P
I
w/xH HET ARRÖNDfSSEMENTAfiLsr
B E RA AL, D E SOCRATISCH W EEK I
Prijs o centiemen het nummer
Vyfde Jaargang Nummer 19
Zon<latr 8 Mei 1910
WILLEMSFONDS.
Kruispiauting.
Eene vossenstreek
van M. Woeste.
Zij doen eens afsland
van rijkdom en genot.
In Memoriam.
Op de koorde.
Moordenaars.
«BT-ff: "r -XTC"^'"-T T •wjte*—'"-.V ""Hf UiMI I|IWi^..i
Abonnementsprijs 3 fr. voor de stad en den buiten voorop betaalbaar
Men abonneert zich op alle postkantooren voor den buiten
voor de stad, ten kantore van het blad, Groote Markt, 1, Aalst.
Prijs der Annoncen: Alamen 75 centiemen per drukregel
Dikwijls te herhalen annoncen, prijs volgens overeenkomst.
Vonnissen op de derde bladzijde, 2 trank
AALST, 7 MEI 18IO.
De kostelooze boekerij van het Wil
lemsfonds, afdeeling Aalst, gevestigd
Graaf Egmont Groote Markt, is
alle zondagen open van 101/2 tot
111/2 ure voormiddag.
De hulpboekerij te Nieuwerkerken,
bij Madame W* Van Sande, is open
alle Zondagen van 7 tot 8 ure 's mor
gens.
Heden Zondag 8 Mei heeft de kruisplanting
plaats op het graf van den diepbetreurden
Lodcwyk D'hacseleer
Voorzitter van de liberale Wykclubcc De
moedige StrijdersBestuurslid van het
Ondersteuningsfonds tegen Werkeloosheid,
Vaandeldrager van den liberalen Werk-
manskring en lid van den Onderlingen By-
stand Eerbied en Recht voor Allen
Het kruis wordt uitgehaald ten lokale
De Moedige Strijders te 3 uur namiddag.
Dé verschillende besturen rekenen er op
dat de leden van den liberalen Werkmans
kring, van het Ondersteuningsfonds tegen
Werkeloosheid,Onderlingen Bijstand en libe
rale Wykclubben het ten plicht zullen reke
nen die kruisplanting by te wonen, en een
laatste blijk van erkentelijkheid te bewijzen
aan den ons te vroeg ontrukten vriend en
strijder.
De leden vergaderen op den Grooten
Bolleweg ten 21/2 ure namiddag.
De fanfarenmaatschappij Les Vrais Amis
Constants neemt op Maandag 16 dezer
deel aan het Festival van. St-Joost-ten
Noode, en zal een Concert geven op het
kiosk der Rogier Plaats (rechtover de Noord
statie) om 6 uren namiddag.
Men schrijft in bij den Secretaris der
Maatschappij M. Corn, van Brantghem tot
Donderdag 12 Mei.
Men zal-uit Aalstom 12,46 vertrekken.
Iedereen weet, dat, dank zij de
standvastige pogingen van M. Meche-
lynck en van zijne liberale collegas
der Kamer, het goevernement er ein
delijk toe verplicht geweest is zelve
een wetsontwerp voor te dragen stren
ge straffen bepalende tegen de leden
der gemeentebesturen en der Schepen
colleges, die zich schuldig maken aan
geknoei bij het opmaken der kiezers
lijsten.
Uit de nieuwe wet welke nu bepaald
gestemd is geworden door de beide
wetgevende Kamers van Senatoren en
Volksvertegenwoordigers, halen wij
hier art. 210TER aan, waarvan het op
stel uitgaat van den minister van Justi-
cie het luidt als volgt
Art. 210ter. - - Elk lid van een schepen
college, elk gemeenteraadslid, die, bij het
uitoeienen der kiesrechtsmacht op een
door hem uitgebracht verslag,
ten onrechte het zy eene aanvraag tot in
schrijving op de lysten doet verwerpen,
betzy de inschrijving of de schrapping van
een kiezer, de vermeerdering of ae vermin
dering van het getal zyner stemmen doet
voorschrijven, door, te dien einde, te steu
nen op of gebruik te maken van stukken 0 f
bescheiden welke hy wist te zijn vervalscht
door verandering, weglating of toevoeging,
ge.fabrikeerd of denkbeeldig t<- zijn, wordt
gestraft met eene gevangenisstraf van
driemaanden tot vijfjaar.
