Toen Rex klein was Aan de Bedienden g»j vooruitziende WAARHEIÖ Ouderdomspensioenen Ket Liberaal Mutualis- tisch Preventorium. TWEEDE BLADZIJDE want de golfslag doet op de hoogte van de wa terlijn een inkeeping ontstaan in het ijs, en op den duur vormt zich een voetstuk met een onder water afgeschaafd gedeelte, dat zich op grooten afstand van den ijsberg kan voortzet ten. Het feit, dat het grootste gedeelte van de ijsmassa zich onder water bevindt, doet de richting van de ijsbergen voor een groot deel afhangen van de stroomingen van de zee, maar eene krachtige wind is in staat den berg van koers te doen veranderen en op deze wij ze draagt ook de windrichting er veel toe bij of zich een bepaald jaar veel of weinig ijsber gen in den Atlantischen Oceaan bevinden. Door de drukke scheepvaart leveren de ijs bergen hier dan ook het grootste gevaar op en ook de «Titanic» is door een van deze verra derlijke ijsmassa's te gronde gagaan. PERSONEN VAN BETEEKENIS AAN BOORD Voor den tijd van het jaar had de «Titanic» een zeer groot aantal passagiers, want April is meestal een slappe tijd voor het transatlan tische personenvervoer der Westwaarts varen de booten. Odder de opvarenden waren veel personen van beteekenis Kolonel en Lady Astor, die juist van een Egyptische reis terug keerden Benjamin Guggenheim, lid der be kende Newjorksche bankiersfirma Majoor Archbald Butt, die een bezoek bij den Paus had afgelegd om hem brieven van President Taft aan te bieden de bekende theaterdirek- teur Harris de h. Ismay, President der Whi te Star Line, tot welker vloot ook de «Titanic» behoorde de journalist en vredesapostel Stead Jhr. Reuchlin, bestuurder van de Hol- land-Amerikalijn en vele anderen. DE DRIJVENDE STAD De naam van het titanische schip hield reeds een aanwijzing in zich voor de bedoeling, die reeders en bouwers met zijn bouw hadden. Men wilde een geweldig zeekasteel bouwen, een vaartuig, dat met recht naam mocht ma ken op «drijvende stad». Het was een tijdelijke woning voor velen, ingericht naar de laatste eischen des tijds, met behulp van de nieuwste technische hulpmid delen op scheepvaartgebied. Het vertrek van het vlaggeschip uit de haven van Southamp ton was voor de White Star Line een ware triomf. Nooit te voren had men in de geschie denis der handelsmarine zoo'n groote over winning van scheepsbouwkunde gezien, als op het oogenblik, dat de «Titanic» Southampton verbet, en de Solent afstoomde. Het reuzen- schip had de volgende afmetingen de lengte was 882 voet, de breedte 92 voet, de hoogte 105 voet. Het schip had elf stalen dekken boven elkaar, terwijl men een afstand van 9 km. moest afleggen, om het heele schip rond te loopen. De inrichting was in een woord schit terend. Zoowel in de derde als in de eerste klasse was alle komfort aanwezig. De machi nes hadden een kracht van 46.000 p.k. en voor Onder het doorluchtig beheer van Denis luk te het soirés dan ook nooit, de twee eindjes aan elkaar te knoopen. En tenslotte moest Bluff er wel toe besluiten, dat zouteloos tijd schrift op te geven. Later zal hij echter pro- beeren het weer op te visschen onder de ver momming van Rex Illustré. Men zou wel moe ten gelooven, dat het niet beter ging. want dat afkooksel is eveneens roemloos verdwenen. Ik heb de naam van Lebeau genoemd, zon der dien deftigen en dikbuikigen heer te heb ben voorgesteld. Stel u een dik en groot lijf op korte beenen voor een vette hals die op duikt uit twee ronde schouders, en op dien hals dan een gezicht dat gebjkt op een struis vogelei en versierd is met een klein mondje, een klein blond snorretje, een klein wipneusje, hoogerop een soort kruin, die sedert twintig jaar regelmatig uitgeroeid is, en lager een klein kinnetje waaraan een zusje van een kin netje zich verraderlijk vastklampt. De heele verschijning wasemt kalme rust uit. En toch heeft die Lebeau van