1 Jr.
HET PROBLEEM DER
VERKEERSONGEVALLEN
«juincfi f
PiERLALA
stójy
EN OMSTREKEN.
BURELEN: Kerkstraat 9, Aalst
«esaearaeêsMsaeaeHSMMBBiMBsiiiBa
VOLKSE OPVOEDKUNDE
Telefnr. 'i4.114
t
Verschijnt de Donderdag en Zon dag van iedere week.
l'.C nr. 881.72 - 10 Jaarg. 1,25 fr. 't Nr. Zondag 22 November 1953
(Familiale Kronijk voor Opvoeding en Onderwijs.)
Het stijgenden aantal verkeersongeval
len bedreigt meer en meer de school
gaande jeugd.
Enkele begrippen over het probleem
zijn haar nu reeds van groot nut en
zullen later vooral van pas komen.
ENKELE STATISTISCHE
GEGEVENS
Dit jaar zal België waarschijnlijk
meer dan 100.000 (honderd duizend)
verkeersongevallen boeken.
Het aantal bedroeg in
1947 30.720
1948 39.686
1949 46.901
1930 61.098
1931 82.182
1952 92.724
Het is onbetwistbaar dat dit stijgen
te wijten is aan het toenemend aantal
voertuigen.Het Nationaal Instituut voor
de Statistiek gaat heel voorzichtig te
werk wanneer het de oorzaken van elk
ongeval tracht op te sporen.
Het spreekt over de omstandigheden,
die aanleiding geven tot de verkeers
ongevallen. Zo spreekt het over meer
dan 104.000 omstandigheden, die in
il952 aanleiding geven tot de 92.724
verkeersongevallen.
Het is vanzelfsprekend, dat één
ongeval verschillende oorzaken kan
hebben: bij voorbeeld mist, slechte
werking van de remmen, overdreven
snelheid.
Van belang is het enkele nadere
gegevens te kennen over deze omstan
digheden. Wij citeren o.a.
In 1 7.948 gevallen overdreven
snelheid
In 28.962 gevallen niet naleven
van voorrangsrecht;
In 20.912 gevallen voorbijsteken
van een rijdend of stilstaand voertuig;
In 6.664 gevallen rijden aan ver
boden kant;
In 6.224 gevallen achteruitrijden;
In 4.289 gevallen onachtzaamheid
van voetgangers of passagiers op de
weg.
Opvallend is het verder, dat er
slechts sprake is van 2.193 technische
en van 3.086 weersonstandigheden
(op een totaal van meer dan 104.000
omstandigheden). Met andere woor
den MENSELIJKE factoren liggen aan
de basis van de meeste verkeersonge
vallen.
Verder is het ook van belang te
weten dat 's Zaterdags het meest on
gevallen geregistreerd worden, doch
dat de Zondagen veruit dé gevaarlijk
ste zijn (de drank!) in die zin dat er
dan het meest doden en zwaar ge
kwetsten te betreuren vallen, ofschoon
er op die dagen het minst ongevallen
plaats grijpen.
Ook onthoude men, dat tussen 1 1
en 12 uur en vooral tussen 17 en 18
uur veel ongevallen gebeuren, doch
dat de meeste DODELIJKE ongevallen
's nachts plaats grijpen.
Steeds volgens het Nationaal Insti
tuut werd in 1952 de invloed van de
drank bij 2.889 gevallen vastgesteld
of ongeveer 3%. Doch het Nationaal
Instituut heeft ons gewaarschuwd
«Aan de obsolute cijfers mag geen te
grote betekenis gehecht worden omdat
de politie of rijkswacht de invloed
van de drank doorgaans slechts aan
geeft indien de bestuurder of voetgan
ger DUIDELIJKE kenmerken van
dronkenschap vertoont.
Van betekenis is het te weten dat,
volgens de gegevens van het Instituut,
in 1951, 8,6der gedoden of ernstig
gewonden slachtoffers ware» van on
gevallen, waar de invloed van de
drank (met absolute zekerheid werd
vastgesteld.
Leerrijk eveneens zijn de gegevens
CZARDASVORSTIN BRENGT ONS
meeslepende muziek,
schitterende decors,
prachtige Kostumen,
mooie balletten,
veelkleurige belichting,
prachtige solizangen en koren,
een volledig orkest,
mooi Toneel,
ki één woord een unieke avond van
Lyrisch Toneel l
Plaatsbewijzen voor de opvoeringen
van 6, 7, 1 3 en 14 December, ten lo
kale 't Land van Riem, van Zondag 22
November af
WIE NUCHTER RIJDT
DE DOOD VERMIJDT
van de wetsdokters, die op bevel van
de parketten verplicht zijn bloedafna
me te doen na zware verkeersongeval
len.
