Prijs 5 centiemen hel nummer
Zesde Jaargang Nummer IJ
Willems-Fonds
KIEZERS.
Neemt den bezem op
Hel Duivenspel.
Op bevel van hoogerhand
K A T A INGA,
een land van belofte.
MUYSEN.
DE VOLKSGAZET
LIBERAAL DEMOCRATISCH WEEKBLAD
Abonnementsprijs 3 fr. voor de stad en den buiten voorop betaalbaar
Men abonneert zich op alle postkantooren voor den buiten
voor de stad, ten kantore van het blad, Groote Markt, 1, Aalst.
3
VAN HET ARRONDISSEMENT AALST.
Prijs der Annoncen j Re~en 75 centiemen per dn.kregel
Dikwijls te herhalen annoncen, prijs volgens overeenkomst
Vonnissen op de derde bladzijde, 2 Irank deregel.
AALST, iS MAAKT t91t.
AFDEELING AALST.
Lokaal GRAAF EGMONT, Groote Markt.
A. - 0—
CONCERT VOORDRACHT
0p~} Mn anting, ÜO Maart, te 8 uur
stipt 's avonds.
-o
PROGRAMMA
1. Ons Vaderland, 2. Lente, 3. Eerst een
Kus, dan goeden nacht, 4. Vlaanderen onze
Bruid, 5. Vivat ons Piotteken. 6. Transvaal
7, In den Kriekentyd. 8. Het Lied van het
Willems-Fonds.
o—
VOORDRACHT door den Heer Advokaat
Arthur Buy«*e, Volksvertegenwoor
diger.
Mijn reis naar Constantinopel
met- Lichtbeelden.
r Het schijnt dat ons hoofdartikel van
verleden Zondag onze klerikalen
juist getroflen heeft het wordt moei
lijk verteerd door hen, en menige
brave katholiek vindt met ons dat de
aangeklaagde toestand van onwetend
heid in onze stad een echte schande is
voor ons gemeentebestuur, dat sedert
1872 het onderwijs hier in handen
heeft, en waarvan, na 38 jaar het
eenige resultaat is dat er 27 per hon
derd toekomstige jonge moeders onbe
kwaam zijn hun eigennaam te schrij
ven. Dat is waarlijk een averechtsche
vooruitgang
En een van die katholieken, die
soms de waarheid wel eens durven
zeggen, en ze dan striemend zeggen,
beaamde onze meenig over de luiheid
en de onwetendheid, welke op het
stadhuis fetelener bijvoegende dat
men de vadsigheid geriekt van als
men bewust gebouw binnentreedt
maar dat die vadsigheid ophoud als er
PERSOONLIJKE winstgevende be
langen te verdedigen vallen.
En dan herinneren we ons de kies-
beloften van vier jaar geleden, en we
vinden geen enkelentoestand verbeterd,
maar memgen toestand verslecht,
schrikkelijk verslecht.
Ons officieel onderwijs wordt ver
loochend en afgebroken door ons
schepencollege nieuwe klassen ver
rijzen wel, maar het doel van de op
richting dier uitsluitend klerikale scho
len is foo duister, dat we tot nog toe
niet kunnen begrijpen waarom er
klerikale klassen gebouwd worden,
daar waar er vroeger besloten werd
een stadschool te maken.
Wel heeft de zeer achtbare en ge
leerde schepene van onderwijs, de
doornufte heer De Hert, toen beweerd
dat die klassen per onderwijzer of
onderwijzeres slechts zes d zeven hon
derd frank kosten oti{e schepene is
dus een aanwerver van onderkruipers
en een verdediger i'tfwhongerloonen.
Zijn redeneering kwam hier op neer
Ge vraagt te veel, burgerlijke onder
wijzers ik kan onderwijs doen geven
aan fes honderd frank gij kost me
duidend tot elf honderd frank.
Welke onderwijzer zou nu nog eeni
ge sympathie over hebben voor den
man, die hem wil uithongeren
En als men de scholen onzer stad
bezoekt, dan is men waarlijk ontmoe
digd over de droeve inrichting dier
lokalen de onderwijzers vragen beter
verlichting en meer verluchting, ont
dubbeling van klassen, modern mate-
riëel enz., die billijke dringende vra
gen stuiten af op den onwil van een
ouderwetschdoodv er sleten, onwetend,
vadsig schepencollege
We ontmoeten binnende schooluren
soms heele benden straatjongens en
straatmeisjes, die alles behalve iets
goed verrichten, en geen enkele maat
regel wordt genomen om dien zeden-
en geestder venden invloed te keer te
gaan, men laat ze maar schramoelie
rapen.
