Toen Rex klein was
Aan de Bedienden
g»j vooruitziende
WAARHEIÖ
Ouderdomspensioenen
Ket Liberaal Mutualis-
tisch Preventorium.
TWEEDE BLADZIJDE
want de golfslag doet op de hoogte van de wa
terlijn een inkeeping ontstaan in het ijs, en
op den duur vormt zich een voetstuk met een
onder water afgeschaafd gedeelte, dat zich op
grooten afstand van den ijsberg kan voortzet
ten. Het feit, dat het grootste gedeelte van de
ijsmassa zich onder water bevindt, doet de
richting van de ijsbergen voor een groot deel
afhangen van de stroomingen van de zee,
maar eene krachtige wind is in staat den berg
van koers te doen veranderen en op deze wij
ze draagt ook de windrichting er veel toe bij
of zich een bepaald jaar veel of weinig ijsber
gen in den Atlantischen Oceaan bevinden.
Door de drukke scheepvaart leveren de ijs
bergen hier dan ook het grootste gevaar op en
ook de «Titanic» is door een van deze verra
derlijke ijsmassa's te gronde gagaan.
PERSONEN VAN BETEEKENIS AAN
BOORD
Voor den tijd van het jaar had de «Titanic»
een zeer groot aantal passagiers, want April
is meestal een slappe tijd voor het transatlan
tische personenvervoer der Westwaarts varen
de booten. Odder de opvarenden waren veel
personen van beteekenis Kolonel en Lady
Astor, die juist van een Egyptische reis terug
keerden Benjamin Guggenheim, lid der be
kende Newjorksche bankiersfirma Majoor
Archbald Butt, die een bezoek bij den Paus
had afgelegd om hem brieven van President
Taft aan te bieden de bekende theaterdirek-
teur Harris de h. Ismay, President der Whi
te Star Line, tot welker vloot ook de «Titanic»
behoorde de journalist en vredesapostel
Stead Jhr. Reuchlin, bestuurder van de Hol-
land-Amerikalijn en vele anderen.
DE DRIJVENDE STAD
De naam van het titanische schip hield
reeds een aanwijzing in zich voor de bedoeling,
die reeders en bouwers met zijn bouw hadden.
Men wilde een geweldig zeekasteel bouwen,
een vaartuig, dat met recht naam mocht ma
ken op «drijvende stad».
Het was een tijdelijke woning voor velen,
ingericht naar de laatste eischen des tijds, met
behulp van de nieuwste technische hulpmid
delen op scheepvaartgebied. Het vertrek van
het vlaggeschip uit de haven van Southamp
ton was voor de White Star Line een ware
triomf. Nooit te voren had men in de geschie
denis der handelsmarine zoo'n groote over
winning van scheepsbouwkunde gezien, als op
het oogenblik, dat de «Titanic» Southampton
verbet, en de Solent afstoomde. Het reuzen-
schip had de volgende afmetingen de lengte
was 882 voet, de breedte 92 voet, de hoogte 105
voet. Het schip had elf stalen dekken boven
elkaar, terwijl men een afstand van 9 km.
moest afleggen, om het heele schip rond te
loopen. De inrichting was in een woord schit
terend. Zoowel in de derde als in de eerste
klasse was alle komfort aanwezig. De machi
nes hadden een kracht van 46.000 p.k. en voor
Onder het doorluchtig beheer van Denis luk
te het soirés dan ook nooit, de twee eindjes
aan elkaar te knoopen. En tenslotte moest
Bluff er wel toe besluiten, dat zouteloos tijd
schrift op te geven. Later zal hij echter pro-
beeren het weer op te visschen onder de ver
momming van Rex Illustré. Men zou wel moe
ten gelooven, dat het niet beter ging. want dat
afkooksel is eveneens roemloos verdwenen.