Dokter H. Casier stelde in het Kort-
rijkse en het Gentse tussen 1943
1949. bij 202 gevallen 72 °/c invloed
van drank vast (dit wil zeggen tussen
1 tot 4 gram per duizend alcohol in
het bloed).
Professor Moreau stelde in het
Luikse tussen 1947 en 1952 bij 501
verkeersongevallen de invloed van
drank voor 77% vast (dus voor 77
gevallen op de 100 gevallen).
Professor La Barre stelde van zijn
kant gedurende onderzoeken in het
Brusselse tussen 1948 en 1951 invloed
van drank bij meer dan 75% der ge
vallen vast.
VOORNAAMSTE OORZAKEN
DER ONGEVALLEN
Het is bewezen dat meer I n 90
der verkeersongevallen worden ver
oorzaakt door menselijke factoren
onwetendheid, onvoorzichtigheid. ze
nuwachtigheid., roekeloosheid, drank.
Zonder de minste twijfel moet men
aanvaarden, dat de drank een der
voornaamste, zoniet de voornaamste
oorzaak van ZWARE verkeersonge
vallen in ons land is.
VERWEERMIDDELEN
Ofschoon het stijgend aantal ver
keersongevallen eerder een normaal
phenomeen is, kunnen jaarlijks heel
wat zware verkeersongevallen verme
den worden. Daardoor is de goede wil
van alle belanghebbenden nodig.
TECHNISCHE MAATREGELEN
EN VERBETERING DER WEGEN.
Een reeks ongevallen, veroorzaakt
door slechte werking der remmen van
de stuurinrichting, de verlichtingstoe-
stellen, door het springen van band
(en) kunnen uitgeschakeld worden.
Ook kunnen verbeterde wegen de on
gevallen doen verminderen, ofschoon
het bewezen is dat verbeteringen over
dreven snel en roekeloos doen sturen.
DRASTISCHE STRAFBEPALIN
GEN.
Een zekere klasse van chauffeurs
kan slechts door strenge wetten ge
fnuikt worden of tot voorzichtigheid
worden aangezet. In het algemeen be
lang zou ook in ons land de verplichte
bloedafname na verkeersongevallen
dienen ingevoerd te worden, zowel op
chauffeurs als op hun slachtoffers.
OPVOEDINGSACTIE.
Daar de chauffeur, motorrijder,
fietser en voetganger de grote verant
woordelijken zijn, zal een methodische
en volhardende opvoedingactie langs
pers, radio en bioscoop, bij middel van
spandoeken en affiches, tentoonstel
lingen en andere initiatieven, de groot
ste vruchten afwerpen.
Niet alleenlijk bij volwassenen, doch
eveneens bij de jeugd is deze actie van
belang.
Indien de Anti alcoholische School
dag, die verleden week over gans het
land in al de scholen werd gevierd,
van niet te onderschatten belang was,
toch blijft het waar dat de anti-
alcoholische opvoeding een werk is van
alle delgen
De verkeerssignalen dienen aange
leerd. Zeker. Meer nog dient gewezen
op de gevaren allerhande welke voort
spruiten uit misbruik van alcohol.
Al dezen die iets te zien hebben in
de opvoeding van de jeugd, namelijk
en in de allereerste plaats de ouders
en verder de leraars en leraressen, de
jeugdleiders, enz. hebben een zware
plicht te vervullen.
Ieder van ons versta zijn plicht, ten
bate van de gemeenschap
OPVOEDER.
T-. SS
LISZT, DE VIRTUOOS schreef de
Studies. DE PATRIOT de Hongaarse
Rhapsodieen.
«Zij zijn niet talrijk de pianisten,
die ze gemakkelijk en vloeiend spelen.»
Een modeluitvoering wacht U op 1
December in de Feestzaal te Aalst.
-o O o
LENING tot WEDEROPBOUW
TWEEDE SCHIJF.
De uitslag van de 250ste trekking
van de Lening tot Wederopbouw (2de
schijf) luidt:
1.000.000 frank Reeks 5085 Nr.
614.