En wanneer krijgen we hier eens
een wel ingericht ontijdig vakonder-
wijs dat aan al de dringende behoef
ten van de maatschappij voldoet
En wat werd er gedaan om het lot
van onze arme weesjes en afgesloofde
grijsaards eenigszins te lenigen. Niets
totaal niets
Alweer dezelfde luiheid, dezelfde on
verschilligheid Alweer dezelfde woor
den Alles gaat opperbest
En laat ons nu met vree
Ja Alles gaat opperbest Onze
schatkist schittert door haar ijdelheid,
we willen zeggen door haar leegte.
En ware het nu nog enkel maar leegte,
maar er is schuld, groote schuld
En toch beweren de schatkist
hoüvastmannen dat de geldelijke toe
stand zeer bevredigend is, alsof het
kleinste kind van onze stad niet wist
dat het hier krot Cie is, en alsof onze
schatkist niet treurig historisch gewor
den was het heele land door
En hoe werden onze openbare we
gen onderhouden? Men kan geen straat
uitkiezen om buiten onze gemeente te
gaan, of men verzinkt in een echten
modderpoel en die straten liggen
binnen onze stad het zijn hobbelwe
gen, waarop de beste paarden en de
stevigste wagens kapot moeten. Of zou
men soms binnen eenige weken, dus
binnen de kiesperiode, de herstellingen
aanvatten
En wat te zeggen van de walgelijke
openbare gebouwen,die sommige plei
nen zouden dienen te versieren
En de inrichting van ons politie
korps We kennen er wel, die wen-
schen zeer goed hun dienst te verrich
ten, maar fe mogen niet men dient
fooveel vlijt niet aan den dag te leg
gen om de orde te handhaven en dieven
te knippen. Arme agenten, aan wie
men weigert uw dienst te laten uitoe
fenen, wie men lange wandel-of zit-
uren oplegt, opdat ge niet zoudt klagen
over uw hongerloonen, die in uw ka
der bestaan van laag tot hoog, evenals
in de beperkte administratie van het
portierschap met het brave Staafken
als direkteur en als bediende, die juist
genoeg heelt voor zijn eigen om niet te
sterven van honger, als hij zich niet
vergenoegt met brood eri water Wan
neer krijgen we eens een politiekorps,
onderricht in de mogelijke gevallen
die zich kunnen voordoen, onderwe
zen in den noodzakelijk te kennen
geneeskundigen dienst, niet belem
merd in de vlijt, met agenten en over
sten, die een behoorlijke jaarwedde
genieten
En wanneer wordt de stadsdienst
eens heelemaal ingericht, zooals een
nijverheids- en handelsstad van 't be
lang als Aalst, vereischt Want, laat
ons niet vergeten, dat onze stad de
tweede is van onze provincie. En wan
neer zullen de hongerloonen van onze
stadswerklied en eens tot het verleden
behooren, die hongerloonen, die als
een schandvlek kleven op onze rijke
administrateurs, die duizenden fran
ken hebben laten ontsnappen
En wanneer zullen de oppositiepar
tijen eens het recht verkrijgen haar
vertegenwoordiger te hebben in de
verschillende besturen van de bestaan
de inrichtingen, zoowel op gebied van
onderwijs als op gebied van hospicien
en armwezen
Wanneer zal de oprechte kon-
trool eens toegelaten worden Er
moet wel een gegronde vrees be
staan dat er schrikkelijke gehei
men zouden ontsluierd worden.