Ik heb de naam van Lebeau genoemd, zon
der dien deftigen en dikbuikigen heer te heb
ben voorgesteld. Stel u een dik en groot lijf
op korte beenen voor een vette hals die op
duikt uit twee ronde schouders, en op dien
hals dan een gezicht dat gebjkt op een struis
vogelei en versierd is met een klein mondje,
een klein blond snorretje, een klein wipneusje,
hoogerop een soort kruin, die sedert twintig
jaar regelmatig uitgeroeid is, en lager een
klein kinnetje waaraan een zusje van een kin
netje zich verraderlijk vastklampt. De heele
verschijning wasemt kalme rust uit. En toch
heeft die Lebeau van alles meegemaakt bij
Rex Het kon hem echter niet schelen hij
bleef steeds goed gehumeurd, beleefd, bezadigd,
een beetje plechtstatig in zijn hoffehjkheid.
Daarenboven was hij volkomen vertrouwd met
het beheer en de boekhouding die op zijn
schouders rustten hij had rechtvaardig
heidsgevoel, veel hart. was een kerel die altijd
gereed stond om «de weezen en de weduwen»
ter hulp te vliegen. Dat Bluff niet eerder «op
zijn gat gevallen is», om zijn eigen kiesche
uitdrukking te gebruiken, is hij grootendeels
verschuldigd aan Lebeau. Want deze heeft al
les gedaan wat menschelijkerwijze mogelijk
was om de instorting van de Rex-uitgaven te
gen te houden die zonder Bluff trouwens
nooit in elkaar gestort zouden zijn. Lebeau
hield het stuur vast in de moeilijke doorgan
gen. en menige keer bracht hij zegerijk een
schip, dat reeds water dronk, terug in de ha
ven. Maar zoodra dat schip in het droog dok
was, haastte Bluff zich om met groote bijlsla
gen een nieuw lek in de romp te slaan, die
Lebeau dan wederom moest dichtmaken. On
gelukkig kan men iets niet eeuwig kalefate
ren. Tien keer, honderd keer, duizend keer
heeft Lebeau Bluff toegesclireeuwd dat hij
tenonder ging. naar den afgrond liep. En
Bluff antwoordde Dank u. Lebeau, van
harte dank En hij schonk hem een exem
plaar van zijn boeken met een opdracht «aan
mijn besten medewerker». Doch nauwelijks
had Lebeau z'n hielen gelicht, of Bluff be
sloot een nieuwe krant zonder lezers uit te ge
ven, beval een boek op 25.000 exemplaren te
drukken, waarvan hij er misschien 10.000 zou
kunnen verkoopen en overblolte arme drom
mels met verbazende beloften.
Naast Lebeau troonde eenigen tijd een zeke
ren Rézette, die goed op de hoogte van zijn
vak was, maar smaak-, reuk- en kleurloos, ge
lijk het water. De wethouder van Burgemees
ter Lebeau, was de jonge Marcel Jacoby, die
sindsdien in rang verhoogd is. naar het schijnt.
Met zijn somber oog en zijn weerspannige lok
op het voorhoofd, was hij inderdaad een goeië
kerel, zeer stipt, en vreeselijk wilskrachtig in
het bewaken van zijn gereserveerde jacht
iets waarin hij op verre na geen ongelijk had.
Er bestaat een reeds oude gewoonte, die wil
dat de menschen hun goederen verzekeren te
gen de gevaren van brand. Zij heeft zich ver
algemeend in alle middens en nochtans, de
brandrampen worden gelukkiglijk al meer en
meer zeldzaam.
In het domein der mutualiteit, zou het na
rijp overleg, niet anders mogen wezen.
Het familiehoofd, terzelfdertijd bekommerd
uaSia ufra U3 3soo.n1 ufiz uba piaqpuozaS ap ïaui
belangen, zou geen oogenblik mogen aarzelen.
Zich in een maatschappij van onderlingenbij-
stand te doen inschrijven, ten einde bevrijd te
Zijn tegen de slagen van het noodlot.
Praktischerwijze, helaas, is het altijd zoo
niet gesteld. Hcc dikwijls hoort men niet de
volgende redeneering. wanneer men de voor
deden van de mutual,:: t doet uitschijnen
Ik ben nooit ziek, noch iemand van mijn ge-
het opwekken van stoom beschikte men over
159 ovens en 29 stoomketels.
