«rausde#
mmm
■Hü
°o°
herneemt haar normale tranches.
DE LAST VAN HET SCHOOLGELD
ÈN HET VRIJ EN HET RIJKSMIDDELSAAR ONDERWIJS
GELIJKWAARDIGHEID VAN 1 JANUARI AF
De schoolpolitiek van de regering
berust vooral op de eerbied voor de
gewetensvrijheid- Zij heeft een funda
menteel sociaal karakter: de ouders in
staat te stellen ten volle vrijelijk de
'school te kiezen die overeenstemt met
hun opvatting. Practisch wordt deze
keuze beheerst door het schoolgeld.
Immers wianneer dit op de ene plaats
hoog en op de andere laag is, is de
keuze van de ouders, vooral van de
onbemiddelden, niet meer vrij.
Vóór 195 l. dit wil zeggen vóór de
huidige regeringspolitiek, haar uitwer'
king liet gevoelen, bedroeg het school
geld in het vrij middelbaar onderwijs
gemiddeld 2.000 fr. per jaar en het
liep vaak veel hoger op.
Van 1951 af werd het merkelijk
verminderd. Zelfs daar waar d'e wet
een minder belangrijke vermindering
oplegde, hebben de meeste inrichtingen
het schoolgeld teruggebracht tot 50
t.h. van het bedrag van 1950.
DE NIEUWE WET.
i Het is van 1 Januari af dat nochtans
inzake schoolgeld de gelijkheid tussen
het vrij en het openbaar onderwijs
practisch is verwezenlijkt.
Immers op 1 Januari 1954 werd de
wet van 17 December 1952 van kracht
dit op definitieve wijze de toelage aan
het vrij middelbaar onderwijs regelt.
.De wet voorziet een automatisch me
chanisme voor de vaststelling en de
toekenning der toelagen. Het bedrag
van de globale jaarlijkse credieten
voor het vrij middelbaar onderwijs
wordt vastgesteld op grond van het
bedrag nodig voor de bezoldiging van
de leerkrachten van het rijksmiddel
baar onderwijs.
Dat is een geschikte basis. Immers
zij is tegelijkertijd gevoelig aan de
schommelingen van de economische
conjunctuur en ook aan de ontwikke
ling van de paedagogische behoeften.
Aangezien het globaal bedrag de
toelagen van jaar tot jaar verschilt
volgens het bedrag der credieten,
jaarlijks door de Staat besteed voor de
betaling van de leerkrachten van het
rijksmiddelbaar onderwijs zal het een
juiste weerspiegeling zijn van het peil
der weddeg^van de leerkrachten.
Welnu, men weet dat de wedden
der leerkrachten van de Staat vrij ge
trouw de ontwikkelingskurve van de
jeycnsduurte volgen.
vindt (en niet per kind ten laste zoals
in het vrij onderwijs) is er een vermin
dering van 20, 40, 60 of 80 t.. voor
het 2de, 3de. 4de, enz. kind dat in het
rijksonderwijs is.
Het schoolgeld systeem in 'het vrij
middelbaar onderwijs dat, zoals gezegd
op 1 Januari 1954, van kracht wordt,
kan als volgt worden samengevat
Men is uitgegaan van de zorg een
verhouding tot stand te brengen tussen
de maxima die als schoolgeld mogen
worden gevraagd en de subsidies die
worden toegekend'. Voorts is het de
bedoeling dat de economisch zwakke
ouders gratis hun kinderen naar de vrije
school kunnen sturen, zoals zij ze gra
tis naar de rijksschool kunnen sturen.
Het rijksmiddelbaar onderwijs is,
zoals gezegd, gratis tot een inkomen
van 80.000 fr. Uitgaande van een sub
sidie per leerling in het vrij middelbaar
onderwijs van 9.000 fr. per jaar die
door de regering als normaal wordt
aanzien betekent dit NEGEN
maal de jaarlijkse toelage. Daarom
heeft men in de wet geschreven dat in
het vrij middelbaar onderwijs geen
schoolgeld mag gevraagd worden voor
de kinderen wier ouders een jaarlijks
inkomen hebben dat dat geringer is
dan negenmaal de jaarlijkse toelage.