Men gelieve op te merken, dat vol
gens artikel 77 der kieswet de colle
ges van burgemeesters en schepenen
moeten uitspraak doen over al de re-
klamatien in openbare zitting op een
verslag uitgebracht door een lid
van het Schepencollege.
Welnu, wat heeft M. Woeste ge
daan Vrijdag laatst, 29 April, wan
neer de Kamer van Volksvertegen
woordigers moest overgaan tot de ein-
(Jelijke stemming der nieuwe wet,
heeft M. Woeste zich onthouden en
hij heeft zijne onthouding in dezer
voege gerechtvaardigd
M. Woeste. «Ik heb niet vóór
gestemd om dat ik, ziek zijnde toen de
eerste stemming plaats had,- de gele
genheid niet heb gehad, de kritische
opmerkingen te maken, welke art. 210
ter uitlokt, ik heb niet tegen ge
stemd omdat dit artikel de overtreding
doet afhangen van een verslag uit te
brengen door het schepencollege of
den gemeenteraad dat dit ver
slag niet noodig is, dat, inderdaad
de schepencolleges de aangeboden dos
siers van reklamatien mogen onder
zoeken en wel zullen doen te onder
zoeken ponder dat een lid van het col
lege op voorhand een verslag opmake
en aldus deze wettelijke bepaling
bij gemis aan de hoofdelijke voor
waarde in feite zonder toepassing
zal moeten blijven.
Is dat geene verachtelijke en verre
gaande onbeschaamdheid
M. Woeste stelt zich openlijk aan
tot leermeester en leidsman van de
knoeiers en bedrogplegers en zegt
hun
Het is voldoende geen verslag op te
maken, om aan de straffen door de
wet bepaald te ontsnappen
2 Mei 1910. Jules RENS,
Volksvertegenwoord iger
De klerikalen vreezen het ergste van den
storm, dien feitelijk zy zei ven hebben doen
opsteken tegen de kloosters.
'Dat ziet ge genoeg aan de moeite die ze
doen om den indruk weg te nemen, als zou
het miljoen dat zij zooeven uit de staatskas
pakten niet heelemaal terecht komen zal in
ae bodemlooze coffres-forts der arme
kloosters.
Met het amendement van den heer Coppie-
ters te stemmen bekennen ze, dat ze belogen
en bedrogen hebben, als ze beweerden, dat
ze hier enkel op de belangen van de vrye
wereldlyke Belgische onderwijzers het oog
hadden, en niet aan de kloosterlingen en
hoofdzakelijk aan de VREEMDE klooster
lingen een miljoen in den grabbel te gooien.
Wij kunnen niet genoeg doen om aan het
volk de kloosterplaag voor te stellen in
gansch haren omvang en in al haar ver
schrikking. Zooveel kan er al niet over ge
zegd en geschreven worden, of nog stelt
ieder zich nog veel te weinig voor van de
rijkdommen waarop in België de doode
hand drukt
Moest de kaart van België de kloostergoe
deren met eene min of meer groote vlek inkt
aanduiden, zy zou gewis gelyken aan een
kladpapier, dat een jaar lang dienst gedaan
heeft op een postkantoor I....
En waar zyn dan de eigendommen als
hotels, huizen, bazaars enz. die zy door
strooien mannen doen exploiteeren, en die
verbazend aanzienlyk zyn.
Het cyfer der kloosters dat, by de eerste
volkstelling in 1846, 779 bedroeg, is thans
geklommen tot boven de 4000 terwyl dat
der kloosterlingen van 11,968 tot boven de
60 duizend geraakt. Naar kadastrale schat
ting bedraagt de waarde der eigendommen,
die zy zelf exploiteeren 620 miljoen frank,
en die der eigendommen door hen verpacht
220 miljoen. Te zamen dus 840 miljoen
Och arme voor ontroerend goed alleen.
Telt men daarbjj nu nog hun poerend
goed, meubelen, kunstvoorwerpen en werk
tuigen die op zoo wat 375 miljoen frank
worden geschat, dan komt men tot de ont
zettende som van een milliard 215 miljoen
of 1215 miljoen frank die wy tusschen de
vingeren der doode hand kunnen zien liggen.