Het schip werd in Belfast gebouwd. De kiel
werd in 1908 gelegd en in den zomer van 1911
het schip van stapel. De geheele bouw van
het schip was van dien aard, dat men zich
bijna niet kon voorstellen, dat zulk een gevaar
te kon vergaan. Toch heeft één drijvende ijs
berg het tot zinken gebracht. Het kommando
over het schip werd gevoerd door kapitein
Smith, een ervaren zeeman, die reeds 38 jaar
bij de «White Star Line» in dienst was.
DE REIS ONDER ONGUSTIGE
OMSTANDIGHEDEN BEGONNEN
De reis van de «Titanic» was reeds onder
ongustige omstandigheden begonnen, want
reeds bij de waterleiding stond het schip aan
een groot gevaar bloot. Door de geweldige
zuiging die het veroorzaakte, waren de 7 ka
bels, waarmee een ander schip aan de kade
vast lag, als towtjes gebroken, en werd het in
de richting van de «Titanic» gezogen. Beide
schepen kon men nog juist bijtijds van elkaar
houden, en zoodoende een botsing voorkomen.
Oorspronkelijk ging de reis vrij langzaam
omdat de kompassen nog geregeld moesten
worden, maar verder ging alles toch zeer voor
spoedig. Het weer was mooi en de zee was
rustig. Geen bijzonderen deden zich voor tot
den bewusten nacht van 15 April.
DE FATALE SCHOK
Zondagavond 14 April, voelden de reizigers
een lichten schok, die spoedig door een twee
den gevolgd werd. De machines stopten bijna
onmiddellijk op het dek verschenen eenige
belangstellenden, die geenerlei gevaar ver
moedden en naar de oorzaak van het stilhou
den der machines vroegen. Aan hen, die in de
rookkamer een partijtje kaart speelden, vroeg
men, of ze iets wisten, maar men was reeds
zoo gewend geraakt aan het trillen der machi
nerieën, dat men de schokken ternauwernood
bemerkt had. Men had wel een reusachtigen
ijsberg gezien, waar het schip vlak langs ge
gaan was. De passagiers, die nu toch door het
stilhouden der machines wakker geworden
waren, kwamen naar het dek, waar ze merk
ten, dat het schip schuin overhelde. Eenige
oogenblikken later klonk het sein Alle pas
sagiers met den reddinggordel aan dek De
avond was buitengewoon kalm en niemand
vermoedde nog eenig onraad. Spoedig daarop
zag men echter, dat de zeilen van de redding
booten afgehaald werden en de mannen, die
ze naar beneden moesten laten, zich er naast
opstelden. Daarna weerklonk een tweede be
vel Alle mannen van ae booten weg, alle
vrouwen en kinderen in de booten De boo
ten laaiden langzaam naar beneden. Hartver
scheurende tooneelen deden zich voor, een
aantal vrouwen wilden hun echtgenoot niet
verlaten en liever met hen in de golven omko
men. Toch ontstond er volgens ooggetuigen
geen paniek daar de menschen ternauwernood
beseften aan welk gevaar zij blootstonden.
Hij was alleen maar een beetje te veel behelpt
met de manier (tengevolge van zijn omgang
met Bluff) om te gelooven dat het gebeurd
was.
Rond die groote bazen bewoog zich een volk
je van secretarissen, typisten, propagandisten
en inpakkers, deze laatsten onder het bevel
van den commodore Edward Vanderstappen.
die, geel gelijk een citroen en mager als een
graat, zijn onderdanen met harde hand be
stuurde, uitgezonderd den ouden Michel, de
ken der firma, van wien allen hielden.