Aangezien in 1954, om hoger uit
eengezette redenen, de jaarlijkse toe
lage per leerling 8.000 fr. is. is het
onderwijs in de colleges en vrije meis
jesscholen kosteloos voor de kinderen
wier ouders een inkomen hebben klei
ner dan negenmaal 8.000 fr. of 72.000
frank.
Tussen de groep economisch zwakke
ouders en de begoede ouders wier
inkomen door de wet wordt vastgesteld
op ten minste 14 maal de jaarlijkse
toelage per leerling of in 1954, 1 1 2.000
fr. en, op grond van 9.000 fr. per jaar
en per leerling 126.000 fr. is er
voor het vrij middelbaar onderwijs een
tussengroep die overeenstemt met het
normaal sohoolgeldstelsel in het rijks -
middelbaar onderwijs. In het rijkson
derwijs betalen de leerlingen die niet
gratis toegelaten worden 400 fr. in, de
lagere graad en 600 fr. in de hogere
graad, maar voor kinderen wier ou
ders een inkomen hebben gelegen tus
sen 80.000 en 90.000 fr. is er een ver
mindering van 50' t.h. en deze groep
tigd is op de opvatting dat de beoefe
ning van de gewetensvrijheid der ou
ders in de keuze der school moet ge
vrijwaard worden door de zware finan
ciële hinderpaal van het schoolgeld
gelijk te maken. Het is duidelijk dat
deze hinderpaal vooral te zwaar is
voor arme ouders en niet moet in aan'
merking genomen worden voor de rij
ken.
WERKELIJKE
GELIJKWAARDIGHEID
Is er vanaf 1 Januari gelijkwaardig
heid tussen het schoolgeld in het vrij
middelbaar en in het rijksmiddelbaar
onderwijs
Wij mogen hierop bevestigend ant
woorden. Indien mer^ geen rekening
houdt met de categorie der begoede
ouders, mag men zeggen dat er gelijk
waardigheid is.
Enketfe voorbeelden
Een gezinshoofd met een inkomen
van 70.000 fr. per jaar zal van 1 Ja
nuari af zijn kinderen gratis kunnen
sturen zowel naar het college of naar
de vrije middelbare .meisjesschool als
i de rijksmid de E
dat 100.000 fr.
slechts één kind
t, betaalt 600 fr.
lieten
naar het atheneum
bare school.
Een gezinshoofd
per jaar verdient, en
heeft dat in poësis zi
in een atheneum en 800 fr. in een col
lege of meisjesinstituut.
Indien dit gezinshoofd 3 kinderen
heeft die in de middelbare school zit
ten, betaalt hij in het staatsonderwijs
400 320 4* 240 960 fr. per jaar
voor de drie kinderen en in het vrij
onderwijs eveneens 960 fr., namelijk
3 X 320 fr.
In het rijksmiddelbaar onderwijs
betaalt een gezinshoofd dat 1501000
fr. per jaar verdient en drie kinderen
heeft, waarvan twee naar de school
gaan in de lagere graad 320 fr. per
leerling en 480 fr. in de hogere graad.
In het vrij middelbaar onderwijs be
horend tot de categorie der begoede
OLiders zal hij 1.200 fr. per leerling
betalen. Heeft hij echter vijf kinderen,
waarvan 2 op school, dan betaalt hij
in het rijiksmiddelbaar onderwijs zoals
hierboven aangeduid en in het vrij mid
delbaar onderwijs per kind en per jaar
400 fr. of voor de ;:wee kinderen die
naar school gaan pnecies evenveel als
in het rijksonderwijs.
Deze voorbeelden 'leren dat beide
stelsels, hoewel niet identiek, toch prac
tisch evenwaardig ziin, behalve dat de
rijke ouders meer bhtalen in het vrij
onderwijs. Ook vodr de rijken bete
kent echter de reg^Vvan de verminde"
IN DE CHRISTELIJKE
VOLKSPARTIJ VAN HET
ARRONDISSEMENT AALST.
