet de kism WIE a ZEGT, MOET b ZEGGEN. NIEUWE NIJVERHEDEN VRAGEN OOK HANDELSPOLITIEK EEN GEPAST0 het leven 1 niet over de wereld^,® hadden zij ligt in ieders vredefrf n een_r>'»,jVvs oori;i Het is nu-eenmaak'. *.,'1 feit dat klei ne landen, die heel ^e «c-r vredelievend ijn en nog veel meet zeker door een orlog niets te winne hebben, toch meegesleurd worden in de oorlogen die rote landen ontketenen. Kleine landen, zonder eergevoel, vorden onder de voet gelopen door nachtige legers.Kleine landen met eer- je voel doen aan een verdedigingsoor log en worden door dit feit vaak de bondgenoten van een deel der in oor log zijnde landen. Thans voor de ver dediging van Europa en de hele wes terse beschaving staan de kleine lan den niet afzijdig. Waar kleine landen hun plicht doen ten overstaan der internationale ver plichtingen is het wel om eigen behoud maar ook, tot het behoud der grotere naties. Men spreekt van een verenigd Europa, van het Europees militair ver dedigingssysteem. In de vorige oorlo- streden onze jongens aan de zijde van de machtige legers der verbonde nen en deden hun plicht. Mag dan de vraag niet gesteld of al ■at de internationale toestand vereist niet internationaal moet gedragen wor den én wat voorbereiding én wat ge volgen betreft. Uitrusting van leger, uitkering van pensioenen, en al de fi nanciële lasten die een internationaal pact medebrengen zouden moeten ten laste vallen van de internationale fi- nancie, rekening houdend met de fi nanciële mogelijkheden en met de min dere of meerdere voordelen die dit of dat land geniet bij dergelijk pact. Het gaat niet op dat men ontroeren de redevoeringen uitspreekt om een land dat in het kader van het geheel zijn plicht doet te bewieroken wanneer dat land er de bittere gevolgen van on dervindt. Waarom moeten soldaten die langs dezelfde barricade strijden verschil lend uitgerust, verschillend gevoed, verschillend betaald worden en waar om moeten na de oorlog weduwen, we zen en verminkten in het ene land an ders vergoed worden dan in het an der. ((Le libéralisme est un art« plachten reeds de liberale economen te zeggen, in een tijd dat bijna niemand betwij felde dat theoretisch alle argumenten voor vrijheid en togen protectie in de internationale handel pleiten. DE MODERNE THEORIE- Sindsdien heeft de praktijk aange toond dat men jammer genoeg niet al léén aan vrijhandel kan doen in een wereld van protectie. Zelfs op theore tisch plan zijn de meeste moderne eco nomisten niet -meer zo absoluut om de vrijheid in de internationale handel voor een bepaald land onvoorwaarde lijk en- altijd als de beste politiek te beschouwen. De moderne economische theorie maakt het volgende onderscheid. In dien de volle tewerkstelling van alle productie-factoren bij voorbaat ge waarborgd is, dan betekent protectie een afwijking van de optimale arbeids verdeling en dus een lager welvaarts niveau dan mogelijk kan zijn. Alsdan worden dus zekere groepen in een land bevoordeeld ten koste van de gemeen schap. Indien de volledige tewerkstelling echter niet bij voorbaat verzekerd is, dan kan een gepaste en genuanceerde bescherming te benuttigen van het pro ductie-apparaat verbeteren en meteen de welvaart opdrijven. Voor een be paald land kan dat er toe bijdragen een conjuncturele inzinking succesvol te bekampen; anderdeels kan de bescher ming behulpzaam zijn tot het geleide lijk realiseren van een noodzakelijk ge- orden structuuraanpassing. Die laat ste bemerking knoopt aan bij het al oude argument van de educatieve be scherming, dat in de 19e eeuw gefor muleerd werd door Friedrich List. In feite is dat het enig theoretisch argu ment ten voordele van bescherming dat de 19e eeuw aanvaard heeft en waarvan de nawerking, te pas en tc on pas, geweldig is geweest. De Verenig de Staten van Noord-Amerika zijn er steeds niet ten volle van terugge komen, alhoewel de educatieve perio de van hun «nieuwe nijverheid wel lang voorbij is. Hoe actueel dat argument stced; blijft, blijkt wel uit het feit dat een tijdelijke opvoedende beschermin: door het Handvest van Havanna als principieel aanvaardbaar wordt be schouwd. DE BELGISCHE HANDELSPOLITIEK SINDS DE BEVRIJDING België heeft na de Bevrijding eer pitspositie ingenomen in de vrijhan delsgezindheid. De politiek was de goe de en is nog steeds de beste op voor waarde dat ze meer genuanceerd wordt beter gecoördineerd. Onze econo mische structuur berust inderdaad in „rote mate op de buitenlandse handel, vermits van elke