DE miljoenendans]:™^ Een autolift met gevolgen 't Arrondissement in 't Parlement Brussel onze trots en onze schande Aalst overleden Ketje is niet dood mm - k Avis a la populolation MÓÉ fe VERSCHIJNT TWEEMAAL PER WEEK ut Gazet van Aalst L m r Postrekening 881.72 NEC SPE, NEC METU... H jl fs? f 0*V? A M Telefoon 241.14 22ste JAARGANG Nr. 23 DONDERDAG 24 MAART 1966 2,50 F HET NUMMER ten heel wat opdrachten ten laste ge legd, die eigenlijk door de ganse ge meenschap zou moeten gedragen worden. Neem bv. de politie. Onze stadspo litie is een verkeerspolitie geworden plus de dienaars van het gerecht. Hetgeen op de buitengemeenten door de Rijkswacht wordt gepresteerd en dus door de ganse gemeenschap be taald wordt, moet in de steden door stadspolitie worden gedaan, maar de kosten moeten worden gedragen door de kleinere gemeenschap. Wij kunnen in die ricnting voort gaan Bouwen en onderhouden van gemeentescholen, hospitalen, toelagen aan kerkgemeenschappen, enz. Natuurlijk krijgt onze stad toelagen uit het gemeentefonds, maar wij kun nen ons afvragen wat de staat ons geeft compenseert dit de kosten van de verplichtingen en opdrachten, waartoe de cenirale besturen ons ver plichten Ik wil nu niet ons volledig van alle schulden vrij pleiten. En ook wil ik niet beweren dat wij de ideale beheer ders geweest zijn, die alles optimum hebben verwezenlijkt. Maar wij stonden voor het alterna tief Of een dynamische politiek voe ren van investeringen en aantrekken van nieuwe nijverheden plus het ver zorgen van -de infrastructuur van onze stad. Ofwel zeer zuinig te werk gaan, onze laatste cent tellen en maken dat wij een begroting konden indienen met een ruim saldo. Een detail door de meeste raads leden wordt aangedrongen om de goe de verlichting van onze straten, ook van onze buitenwijken, maar ander zijds dan komen klagen dat het elek triciteitsverbruik in vergelijking met een andere stad te hoog is, houdt geen steek. En wat heeft de installatie van de verlichting niet gekost I En wat nog erger is, de onverschil ligheid van onze stadsgenoten tegen over dit finantieel probleem. Wij, raadsleden, zijn geen supermensen, die geld kunnen toveren. WIJ ZIJN VANDAAG GECONFRONTEERD MET HET VRAAGSTUK VAN ONZE FI NANCIËLE MIDDELEN. Wat moeten we doen Bezuinigen en hierdoor de toekomst van onze siad beiasien, geen openDare werKeri geen sociale politiek, stopzetten van ane suosidien-poiitieK, streng ortodoxe Doekhouding van inkomen eri uitga ven en aflossen van de schulden, üi sterke vernoging van de gemeente belastingen om m bepaalde termijnen onze schulden af te betalen, of wach ten en Deroep doen op de staat ais op Sint Niklaas en trachten meer te krijgen van het gemeentefonds. iedereen vraagt diensten van de gemeeru.chap, maar weinigen zijn be reid deze gemeenschap de finantiele middeien ie bezorgen. Misschien heeft volksvertegenwoor- aiger U ^aeseleer het goeae woord gesproken. cR MOET IN Dll LAND ibfS VERANDEREN OP ÜbBlEU VAN MENTALITEIT. En laten wij het omzetten in prin ciepen. ledereen moet bereid zijn om de nodige geldelijke offers te brengen, en dit in verhouding tot zijn werkelijk inkomen om de openbare besturen hun gemeenschapspolitiek mogelijk te ma ken. Maar de beheerders van dit geza menlijk inkomen moeten het als hoog ste pncht aanzien dit geld te beheren als verantwoordelijke huisvaders van ons nationaal huishouden. En de personen, in dienst van de gemeenschap, van secretaris-generaal tot de parkwachters en vuilniskar-be dieners moeten weten dat zij in dienst staan van de grote meerderheid van hun medeburgers en deze hun geld- heren zijn. Maar eigenlijk komt dit neer op een begrip van gezond CIVISME. Maar wij, Belgen, zijn allen gebo ren frondeurs en individualisten en wij betalen de tol aan deze mentali teit. Wij zijn maar tevreden als ons kapelleken goed