SCHIKKINGEN BETREFFENDE DE
VOORDRACHT van KANDIDATEN
EN POLLVERRICHTINGEN
Het Hoofdbestuur van de Christelij
ke Volkspartij van het arrondissement
Aalst heeft de voorwaarden bepaald
waarin candidaten voor de aanstaande
poll kunnen voorgedragen worden en
op welke wijze de candidatenljst voor
de verkiezingen zal samengesteld wor
den.
Komen als candidaten in aanmer
king de leden der partij die het pro
gramma en de tucht van de C.V.P.
aanvaarden, zich schriftelijk verbinden,
zo de uitspraak van de poll hun niet
bevalt, geen candidatuur op een andere
liijst t£ aanvaarden en in geval zij als
mandataris verkozen worden, het ar
rondissementeel reglement van inwen
dige orde stipt na te leven.
Het recht van candidaten voor te
d'ragen behoort aan het Nationaal Co
mité der partij, het arrondissements-
bestuur, vijf regelmatig bestaande lo
cale afdelingen en minstens 200' aange
sloten, partijleden.
Na de indiening der candidaturen
wordt door het hoofdbestuur onmid
dellijk een voorlopige candidatenlijst
opgemaakt waardoor het zijn voorkeur
voor bepaalde candidaten in de rang
schikking kan tot uitdrukking brengen.
Deze voorlopige candidatenlijst wordt
zonder uitstel aan het Nationaal Comi
té te Brussel voorgelegd, dat het recht
heeft er wijzigingen aan toe te bren
gen.
Welke ook de rechten en prerogatie
ven zijn van het arrondissements- en
het nationaal bestuur der partij, zij
doen geen afbreuk aan de bevoegdheid
van de poll, in laatste en beslissende
instantie, de eerste vier kandidaten
voor de Kamer en twee voor de Senaat
aan te duiden. De getallen vier en twee
wijzen op het aantal verkozenen bij
de laatste verkiezingen.
Met eerbiediging van de door de
poll gedane rangschikking van de eer
ste vier candidaten op de lijst van de
Kamer en van twee op deze van de
Senaat, is het hoofdbestuur gemachtigd
de beide lijsten verder aan te vullen
zonder rekening te moeten houden met
de andere op de poll voorgedragen
maar niet gerangschikte candidaten,
datj het hoofdbestuur voor d'
de betaling van de leerkrachten van het
rij ksmtdcle Ibaar onderwijs, eveneen
beïnvloed door de verhoging van het
-vintal leerkrachten voor een zei a
ToS leerlingen. Het nrodern onderwus
Feidt tot verscheidenheid in de studiën
hoefte gevoelen aan kleinere
C)ii sidiering van het vr j
niet alleen automatisch is
onderwijs niet aueen
maar tevens de ontwikkeling van de
levensduurte volgt en de ontwikkeling
van de paedagogiek.
Tenslotte berust de vaststelling van
deZe credieten op de verhouding tus
sen het aantal leerlingen in het
middelbaar onderwijs en in het gesu
sidieerd vrij middelbaar onderwijs.
DE TOELAGt
Uit hetgeen voorafgaat^ vloeitvoort
sub,idlëerd'vrij middelbaar onderwijs,
vermindering
rijks
ub-
een som is die van jaar tot
jaar kan
een som is UIC uVarhtens een
schommelen. hoewel^z.J f^~jaar.
vaste bij wet P neemt men
HikS 7° dTSè conjunctuur deze
aan dat in de huiai0t:
9 000 fr.
toelage normaal ongeveer
moet bedragen. fi 000 fr.
in 1954 bedraagt ze echtei ö.uuu
omdat ingevolge de invoennf -
krachtens de
wet zelf van school
bevolkingsminima een aantal inric tm
in aanmerking komt dan ook h
maal voorziene peil bereiken en de toe
lage tot ongeveer 9.000 fr. stijgen.
DE STELSELS INZAKE
SCHOOLGELD
Welk is het stelsel van het s?hoc7
geld in het vrij middelbaar en in
rijiksmiddelbaar onderwijs
Het rijksmiddelbaar onderwijs
crratis voor de kinderen van ouders
wier inkomen 80.000 fr. per jaar met
te boven gaat, alsmede voor de kinde
ren van sommige categoneen. zoals
oorlogswezen, kinderen van leerkrach
Voor' de anderen is'het schoolgeld
400 fr. per jaar in de lagere en OUU tr.
in de hogere graad. Decoders wier
inkomen tussen 80 en 90 000 fr. schom
melt genieten een vermindering van 5U
t en dit maximum van MI.IHJt, rr.
