BEL
Guy de IVtoipessant
10
DE VORSTINNEN VAN
BRUGGE
zondag 22 oktober te 20 u. 25
Verscheurd door de herinnering
aan haar verloren jeugdliefde en
de grote verering die ze koestert
voor professor Neys, bekent !da
toch haar liefde voor kapitein
Quatre meire. Edgard Onghenae,
van wie het niet duidelijk is of hij
aan de kant van de patroon of
van de arbeiders staat, knoopt
vriendschap aan met Jan Diege-
rick, de natuurlijke zoon van
vrouw Bariseeles zuster Flavie.
Meteen laat hij zijn oog vallen op
Jans nichtje, Cieltje, die in dienst
is bij dokter Spillaert...
DE WOUDLOPERS
maandag 23 oktober te 18 u. 05
Billy Shawanda moet een paard
waar hij veel van houdt, verkopen.
De koper is Bronco Smith. Als
Bronco de volgende morgen het
paard wil berijden, wordt hij te
gen de grond geworpen. Hij is
hierover zo verontwaardigd dat
hij het paard wil neerschieten.
Billy Shawanda blijft echter
niet bij de pakken zitten, nu hij
hoort hoe Bronco Smith met zijn
paard omspringt. De volgende
morgen zijn het paard én Billy
spoorloos verdwenen...
De Junior Rangers en Jóe Two
Rivers gaan op zoek naar Biily.
Plotseling komt het paard op hen
toegelopen, zonder berijder. De
Junior Rangers stellen met ontzet
ting vast dat het paard uit de
richting konmt van een opn kken
de bosbrand.
BOBO EN BOBO
maandag 23 oktober te 70
Bobo is een buikspreker, die met
zijn nummer wereldberoemd is ge
worden. Hij zondert zich nor i af
van de rest van de mensen rnet
wie hij werkt. Eigenlijk gaat hij
alleen om met zijn pop, die hij
ook Bobo heeft genoemd Er is
praktisch niemand met wie hij in
tiem is, behalve het ba!! et meisje
Anetie.
En dan hangt er nog van af wat
men onder «intiem» verstaat.
Feitelijk weigert hij ieder reëel
kontakt, iaat zich alleen maar met
grote moeite overhalen om na de
voorstelling iets te gaan drinken,
wimpelt alle ontmoetingen binnen
het theater af.
DAISY CLOVER, D 5 Off
OPROERLINGE
dinsdag 24 oktober vo
Daisy Clover viert haar vijftien
de verjaardag, een dag even grijs
ais alle andere. Ze Icmi n een
woonwagen, samen met mes
der die de hele dag door niets
anders doet dan de kaarten leg
gen en steeds maar meer v: i de
wereld vervreemdt.
Terwijl ze doelloos ronc!d\ ?M
komt Daisy aan een gekrmomseer-
de studio waar je tegen Lcimkng
Je stem op een plaat kunt opne
men. Ze zingt een iiedje en biedt
de piaat aan zich zelf aan als een
verjaardagsgeschenk.
Toevallig ontmoet ze daarna ie
mand van een filmmaatschappij
die net op zoek is naar een nieuw
gezicht. Daisy laat hem het plaat
je horen. Van dan af gaat alles
heel vlug, als in een droom
proefdraaien, ontmoeting met de
oppermachtige producent Swan
en zijn vrouw Melora, contract
tekenen, eerste film...
Raymond Swan sielt alles in
het werk om zijn nieuwe vedette
te lanceren. In zijn riante woning
geeft hij ter ere van haar een rij
kelijke party. Daar ontmoet ze
voor het eerst Wade Lewis, het
grote idool van het ogenblik. Ze
verlaat met hem het feest...
DE DUBBELDEKKERS
woensdag 25 oktober te 20u10
«Het slippertje»»
De «Luxton Bus Company So
cial Club» organiseert een avond
je «vogelpik» - u weet wel het po
pulaire werpspel met pijltjes -
waarbij de buschauffeurs in het
strijdperk treden tegen hun fami
lies. Zo moet de inspecteur het
opnemen tegen Stan's moeder.
Stan en zijn collega Jack hebben
besloten alles in het werk te stel
len om «Mum» te doen winnen.