alles meegemaakt bij Rex Het kon hem echter niet schelen hij bleef steeds goed gehumeurd, beleefd, bezadigd, een beetje plechtstatig in zijn hoffehjkheid. Daarenboven was hij volkomen vertrouwd met het beheer en de boekhouding die op zijn schouders rustten hij had rechtvaardig heidsgevoel, veel hart. was een kerel die altijd gereed stond om «de weezen en de weduwen» ter hulp te vliegen. Dat Bluff niet eerder «op zijn gat gevallen is», om zijn eigen kiesche uitdrukking te gebruiken, is hij grootendeels verschuldigd aan Lebeau. Want deze heeft al les gedaan wat menschelijkerwijze mogelijk was om de instorting van de Rex-uitgaven te gen te houden die zonder Bluff trouwens nooit in elkaar gestort zouden zijn. Lebeau hield het stuur vast in de moeilijke doorgan gen. en menige keer bracht hij zegerijk een schip, dat reeds water dronk, terug in de ha ven. Maar zoodra dat schip in het droog dok was, haastte Bluff zich om met groote bijlsla gen een nieuw lek in de romp te slaan, die Lebeau dan wederom moest dichtmaken. On gelukkig kan men iets niet eeuwig kalefate ren. Tien keer, honderd keer, duizend keer heeft Lebeau Bluff toegesclireeuwd dat hij tenonder ging. naar den afgrond liep. En Bluff antwoordde Dank u. Lebeau, van harte dank En hij schonk hem een exem plaar van zijn boeken met een opdracht «aan mijn besten medewerker». Doch nauwelijks had Lebeau z'n hielen gelicht, of Bluff be sloot een nieuwe krant zonder lezers uit te ge ven, beval een boek op 25.000 exemplaren te drukken, waarvan hij er misschien 10.000 zou kunnen verkoopen en overblolte arme drom mels met verbazende beloften. Naast Lebeau troonde eenigen tijd een zeke ren Rézette, die goed op de hoogte van zijn vak was, maar smaak-, reuk- en kleurloos, ge lijk het water. De wethouder van Burgemees ter Lebeau, was de jonge Marcel Jacoby, die sindsdien in rang verhoogd is. naar het schijnt. Met zijn somber oog en zijn weerspannige lok op het voorhoofd, was hij inderdaad een goeië kerel, zeer stipt, en vreeselijk wilskrachtig in het bewaken van zijn gereserveerde jacht iets waarin hij op verre na geen ongelijk had. Er bestaat een reeds oude gewoonte, die wil dat de menschen hun goederen verzekeren te gen de gevaren van brand. Zij heeft zich ver algemeend in alle middens en nochtans, de brandrampen worden gelukkiglijk al meer en meer zeldzaam. In het domein der mutualiteit, zou het na rijp overleg, niet anders mogen wezen. Het familiehoofd, terzelfdertijd bekommerd uaSia ufra U3 3soo.n1 ufiz uba piaqpuozaS ap ïaui belangen, zou geen oogenblik mogen aarzelen. Zich in een maatschappij van onderlingenbij- stand te doen inschrijven, ten einde bevrijd te Zijn tegen de slagen van het noodlot. Praktischerwijze, helaas, is het altijd zoo niet gesteld. Hcc dikwijls hoort men niet de volgende redeneering. wanneer men de voor deden van de mutual,:: t doet uitschijnen Ik ben nooit ziek, noch iemand van mijn ge- het opwekken van stoom beschikte men over 159 ovens en 29 stoomketels. Het schip werd in Belfast gebouwd. De kiel werd in 1908 gelegd en in den zomer van 1911 het schip van stapel. De geheele bouw van het schip was van dien aard, dat men zich bijna niet kon voorstellen, dat zulk een gevaar te kon vergaan. Toch heeft één drijvende ijs berg het tot zinken gebracht. Het kommando over het schip werd gevoerd door kapitein Smith, een ervaren zeeman, die reeds 38 jaar bij de «White Star Line» in dienst was. DE REIS ONDER ONGUSTIGE OMSTANDIGHEDEN BEGONNEN De reis van de «Titanic» was reeds onder ongustige omstandigheden begonnen, want reeds bij de waterleiding stond het schip aan een groot gevaar bloot. Door de geweldige zuiging die het veroorzaakte, waren de 7 ka bels, waarmee een ander schip aan de kade vast lag, als towtjes gebroken, en werd het in de richting van de «Titanic» gezogen. Beide schepen kon men nog juist bijtijds