- rd'. met 5.000 fr. per kind verhoogd.
Fr is nog een andere vermindering ner
kind dat zich in het rijksonderwijs be-.
eren
boven is er
eveneens hoger gezegd, op grond van
het aantal kinderen die het rijksonder
wijs volgen.
In het vrij middelbaar onderwijs
mag het schoolgeld voor de tusseiv
groep (kinderen van
men in 1954 hoger is dan 7-.000 e
kleiner dan 1 12.000 fr.) met hoger
zijn dan 1/10 van de jaarlijkse subsidie
per leerling, hetzij 800 fr.
Voor de kinderen van begoede bur
cei-s geldt in het rijksonderwijs dezeit"
de regel als voor de anderen, met uit
zondering van diegenen die gratis on
derwijs genieten. Aan de overheden
van 'het vrij onderwijs heeft de wetge
ver echter de vrijheid gelaten aan de
begoede burgers voor hun kinderen
vrij het schoolgeld te bepalen. Door
begoede burgers verstaat de wet diege
nen wier jaarlijks inkomen groter is
dan 1 4 maal de jaarlijkse toelagen per
leerling, hetzij in 1954 zoals hoger ge
zegd il 2.000, fr. Nochtans worden
voor deze categorie evenals voor de
anderen, verminderingen op het school
geld voorzien van 20, 40, 60 en 80 t.h.
volgens het aantal kinderen ten laste.
EEN VERSCHIL
Waarom is er een verschil tussen het
school,geldsystee van het "J^mid
delbaar onderwijs en voor het vnj
middelbaar onderwijs
Omdat in het vrij middelbaar on
derwijs bet schoolgeld vastgehecht is
aan het bedrag der toelage. Het finan
cieel evenwicht der inrichtingen zou
immers bedreigd zijn indien het vrij
onderwijs onderworpen ware naar het
zelfde schoolgeldsysteem als het rijks
onderwijs, terwijl het bedrag der toe
lage, zoals hoger uiteengezet, kan
schommelen. Immers in het vrij rmd
delbaar onderwijs, globaal over het ge
hele land gezien, bedraagt het school
geld een zeer belangrijke post in het
budget dezer scholen. De ongeveer
60.000 leerlingen van de gesubsi
dieerde inrichtingen van het vrij' mm
delbaar onderwijs vertegenwoordigden
vóór 1950 globaal een inkomstenpost
aan schoolgeld van meer dan 100 mil-
lioen. Derhalve is het normaal dat de
Staat,, waar hij eisen stelt op het ge
bied van het schoolgeld, dit nochtans
in verhouding zou zijn met het belang
der toelage.
Daar komt bij dat de toelage de
kosten van het vrij middelbaar onder
wijs niet helemaal dekt. lil deze om
standigheden is het eveneens normaal
dat het vrij middelbaar onderwijs
toegelaten wordt een schoolgeld te
'bliiven eisen van de begoede ouders.
Laten wij niet vergeten dat de so
ciale fundering der nieuwe wet geves
een zeer belangrijk,
koming.
GEEN ON
sociale tegemoet'
ERLIJKE
CONCURRENTIE
De regering heeft aldus de Belgische
ouders willen bevrijden van de belem
mering van hun vrijheid in de keuze
der school. door de last van het
schoolgeld gelijk te maken.
Maar zij wil eveneens voorkomen
dat het schoolgeld en het gratis onder
wijs een element zouden zijn van on
eerlijke concurrentie tussen de scholen.
Zoals bekend behoort het tot de
taak van de gemengde commissie en
de geschillencommissie er over te wa
ken dat onder meer op dit stuk een be
hoorlijk evenwicht worde gehandhaafd.
DE KOLONIALE LOTERIJ
TWEE GROTE LOTEN
VAN TWEE' EN EEN HALF
MILLIOEN
EEN GROOT LOT
VAN EEN MILLIOEN
TWEE GROTE LOTEN
VAN 500.000 FRANK
ZESTIEN GROTE LOTEN
VAN 100.000 FRANK
45.392 LOTEN
van 200 fr. tot 50.000 fr.