drie francs, in België rdiend. er een zijn oorsprong vindt in het buitenland. Onze economische politiek is ook bewust geweest van d> stimulerende invloed, op de eigen pro ductiviteit uitgeoefend door het breed openstellen van de grenzen. Onze re geringen hebben tevens gehoopt door eigen voorbeeld de zo gewenste terug keer tot de internationale vrijhandel bij de andere z*n te wakkeren. Feit is dat ons voorbeeld niet vol doende navolging heeft gekend. Feit is k dat ons land thans af te rekenen heeft met de structuuiprobleem die even belangrijk kunnen worden als die de naburige landen gekend hebben, terwijl we in veel mindere mate van de de Marshall-hulp genoten hebben om» ze op te lossen. De echo van de be kommernis om deze problemen klinkt door tot in de meest recente redevoe ringen van de huidige Eerste-Minister. Vele van onze arrtbtenaren echter 1 geloven nog in de vrijhandelspolitiek België als in een onaantastbaar dogma, zonder zich af te vragen of de nieuwe oriëntaties, die we willen be vorderen. geen tijdelijke en opvoe dende bescherming nodig hebben; zon der te beseffen dat het land zich ver- it wanneer de gebruiker enkele cen times minder betaalt voor een product, ar de gemeenschap enkele duizen den werklozen meer telt. WIE a ZEGT... Wat de structurele werkloosheid betreft, moet de regering, nu zij het a het b van de fiscale en financiële preferentiemaatregclen overweegt, lo- ;isch blijven niet zichzelf en ook het handelspolitieke c willen uitspreken. Even noodzakelijk blijkt een bete re coördinatie van de diverse handels politieke maatregelen. Het valt niet moeilijk in de praktijk een bloemlezing ;amen te stellen van de tegenstrijdig heden die op dat stuk bestaan. Om slechts enkele voorbeelden te - geven is het aanvaardbaar dat omwille van een ongenuanceerde bescherming van de hopteelt in het Poperingse, de Bel- ische brouwerijen niet verzekerd zijn bepaalde soorten buitenlandse hop te kunnen aankopen, die moeten toelaten kwaliteitsbieren te produceren, waar mede kan geconcurreerd worden tegen uitheemse bieren, die zender kwanti tatieve beperking in ons land kunnen ingevoerd worden Staat de klok niet achteruit wanneer men bedenkt dat de eerste afdoende handelspolitiek maatregelen in ons land nog moeten getroffen worden om een nieuwe nijverheid als de groeiende pe nicilline industrie te ondersteunen En zou de ontluikende nijverheid van ny lonkousen in ons land. die reeds circa 6.000 gekwalificeerde arbeiders tegen hoge lonen aan het werk stelt, geen geleidelijk afnemend programma van educatieve bescherming verdienen, i.p. v. de fragmentarische en steeds onbe stendige maatregelen die totnogtoe ge nomen werden Welke maatregelen ons land in die nieuwe sectoren ook neemt, ze zullen steeds liberaler zijn dan de politiek die in de ons omliggende landen wordt toegepast. Wat we van onze handelspolitiek evenwel moeten verlangen is dat zij samenhangend zou zijn. meer genuan ceerd en realistischer. Een al te dog matische houding kan daarbij vergele ken worden bij het hanteren van een voorhamer in de goudsmederij van de volkswelvaart. J. HET TELEFOONNET IN 1951 Op 3 l December l 95 1 bedroeg het aantal abonnenten van de telefoonr- diensten 515.968. In de loop van 1951 zijn er 424.787.867 gewestelijke tele foonverbindingen tot stand gebracht. schillende gemeenten en 2.281.959 in ternationale verbindingen van België i uit. In de Brusselse zone zijn, 166.360 personen aangesloten op het telefoon net, in de Antwerpse zone 66.675, te Luik 38.287. te Charleroi 29.399 en te Wat we door de titel dezer bijdrage bedoelen is het volgende Waar er in ternationale plichten bestaan moeten ook de lasten internationaal gedragen worden en de regeling er van zou moe ten gebeuren door een internationale PIERLALA. 5 7.941.917 Verbindingen tussen ver- Gent 26.785. DIOCESANE BEDEVAART VAN HET BISDOM GENT NAAR LOURDES LISIEUX LE MONT-ST.-MICHEL. VAN 18-19 TOT 26-27 JULI, „s-, 5 SPECIALE TREINEN. Inlichtingen Mevrouw Van de Kerckhove-Cercelet, Aaist of bij de volgende plaatselijke afgevaardigden E. H. HUYCK, Onderpastoor van St. Martinus, St. Martensplein. E. H. TEVEN1E, Onderpastoor van het H. Hart. E. H. ASCOOP, Onderpastoor van St. Jozef. Mr DE WINTER PHILEMON, Lange Zoutstraat. Mr. JOS. APPELMANS, 5, Korte Zoutstraat. Mr. JAN VAN DE VELDE, Brusselsestraat. M- DE MAN, 22, Molenstraat. «DE GAZET VAN AALST», Kerkstraat.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Gazet van Aalst | 1952 | | pagina 1