van elkaar houden, en zoodoende een botsing voorkomen. Oorspronkelijk ging de reis vrij langzaam omdat de kompassen nog geregeld moesten worden, maar verder ging alles toch zeer voor spoedig. Het weer was mooi en de zee was rustig. Geen bijzonderen deden zich voor tot den bewusten nacht van 15 April. DE FATALE SCHOK Zondagavond 14 April, voelden de reizigers een lichten schok, die spoedig door een twee den gevolgd werd. De machines stopten bijna onmiddellijk op het dek verschenen eenige belangstellenden, die geenerlei gevaar ver moedden en naar de oorzaak van het stilhou den der machines vroegen. Aan hen, die in de rookkamer een partijtje kaart speelden, vroeg men, of ze iets wisten, maar men was reeds zoo gewend geraakt aan het trillen der machi nerieën, dat men de schokken ternauwernood bemerkt had. Men had wel een reusachtigen ijsberg gezien, waar het schip vlak langs ge gaan was. De passagiers, die nu toch door het stilhouden der machines wakker geworden waren, kwamen naar het dek, waar ze merk ten, dat het schip schuin overhelde. Eenige oogenblikken later klonk het sein Alle pas sagiers met den reddinggordel aan dek De avond was buitengewoon kalm en niemand vermoedde nog eenig onraad. Spoedig daarop zag men echter, dat de zeilen van de redding booten afgehaald werden en de mannen, die ze naar beneden moesten laten, zich er naast opstelden. Daarna weerklonk een tweede be vel Alle mannen van ae booten weg, alle vrouwen en kinderen in de booten De boo ten laaiden langzaam naar beneden. Hartver scheurende tooneelen deden zich voor, een aantal vrouwen wilden hun echtgenoot niet verlaten en liever met hen in de golven omko men. Toch ontstond er volgens ooggetuigen geen paniek daar de menschen ternauwernood beseften aan welk gevaar zij blootstonden. Hij was alleen maar een beetje te veel behelpt met de manier (tengevolge van zijn omgang met Bluff) om te gelooven dat het gebeurd was. Rond die groote bazen bewoog zich een volk je van secretarissen, typisten, propagandisten en inpakkers, deze laatsten onder het bevel van den commodore Edward Vanderstappen. die, geel gelijk een citroen en mager als een graat, zijn onderdanen met harde hand be stuurde, uitgezonderd den ouden Michel, de ken der firma, van wien allen hielden. Het is een feit, dat de hofhouding van Rex absoluut onevenredig was aan zijn inkomsten, zooals het trouwens louter krankzinnigheid was, kranten uit te geven waaraan men hoo- pen geld verloor. Maar zulke laag-bij-de- grondsche beslommeringen waren de hooge in tellectualiteit van meneer Bluff onwaardig. Te meer nog daar Bluff met zulk een schaar me dewerkers kon uitschreeuwen Dertig vaste bedienden We kwamen weldra tot de overtuiging (uit gezonderd den triestigen Denis) dat Bluff ten onder ging aan grootheidswaanzin. Zijn kwaal was niet zonder gevaar voor de toekomst van ons uitgeversbedrijf. Zijn megalomanie werd een onloochenbaar feit. toen hij aan de ver stomde «massa's» kond deed dat «Rex georga niseerd was precies gelijk een fabriek». En welk een fabriek dan nog De helft van het personeel kreeg om de week een andere taak toegewezen, de «vaste medewerkers» speelden haasje-over of een partij boston in het bureel van ae Collection Nationale. Diezelfde «vaste bedienden» werden weldra door Bluff omge schapen in «helden, die hun gansche leven aan Rex wijden», in «voormannen», en ten slotte in «de keurbende van het vaderland». Later oordeelde de aartsengel Raphael Sindic, dien wij le dépité de Bruxelles noemenden, die benamingen onvoldoende en hij bazuinde uit dat hij, Sindic, deel uitmaakte van «de keur uit de keurbende». Later echter haalde hij ook dat record neer ik vond in de druk kerij van A ver bode de drukproef van een ar tikel van onzen Sindic. dat deze voorzichtig heidshalve niet aan den hoofdredacteur had laten lezen, en dat godvruchtig getiteld