IN HET TOTAAL
24 MILLIOEN
EN 45.413 LOTEN
EN DE CUMULATIE DER
LOTEN IS TOEGELATEN
Het biljet 100 fr.
Het tiende 11 ff.
TREKKING
VAN DE 1ste TRANCHE 1954
op 16 JANUARI
TE EIGENBRAKEL.
aanvulling te handen vrij heeft.
ALLE LEDEN NEMEN DEEL AAN
DE POLL.
De pollverrichtingen zullen op 7 Fe
bruari plaats grijpen. Met het oog op
de voorbereiding hiervan moet
candidatuur tegen 24 Januari op het
secretariaat te Aalst ingediend worden.
In tegenstelling met vroeger zal de
poll niet meer geschieden in de arron
dissementshoofdplaats en met stem
mingen door afgevaardigden maar mo
gen alle leden der partii aan deze ver
richtingen deelnemen.
Om hen in de gelegenheid te stellen
hun medezeggenschap in deze belang
rijke aangelegenheid uit te oefenen zal
in een vijfentwintigtal gemeenten van
het arrondissement een pollkantoor in
gericht worden.
Elke deelnemer moet vier candidaten
voor de Kamer en twee voor de Senaat
aanduiden. Ter beloning van de trouw
aan de partij heeft het arrondissements
bestuur de prijzenswaardige maatregel
getroffen aan hen die en in 1952 en in
795 3 als lid ingeschreven waren een
tweede stembuïletin toe te kennen. Te
gepasten tijde zullen in verband met
dit alles uitvoerige onderrichtingen aan
de betrokkenen bezorgd worden.
DE PROVINCIALE VERKIEZINGEN
Het pollreglement voor de wetge
/ende verkiezingen is, nutat's mutan
lis van toepassing voor de provinciale
vrkiezingen. Hier volstaan echter twee
r^elmatige afdelingen of vijf en ze"
vtitig partijleden voor de geldige
vcirdracht van candidaturen.
DE NIEUWE WET
BETREFFENDE HET
AR BEI DERSPENSIOEN
Het Staatsblad van 31 December
1953 publiceert de wet van 29 Decem
ber betreffende het ouderdomspen
sioen der arbeiders.
Het ouderdomspensioen gaat in
vanaf 65 jaar voor de man en vanaf 60
jaar voor de vrouw. Naar keuze en op
verzoek van de betrokkene kan het
evenwel ingaan in de loop van het tijd
perk van vijf jaar. dat voormelde
leeftijden voorafgaat;in dit geval wordt
het met 7 t.h. per jaar vervroeging
verminderd. Niettemin, wanneer het
een werknemer geldt die in een bijzon
der ongezond beroep was tewerkge
steld worden de leeftijden onderschei
denlijk teruggebracht op 60 en 55 jaar.
Het pensioen wordt berekend in
verhouding tot
1Het aantal kalenderjaren welke
volgen op de inwerkingtreding van de
wet en waarover de beroepsloop zich
uitstrekt.
Elk jaar wordt in aanmerking geno
men naar rata van 1/45ste voor de
mannelijke werknemer en naar rata
van 1 /40ste voor de vrouwelijke
werknemer.
2. Het jaarlijks gemiddelde van de
Ionen.
Dit gemiddelde wordt in aanmerking
genomen naar rata van 60 t.h. voor de
werknemer wiens echtgenote
a) geen beroepsbedrijvigheid, be
halve gelegenheidswerk uitoefent;
b) geen rente, pensioen of toelage
geniet, toegekend krachtens de wetge
vingen betreffende de verzekering te
gen de geldelijke gevolgen van ziekte
en invaliditeit, de werkloosheidstoela
gen, de arbeidsongevallen en de be
roepsziekten, en
c) geen pensioen of enige andere als
pensioen geldende uitkering geniet,
hetzij krachtens deze wet. hetzij
krachtens andere pensioenstelsels
(miinwerkers. zeelui, enz.)
Dit gemiddelde wordt in aanmer
king genomen naar rata van 45 t. h.
voor andere werknemers.