DE VREEMDELINGEN HERBERGEN
Toen we als kleine jongens naar de
lagere school liepen hebben we veel
avonden zitten zweten om het lange
antwoord op de vraag Noem de Ze
ven geestelijke werken van Barmhar
tigheid, en het even lange antwoord op
de vraag der zeven lichamelijke wer
ken van Barmhartigheid, in onze koker
te krijgen. Het waren al heel flinke
koppen die zo voor d eerste maal die
twee keer zeven wejrken zonder hape
ren konden aframmelen. Na enkele
da gen was er geen enkele meer in de
klas of die werken kwamen er uitge
hold zo rap en zo duidelijk als de «Onze
Vader» of de «Wees Gegroet».
Eigenlijk weten wat die werken be
tekenden dat was nog wat anders. Al
de studiejaren van het lager onderwijs
waren nog onvoldoende om. spijts de
vele voorbeelden van de meester, de
juiste daadkracht dier 14 deugden te
bevroeden. Er is heel wat levensonder
vinding voor nodig vooraleer de
schoonheid, de noodzakelijkheid en de
diepte dier deugden te begrijpen.
Wat we onder die 14 het eerste en
het beste meenden te begrijpen was
wel «de vreemdelingen herbergen».
We wisten immers wat een vreem
deling is en ook wat een herberg is.
Een vreemdeling in onze ogen was
iemand die we niet kenden.
Een herberg was een huis waar grote
mensen een pint bier gingen drinken.
De vreemdelingen herbergen» was
dus heel eenvoudig een vreemdeling
een pint bier geven
Dat soort goed werk was dus niet
voor ons. Tegen vreemdelingen spreken
mochten of durfden we niet. En her-
bergbaas waren we ook niet.
Of de hedendaagse schooljeugd er
nog dezelfde opvatting op na houdt
denk ik niet. De jeugd is van tegen
woordig veel meer en, veel vroeger
geëvolueerd en herbergen zijn er wel
meer dar in or*ze g W^Jjarer- doch ze
worden anders betiteld. Herbergen
zijn eerst cafés geworden en nu zijn er
zelfs geen café's meer. Nu is het «Bij
Rachel»; «Bij Paula» of «Mimosa
«Rozenhof»; enz. enz. om alleen maar
vlaamse uithangborden te noemen.
Hoe onze tegenwoordige school
rakkers het lichamelijk werk van barm
hartigheid «de vreemdelingen herber
gen» begrijpen kan ik u vertellen door
een voorbeeld dat gegeven werd door
een schooljongen van 1 1 jaar.
De Meester had gezegd dat een
«vreemdeling» iemand is die geen huis
en ook geen te huis meer heeft. Iemand
dus die op den dool is. «Herbergen»
zei de meesters, is een werkwoord dat
betekent: Iemand die op den dool is
een huis bezorgen, hem ergens plaat
sen zo dat die mens een te huis heeft,
of hem zelf in huis nemen.
Deze inspanning van de Meester om
zijn jonge toehoorders te doen begrij
pen wat ze «van buiten» geleerd had
den scheen nog veel te vaag en veel te
duister voor de jonge hersens zijner
leerlingen.
De Meester, die zich wilde verge
wissen of ze beet hadden vroeg naar
een voorbeeld.
Gij «Jefken» geef mij eens een voor
beeld van het werk van barmhartigheid
«de vreemdelingen herbergen».
Jefken keek naar het plafond, naar
zijn makkertjes, naar de Meester... om
toch maar eigens wat hulp te vinden.
Op het plafond... niks te zien; zijn
makkers zaten weerloos stil... Zij ook
wisten het niet; de Meester wachtte
geduldig en keek naar de andere leer
lingen; geen enkele vinger ging de
hoogte in en niemand klakte met duim
en wijsvinger.
De meester moest wat helpen.
Allez, zei hij, kent ge niemand die
dat werk van barmhartigheid gedaan
heeft Iemand of meer dan één per
soon die voor een vreemdeling iets
gedaan heeft of gedaan hebben
't Was stil in de klas en veel ogen
keken naar omhoog. Allen denkten na
en zochten....
Almeteens ging achter aan in de
klas een vinger de hoogte in.. Ah,Frans,
hebt gij iets gevonden Laat eens ho
ren
De liberalen en de socialisten,
meester» was het antwoord.
Het belde juist voor de speeltijd.
PIERLALA.