was «De keur uit de keur van de keurbende». Wie zou het hem nazeggen ik schrapte een «keur», maar Bluff vond het een schitterende titel en griende in den telefoon, dat men in geen geval aan dien titel mocht raken. Op zekeren dag kwam Bluff in het kinder bed van een buitengewoon artikel, waarin be weerd werd «Wij betalen onze menschen ko ninklijk. Verleden jaar hadden wij bij Rex tien voormannen thans hebben we er vijftig, die onze buree'en bevolken met hun vurige en vastberaden jeugd... Hij antwoordde niet op mijn vraag, of de oude Michel ook een «voor man» was en of we eveneens «de vurige en vastberaden jeugd» van dien braven, grijzen inpakker moesten volgen Maar toen ik stuip lachend vroeg «En de typistes antwoordde hij «De typistes Natuurlijk... de typistes... We'nu, we mogen niet over het hoofd zien, dat ze het beste van haar zelf aan hun werk ge ven. Ze hebben recht op ons aller bewonde ring. De typistes van Rex zijn voormannen...» zin waarom geld uitgeven zonder nut Dit is, dient gezegd, een zeer slechte specu latie. Is men altijd zeker van morgen, en is het niet geraadzamer, onder opzicht van gezond heid, trachten te betalen voor anderen dan voor zich zelf Vandaag zijt gij gezond en sterk. Morgen kunt gij door de ziekte zijn neergeveld. Zoo zij U persoonlijk spaart, zal zij altijd uw vrouw en kinderen sparen, en zijt gij zeker, ze wei- gezond te vinden, wanneer gij 's avonds te huis komt. Hebt gij dan reeds gedacht aan de materiee- le gevolgen van uw onvoorzichtigheid, en aan de hooge uitgaven welke gij U zult moeten ge troosten om de gezondheid terug te krijgen Het zal te laat zijn om te zeggen Ach zoo ik zulks had geweten... En er blijft U niets anders over dan het eereloon te betalen van de artsen, welke hun 2orgen hebben ver leend. Zoo gij spaarpenningen hein. stuiver voor stuiver bijeengeraapt, zult pij zien smel ten als sneeuw voor de zon. De toestand kan nog erger wezen zoo de ekonomische crisis U treft, en dat het .familiebudget, reeds slecht in evenwicht, nog deze nieuwe lasten zal moeten dragen. Al de noodlottige gevolgen hiervan, zullen op uw familie neerkomen, die zich mis schien zeer zware ontberingen zal moeten ge troosten ten gevolge van uw gemis aan voor uitzicht. En nochtans, er bestond een zeer eenvoudige oplossing de stortingen van een wekelijksche bijdrage, tot het strikt minimum gebracht, zou U toegelaten hebben uw toevlucht te nemen tot de zoo zeer uitgebreide diensten van de mutualiteit. Wij kunnen het niet genoeg herhalen, en voornamelijk aan de familiehoofden en jonge gezinnen, dat, ten huidige dage, deeluitmaken van een maatschappij van onderlingenbijstand, een noodzakelijkheid is geworden. Gij alien die ait zult lezen, peinst vooral aan de droeve gevolgen, welke uit uw onbe zorgdheid kunnen voortspruiten. Vergeet niet, dat de tuberculosis en kanker, om enkel deze twee vreeselijke geesels van het menschdom te vermelden, U en uw gezin beloeren. Uw plicht is mutualist te zijn De Liberale Mutualiteit EDWARD PE- CHER werkt in al de gemeenten van het kanton Aalst. Herzele, Ninove, enz. De liberale mutualist geniet van al de voordeelen aan de mutualisten van andere partijen toegekend, en mag het verzekeren, aan voordeelige voor waarden, zoowel op gebied van bijdragen, als op dit van vergoedingen. Laat U inlichten, sluit U aan bij uw eigen organisatie, uw eigen huishouden ten bate. Li berale Mutualiteit «Edward Pecher», Hoofdze tel 12, Windmolenstraat, te Aalst. Het blijkt meer en meer, dat er gaping komt tusschen den Waalschen Rex-fuhrer Degrelle en dezes Vlaamschen luitenant Paul De Mont. Naar we in «De Nieuwe Staat» lezen is Rex- Vlaanaeren deze week vergaderd om stelling te nemen inzake de amnestie. Ziehier het standpunt dat ze volgens het blad innamen Wij spreken ons uit voor volledige amnes tie Wij drukken er op, dat wij daardoor geen stelling verlangen te nemen tegenover het ak- tivisme onze beslissing simt noch goedkeu ring, noch afkeuring in. Voor ons is het akti- visme het verleden, een verleden waarmede wij, als nieuwe beweging, geen uitstaans wil len hebben Zwemmen en duikelen staat dus aan de dag orde bij de Vlaamsche rexisten. De vrienden van het V.N.V. mogen immers niet tegenge werkt worden. De rexisten zijn die als tusschenpersonen moeten dienen om de V.N.V.