EN WANNEER zal het stedelijk
Werkloozenfonds op breederen voet
ingericht en vooral de kleine toelage
van duizend frank voor de zieken
bonden van de stad verhoogd worden 1
EN WANNEER zal ons stads
bestuur eens uit zijn diepen plompen
slaap schieten am meer stoffefijk en
meer intellectueel leven in onze ge
meente te brengen Zullen onze acht
bare burgersvaders dan niets doen om
lokalen handel en nijverheid te steu
nen, om feesten in te richten, om volk
naar de stad te lokken, om de bewe
ging te verdriedubbelen
De taksen vergrooten nochtans,
maar nergens zien we het profijt van
die verhooging. Geen vermeerdering
van lasten, hadden ze nochtans ge
schreeuwd in 1907, maar pas was de
strijd voorbij of de dans der lasten
stond op de dagorde ec werd door al
de katholieke gekozenen aangenomen,
voor drie jaar slechts, maar die jaren
duren nog voort, en ze zeggen bij zich
zelf.och, de burgers zijn nu toch ge
woon te betalen Neen, katholieke ge
kozen de burgers roepen Foei voor
zulke woordverbrekers en valsche
belovers1
Uw taktiek bestaat hierin Alle
mogelijke en onmogelijke beloften vóór
de verkiezingen, en bizonderlijk plech
tige belofte van geen verhooging van
lasten na de verkiezingen, eerste
punt uit te voeren vermeerdering van
taksen, dan is dat puntje vier jaar na
dien, bij de volgende verkiezing, reeds
vergeten en dan zal men liever eenige
dringende werken uitvoeren, die reeds
lang op uitvoering wachten, en intus-
schen zult ge vier volle jaren slapen en
op iedere klacht en ondervraging ant
woorden Alles gaat goed, \eer goed
Laat ons met vrêe en pak je weg
Ha, alles gaa! goed De Aalstenaars loe
ten dat alles slechtzeer slecht gaatdat
de klerikale gekozenen lui, zeer lui zijn,
slapen in plaats van te werken en onwe
tend zijn daarbij, maar zeer goed wakker
zijn en een finantie-ioetenschap aan den
dag leggenwanneer er b. v. b. gronden
moeten verkochtnieuwe straten aange
legd of gasgesticliten moeten opgericht
worden
Komt, kiezer* vau Aalst, gij allen
die dat slapend-wakend, dat onwe-
tend->vel wetend stadsbestuur beu
zijt, neemt allen een grooter straat
bezem en veegt die jannen de straat
op, recht naar den Osbroek, waar
ze den grond kunnen aanvullen
voor de boulevards.
Maar, laat ons nadien d© gezond-
heids-eommissie vragen om alles te
ontsmetten waarover hun besmet
tende adem gegaan is
Onder de menigvuldige congressen die
verleden jaar ter gelegenheid der wereld-
teniooristelling in Brussel gehouden werden,
is er wel een dat voornamelijk de geringe
buitenlieden aanbelangt het is het««üvw-
melkers congres.
Het eerste wereldcongres voor duiven lief
hebbers had plaats teParys in 1889. De voor
naamste punten aan de dagorde liepen over
de beteugeling der w 'ostroopery en de
bescherming der reisduiven. Sedert 1896
zijn de Franschen begunstigd door eene
wet, die hen, aangaande ditlaatste punt,
voldoening verschaft.
Het ontstaan van het duivenspel dagtee-
kent van het begin der laatste eeuw, doch
het aanleggen der yzeren wegen heeft aan
het duivensport eene buitengewone uitbrei
ding gegeven. Uedendaagsch beloopt het
getal d ui venliefhebbers in België tot het
verbazend cyfer van 90.000 ongeveer.
Veronderstellende dat elke duivenmelker
35 duiven bezit, zoo bereikt men het getal
van 3 millioen duiven.
Het voedsel van eene duif vergt dagelyks
eene uitgave van 1 1/2centiem, 't zy jaar
lyks 5,50 fr. of eene totale uitgave, voor
gansch het land van meer dan 16 millioen.
Voegt men bij deze uitgave, diegene
veroorzaakt voor het maken van ringen en
manden of keven, de verzending- en de ver
voerkosten per yzeren weg, het verplaatsen
der liefhebbers en het sturen van telegrams,
zoo bereikt men voor Belgiö alleen de kolos
sale uitgave van 30 millioen.
Om u een gedacht to geven van de uit
breiding der duivenliefhebbery en het inko
men dat zy aan de openbare besturen de
yzeren wegen en de finantiën verschaft,
deelen wy u mede dat men jaarlyks in
Frankrijk meer dan 6 millioen duiven bin
nen brengt, waarvoor 200.000 keven noodig
zyn. In 1908 beliep dit getal duiven tot
2.885.000. hebbende eene waarde van
8.211,085 fr. waarop 597.170 fr. rechten
geind werden.