En hot-veH steekt er dan nog niet onder
de palm En dan moeten wy er nog bij
voegen op welke groote schaal, op ka
dastraal gebied, wy door die arme rok-
dragers gemekaniseerd worden, ziehier
twee staaltjes
De zusterkens der Heilige Julia kochten te
Namen een gebouw, dat voor een bedrag
van 650 fr was aangeslagen. Nauwelijks
hadden de eerw. tottebellen dit gebouw be
trokken, of de lasten zakten tot op 372 fr.
Doch het pikantste dezer historie, die volko
men overeenkomst met de strengste waar
heid, is, dat de zusterkens later het gebouw
weer van de hand deden, aan een ongewijd
burgerraensch en deze het volgena jaar
wéér de vroegere som aan lasten 650 fr.
te betalen kreeg, met nog 30 frank
erby
Die zelfde zusterkens waren intusschen
verhuisd naar eene woning, die zii ach
arme voor 150 duizend frank hadden ge
kocht, en die voor 1713 frank was aange-
A!s bij tooverslag daalde die belasting
tot op 1312 frank, al hadden het de brave
nonnekens och arme nog eens zoo
grootgemaakt!... Honderden voorbeelden
van die aard liggen maar veor 't grypen.
Zoo reusachtig is het bedrog dat, op last
van de regeering, door den kadasterdienst
ten prof y te van de kloosters gepleegd
wordt, dat de grond en eigendomsbelastin
gen al dadelijk met een zesde verminderd
zouden kunnen worden, indien de kerkgoe
deren moesten opbrengen in de zelfde ver
houding tot hun wezenlijke waarde als die
van Jan en alleman.
En dan spreken we nog niet eens over de
miljoenen en miljoenen die de fiskus uit
diezelfde kerkeigendommen slaan zou, tin-
dien hij er successierechten konde opheffen,
die bij ons, arme burgers, tot 13 franken en
centiemen ten honderd kunnen komen.
Hier wordt de ontfutseling ten voordeele
dier heilige paters en nonnen zoo klaar als
bronwater. Zie hier
De kloostergemeenten, die allen in hun
statuten bepaald hebben, dat hun bezit den
laatsoverlevenden ten goede komt, zorgen,
door voortdurend ionge lenen aan te nemen,
dat er nooit zoo'n laatst overledende te pak
ken valt en zoo rollen die ontschatbare
rykdommen steeds zwellend als sneeuw
ballen -van 'teen geslacht naar 'tander
over zonder dat er ooit een cent voor de
pinne komt.
Dat wy onze geachte lezers in zulke
Mystériesonderrichten zal wellicht in
den smaak der klerikale riool voddekens
niet vallen, maar het is onze plicht, en die
plicht zullen wy tot het einde toe vervullen.
Herinneren wy de treurige uitslagen van
een k waart eeuws klerikale 0verheersching
Maart 1886 Roux, 8 personen omverge-
schoten
Maart 1887 Jemmeppe en Seraing, 20
dooden en 100 gekwetsten
17 Mei 1887 La Bruyère, 2 mijnwerkers
gedood en ontelbare gekwetsten
24 Augustus 1887 6 visschers te Oostende
omvergeschoten
1888 Quenast, 1 steenkapper gedood
December 1892 4 mijnwerkers gedood en
5 gekwetst te Tilleur
12 April 1893 Geweervuur te Jolimont,
eene vrouw gedood
16 April 1893 Geweervuur te Borger-
hout, 5 lijken
17 April 1893 Geweervuur te Berchem,
0 lyken en 12 gekwetsten
April 1902 Houdeng, eene jonge dochter
en een werkman gedood
April 1902 4 dooden te Brussel
April 1902 6 werklieden omvergescho
ten te Leuven.
Ziedaar eene Iyst die ons herinnert, hoe
onschuldigen geslachtofferd werden door de
schuld der klerikare regeering, in den stryd
vooreen bestaan, voor het bekomen van een
beetje meer recht.
En dan durven de klerikale Tartuffen
nog stoeffen op hunne volksliefde.
Wat tandentrekkers toch I
Aan de deur mét hen
Men geeft de medespelers een langen
stok waarvan ze zich bedienen mogen
om het evenwicht te houden en daar
gaan ze koord op.
Die koord is gespannen een meter
boven den grond en elke speler moet
om den prijs te behalen erover als een
koordendanser en trachten het doel te
bereiken een viertal meters verder.
Men begrijpt gemakkelijk wat al
grimmassen de ongeoefende mededin
gers maken, wat al gekke figuren en
hoe ze in koddige houdingen de leden
verwringen om niet van de koord te
vallen, nu den langen stok naar links
dan hem naar rechts zwenkende, tot
groot vermaak der toeschouwers die
zeer talrijk zijn, omdat het kermis is.