-ers niet als anti- Belgen te doen doorgaan, ondanks de verkla ringen door den leider en anderen gedaan, on danks hun streven naar een Dietschen Staat. De ECHTE WAARHEID blijkt dus nogmaals dat Degrelle er twee maskers op nahoudt om comedie te kunnen spelen. Bij de Walen zal hij zeker de opvatting van «De Nieuwe Staat» op het gebied van amnestie niet durven voorstellen Dat is goed om kort- ziende Vlamingen bij den neus te leiden. Zoo denkt Rex zijn vrienden in beide kampen te bewaren. Mis jongen, de openbare meening zal niet blind blijven. Wij willen de kwajongens niet beter bestem- pe'en, die zich bezig hielden met het besmeu ren met teer van de vertaalde straatnamen of Pransche opschriften, die nevens Vlaamsche prijken op muren; afsluitingen, uithangborden, enz. Het schandalige is daarbij, dat men het noo- dig heeft geacht een 15-tal reddingsboeien, door een private maatschappij aan de bevol king gesteld om levens te redden eveneens heeft besmeurd, omdat het niet noodig is dat de gebruiksuitleg ook in het Fransch wordt aangegeven. Gelukkig zijn er een twaalf-tal van die indi viduen gekend. Wij kunnen slechts vragen dat er met alle noodige strengheid tegen zulk vandalisme wordt opgetreden. Misschien zullen die menschjes dan begrijpen dat zij meer slecht doen aan hun zaak dan goed. Wij zijn volledig t'akkoord met die woorden meer nog, wij willen den voorzitter van de Bel gische reddersmaatschappij een goeden raad ge ven Geheel de bende vernielers ter verant woording roepen... en doen betalen DE NOODZAKELIJKHEID DER STORTINGEN. De kwestie der ouderdomspensioenen is het meest treffend voorbeeld van de sociale vraag stukken, welke in het algemeen de meerder heid van de personen, die den ouderdom van veertig jaar niet overschreden hebben, gansch onverschillig laten. Zij is nochtans van zeer groot belang, want de wet, welke het verleenen van de ouderdoms pensioenen regelt, is een wet, welke zich op 'n groot aantal jaren uitstrekt, en zij dient gron dig onderzocht, want haar huidige toepassing is slechts een overgangsperiode, dan wanneer veel personen haar definitief denken. Het be hoort, dat iedereen wete, en dit, in zijn eigen belang, wat het ouderdomspensioen waarlijk is, volgens den geest van de wet, en welke de verplichtingen zijn aan dewelke men zich, van af heden moet onderwerpen, om later van het pensioen te kunnen genieten, hetzij binnen 20, 25 of zelfs 30 jaren. Wij laten buiten deze studie de personen, ge zegd «verzekeringsplichtigen», het is te zeggen zij, waarvan de beroepsbezigheden, door een werkovereenkomst geregeld zijn. De afhoudin gen op de loonen worden regelmatig gedaan en verplichtend door den werkgever. Wij willen spreken van al de andere perso nen, welke niet in dienstverband staan, alsme de van de vrouwen, welke zich meestal met het huishouden bemoeien. Volgens de wet, worden deze personen aan zien als «vrijwillige verzekerden». Om gebeurlijk later van het ouderdomspen sioen te kunnen genieten, moeten zij regelma tig elk jaar de volgende stortingen doen, in de Algemeene Spaar- en Lijfrentkas Mannen 120 fr. Vrouwen 60 fr. Werkloozen 60 fr. Er dient opgemerkt te worden dat deze stor tingen. op een tijdperk van 12 maanden moet verdeeld worden. Zullen de vrijwillige verzekerden, welke aan deze verplichtingen hebben voldaan, voorzeker en automatisch van het ouderdomspensioen ge nieten. Neen, en ziehier waarom Wat men in het algemeen «ouderdomspen sioen» heet, bevat in werkelijkheid twee deelen gansch verscheiden. 