WERKEN MET KIPPEGAAS EN PAPIERDEEG 'T ZIJN ME D'ELEMENTEN DE MATOTTEN NAAR SPROOKJESLAND ARMAND PIEN GEEFT «DE FOESJELEERS» EEN ZETJE Hm D'ELASTIEKE SJINJIPPEN ZIEN KARNAVAL DOOR EEN SCHOTSE BRIL AALST PRINSELIJKE CARNAVALCAEMERE DER ALOUDE KAYSERLYKE STEDE AELST 16 Geen verenigingsleven is momenteel zo intens als dit der Aalsterse karnavalverenigingen. De dagen tot 24 februari worden bij hen ge teld, met verlangen, maar ook met spanning, want dé vraag is, komt men klaar? De wagen, de kledij, de figuranten, de tientallen wisje wasjes, alles komt nu om het hoekje kijken. Aalst is rijk aan karnavalverenigingen. We kunnen ze dit jaar niet al lemaal voorstellen. Vrij willekeurig pikten we groepen uit het lange waslijstje. Deze week alvast een bonte schakering van groepen, waarbij in de keuze niet gekeken werd naar herkomst, traditie, staat van verdienste of dies meer. De Matotten, D'Elementen, D'Elastieke Sjinjippen en De Foesjeleers vertellen hun wel en wee. De eerste initiatiefnemers zijn er niet meer bij. De Matot ten, sterk onderhevig aan ups en downs, zijn de vele peri kelen ten spijt toch aan hun vijfde karnavaljaar toe, hoe wel er de komende karnaval bij gerekend er slechts vier optochten meegemaakt werden. Bezieler en Matot in hart en nieren, tot vorig jaar voorzitter, doch om beroepsrede nen nu ietsje meer achter de schermen, Thierry Spaenho ven, zegt over karnaval '72, toen de Matotten er niet bij waren vele leden waren net gehuwd en de groep viel uit elkaar «'k Moest op mijn tanden bijten, of 'k begon te janken. Als Aalstenaar moet ik in de stoet, er is geen houden aan». De stichtingshistorie loopt parallel met vele karnaval- groepen, enkele fiere Aal- stenaars samen in een ca fé, hier de «mannen van 't Sluisken» en de drang om het zelf eens te wagen en karnaval door en door zelf te beleven, en daar piept het geluid van een nieuwe groep. De naam, de Matotten, was er snel. Hun naam waardig werd in 1970 de grote aard bei, de matot, uitgebeeld. De wagen vervoerde de reu ze-aardbei, groene blaren steeltje en de Roosdaalse aardbeikoningin met lijf wacht, midden een haag van groen-rode Matotten- jongens en -meisjes. Na 1971, met «De Landing op de Maan», liep het berg af met de Matotten, met het hierboven beschreven resultaat. Terwijl in '73 vooral onder impuls van Thierry Spaenhoven, Luc Eeman en Jef Van Gijse- gem, de draad heropgeno men werd en «Fauna, Flora Alosta» naar voor werd ge bracht. Naast Aalst, werd ook een uitgeregend Halle aangedaan. De ploeg voor '74 werd ver nieuwd, nu staat voorzitter Pierre-Paul Schotte, samen met sekretaris Urbain Kie- kepoos voor de zware taak het karnavalavontuur van «Sneeuwwitje en de Zeven Dwergen» tot een goed ein de te brengen. Meester Per- soons ontwierp de maquet te, waar van de reële uit werking nu reeds de reuze paddestoel klaar is, terwijl de prins in zijn sprookjes kasteel ook reeds ver in zijn onderkomen zit. De tijd van gunstkoopjes is aangebro ken en nog anderhalve maand worstelen de Matot ten om op de voordeligste wijze kippegaas, isomo en dergelijke te bemachtigen. Toch zijn ze gerust in de af werking, want zo moeilijk als de «bij» van vorig jaar kan het niet worden. JOHAN VELGHE Wie tussen smeer en olie iets van de karnavalsfeer pro beert op te snuiven, komt bedrogen uit. In de garage Schillemans, aan de Zeebergbrug te Aalst zien de harde werkers van «De Foesjeleers» er allesbehalve karnavalesk uit in hun overallpakken en pikzwarte gezichten en han den. Het is hun dit jaar ernst met de karnavaloptocht. De zelfde makabere belevenis als vorig jaar, die ten slotte toch nog gelukkig afliep, willen ze niet meer meemaken. Met verbetenheid wordt hun wagen klaargemaakt. Voorzitter Gerrit Raes is resoluut wanneer hij de deelne ming van zijn groep aan de optocht, dit met een draaiende wagen, meedeelt. Voorzitter Gerrit Raes en het ganse bestuur trou wens ook de harde werkers penningmeester en tech nisch leider Jacques Schil lemans, sekretaris Gert Blancquaert, public-rela tions Jos De Maldere, ma teriaal meester George Van Langenhove en hulpsekre- taris Georges Bocqué, ma ken van hun hart geen moordkuil wanneer ze het tema van hun wagen uit de doeken doen. Geen ge- heimdoenerij bij hun «Twintig jaar weerbericht». Het ontwerp tekent zich reeds duidelijk af: de «ruw bouw» van de