Het is een feit, dat de hofhouding van Rex
absoluut onevenredig was aan zijn inkomsten,
zooals het trouwens louter krankzinnigheid
was, kranten uit te geven waaraan men hoo-
pen geld verloor. Maar zulke laag-bij-de-
grondsche beslommeringen waren de hooge in
tellectualiteit van meneer Bluff onwaardig. Te
meer nog daar Bluff met zulk een schaar me
dewerkers kon uitschreeuwen Dertig vaste
bedienden
We kwamen weldra tot de overtuiging (uit
gezonderd den triestigen Denis) dat Bluff ten
onder ging aan grootheidswaanzin. Zijn kwaal
was niet zonder gevaar voor de toekomst van
ons uitgeversbedrijf. Zijn megalomanie werd
een onloochenbaar feit. toen hij aan de ver
stomde «massa's» kond deed dat «Rex georga
niseerd was precies gelijk een fabriek». En
welk een fabriek dan nog De helft van het
personeel kreeg om de week een andere taak
toegewezen, de «vaste medewerkers» speelden
haasje-over of een partij boston in het bureel
van ae Collection Nationale. Diezelfde «vaste
bedienden» werden weldra door Bluff omge
schapen in «helden, die hun gansche leven
aan Rex wijden», in «voormannen», en ten
slotte in «de keurbende van het vaderland».
Later oordeelde de aartsengel Raphael Sindic,
dien wij le dépité de Bruxelles noemenden,
die benamingen onvoldoende en hij bazuinde
uit dat hij, Sindic, deel uitmaakte van «de
keur uit de keurbende». Later echter haalde
hij ook dat record neer ik vond in de druk
kerij van A ver bode de drukproef van een ar
tikel van onzen Sindic. dat deze voorzichtig
heidshalve niet aan den hoofdredacteur had
laten lezen, en dat godvruchtig getiteld was
«De keur uit de keur van de keurbende». Wie
zou het hem nazeggen ik schrapte een
«keur», maar Bluff vond het een schitterende
titel en griende in den telefoon, dat men in
geen geval aan dien titel mocht raken.
Op zekeren dag kwam Bluff in het kinder
bed van een buitengewoon artikel, waarin be
weerd werd «Wij betalen onze menschen ko
ninklijk. Verleden jaar hadden wij bij Rex
tien voormannen thans hebben we er vijftig,
die onze buree'en bevolken met hun vurige en
vastberaden jeugd... Hij antwoordde niet op
mijn vraag, of de oude Michel ook een «voor
man» was en of we eveneens «de vurige en
vastberaden jeugd» van dien braven, grijzen
inpakker moesten volgen Maar toen ik stuip
lachend vroeg «En de typistes antwoordde
hij «De typistes Natuurlijk... de typistes...
We'nu, we mogen niet over het hoofd zien, dat
ze het beste van haar zelf aan hun werk ge
ven. Ze hebben recht op ons aller bewonde
ring. De typistes van Rex zijn voormannen...»
zin waarom geld uitgeven zonder nut
Dit is, dient gezegd, een zeer slechte specu
latie. Is men altijd zeker van morgen, en is het
niet geraadzamer, onder opzicht van gezond
heid, trachten te betalen voor anderen dan
voor zich zelf
Vandaag zijt gij gezond en sterk. Morgen
kunt gij door de ziekte zijn neergeveld. Zoo zij
U persoonlijk spaart, zal zij altijd uw vrouw
en kinderen sparen, en zijt gij zeker, ze wei-
gezond te vinden, wanneer gij 's avonds te huis
komt.
Hebt gij dan reeds gedacht aan de materiee-
le gevolgen van uw onvoorzichtigheid, en aan
de hooge uitgaven welke gij U zult moeten ge
troosten om de gezondheid terug te krijgen
Het zal te laat zijn om te zeggen Ach
zoo ik zulks had geweten... En er blijft U
niets anders over dan het eereloon te betalen
van de artsen, welke hun 2orgen hebben ver
leend. Zoo gij spaarpenningen hein. stuiver
voor stuiver bijeengeraapt, zult pij zien smel
ten als sneeuw voor de zon. De toestand kan
nog erger wezen zoo de ekonomische crisis U
treft, en dat het .familiebudget, reeds slecht in
evenwicht, nog deze nieuwe lasten zal moeten
dragen. Al de noodlottige gevolgen hiervan,
zullen op uw familie neerkomen, die zich mis
schien zeer zware ontberingen zal moeten ge
troosten ten gevolge van uw gemis aan voor
uitzicht.