versierd is en ver licht, maar vagen ons broek aan de rest. Maar zo geraakt ons broek ook versleten en komt er een gat in. Maar velen van ons willen het gat ook niet zien. M. de Bisschop. ÖL Z.E.H. Frans Jozef De Cock, rus- j tend pastoor-deken van Aalst, is ver leden zondag overleden. Hij had de hoge ouderdom bereikt van 86 jaar. I Z.E.H. De Cock behoorde tot de oude generatie van de pastoors te lande, trouwe dienaars van Kerk en staat. De hiërarchie in de kerk en de standen in de maatschappij waren in deze priesters - generatie als ver roest. Het beeld van hun maatschap pij was statisch en ondanks hun goe de wil en hun hart vol liefde voor hun evenmens, ondergingen zij gela ten de sociale evolutie en moesten soms moed opbrengen om de princi pes die in de nieuwe sociale Pause lijke encyclieken vervat waren. Z.E.H. Kanunnik De Cock kwam uit een deftige boerenfamilie te Lebbeke, van de oude Vlaamse stam, gehecht I aan grond en tradities. Jong voelde hij zich geroepen om een leven door te brengen in dienst van de Heer. Na humaniora en klein seminarie volgde hij te Leuven de kolleges voor landbouwingenieur. Zijn ganse leven is hij trouwens blijvjen vechten voor de belangen van zijn boeren. Hij was hierom ook de ge wenste proost van de B.J.B. in onze gewesten. Zeer jong werd hij geroepen om superieur te worden van het H. Maagd kollege te Dendermonde, dat na de oorlog 14-18 in puin lag en door zijn zorgen terug werd opgebouwd. 22 jaar pastoor van St. Jozef en Het bonte avontuur van een autovoerder uit het Oordegemse Bereidwilligheid werd beioond met een pak slag. Een autovoerder uit het Oordegemse is dezer dagen een niet ailesdaags avontuur overkomen. Huiswaarts rijdend stopte hij bereidwillig voor een vrouw die bezijden de weg het bekende gebaar van lifters maakte. De toevallige metgezellin bleek als dienster verblijf te houden in een herberg te Massemen alwaar de j autovoerder haar dan ook prompt afzette. Helaas kwamen precies op dat ogenblik een tweetal zware jongens uit de herberg die zonder nadenken op de vrouw en de autovoerder toekwamen en beiden afranselden. Het bleek dat het tweetal de autovoerder er ten onrechte van ver dachten met de lifster en herbergbewoonster op promenade te zijn ge weest. Ongetwijfeld zal de autogeleider zich in de toekorret wel tweemaai bedenken alvorens gevolg te geven aan het verzoek van vrouwelijke HM ters. De stad Aalst zit in de penarie, de begroting van het jaar 1966 sluit met een tekort van rond de 70 miljoen Belgische frank. De schuldenlast is gestegen tot een jaarlijkse delgings- verplichting van 55 miljoen en de vooruitzichten zijn dat deze nog zal stijgen. Onze achtbare kollega's van de oppositie-partijen hebben aan de hand van cijfers trachten te bewijzen dat de oorzaak van deze onhebbelijke fi- nantiele toestand te wijten is aan de SCHULDENLAST. De stad Aalst staat op den balk van het Gemeentekrediet van Belgie voor 405 miljoen, en deze som schijnt nog te vermeerderen. Willen bewijzen dat het niet dfei personeel-lasten en de finantiele ver plichtingen opgelegd door het centraal bestuur, die oorzaak zijn van deze' berooide stadskas, maar veeleer de gevoerde finantiele politiek van het stadsbestuur, is een trukje van oppo- sitiespel. Ik wil hier niet onze heer schepe nen van finantien zijn verdediging op nemen, hij is man genoeg om aan self-defence te doen. Een argumentatie met grafieken in funktie van het ene en het andere, of met proporties uitgedrukt in procen ten van schuidenlijst en stijging van personeelsuitgaven is een leuk spel letje, maar bewijst niets en geeft daarbij geen oplossing aan het finan tieel probleem. Statistieken en grafieken hebben dit met een bikini gemeen, dat ze dat juist laten zien, wat nog mag gezien worden. De toestand van de meeste van onze grote gemeenten is op finantieel gebied tragisch. De schuld van de steden Antwerpen, Brussel en Luik gaan in de miljarden. Waar ligt de oorzaak Volgens mijn nederig oordeel is deze dubbel. Eerst en vooral historisch gegroeid, de te sterke autonomie van onze ge meenten. OP DIT GEBIED LEEFT BELGIE NOG IN DE MIDDEL EEUWEN. Anderzijds worden aan de gemeen- Clk.