Wy geven dit artikel met het inzicht er
de aandacht van eenieder op te trekken.
Het leidt tot overweging van klein en groot,
van arm en ryk, want het is meestal de ge
ringe man die er zyne duurgewonnen cent
jes by verkwist tot. nadeel van hem en
gansch zyne familie. Wat al nuttige zaken
zou men met al die nutteloos verteerde dui-
zende en millioenen franken niet kunnen
verrichten.
Zouden onze bestuurders naar geene mid
delen moeten zoeken om dit verderfelijk
duivenspel tegen to werken, om die drift in
te toornen. Doch vergeten wy niet dat 't lands
bestuur by eiken duivenpryskamp den
eersten prijs speelt.
Anderen werpen op dat het duivenspel
eene uitspanning is, en dat de werkman
w el in iets zyn vermaak of voldoening mag
zoeken, Zou men dan toch geen sports kun
nen vinden, byzonder op den buiten, dat
tevens wiastgevend en tevens voldoening
verschaft P
Zou de kiekenliefhebberij niet deels het
duivensport kunnen vervangen. Hoender-
gevogeltje is er in ons land nog te kort, het
verbruik van hoenders en eiers groeit van
dag tot dag meer en meeraan, en dus dringt
de uitbreiding van den hoenderteelt aich op.
Eene hoen kost aan voeder niet meer
dan ëene duif, en eene met zorg uitgelezene
hen kan 's jaarlyks een middengetal van
150 eiers voortbrengen, die aan den midden-
prys van 10 centiemen verkocht, jaarlyks
per kop 15 fr. kan opleveren, zy voor eene
kudde van 10 of 20 hoenders 150 of 300 fr.
per jaar, een sommetje dat voor menige
kleine landbouwer of neringdoener zoet zal
binnenkomen,
voor onze brievenbestellers
Er werd een omzendbrief gestuurd, waar
bij de brievenbestellers nitgenoodigd worden
den geachten heer de Broqueville hun
dank te betuigen omdat de heer Minis
ter den toestand der brievenbestellers fel
verbeterd heeft, en bewuste omzendbrief
luidt op't einde Deeit gy die meening,
kom dan a. u. b. naar onze vergadering.
En de postbedienden, die vry durven spre
ken, antwoorden dat de toestand niet fel
verbeterd is, en dat ze al lang moe zyn die
verbetering af te wachten, en hun misnoegd
heid met het stembriefje zullen te kennen
geven.
Wy weten zeer goed dat het leven van die
werkzame klasse bedienden oprecht ellendig
is, zoowel voor den arbeid als voor de jaar
wedde. En dan durft men die jongens uit-
noodigen een pluim te steken op den minis
ters-hoed van de Broqueville, omdat hy hun
van verre wat kruimelen toegesmeten heeft,
gedwongen door de stijgende demokratie en
de duurte van 't leven
En nadien, bij iedere aanvraag om lots
verbetering, zouden de Minister en de heer
Woeste en al de klerikalen in koor kunnen
zeggen dat ze al veel gedaan hebben voor
die bedienden, en dat deze zeer tevreden zyn
over hun toestand, vermits ze een openbare
hulde gebracht hebben aan den heer minis
ter. Laat u niet vangen, brave jongens
Aan hoogerhand is men te sluw Ge hebt
niemand te bedanken, bizonderlyk niet om
die felle verbetering 1 Werkt voort in uw
omgevingen, in uw Bond Er valt nog veel
te doen en veel ie verki»y$eii Be
dankt niet te vroeg;
Zouden die middeltjes onderduims be
werkt worden door het ministerie zelf, om
de brievenbestellers te knechten, of ze te
rangschikken in gedweëe mannen en vrye
mannen
Wie krijgt er geen lust om naar Katanga te
gaan
Dat mogen we wel vragen na al de reclaam
die bij middel van voordrachten en dagblad
artikels, ten voordeele dezer landstreek gele
gen in 't Zuiden van Congo wordt gemaakt.
Wie krijgt geen lust om naar Katanga te
gaan
Het Aardseh Paradijs van onze kolonie. Een
klimaat zoo gezond als dat van hier. Geen spoor
van de slaapziekte. Hooggelegen, vruchtbare
gronden, geschikt voor allerlei land-en tuin
bouw. Onmetelijke weilanden voor de veeteelt.