En nochtans, er bestond een zeer eenvoudige
oplossing de stortingen van een wekelijksche
bijdrage, tot het strikt minimum gebracht, zou
U toegelaten hebben uw toevlucht te nemen
tot de zoo zeer uitgebreide diensten van de
mutualiteit.
Wij kunnen het niet genoeg herhalen, en
voornamelijk aan de familiehoofden en jonge
gezinnen, dat, ten huidige dage, deeluitmaken
van een maatschappij van onderlingenbijstand,
een noodzakelijkheid is geworden.
Gij alien die ait zult lezen, peinst vooral
aan de droeve gevolgen, welke uit uw onbe
zorgdheid kunnen voortspruiten. Vergeet niet,
dat de tuberculosis en kanker, om enkel deze
twee vreeselijke geesels van het menschdom
te vermelden, U en uw gezin beloeren.
Uw plicht is mutualist te zijn
De Liberale Mutualiteit EDWARD PE-
CHER werkt in al de gemeenten van het
kanton Aalst. Herzele, Ninove, enz. De liberale
mutualist geniet van al de voordeelen aan de
mutualisten van andere partijen toegekend, en
mag het verzekeren, aan voordeelige voor
waarden, zoowel op gebied van bijdragen, als
op dit van vergoedingen.
Laat U inlichten, sluit U aan bij uw eigen
organisatie, uw eigen huishouden ten bate. Li
berale Mutualiteit «Edward Pecher», Hoofdze
tel 12, Windmolenstraat, te Aalst.
Het blijkt meer en meer, dat er gaping komt
tusschen den Waalschen Rex-fuhrer Degrelle
en dezes Vlaamschen luitenant Paul De Mont.
Naar we in «De Nieuwe Staat» lezen is Rex-
Vlaanaeren deze week vergaderd om stelling
te nemen inzake de amnestie. Ziehier het
standpunt dat ze volgens het blad innamen
Wij spreken ons uit voor volledige amnes
tie Wij drukken er op, dat wij daardoor geen
stelling verlangen te nemen tegenover het ak-
tivisme onze beslissing simt noch goedkeu
ring, noch afkeuring in. Voor ons is het akti-
visme het verleden, een verleden waarmede
wij, als nieuwe beweging, geen uitstaans wil
len hebben
Zwemmen en duikelen staat dus aan de dag
orde bij de Vlaamsche rexisten. De vrienden
van het V.N.V. mogen immers niet tegenge
werkt worden.
De rexisten zijn die als tusschenpersonen
moeten dienen om de V.N.V.-ers niet als anti-
Belgen te doen doorgaan, ondanks de verkla
ringen door den leider en anderen gedaan, on
danks hun streven naar een Dietschen Staat.
De ECHTE WAARHEID blijkt dus nogmaals
dat Degrelle er twee maskers op nahoudt om
comedie te kunnen spelen.
Bij de Walen zal hij zeker de opvatting van
«De Nieuwe Staat» op het gebied van amnestie
niet durven voorstellen Dat is goed om kort-
ziende Vlamingen bij den neus te leiden. Zoo
denkt Rex zijn vrienden in beide kampen te
bewaren.
Mis jongen, de openbare meening zal niet
blind blijven.
Wij willen de kwajongens niet beter bestem-
pe'en, die zich bezig hielden met het besmeu
ren met teer van de vertaalde straatnamen of
Pransche opschriften, die nevens Vlaamsche
prijken op muren; afsluitingen, uithangborden,
enz.
Het schandalige is daarbij, dat men het noo-
dig heeft geacht een 15-tal reddingsboeien,
door een private maatschappij aan de bevol
king gesteld om levens te redden eveneens
heeft besmeurd, omdat het niet noodig is dat
de gebruiksuitleg ook in het Fransch wordt
aangegeven.