Maar inmiddels heeft Arthur, de
echtgenoot van Olive -{jen- dat is
Stan's zuster) andere bezigheden.
Hij maakt van het avondje uit ge
bruik om een erg opzichtige bus:
conductrice het hof te maken. Het
ongenoegen van Olive is dan ook
groot en in een opwelling van ver
ontwaardiging verlaat zij het feest
je. Wanneer na middernacht weer
iedereen thuis is, ontbreekt er één
in de keuken van Mum: Arthur.
De twee vrouwen worden al on
gerust en beginnen veronderstel
lingen te maken over een ongeval
of iets dergelijks, maar Stan is
ervan overtuigd dat Arthur er van
door is met Wendy. Wat er ook
van zij, storm is er op til.
qg T L -E SOLDAAT SJWEïK
donderdag 25 oktober te 20u10
Als ordonans van Luitenant Lu-
kasch op weg naar het front in
Budweis, heeft soldaat Sjweik per
vergissing aan de noodrem getrok
ken. Terwijl hij het allemaal aan
de stationschef aan het uitleggen
was, is de trein daarna opnieuw
vertrokken- zonder hem. Soldaat
Sjweik blijft achter op het perron
zonder panieren en zonder geld.
Ma een kert oponthoud op het po
litiebureau waar men zich gauw
n deze rare snuiter ontmaakt,
begeeft hij zich te voet op weg
naar Budweis.
H'j ontmoet vele vriendelijke
mensen, d:o hem goede raad ge
ven Maar het duurt niet lang of
hij belandt weer op een politiebu
reau. Deze keer houdt men hem
voor een Russisch spion, en men
bew:adert zelfs de koelbloedig
heid d.- heldhaftigeheid die de
in het nauw gedreven spion aan
de dag legt, in een voor hern toch
weinig rooskleurige situatie.
«Deze Christus is het, die mijn
ziel zal redden. Hij zal mij moed
en kracht schenken, steeds als ik
naar hem kijk.»
Zij bleef voor de op het water
lopende God staan en mompelde,
«Hoe mooi is hij. Hoe bang zijn
zij en hoeveel houden zij van hem
die mannen. Zie zijn hoofd, 2ijn
ogen, hoe eenvoudig en hoe god
delijk tegelijk hij is!»
Suzanne riep,
«Hij lijkt op u, Bel-ami! Ik zie
het duidelijk. Als u bakkebaarden
had of hij was gladgeschoren, dan
zoudt u sprekend op hem lijken.
O, het is treffend!»
Zij eiste, dat hij naast het doek
zou gaan staan en iedereen gaf
toe, dat de twee gezichten inder
daad op elkaar leken!
Men verbaasde zich. Walter
vond het een heel merkwaardige
geschiedenis. Madeleine verklaar
de glimlachend, dat de Christus
er mannelijker uitzag. Maar me
vrouw Walter stond roerloos en
met starre blik naar het gelaat
van haar minnaar naast dat van
de Christus te staren en zij was
even wit geworden als haar ge
poederde haren.
Vili
Tijdens de overige wintermaan
den bezocht het echtpaar Du Roy
de familie Waiter herhaaldelijk.
Georges dineerde er zelfs dikwijls
allleen, wanneer Madeleine ver
klaarde, moe te zijn en thuis te
willen blijven.
Hij had de vrijdag als vaste
dag gekozen en mevrouw Walter
nodigde op die dag geen andere
gasten uit; het was de dag van
Bel-ami en van niemand anders.
Na het diner werd er gekaart,
werden de Chinese vissen gevoerd
en genoot men van een intieme
gezelligheid. Herhaaldelijk nog
had mevrouw Walter achter een
deur, achter een groepje planten
in de wintertuin of in een donkere
hoek, de jonge man plotseling in
haar armen getrokken en hem in
het oor gesist, «Ik houd van je...
ik houd zoveel van je dat ik eraan
kapot ga!» Maar elke keer had hij
haar afgeweerd en nijdig geant
woord, «Als je weer begint zie je
me niet terug.»
Tegen het eind van maart was
er onverwacht sprake van een hu
welijk van de twee zusters. Rose
zou trouwen, naar men zei, met
graaf De Latour-Yvelin en Suzan
ne met markies De Cazolles. Bei
de mannen kwamen veel op be
zoek en behoorden tot de huis
vrienden, wie men bijzondere voor
rechten toestaat.