-MENIG politiek geïnteresseerde bewoner van de Denderstreek zal tij dens het vorige weekeinde nieuws gierig hebben uitgekeken naar de sa menstelling van de nieuwe regering, in de hoop er een Aalsters minis ter te ontdekken. Natuurlijk was er hier en daar ook-naar gelang van... leedvermaak toen een of ander ver wachte naam uiteindelijk toch niet op de VDB-lijst voorkwam. Men had o.m. nogal gepronosti- keerd rond de naam Ludovic Moyer- soen, de uittredende Defensieminister over wie De Standaard schreef dat hij vernoemd werd in verband met het toekomstig voorzitterschap van de Ka mer- en de hemel moge weten waar men zich in de Jacqmainlaan heeft la ten inspireren- ook als partijvoorzitter. Voor het eerste hoge ambt komt de aftredende Minister zeker in aanmer king, want beschikt hij over de nodige kwaliteiten. Wat de tweede functie betreft is het zeer de vraag of deze afmattende job enige aantrekking uitoefent op L. M. gegeven o.m. sommige middel vliedende krachten in de C.V.P. Het verluidt dat hij niet is ingegaan op het aanbod om Binnenlandse za ken Zaken te leiden. Men heeft ter zake natuurlijk het gissen. Dat vanuit regionale oorden via de PVV-opleiding een VDB zou gezwicht zijn om de af tredende Minister opnieuw in de re gering op te nemen is je reinste onzin. Als Minister van Defensie heeft L. M. overigens in zijn partij een voortref felijk puntenrapport gekregen. Elk PVV veto vanuit Aalsterse kanalen zou de weerzin hebben opgewekt van de for mateur. Voor de rest is L. Moyersoen een zeer dankbaar onderwerp geweest voor de beste Belgische kartoonisten Jammer zei Alidor. De ingewijden zullen ongetwijfeld een prettige herinnering hebben aan een jong attaché, W. van Nuffel, wiens bescheidenheid en vriendelijkheid zo prettig afsteekt tegen de typische mentaliteit van sommige Brusselse departementsjonkers. Wie verwacht heeft dat de afgetre den Defensieminiser aan de sanering van de onevenwichtige Vlaams-Waal se verhoudingen in het leger, een ver sneld tempo kon geven heeft gere kend zonder de waard de zeldzaam wordende oude militaire heren die be hoorden tot het kleine lezers klienteel van La Nation Beige van weleer. Maar de geest op het departement is in elk geval niet deze meer van weleer een Mundeleer en cs. Het zou onrecht- vaardig zijn te beweren dat sedert een Spinoy tot en met een Moyersoen de Vlaamse legergrieven zonder meer in de dossiers bleven. Voor de rest is men natuurlijk nog niet aan het einde van de timing toe, die anno 1950 Ko lonel de Greef ten aanzien van Vlaam se interpellanten had vooropgesteld Die timing bedroeg dertig jaar. Menigeen, en niet in de Aalsterse PVV alleen, heeft verwacht dat Louis D'Haeseleer ditmaal van de regerings partij zou zijn. Het was de laatste ge legenheid voor de zoveelste misreke ning ter zake. Behoudens de vraag die D'Haese leer zich mogelijks heeft gesteld in welke mate een ministeriele zetel bin nen afzienbare tijd wel elektoraal ren derend zou zijn, een vraag die nauw samenhing met de problemen die op* rezen bij een gebeurlijke afwezig heid in zijn Aalsers milieu, blijft er de uiteindelijke vaststelling dat niet alleen en vanzelfsprekend een Groot- jans, V.D. Poorten meer gewicht in de PVV-schaal wisten te leggen, maar ook nog wel de Brusselse Vlaamse advokaat De Winter die mocht reke nen op de steun van Het Laatste Nieuws. Het is daarbij tenslotte de vraag of het ministerschap de laatste jaren nog wel tot de ambities behoort van de Aalsterse PVV-volksvertegen- woordiger. Al