Maar dat is nog het beste niet van
de klucht. Hij die van de koord valt
bezeert zich zelden of weinig, want
valt hij links hij komt te recht in eene j
laag groen gekleurd meel, valt hij
langs den anderen kant, hij toont aan 1
het publiek een gelaat zoo zwart als
dat van den duivel en het publiek j
schatert het uit vau 't lachen.
De weledele heer Louis de Bethune
is al even kluchtig op de politieke
koorde gekomen. Zal hij het doel be
reiken Zal hij den prijs weghalen
We weten het niet maar kluchtig is
het schouwspel boven mate.
De weledele koordendanser zwaait
met zijn balansier nu eens naar de
groene democratische meelzakken,
dan weer helt hij over naar de zwarte
roetzakken der achteruitkruiperij, ter
wijl hij behendig voet voor voet voort
schrijdt op het smalle, waggelend pad.
Het doel bereiken is de opperste
wensch en onverschillig laat het den
weledelen heer of hij er groen of zwart
uit komt. Hij zal zooveel bluf maken
onder de eene kleur als onder de an
dere, het zal in alle geval eene ver
momming zijn, en als groene groot
spreker of zwarte achteruitkruiper zal
hij slechts eene opinie koesteren, de
heerschzucht.
En het publiek, het goede publiek
woont het koddig schouwspel bij, te
belachelijker wijl de heer Moyersoen
duchtig aan de koorde schudt om zijn
medespeler in't meel te doen bijten.
Hij, de goudvink weet vast, als hij
valt, dat het zal wezen op de fanatieke
roetzakken, en is des te heftiger, daar
hij ziet dat ook zijn tegenstander nog
meer naar dien kant overhelt.
't Is oprecht kluchtig.
M. Glenisson is arrondissements
commissaris benoemd in vervanging
van M. De Clippele, die zijn ontslag
nam.
't Volks stemme kenhet ellendig aan
eengeflanst blaadje van M. Moyersoen
en kompanie protesteert hevig tegen
deze benoeming en tegen het wille
keurig opgedrongen ontslag van M.
De Clippele.
De Dageraad, het katholiek blad
van M. de Bethune (Louis pour les
dames) verheugt zich over de benoe
ming van M. Glenisson, het goever
nement koe geene betere keuze doen.
De heer Glenisson is de geschikte
man.
M. Moyersoen, leidt de boetproces-
sien opvan den katholieken werkmans
kring, met bijeengeraapt muziek en
trekzakken (niets van 'tgeitenmuziek).
De goudvink wil zijne populariteit
onder de schamele klerikale werklie
den bevestigen.
M. de Bethune Louis is er niet.
Maar ter zitting is de heer Ceciliaan
De Kegel de zegsman, die een andere
klok luidt.
Hij teekent protest aan tegen de
manier op welke het bestuur van den
katholieken Werkmanskring werd be
handeld in de militaire kwestie en
zegt dat de tijd der beloften uit moet
zijn en er daden moeten komen, dat
men toelagen beloofde aan de zieken
fondsen, maar niets doet als op het
stemmen aan komt.
't Volksstemmeken van M. Moyer
soen kikt of mikt daar geen woordeken
van.
De Dageraad van M. de Bethune
vermeld het feit want M. Moyersoen
stemde tegen de subsidie aan de zie
kenfondsen en M. de Bethune, stemde
er voor.
Allo, op de koorde, politieke hans
worsten 't Is onze kermis.
De mededinging is voor velen eene bron
van kommeren zorgen.
Een ambachtman, een neringdoener of
onverschillig welk bedrijf een persoon uit
oefent, die in zyne stad alleen is in zyn
vak, mag onbeschroomd op vaste klanten
rekenen, al doet hij ook zyn best om iedereen
naar behooren te gerieven, de zorg voor het
behoud der klanten blijft hem bespaard.
Zoodra echter een mededinger komt, die
even als hij goede waar, of goed werk levert
verandert de toestand, De mededinger heeft
allicht nok eenige vrienden, hy werkt zeer
goed of heeft nieuwigheden aan te bieden
enz., ineen woord de mededinging veroor
zaakt gewis bezorgdheid voor de toekomst.