1) LIJFRENTEBREVET, Dit is, hetzij ge zegd om te vereenvoudigen, de interest van de gedane stortingen, het bedrag ervan, wordt uit betaald door de Algemeene Spaar- en Lijfrent kas, op aanvraag, ingediend, bij middel van formulier 09, verkrijgbaar in alle postkantoren. Al degenen, die stortingen hebben gedaan, kun nen er aanspraak op maken, welk ook het be drag hunner inkomsten weze. 2) KOSTELOGZE OUDERDOMSRENTE TOESLAG. Wordt verleend door het Minis terie van Arbeid en Sociale Voorzorg, maar al leen aan de gerechtigden waarvan de inkom sten de sommen niet overtreffen, door een ba- rema vastgesteld, en voor zooveel de door de wet voorziene regelmatige stortingen zijn ge daan geweest. De kostelooze ouderdomsrentetoeslag wordt aangevraagd, door tusschenkomst van den ont vanger der belastingfen van het resoort van be'anghebbende. De schikkingen betrekkelijk den ouderdoms rentetoeslag, deze welke vooral de verzekerden aanbelangen, zijn juist deze overgangsbepa lingen, waarvan wij hooger spreken. Wat de wetgever vooral geleid heeft, is, dat elkeen regelmatig proeven geeft van vooruit zicht tijdens zijn '.even en door regelmatige stortingen er toe kome, zich op den ouderdom van 65 jaren, een kapitaal te vormen, dank aan hetwelk de Staat, hierin de rol van verzeke ringsmaatschappij vervullende, hem jaarlijksch een rente betale, waarvan het bedrag te bepa len is. Het is zelfsprekend dat de Staat van zijnen kant, tusschenkomst in de vorming de zer rente, maar men mag niet uit het oog ver liezen. dat de wet op de ouderdomspensioenen, een "wet is van verzekering eïï niet een wet van bijstand. Elkeen zal automatisch recht hebben op een rente, evenredig met de stortingen, welke hij gedurende zijn loopbaan zal gedaan hebben, en dan zal het ook gedaan zijn met het on aangename onderzoeken, betreffende de in komsten, welke heden aan den voet zijn van de toekenning van de rentetoeslag. Deze zal dus trapsgevrijzc verdwijnen, ten voordeele van het lijfrentebrevet, dat langzamerhand het ware en het eenige ouderdomspensioen zal uitmaken. Inderdaad, het rentebrevet, neemt elk jaar meer en meer toe, vermits het te vormen kapi taal vermeerdert, naar gelang het aantal ja ren. Alzoo zal na achtereenvolgende verminderin gen, de kostelooze ouderdomsrentetoeslag, van af het jaar 1972 volkomen verdwijnen. Een praktische raad volgt uit hetgeen voor gaat zij die den ouderdom van 65 (jaar in 1972 zullen bereiken, hebben heden 30 jaar. Het is tijd dat zij denken aan den ouden dag, zoo zij niet verplicht verzekerde zijn. Te meer de vrij verzekerden, heden meer dan 30 jaar oud, moeten onmiddellijk stortingen doen, en zelfs van een hooger bedrag dan 120 of 60 fr., zoo zij later willen dat hun leven vrij weze van stoffelijke bekommeringen. Het vooruitzicht is heden een der onontbeer- lijkste hoedanigheden. Weet men wat morgen aan ieder voorbehoudt De kleine sommen, re gelmatig in de lijfrentkas gestort, blijven na tuurlijk lange jaren zonder interest, maar" zij zijn van deze, welke nooit verloren gaan. Welk zal hun waarde zijn, later, wanneer het leven van ons allen een ouderling heeft gemaakt, misschien rijk, misschien arm De waarde van een bijzaak Laat het ons verhopen wij zullen alsdan ter hulp kunnen komen aan hen, voor wie zij de waarde heeft van een onmisbare noodzakelijkheid. EEN GEBIEDENDE PLICHT Langen tijd hébben de bedienden en vooral Üe bankbedienden, zich afzijdig gehouden van de syndikale beweging. Veel is aan die toestand gelukkiglijk reeds verbeterd. Er zijn echter nog veel bedienden die niet vereenigd zijn, op wie wij in 't bijzon der beroep willen doen. Het is dringende noodzakelijkheid meer, het is een gebiedenden plicht. Het is een plicht omdat de niet vereenigden hiet langer mogen teeren