Watervallen overal, die gratis drijfkracht leve
ren kunnen voor fabrieken. Zonder te spreken
van de onschatbare rijkdommen aan koper- en
zolfs aan gouderts die in den bodem liggen op
gehoopt.
Geen volle maand reisens, wat U maar en
kele honderden frank kost, en ge zijt er.
Ambachtslieden, vooral metselaars en timmer
lieden, vinden er '«anderendaags al werk, aan
30 tot 35 fr. daags.
Landbouwers krijgen grond genoeg voor niet
om er een heel dorp op to bouwen. Wie er maar
flink do handen uit de mouwen weet te steken,
krijgt er zijne schaapjes op het droge in minder
dan geen tijd.
Zoo ten minste beweren toch enkele die zeg
gen er geweest te zijn.
Toch schijnt het wel alsof zij de toestanden
ginder door een al te rozig gekleurden bril
bekeken hebben. In ieder geval zullen we niet
slecht doen, eerst nog zooveel mogelijk andere
menschen te hooren spreken, die in gene buurt
geweest zijn, alvorens onze bullen in te pakken
voor dit nieuwe land van belofte.
Dat Katanga door de Natuur rijk bedeeld is,
dat mogen we wel voor waarheid aannemen
maar er moet al heel wat aan die gunstige
levensvoorwaarden bedorven zijn en mot wei
nig verknoeid bij het aanbrengen der eerste
beschavingsmiddelen, als we voortgaan mogen
op de klachten die we in den laatsten tijd zooal
rechts en links gelézen hebben van Belgen die
opgoed vertrouwen naar ginder zijn getrokken.
Zoo kondigde nog deze week, een Brusselsrh,
zeer koloniaal-gezind blad nog een brief af, uit
Elisabethville de hoofdstad van het Katanga-
gebied vol verwijten en bittere klachten.
De nieuwe spoorweg die Elisabethville ver
bindt met Beira, dwars door de noordelijken
punt van Rodosia cn door Mozambique, naar
de Oostkust, blijkt een knoeiboel van belang te
zijn. Pas is hij voltooid of heel het verkeer
erop ligt stil.
Intusschen ontbreekt het natuurlijk aan alles
te Elisabethville en kost het minste er stukken
van menschen.
Toch komt er zeer veel volk op Elisabeth
ville afzakken maar schier geen Belgen. Er is
al oen Handelskamer, die uit dertien leden
bestaat. Daarvan zijn slechts drie Belgen. Er
zijn één Italiaan, één Duitscher, maar acht
Engelschen. En dat is «oowat de onderlinge
verhouding van gansch de blanke bevolking.
Middel om er fatsoenlijk onder dak te komen
is er schier niet. In het eenig behoorlijk hotel,
vraagt men méér dan in het weelderigste gast
hof.
Natuurlijk dagen er wel konkurenten op,
allemaal Engelsehe, doch zij geraken aan geen
materiaal om te bouwen.
Er zijn geen houtzagers voorhanden, zoodat
men geseagde planken uit Rhodesia moet laten
komen. Een ondernemend man, die daar eene
houtzagerij zou oprichten met een meubelfa
briek erbij, zoudt 'tgoud doen regenen in zijn
kas.
V oor veekweekers, die de naburige hoog
vlakten met ossen on schapen wilden bevolken,
zou er niet minder fortuin te maken zijn. Er ie
namelijk zoo goed als geen vleesch voor han
den, ook geen melk en geen boter.
Maar dan zal 't nog een heele toer zijn om de
leeuwen eraf te houden, en de luipaarden, die
met iedere karavaan vee op eerbiedigen afstand
meegekomen zijn en thans in dichte gelederen
rond de kralen gekampeerd liggen.
Do Union Minière heeft er reeds heel wat
nuttig werk tot stand gebracht Huizen en ma
gazijnen gebouwd, ezels, geiten, schapen, kie
kens, zelfs bijen ingevoerd, een enormen moes
tuin aangelegd en wel 700 fruilboomen geplant,
die zij uit Zuid-Afrika heeft doen komen. Een
Belgische dame, Mov. Iienaud heeft er eene
wasscherij ingericht on een Belgische bakker,
levert er taarten en pateekens, die zeer gepre
zen worden.