Gelukkig zijn er een twaalf-tal van die indi
viduen gekend.
Wij kunnen slechts vragen dat er met alle
noodige strengheid tegen zulk vandalisme
wordt opgetreden. Misschien zullen die
menschjes dan begrijpen dat zij meer slecht
doen aan hun zaak dan goed.
Wij zijn volledig t'akkoord met die woorden
meer nog, wij willen den voorzitter van de Bel
gische reddersmaatschappij een goeden raad
ge ven Geheel de bende vernielers ter verant
woording roepen... en doen betalen
DE NOODZAKELIJKHEID DER
STORTINGEN.
De kwestie der ouderdomspensioenen is het
meest treffend voorbeeld van de sociale vraag
stukken, welke in het algemeen de meerder
heid van de personen, die den ouderdom van
veertig jaar niet overschreden hebben, gansch
onverschillig laten.
Zij is nochtans van zeer groot belang, want
de wet, welke het verleenen van de ouderdoms
pensioenen regelt, is een wet, welke zich op 'n
groot aantal jaren uitstrekt, en zij dient gron
dig onderzocht, want haar huidige toepassing
is slechts een overgangsperiode, dan wanneer
veel personen haar definitief denken. Het be
hoort, dat iedereen wete, en dit, in zijn eigen
belang, wat het ouderdomspensioen waarlijk
is, volgens den geest van de wet, en welke de
verplichtingen zijn aan dewelke men zich, van
af heden moet onderwerpen, om later van het
pensioen te kunnen genieten, hetzij binnen 20,
25 of zelfs 30 jaren.
Wij laten buiten deze studie de personen, ge
zegd «verzekeringsplichtigen», het is te zeggen
zij, waarvan de beroepsbezigheden, door een
werkovereenkomst geregeld zijn. De afhoudin
gen op de loonen worden regelmatig gedaan
en verplichtend door den werkgever.
Wij willen spreken van al de andere perso
nen, welke niet in dienstverband staan, alsme
de van de vrouwen, welke zich meestal met
het huishouden bemoeien.
Volgens de wet, worden deze personen aan
zien als «vrijwillige verzekerden».
Om gebeurlijk later van het ouderdomspen
sioen te kunnen genieten, moeten zij regelma
tig elk jaar de volgende stortingen doen, in de
Algemeene Spaar- en Lijfrentkas
Mannen 120 fr.
Vrouwen 60 fr.
Werkloozen 60 fr.
Er dient opgemerkt te worden dat deze stor
tingen. op een tijdperk van 12 maanden moet
verdeeld worden.
Zullen de vrijwillige verzekerden, welke aan
deze verplichtingen hebben voldaan, voorzeker
en automatisch van het ouderdomspensioen ge
nieten.
Neen, en ziehier waarom
Wat men in het algemeen «ouderdomspen
sioen» heet, bevat in werkelijkheid twee deelen
gansch verscheiden.
1) LIJFRENTEBREVET, Dit is, hetzij ge
zegd om te vereenvoudigen, de interest van de
gedane stortingen, het bedrag ervan, wordt uit
betaald door de Algemeene Spaar- en Lijfrent
kas, op aanvraag, ingediend, bij middel van
formulier 09, verkrijgbaar in alle postkantoren.
Al degenen, die stortingen hebben gedaan, kun
nen er aanspraak op maken, welk ook het be
drag hunner inkomsten weze.
2) KOSTELOGZE OUDERDOMSRENTE
TOESLAG. Wordt verleend door het Minis
terie van Arbeid en Sociale Voorzorg, maar al
leen aan de gerechtigden waarvan de inkom
sten de sommen niet overtreffen, door een ba-
rema vastgesteld, en voor zooveel de door de
wet voorziene regelmatige stortingen zijn ge
daan geweest.
De kostelooze ouderdomsrentetoeslag wordt
aangevraagd, door tusschenkomst van den ont
vanger der belastingfen van het resoort van
be'anghebbende.