Georges en Suzanne gingen als
broer en zuster in alle vrijheid met
elkaar om, babbelden uren samen
staken met iedereen de draak en
leken elkaar bijzonder na aan het
hart te liggen.
Zij hadden nog niet weer ge
rept van een mogelijk huwelijk
van het meisje of van de kandi
daten die zich aandienden.
Toen de baas Georges op een
morgen eens voor de middagmaal
tijd mee naar huis had genomen
en mevrouw Walter werd wegge
roepen voor een leverancier, die
haar te spreken vroeg, zei hij te
gen Suzanne, «Laten wij de goud
vissen gaan voeren.»
Zij namen ieder een stuk brood
van de tafel en zochten de winter
tuin op.
Langs de hele rand van het bek
ken lagen kussens op de vloer, zo
dat men op de knieën liggend de
vissen beter kon bekijken. Zij gin
gen naast elkaar ieder op zo'n
kussen liggen en begonnen, over
het water gebogen, kleine balle-
63
tjes brood te strooien, die zij te
voren tussen hun vingers rolden.
De vissen kwamen dichterbij zo
dra ze de kruimels zagen vallen,
de staarten gingen traag heen en
weer, de vinnen sloegen, de grote
uitpuilende ogen draaiden zich de
vissen doken de ronde prooi na
en kwamen boven om een nieuwe
te ontvangen.
Vlammend oranje tekenden zij
zich tegen de gouden bodem af,
als vurige schimmen gleden zij
door het kristalheldere water en
zodra zij tot rust kwamen spron
gen de blauwe randjes om de
schubben in het oog.
Georges en Suzanne zagen hun
eigen gezichten in het water weer
spiegeld en lachten tegen eikaars
beeld.
En opeens zei hij zacht,
«Het is niet aardig van je, Su
zanne, dat je dingen voor mij ver
bergt.»
Zij vroeg,
«Wat bedoelt u, Bel-ami?
«Herinner je je niet meer, wat
je me hier beloofd hebt die avond
van het feest?»
«Ik niet.»
«Dat je mij zou raadplegen, tel
kens iemand je ten huwelijk
vroeg.»
«En?»
«Dat is nu immers gebeurd.»
«Wie heeft mij gevraagd?»
«Dat weet je wel.»
«Nee, eerlijk niet.»
«Ja, je weet heel goed. Markies
De Cazolles, die verwaande gek.»
«Hoor eens, hij is niet ver
waand.»
«Kan zijn, maar stom is hij wel.
Het spel heeft hem zijn laatste
cent gekost en het feestvieren zijn
laatste kracht. Wel een goede par
tij voor jou, terwijl je zelf jong,
fris en intelligent bent.»
Glimlachend vroeg zij,
«Wat hebt u tegen hem?»
«Ik? Niets.»
«Toch wel. Hij is in geen enkel
opzicht wat u beweert.»
«Kom nou. Het is een sluwe ge
slepen kerel.»
Zij draaide zich enigzins om en
keek niet langer in het water.
«Wat bezielt u eigenlijk?
En hij stamelde, alsof iemand
hem zijn diepste hartsgeheim had
ontfutseld,
Wat mij... bezielt? Ik... ik ben
jaloers op hem.»
Zij toonde zich niet al te ver
baasd.
«U?»
«Ja, ik!»
«Maar waarom dan toch?»
«Omdat ik verliefd op je ben
en dat weet je heel goed, on
deugd!»
Op ernstige toon zei ze,
bent gek, Bel-ami.»
Hij antwoordde,
«Ik weet wel dat ik gek ben.
Mocht ik je dit soms bekennen,
ik als getrouwd man en jij, een
jong meisje? Ik ben nog erger dan
gek, ik ben schuldig, haast een
schoft. Ik heb geen enkele hoop
en dat doet mij mijn verstand ver
liezen. En als ik dan hoor, dat jij
gaat trouwen, dan zou ik het liefst
iemand vermoorden. Je moet het
me maar vergeven, Suzanne!»
Hij zweeg. De vissen, die geen
kruimels meer kregen, stonden
roerloos in het water, vrijwel op
een rij, als Engelse soldaten. Zij
leken naar die twee mensen te
staren, die zich niet meer met hen
bezighielden.