met al heeft de Denderstreek se dert 1830 weinig Ministerszetels in de wacht gesleept. Er waren weliswaar een de Bruyne, een van Duitse af komst en te Brussel geboren en re siderende Minister Woeste... een Ka merondervoorzitter Van Wambeke, Baron Moyersoen enL. Moyersoen. Maar ten overstaan van dit klein aan tal ministers, is dan zoveel jaren ge leden ook in deze streek een bewe ging ontstaan die aan de grondslag ligt van de kristen sociale beweging in dit land. Even uitzwermen buiten het arron dissement. In zijn laatste editoriaal van het Weekblad van de Vlaamse Ar dennen, schrijft Jan Verroken dat zelfs zijn vrouw nieuwsgierig was wat hij precies die week zou schrijven. In elk geval is Jan aan het slot van zijn we kelijkse politieke beschouwingen tot de slotsom gekomen dat een zeker wantrouwen ten overstaan van de hui dige regeringskoalitie geboden is. Met dit wantrouwen staat Jan V. ze ker niet alleen de kristen demokra- ten in zuid-oostvlaanderen bv. buigen dieper het hoofd om des te beter hun woede ende bitterheid te verbergen. Tot de dag komt... Ook dit nieuws nog Het staat reeds vast dat bij de eerstkomende verkiezingen de gewe zen senator Diependaele opnieuw de kopman wordt van de VU. senaatslijst. Brussel, 23 maart De Spaanse ar beiders die in het cafeetje aan de Zuid hun heimwee naar de zon vergaten midden hele reeksen pils zullen nooit kunnen weten waarom een bonte bent Vlamingen zo hartverwekkend hebben gelachen bij het aanhoren van een epistel dat in het zuiverste Brussels ais een dieventaaltje klonk in de Spaanse oren. Geniet met ons, waarde lezer van 't hiernavolgend epistel - op voorwaar de dat u luidop leest - dat op vele exemplaren te Brussel verspreid de kracht van meer dan een marsj be naderd Want dit epistel in de zuiverste ketjesstijl heeft menig vlaams hart de laatste dagen te Brussel verwarmd ''/-^SËÊA 18 jaar deken van St. Martinus, waa hij de eer had in 1949 benoemd tr worden tot opvolger van onze betreur de bisschop, Mgr. Coppieters. Tegen zijn goesting, maar omwilU. van zijn zwakke benen het hart i: nog goed, beweerde hij heeft hij" zijn ontslag genomen ais pastoor-de ken te Aalst om in zijn oude parochii St. Jozef een welverdiende rust ti genieten. Nu heeft de Heer hem de volledig*, rust geschonken. Moge hij daarbove» op zijn oud Aalst waken, opdat he zou blijven in alle eer en deugd d> oude vechtstad. De Aalstenaars, die hun Deken ge, kend hebben als een vader, zullei. hem willen gedenken, de ene in ee.. gebed en de andere in een vroor gedacht. M.d.E Beste kameroede. Blaaaft e betche stoen en leist de( affiche. Brussel es altaaid de huufd stad geweist van den Belgique woe da waaile de Vloeminge en de woele* as kameroede oenzeen hemme Mo de leste taaid hemme waaiié: gekonstatteit dat de Woele te vuil var uile kluute moeke. En datte, da moe gedoen zijn. Wemme geremarkeit dc vuil echte Brusseleirs gien ploch kun ne kraaige oemda waaile soi-disan nie good Frans spreike. II est étonnan da zuile vreuger da nie zaaije. Der zaaije zuile da waaile de echte Beige woere oemda waaile de twee toelc j sproeke. De Vloemingen goen na me de schuun ploche luupe. Dei spreike1 en général good Frans. Mo waaile1 Brusseleirs we zaain na de soekeleirs Da zuile de préférance de plochke:-1 geive on de Vloemingen van den buite: kan der nog dui, mo da zuile on dr Franskiljons of de Woele dei ni biIin3 gue zaa'rn hé in de Brussel de schuu: plochkes geive da moet gedoen zaain Wee hem ni kan débroui I lei re in Vloms of het Frans moet mo verhooi ze no de Woelepays, uile schuum taaid is hé in Brussel verbaa en vu I altaaid. En da zuile het mo ni vergeitil waaile zaain de coeur van den Europ< en sans nous rien ne marche. De Jef Den Tisch-Jean-Maurio -■

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Gazet van Aalst | 1966 | | pagina 1