op de actie van hen die streven naar lotsverbetering, Het is een plicht omdat er voor de bedienden nog veel verbeteringen moeten bewerkt wor den. Het is een plicht omdat alle bedienden el kaar broederlijk de hand moeten reiken en solidair moeten zijn in de verdediging hunner beroepcbelangen. Solidariteit alleen kan de bedienden verhef fen en de geestesarbeiders, beter dan wie ook, moeten dit begrijpen. Een bediende wordt aanzien als een recht- streeksche medewerker van zijn patroon en hij gaat er fier op en tracht dan ook dit ver trouwen, dat in hem wordt gesteld, waardig te zijn maar dan is het in de eerste plaats noodzake'.ijk dat die medewerking naar waar de worde geschat en dat aan de bediende een goed bestaan worde verzekerd, een bestaan een bediende waardig. Hoeveel bedienden zijn er niet, die, na hun dagtaak, nog een bijverdienste zoeken tenein de beter in hunne levensbehoeften te kunnen voorzien Is het niet betreurenswaardig dit te moeten bestatigen Een bediende heeft toch ook recht op rust en ontspanning Daarom is de solidariteit onder de bedien den meer dan ooit geboden. Gewestelijke Paritaire Commissies voor het Bankwezen komen tot stand en de afgevaar digden der bedienden moeten bankbedienden zijn verbonden aan een bankinstelling der streek. Waarom mogen die afgevaardigden geen vertegenwoordigers zijn van de verschil lende bediendenorganisaties, die vrijelijk hun ne meening kunnen uitbrengen Wij zijn er van overtuigd, dat de bedienden daar niet met akkoord gaan en dat zij wenschen hunne be langen te zien verdedigen door hunne syndi kale leiders in wien ze hun vertrouwen schen ken. Wij moeten ons aanpassen aan de moderne eischen van onze samenleving en ook de hee- ren patroons moeten dit begrijpen, niet alleen voor de werklieden, maar ook voor de bedien den. Een innige, vruchtdragende samenwerking is meer dan noodzakelijk, maar de echte soli dariteit onder alle bedienden is een gebieden de plicht. Steunt onze actie. Sluit aan bij A.B.S. (Algemeene Bedienden Centrale), Albertlaan, 65b, C-ent. iJWWi.h Min," iiagsaEsa De deelgenooten zijn bijeengekomen in alge meene vergadering op Zondag 21 Maart, onder het Voorzitterschap van den Heer Ad. Raout, Voorzitter, die de vergadering op de hoogte bracht van den staat van vooruitgang der wer ken. Deze zijn bijna voleindigd. De bestellingen van beddegoed en meubels zijn gedaan en men mag voorzien dat de officieele opening einde Juni of begin Juli, zal plaats hebben. Er werd besloten, den oproep bij de liberalen te verste vigen, ten einde gelden te verzamelen. De uit breiding van het primitief programma en de verhooging der prijzen van- de materialen, als ook van de loonen, zijn de oorzaak van de over schrijding der voorzieningen. Deze instelling, bestemd om de zwakke kin deren, van beide geslachten, van 6 tot 14 jaar op te nemen, eerst opgericht voor 100 bedden, zal in werkelijkheid 134 bedden begrijpen, waarvan 20 voor de quarantaine en 10 voor de afzonderingskamers, in geval van besmettelijke ziekte. De oprichting van dit preventorium beant woordt aan een dringende noodzakelijkheid. Zij verwezenlijkt het doel der onophoudende krachtinspannigen van de liberale mutualisten en volmaakt hun sociale inrichting. De vergadering heeft haar volledig akkoord gegeven op de maatregelen aoor het bureel ge nomen, en geeft hem haar vertrouwen aan gaande de benoeming van het personeel. AALST KERMIS. Het Stedelijk Feéstkomiteit verzoekt hiermee de Maatschappijen die feesten op het Kermis- programma willen vermeld zien, hun aanvraag te sturen aan den Sekretaris M. Felix De Looze, Brusselschestraat of den Feestbestuur» der Mr. Alfred Kelders, Kattestraat, 23, t.s., voor 1 Mei a.s. Na dien datum worden geen aanvragen moer in aanmerking geiionwn. (Vervolg)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Liberaal | 1937 | | pagina 2