Anderzijds is de mededinging voordeelig
voor het groote getal verbruikers. De prij
zen worden ten nauwste gezet, er wordt
beter op het werk gepast, spoediger bediend,
fewedijverd door voorkomenheia en inschik-
elykheid.
Wil dat nu zeggen, dat concurrenten vy-
anden moeten zyn
Volstrekt niet. De mededinging immers is
een gevolg van de bestaande vrijheden en
van die vrijheden mag eenieder gebruik ma
ken, in zoover dat gebruik niet ontaardt in
misbruik.
Er is geoorloofde concurrencie.
Er is ook oneerlijke concurrencie.
Door de aanlokkelijkheid van uitstalling,
door de nieuwigheid der waren, door ae
stipte uitvoering der bestellingen, door be
leefdheid, door welbedachte reklaam het
publiek tot zich trekken, de sympathie van
allen winnen, zyne waren algemeen bekend
maken als voortreffelijk en uitmuntend is
geoorloofde concurrencie.
Door bedekte middelen een mededinger
benadeelen is oneerlijk. Men pryze zijne wa
ren of zyn werk aan zoo behendig mogelyk,
maar men verachte de waren of den arbeid
niet var. anderen, daarover zal het publiek
zelve wel oordeelen, wanneer het oordeelen
kan over de produkten van verschillende
mededingers.
We willen voor het oogenblik niet spre
ken van de mededinging, welke hierop is
gesteund, waren van mindere hoedanigheid,
Kunstmatig als betere te doen doorgaan en
aan den prys van goede te verkoopen. Zulke
concurrencie valt meest alt yd onder toepas
sing van speciale wetten en kan niet te
streng beteugeld worden.
Maar er is ook oneerlyke mededinging te
gen welke de wet onmachtig is, eD welke
daarom niet min verachtelijk en gemeen is.
Een ambachtsman, een meubelmaker
woonde te X.... Geen andere meubelmaker
woonde in zyne straat, tot er zekeren dag
een tweede meubelmaker aanlandde, die
door bezondere omstandigheden zyne vroe
gere woonplaats had moeten ontruimen,
waar hij nochtans een ruim debiet had.
Welnu de eerste maakt zich daarom boos
en nydig, hij is een van die azijn-spuwers,
welke niet lijden kunnen, dat de zon in
't water schynt voor iedereen en hij beproeft
zyn mededinger bij zyne medeburgers te
doen doorgaan als een onbekwame werk
man, als een niet-vertrouwbare verkooper.
De nieuwaangekomen meubelmaker liet
strooibriefjes uitdeelen, waarin hy eenvou
dig zyn nieuw adres liet kennen en tevens
zyne meubelen deftig aan be vool.
Nummer een. liet dadelyk ook strooibrief
jes uitdeelen als volgt
MOORDENAARS, JA, MOORDENAARS,
van pronkkassen en salon talels, mannen
die van den stiel niets begrepen en die niet
meer weten van wat hoiit pijlen maken.
Wacht u wel van zulke lieden
Is dat niet walgelijk, is dat niet d<Mn en
gemeen
Dat is vooral hatelyk en laaghartig als
men weet, dat de door broodnijd gedreven
afgunstigaard die dat schreef een oven-
mensch bedoelt, die door onvermoeid wer
ken zyn best doet om zyn gezin een eerlijk
bestaan, zyne kinderen eene goede opvoe
ding te bezorgen en zoo goed als iemand
ook op de hoogte is van het vak.
We duiden deze maal geene personen
aan, we willen door onze polemiek niemands
private zaken begunstigen noch bestrijden,
maar achten het onzen plicht de aandacht te
vestigen op zulke buitensporigheden, die in
hoogemate strydig zyn met de eerlykheid en
de eenvoudigste gevoelens van inenschelyk-
heid.
De uitgever van zulke reklaam moet
in zyn eigen vaardigheid al weinig vertrou
wen bezitten, om tot zulke middelen zijn
toevlucht te moeten nemen.
Wat zou het wezen, indien alle nijveraars
en neringdoeners aldus hunne mededingers
moesten behandelen
Gelukkiglyk is zulke zaken propaganda
(behalve in kiezingstyd van wege klerikale
broodschry vers) geen Aalstersche praktijk,
bovenstaande model is hier uit den vreemde
ingevoerd en eenig in zyn soort.
Voor den handel en nering in 't algemeen
hopen wij, dat het by dit enkel factum zal
blyven. We roepen er de aandacht op in van
den Onpartydigen Bond der Neringdoeneis»