Het meisje mompelde half ver
drietig, half lachend,
«Het is jammer, dat u getrouwd
bent. Maar wat valt daaraan te
veranderen? We moeten ons erin
schikkken.»
Haastig keerde hij zich naar
haar om en zei, met zijn gezicht
vlak bij het hare.
«Als ik vrij was zou je dus met
me willen trouwen?»
En zij antwoordde met een
stem die oprecht klonk,
«Ja, Bel-ami, want u mag ik
heel wat liever dan ieder ander.»
Hij stond op en hakkelde,
«Dank je... dank je... Zul je
niemand het jawoord geven? Ik
smeek het je. Wacht nog een
poosje... Beloof je me dat?»
Enigzins verward en zonder
hem te begrijpen antwoordde zii,
«Dat wil ik wel beloven.»
Du Roy smeet het stuk brood,
dat hij nog in zijn hand had, in
zijn geheel in het water en vlucht
te alsof hij krankzinnig was ge
worden, zonder zelfs maar te groe
ten. De vissen stortten zich gulzig
op het stuk brood dat niet door
vingers was gekneed en rukten
het met opengesperde bekken uit
een. Zij sleurden het naar de over
kant van het bekken, vochten er
om en vormden, om elkaar heen
buitelend, een levende wentelende
bloem die in het water was geval
len.
Suzanne stond verschrikt op en
verliet de wintertuin. De journa
list was al vertrokken.
Hij kwam overigens heel kalm
thuis en vroeg aan Madeleine, die
brieven zat te schrijven,
«Dineer jij vrijdag ook bij de
familie Walter? Ik ga wel.»
Zij weifelde.
«Nee, ik voel me niet al :e
goed. Ik blijf liever hier.»
Hij antwoordde,
«Zoals je wilt. Niemand dwingt
je.»
Hij nam zijn hoed en ging weer
uit.
Sedert lang al bespiedde h 'j
haar, volgde haar op al haar gan
gen en was van haar doen en ia-
ten geheel op de hoogte. Nu was
zijn kans gekomen. Hij had zich
niet laten misleiden door de toon
waarop zij zei, «Ik blijf liever
hier.»
De volgende dagen kwam hj
haar vriendelijk tegemoet. F j
maakte zelfs een opgewekte ir-
druk, wat hij gewoonlijk niet rr.ca:
deed. Zij zei, «Ik vind je weer
veel aardiger.»
Op de bewuste vrijdag kleedde
hij zich vroeg, naar hij zei omdat
hij nog een paar boodschappen
had te doen eer hij naar de baas
ging.
Tegen zes uur verliet hij. zijn
huis, na zijn vrouw te hebben ge
kust en hij nam op de Place Notrs
Dame de Lorette een rijtuig. Hij
zei tegen de koetsier,
«U blijft staan tegenover num
mer 17 in de Rue Fontaine en
wacht, tot ik u zeg weg te rijden.
Daarna brengt u me naar restau
rant Du Coq-Faisan, in de Rue La
fayette.»
Het rijtuig zette zich in beweging
en Du Roy liet de gordijntjes zak
ken. Zodra hij tegenover zijn huis
deur stond, bleef hij aandachtig
opletten. Hij had nog maar tien mi
nuten gewacht of hij zag Madelei
ne naar buiten komen. Zij sloeg
de richting van de buitenbouie-
vards in.
Zodra zij ver genoeg weg was
stak hij zijn hoofd uit het portier
en riep,
«Rijden maar!»
Het rijtuig zette zich weer ir,
beweging en liet hem voor de Coq
Faisan uitstappen, een fatsoenlijk
restaurant met een goede naam in
de buurt. Georges begaf zich naa:
de eetzaal en at lekker, terwijl hij
nu en dan zijn horloge raadpleeg
de. Om half acht, toen hij zijn
koffie had genoten en tweemaal
een glas goede champagne had
besteld en op zijn gemak een
voortreffelijke sigaar had gerookt,
verliet hij het restaurant, riep een
rijtuig aan dat leeg voorbij reed
en liet zich naar de Rue La Ro
chefoucauld brengen.
Vervolgt
Nadruk verboden