De schikkingen betrekkelijk den ouderdoms
rentetoeslag, deze welke vooral de verzekerden
aanbelangen, zijn juist deze overgangsbepa
lingen, waarvan wij hooger spreken.
Wat de wetgever vooral geleid heeft, is, dat
elkeen regelmatig proeven geeft van vooruit
zicht tijdens zijn '.even en door regelmatige
stortingen er toe kome, zich op den ouderdom
van 65 jaren, een kapitaal te vormen, dank aan
hetwelk de Staat, hierin de rol van verzeke
ringsmaatschappij vervullende, hem jaarlijksch
een rente betale, waarvan het bedrag te bepa
len is. Het is zelfsprekend dat de Staat van
zijnen kant, tusschenkomst in de vorming de
zer rente, maar men mag niet uit het oog ver
liezen. dat de wet op de ouderdomspensioenen,
een "wet is van verzekering eïï niet een wet
van bijstand.
Elkeen zal automatisch recht hebben op een
rente, evenredig met de stortingen, welke hij
gedurende zijn loopbaan zal gedaan hebben,
en dan zal het ook gedaan zijn met het on
aangename onderzoeken, betreffende de in
komsten, welke heden aan den voet zijn van
de toekenning van de rentetoeslag. Deze zal dus
trapsgevrijzc verdwijnen, ten voordeele van het
lijfrentebrevet, dat langzamerhand het ware
en het eenige ouderdomspensioen zal uitmaken.
Inderdaad, het rentebrevet, neemt elk jaar
meer en meer toe, vermits het te vormen kapi
taal vermeerdert, naar gelang het aantal ja
ren.
Alzoo zal na achtereenvolgende verminderin
gen, de kostelooze ouderdomsrentetoeslag, van
af het jaar 1972 volkomen verdwijnen.
Een praktische raad volgt uit hetgeen voor
gaat zij die den ouderdom van 65 (jaar in
1972 zullen bereiken, hebben heden 30 jaar.
Het is tijd dat zij denken aan den ouden dag,
zoo zij niet verplicht verzekerde zijn.
Te meer de vrij verzekerden, heden meer dan
30 jaar oud, moeten onmiddellijk stortingen
doen, en zelfs van een hooger bedrag dan 120
of 60 fr., zoo zij later willen dat hun leven
vrij weze van stoffelijke bekommeringen.
Het vooruitzicht is heden een der onontbeer-
lijkste hoedanigheden. Weet men wat morgen
aan ieder voorbehoudt De kleine sommen, re
gelmatig in de lijfrentkas gestort, blijven na
tuurlijk lange jaren zonder interest, maar" zij
zijn van deze, welke nooit verloren gaan.
Welk zal hun waarde zijn, later, wanneer
het leven van ons allen een ouderling heeft
gemaakt, misschien rijk, misschien arm
De waarde van een bijzaak Laat het ons
verhopen wij zullen alsdan ter hulp kunnen
komen aan hen, voor wie zij de waarde heeft
van een onmisbare noodzakelijkheid.
EEN GEBIEDENDE PLICHT
Langen tijd hébben de bedienden en vooral
Üe bankbedienden, zich afzijdig gehouden van
de syndikale beweging.
Veel is aan die toestand gelukkiglijk reeds
verbeterd. Er zijn echter nog veel bedienden
die niet vereenigd zijn, op wie wij in 't bijzon
der beroep willen doen.
Het is dringende noodzakelijkheid meer,
het is een gebiedenden plicht.
Het is een plicht omdat de niet vereenigden
hiet langer mogen teeren op de actie van hen
die streven naar lotsverbetering,
Het is een plicht omdat er voor de bedienden
nog veel verbeteringen moeten bewerkt wor
den.
Het is een plicht omdat alle bedienden el
kaar broederlijk de hand moeten reiken en
solidair moeten zijn in de verdediging hunner
beroepcbelangen.
Solidariteit alleen kan de bedienden verhef
fen en de geestesarbeiders, beter dan wie ook,
moeten dit begrijpen.