Het maximumbedrag van het pen
sioen wordt bereikt na een loopbaan
welke zich uitstrekt over vijf en veertig
jaar voor de man en over veertig jaar
voor de vrouw.
Het pensioen mag niet minder belo
pen^dan het bedrag, gelijkwaardig aan
de rente berekend volgens de door de
Koning te bepalen tarieven, op basis
van een bijdrage gelijk aan 5.5 t.h
van de bruto en fictieve lonen van de
werknemer.
Het jaarlijks bedrag van het pen
sioen is- -vastgesteld op 26.000 fr. fir-
oqo
'OEKOMSTIGE SOLDATEN....
AANDACHT
Noikorte tijd en ge staat midden in
het avntuur Het soldatenavontuur!
Die geachte laat u niet meer los. Som
mige dven zoudt ge uw spoorkaartje
willen tuisvinden en maar zo vlug
mogelij We rtrekken. Maar er zijn ook
wel ogeijikken dat ge ze zoudt willen
ontlopen, deze vele maanden troep
Ge hebt - reeds zoveel over gehoord.
Goed beetje Minder goed
wat meeri— Slecht: nog het meest III!
Ge wilt d*r eenigzins op voorbereid
zijn, volg an een korte retraite, spe
ciaal vooi ^ekomstige soldaten inge
richt. ^iag nog onmiddellijk in
lichtingen vijUWe parochiale geestelijk
heid. Wack ^et, doe het onmiddel
lijk,
dien het een werknemer betreft, waar
over werd gesproken in a. b. en c.
Het bedraagt 1 7.300 fr. wanneer het
een andere werknemer betreft.
Dit bedrag wordt nochtans gesteld
op 13.000 fr. wanneer de werknemer
gehuwd is of een huishouden heeft ge
vormd en ieder der echtgenoten of ie
der lid van het huishouden pensioen-
trekkend is.
Wat het weduwenpensioen betreft,
dit gaat in op 60 iarige leeftijd. Het
kan evenwel, naar keuze en op verzoek
van de betrokkene, ingaan in de pe
riode van vijf jaar, welke voorafgaat
aan deze leeftijd. In dit geval bedraagt
de vermindering per jaar vervroeging
eveneens 7 t.h.
Wij herinneren er aan dat deze wet
niet van toepassing is op de werkne
mers, die vallen onder het stelsel van
de bedienden, de mijnwerkers, de zee
lui; hetzelfde geldt voor hun weduwen.
oOo
TARIEVEN VAN BRUSSELSE
TRAMS SLAAN OP VANAF
NIEUWJAAR
INGEVOLGE KOPPELING AAN
INDEX DER UITGAVEN
Vanaf 1 Januari zullen de tarieven
der Brusselse trams, die op diezelfde
dag overgaan naar de nieuwe maat
schappij van het Brussels vervoer,
verhoogd worden.
Het enkel biljet zal 4 fr. kosten in
plaats van 3,50 fr.
Aansluitingsbib etten komen op 6 fr.
in plaats van 5 fr.
De twintigrittenkaart, die tegen 55
fr. verkocht werd, wordt vervangen
door een kaart van 1 7 ritten, die 5 0 fr.
zal kosten.
Voor ritten in het Centrum, d.w.z.
binnen de ringlanen, moet slechts 3 fr.
betaald worden. Dit geldt niet voor de
trams die de ringlanen volgen, zoals
tram 15.
Voor de netten buiten de stad, naar
Tervueren. Stokkel of Vilvoorde, wordt
4 fr. betaald per 2 sekties, 1 fr. per
aanvullende sektie. De kaart voor 20
ritten wordt hier behouden, maar kost
60 fr., plus 10 fr. per aanvullende sek
tie.
De verminderde tarieven voor ar
beiders en scholieren worden eveneens
aangepast.
Deze verhoging is niet het gevolg
van de oprichting van de nieuwe maat
schappij, maar wel van een vroeger ge
troffen regeling, die geldig blijft, en
waardoor de tarieven gekoppeld wer
den aan de index der uitgaven. Deze is
thans gestegen, o.m. door het feit dat
de lonen vanaf Nieuwjaar met 3 t. h,
worden verhoogd.