Met de mijnontginning loopt het er intus
schen maar triestig Er is geen werkvolk voor
to krijgen zoomin wit als zwart. Uit deze in
lichtingen blijkt toch dat er al zeer veel bedorven
is in dit door de Natuur zoozeer bevoordeeld
land en dat er nog meer bedorven dreigt te
worden, als niet met krachtige hand wordt in
gegrepen.
Van nu af laat het zich trouwens al duidelijk
aanzien, dat wij er alles door de vreemdelin
gen, door Duitschers, maar vooral door Engel
sehe goed zullen laten maken, en dan eerst er
aan gaan denken om naar ginder te trekken,
als de vreemdelingen er het vet van de soep ge
schept zullen hebben en er zich op de beste
plaatsjes gevestigd; en als de Belgen er nog
juist welgekomen zullen zijn, om knecht te
worden in een Italiaansch hotel of gast bij een
Duitschen bakker, zoo zo geen goesting heb
ben om bij een boer der Kaapkolonie het vee
te hoeden of in de kopermijnen te werken
van eene Engelsehe maatschappij.
Wij Belgen hebben ons veel te lang ingebeeld,
en wij doen 't nog wel, dat kolonizeeren het
werk is van soldaten en van missionnarissen.
De .School.
Muysen is eene gemeente met 3500 inwo
ners, gelegen heel in 't noorden van Bra
bant op een half uur afstand van Mechelen.
De burgemeester van Muysen is een van
die ouderwetsche buitenmenschen, die alles
in de beste vouw willen slaan en gaarne de
vriend blyven van pastoor,schoolmeester en
van alleman.
In de gemeenteraad van Muysen zetelen
ook andere raadsleden dan klerikalen, zelfs
zyn er socialisten in.
Het gebouw der gemeenteschool van
Muysen is de eigendom van den pastoor en
in die zelfde gemeenteschool is er eene vrye
school zoodat de klassen der vrye school
zich nevens degene bevinden der officieele
school, met een enkele ingang voor de
twee scholen.
De bestuurster der officieele school was
eene non, zuster Angelia en die werd door
den onderpastoor, die nu pastoor is, harte
lijk verfoeid 1
Ge zoudt denken, dat we een sprookje
verzinnen,welnu daar is niets, van we ver
tellen de zuivere waarheid. Die priester
haatte de non, die over 't algemeen door de
bevolking was bemind, en die over de te
talrijke bezoeken van dinn gezalfde des
Heeren in 'l klooster had durven klagen.
Wat rtieer is, zuster Angelia, had de
boosheid zooverre gedreven een gemeente
raadslid der oppositie ook beleefd te ontvan
gen in hare school en hem uitleggingen te
geven gelijk het haren plicht was.
De pastoor verfoeide in zuster Angelia de
officieele onderwijzeres, die door hare hoe
danigheid zyne slavin niet moest en niet
wilde zyn.
Marteling.
Toen begon voor de non een leven vol
verdrieten bitterheid. Alle slag van valsche
geruchten werden over haar geheimzinnig
in omloop gebracht, laster en eerroof, onder
duims verspreid, het volk en de kinderen
tegen haar opgeruid, duizend kwellingen
moest ze lyden, gelijk men er op den buiten
uitdenken kan om weerlooze schepselen
het bestaan oridragelyk temaken.
De non ging by den bisschop, ze schreef
ook aan monseigneur Mercier om haar te
ontslaan van hare beloften, de burgemees
ter was te zwak om ten haren voordeele
krachtdadig op te treden, het leven in
't klooster werd haar onmogelijk gemaakt,
en de opziener... natuurlijk was haar verde
diger niet.
Al die boosheid had haar doen besluiten
het klooster te verlaten. Ze wierp de kap
over de haag en keerde terug bij hare be
droefde ouders die hun ongelukkig kind met
liefde ontvingen.
Maar nu ging de kat op de koord Als de
onderwijzeres in gewone kleederdracht naar
school kwam, waren hare vyanden daar
pastoor en onderpastoor eD die beletteden
haar in de school te komen. Ze werd door
den pastoor uitgescholden voor slechte
vrouw, schandaal enz. in tegenwoordigheid
van het toegestroomde volk en talrijke kin
deren.
Ihiu rna.
Dit gebourde in 't begin van Juni. Daar
de pastoor eene onwettigheid had begaant