Een bediende wordt aanzien als een recht-
streeksche medewerker van zijn patroon en
hij gaat er fier op en tracht dan ook dit ver
trouwen, dat in hem wordt gesteld, waardig te
zijn maar dan is het in de eerste plaats
noodzake'.ijk dat die medewerking naar waar
de worde geschat en dat aan de bediende een
goed bestaan worde verzekerd, een bestaan een
bediende waardig.
Hoeveel bedienden zijn er niet, die, na hun
dagtaak, nog een bijverdienste zoeken tenein
de beter in hunne levensbehoeften te kunnen
voorzien Is het niet betreurenswaardig dit te
moeten bestatigen Een bediende heeft toch
ook recht op rust en ontspanning
Daarom is de solidariteit onder de bedien
den meer dan ooit geboden.
Gewestelijke Paritaire Commissies voor het
Bankwezen komen tot stand en de afgevaar
digden der bedienden moeten bankbedienden
zijn verbonden aan een bankinstelling der
streek. Waarom mogen die afgevaardigden
geen vertegenwoordigers zijn van de verschil
lende bediendenorganisaties, die vrijelijk hun
ne meening kunnen uitbrengen Wij zijn er
van overtuigd, dat de bedienden daar niet met
akkoord gaan en dat zij wenschen hunne be
langen te zien verdedigen door hunne syndi
kale leiders in wien ze hun vertrouwen schen
ken.
Wij moeten ons aanpassen aan de moderne
eischen van onze samenleving en ook de hee-
ren patroons moeten dit begrijpen, niet alleen
voor de werklieden, maar ook voor de bedien
den.
Een innige, vruchtdragende samenwerking
is meer dan noodzakelijk, maar de echte soli
dariteit onder alle bedienden is een gebieden
de plicht.
Steunt onze actie.
Sluit aan bij A.B.S. (Algemeene Bedienden
Centrale), Albertlaan, 65b, C-ent.
iJWWi.h Min," iiagsaEsa
De deelgenooten zijn bijeengekomen in alge
meene vergadering op Zondag 21 Maart, onder
het Voorzitterschap van den Heer Ad. Raout,
Voorzitter, die de vergadering op de hoogte
bracht van den staat van vooruitgang der wer
ken. Deze zijn bijna voleindigd. De bestellingen
van beddegoed en meubels zijn gedaan en men
mag voorzien dat de officieele opening einde
Juni of begin Juli, zal plaats hebben. Er werd
besloten, den oproep bij de liberalen te verste
vigen, ten einde gelden te verzamelen. De uit
breiding van het primitief programma en de
verhooging der prijzen van- de materialen, als
ook van de loonen, zijn de oorzaak van de over
schrijding der voorzieningen.
Deze instelling, bestemd om de zwakke kin
deren, van beide geslachten, van 6 tot 14 jaar
op te nemen, eerst opgericht voor 100 bedden,
zal in werkelijkheid 134 bedden begrijpen,
waarvan 20 voor de quarantaine en 10 voor de
afzonderingskamers, in geval van besmettelijke
ziekte.
De oprichting van dit preventorium beant
woordt aan een dringende noodzakelijkheid. Zij
verwezenlijkt het doel der onophoudende
krachtinspannigen van de liberale mutualisten
en volmaakt hun sociale inrichting.
De vergadering heeft haar volledig akkoord
gegeven op de maatregelen aoor het bureel ge
nomen, en geeft hem haar vertrouwen aan
gaande de benoeming van het personeel.
AALST KERMIS.
Het Stedelijk Feéstkomiteit verzoekt hiermee
de Maatschappijen die feesten op het Kermis-
programma willen vermeld zien, hun aanvraag
te sturen aan den Sekretaris M. Felix De
Looze, Brusselschestraat of den Feestbestuur»
der Mr. Alfred Kelders, Kattestraat, 23, t.s.,
voor 1 Mei a.s.
Na dien datum worden geen aanvragen moer
in aanmerking geiionwn.
(Vervolg)