Z. H. DE PAUS KONDIGT
SPECIALE GEESTELIJKE
Nummer 94
-oOo-
CHOPIN heeft een heerlijk dag
boek geschreven. Dit dagboek is zijn
muziek.
Komt ze beluisteren in een magistra
le vertolking, DINSDAG 1 DECEMB.
GUNSTEN AF
TER GELEGENHEID VAN HET
AANSTAANDE MARIAJAAR
De Apostolische Penitentiare heeft
een decreet gepubliceerd betreffende de
geestelijke gunsten welke Z. H. de
Paus aan de gelovigen verleent bij ge
legenheid van het aanstaande Maria-
jaar, dat, zoals bekend, op 8 December
e.k. zal worden geopend.
VOLLE AFLATEN
Het decreet dat dateert van 1 1 No
vember. bepaalt dat een volle aflaat
kan worden verdiend onder de gewo
ne voorwaarden biecht, kommunie en
gebeden, in de volgende gevallen
1 Op de dagen van de opening en
de sluiting van het Maria-jaar en op de
feesten van Kerstmis, Maria Boodschap
Maria Lichtmis, de Zeven Weeën en
de Tenhemelopneming. telkens wan
neer de gelovigen met godsvrucht een
heiligdom bezoeken dat ter ere van de
Heilige Maagd is opgericht, of in de
missielanden, een kapel.
2) De volle aflaat zal kunnen wor
den verdiend door de gelovigen alle
Zaterdagen van het Mariajaar, zo zij
deelnemen aan de gezamenlijke bede
vaarten naar heiligdommen van de
Heilige Maagd.
3) De gelovige kunnen de volle
aflaat verdienen onder de gewone
voorwaarden, door godvruchtig een
officie ter ere van de Heilige Maagd
bij te wonen. Zij kunnen een aflaat
van 10 jaren verdienen, zo zij deze
vrome praktijk vervullen met een be
rouwvol gemoed, zonder te hebben
gebiecht of te hebben gekommuniceerd
4) Aan de bisschoppen wordt de
bevoegdheid verleend de pauselijke
zegen met volle aflaat te geven aan het
einde van de plechtige pontifikale mis,
die zij op de dagen van de opening en
de sluiting van het Mariajaar zullen
opdragen.
ALLE MARIA ALTAREN
GEPRIVILEGIEERD
5Alle aan de Heilige Maagd op
gedragen altaren zullen volgens de
kerkalijke leer, ((geprivilegieerd» zijn,
t.w.z. dat deze altaren het privilege van
de volle aflaat zullen genieten, toepas
selijk op de overledenen voor wie de
Mis wordt opgedragen.
6) Door godvruchtig de Maria
heiligdommen te bezoeken, waar de
Heilige Maagd heel in het bijzonder
wordt vereerd en die grote bedevaart
plaatsen zijn, kunnen de gelovigen de
volle aflaat verdienen, niet alleen al
le Zaterdagen, maar ook alle dagen van
het Mariajaar.
oOo
CZARDASVORSTIN
Vanaf Zondag 22 November plaatsbe
wijzen ten lokale t Land van Riem,
Grote Markt
oOo—
HET LEGERCONTINGENT
VOOR 19 5 4
AANTAL MILICIENS 55.000.
De ministers van Landsverdediging
en van Binnenlandse Zaken hebben
bij de Senaat het wetsontwerp inge
diend tot vaststelling van het contingent
van het leger en van de getalsterkte der
territoriale wacht voor luchtafweer
voor het jaar 1 954.
Het legercontingent, beperkt tot
1 80.OOO man, omvat buiten het be-
roepspersoneel van het leger, al de
dienstplichtigen onder de wapens aan
wezig in de loop van het jaar 1954;
dienstplichtigen der jaarklassen van
195 3 en vorige, die hun werkelijke
dienttermijn moeten volbrengen, en
dienstplichtigen van de jaarklasse 1954
die onder de wapens dienen geroepen.
Dit contingent omvat ook de dienst
plichtigen, die onder de wapens zullen
of zouden kunnen wederopgeroepen
worden, en degenen, die onder de
wapens zullen of zouden kunnen be
houden worden.
Het aantal miliciens van de jaar
klasse 1954 wordt op ongeveer 55.000
man geschat.
Het contingent voor de actieve ver
dediging van het grondgebied tegen
luchtaanvallen en oprichting van de
territoriale wacht voor luchtafweer,
bedraagt 4.152 man beroepspersoneel
en 3.974 dienstplichtigen.
Het niet vast personeel voor de
territoriale opdrachten bestaat uit
29.680 officieren, onderofficjeren en
wachters.
Het wederopgeroepen personeel
4.977 officieren, onderofficieren, bri
gadiers en wachters.
v
IN DE GEMEENTERAAD
De Aalst- en nietrAalstenaars die
zich de laatste tijd vergrepen hebben
aan 't parkeerverbod onzer stede moe
ten zeer hoog in getal zijn Dat getal ia
een geheim dat aan de gerechtelijke
overheid niet mag of kan ontfutseld
worden.
Een autovoerder, moet voor die ver
grijpen zeer hoge boeten betalen. Van
wege het stadsbestuur moet op geen
medelijdend begrijpen gerekend wor
den. De voortdurende wisselingen die
onze stedevaderen aanbrengen zijn een
ware bron van uitgaven voor elke
Aalsterse automobilist.
Eindelijk heeft de burgemeester,
ingevolge een interpellatie der C.V.P.
in de gemeenteraad, de onbekwaam
heid terzake van de Schepen van
Openbare Werken bekend en zal zelf
deze zaak ter studie nemen.
De handelaars, in feite de grote
slachtoffers van de willekeurig aange
brachte verkeerstekens, kunnen intussen
van de hoop leven de Schepen van
Middenstand ten spijt.
OBSERVATOR.
HET UITDELEN VAN
DRUKWERKEN OP DE
OPENBARE WEG
E-V.N ARREST VAN HET HOF
VAN CASSATIE
De correctionele rechtbank van Na
men had op 24 April jl. in beroep een
inwoner uit de stad vrijgesproken, die
op de openbare weg_en toe
stemming van het gemeen tebSrtuur,
strooibiljetten had uitgedeeld.
In het vonnis werd betoogd dat de
beschikking van het gemeentelijk poli-
tiereglement onwettig was omdat zij
het recht op vrije meningsuiting ver
bood.
Het Hof van Cassatie verbrak dit
vonnis en verwees de zaak naar de
rechtbank van Din an t.
In het arrest wordt thans bepaald
dat. zo de Belgische burgers het recht
hebben op vrije meningsuiting, zij
daarom niet de onbeperkte vrijheid
hebben de openbare weg, zelfs voor
dergelijke manifestatie te gebruiken.
Het gebruik van deze weg wordt gere
geld bij politiereglementen.
De gemeentelijke autoriteiten zijn
onder de controle van de hogere be-
stuursoverheid er toe gehouden de
nodige maatregelen uit te vaardigen
om de inwoners een goede politie, o.m.
in verband met de reinheid, de ge
zondheid, de veiligheid de rust en de
verkeersfaciliteiten te laten genieten.
Het is dus normaal dat het uitdelen
van drukwerken op de openbare weg
door de gemeentelijke overheid wprdt
geregeld.
nOo-
LUCHTVAARTNI EU WS
VERTREK EN AANKOMSTKAAR-
TEN VOOR LUCHTREIZIGERS
WORDEN AFGESCHAFT
Sedert 1 Oktober moeten de Belgi
sche, Nederlandse en Luxemburgse
passagiers, die per vliegtuig uit Belgie
vertrekken of er toekomen, geen ver
trek noch aankomstkaarten (ook ge
noemd inschepings en intschepings-
kaarten meer invullen.
Op de lijndiensten die Belgie met
Oost Europa verbinden, blijft de oude
regeling van kracht.
Deze belangrijke uitbreiding van de
faciliteiten, verleend aan de luchtreizi
gers, is mogelijk geworden dank zij de
gezamenlijke inspanningen van meer
dere ministeriële departementen, on
der meer de Staatsveiligheid, het Be
stuur van de Luchtvaart, het Bestuur
van de Toldiensten en van de openbare
Gezondheid.
De Belgische overheden hebben zich
bovendien bereid verklaard de moge
lijkheid te overwegen dezelfde facili
teiten te verlenen aan de onderdanen
van die landen, die op hun grondgebied
de Belgische passagiers zouden ontölaaB
van d formaliteiten der vertrek- en
aankomstkaarten.
De Belgische lijndiensten die onder
worpen blijven aan de sanitaire con
trole zijn die welke Brussel verbinden
met Israël, Zuid Afrika en Belgisch
Kongo (via Kaïro),