torens, de monitor, het draaiende on derstel van de wagen en het ijzeren geraamte voor de wolken die de weerman zullen omgeven, zijn klaar. De bijzondere pientere uit vinding van Jacques Schil lemans, een kombinatie van wagenonderdelen met een motor van een ruiten wisser als aandrijving werd reeds herhaaldelijk met goed gevolg getest. De kar navaloptocht mag komen voor de Foesjeleers, want ze kregen de verzekerde steun van niemand minder dan weerman Armand Pien, naar wie hun wagen trou wens is uitgewerkt. Armand Pien zelf zal er aan houden samen met De Foesjeleers karnaval door te brengen bovenop hun weerwagen. FOESJELEERS NIET ALTIJD ZO GELUKKIG Het liep inderdaad voor De Foesjeleers niet altijd van een leien dakje. Neem nu karnaval '73. Door tal van een schijn van kans, klaar te komen, de leden zelf waanden alles hopeloos en verlieten zelfs de groep. Slechts enkele koppigaards hielden vol en toch kwam het er. «Cleopatra en Cae sar te Oilsjt» kwam de stra ten op. De groep is zeer jong, piep jong nog, want het wordt pas nu hun tweede karna- bijval, doch eerst dienden nog een hele reeks perike len omtrent de naamgeving weggewerkt te worden. Van de «Steikelbabbekes» werd het «De Foesjelende Cleo patra's», tot de huidige be naming «De Foesjeleers». Pas nu, en dit zonder af- breukt e doen aan de vroe gere inspanningen, is deze jonge loot van het Aalsters omstandigheden was er be gin februari, een maand voor karnaval, nog niets op het platform van de wagen te bemerken van het dekor. Niemand qaf de groep nog valdeelname. Het was Ger rit Raes, die in het kader van de Kreja-jeugdklub het idee opperde een eigen kar- navalvereniging op te rich ten. Het opzet kende wel D'Elastieke Sjinjippen, zegt voorzitter Arnold Bombeeck, kunnen een gast op een van hun bestuursavonden, niet alleen de groep laten zien, doch ook laten proeven. En ef- fektief, de «sjinjip» kregen we al na enkele minuten aan. In de Koolstraat bij Lutgard en Eddy de Sjinjippen zijn meestal woonachtig rond de Koolstraat, ze zijn niet voor niets de mannen van «klein parkske» treffen we de ver jongde bestuursgroep aan, die op de vergadering tal van materiële beslommernissen oplost. Aan voorzitter Arnold Bombeeck, ondervoorzitters Jef Desmet en Pierre Van Acker, schatbewaarster Emy Feusels en feestleider Alfons De Cooman, heeft deze vijf jaar jonge karnavalgroep een stevige bestuurs- en vooral werkploeg. karnavalverbond, verlost van de geboortestuipen en kijkt men zondag 24 februa ri, of wordt het zaterdag 23 februari, met een gerust; gemoed tegemoet. De stichting dateert van 29 maart 1969, waar in een herberg aan de Leo De Be- thunelaan, vrienden onder elkaar, de karnavalmikrobe i sloop, en «zot ga weg», en I ook wel met een tikkeltje nijd op al de andere groe- y pen, een nieuwe karnaval- I groep het licht zag, niet 1 met de huidige naam, maar als «Floerewurtelkes». Te weinig pikant volgens hun j smaak werd het vrij vlug d'Elastieke Sjinjippen, na- 1 dat het zelfs nog een poos- j je de Plastieke Sjinjippen was geweest. D'Elementen willen en moeten steeds hun naam waardig zijn. Ze vormen wel een uitzondering in het Aalsters Kar naval Verbond, alleen mannen zijn er lid van, niet een emancipatiekwestie, meer een traditie en zoals sekretaris en duivel-doet-het-al, Edgard Van Den Abeele, het kort en bondig en met de veelbetekenende blik zegt: «we willen geen ambras». En toch hebben d'Elementen voor het zwakke geslacht een boontje over, want tijdens niet min der dan drie van de zes karnavaloptochten die ze mee maakten, beeldden zij het hun ontbrekend element uit. NIET ALLES LIEP VAN EEN I EIEN DAKJE Dat er echter de glorie van het slechts enkele uren du rende vertoon van de stoet d'Elementen gaan niet buiten Aalst, de ene maal te Antwerpen liep het er d'ELEMENTEN - Aalst zelfs al te vrolijk af uren, zoniet weken werk schuil gaan van somtijds slechts enkele wroeters, is wel ge noegzaam bekend, doch dat men er met stralende gezichten op het wagen platform staat terwijl "kort voordien de moeilijkste momenten in het vereni gingsleven plaatshadden, dit alles hebben ook d'Ele menten meegemaakt, een maal toen enkele dagen voor karnaval de kostuums te klein bleken. Dit jaar gooit men het op de showtoer. Een volledige figuratie rond het terne «Vader Abraham en zijn goede zonen» wordt naar voor gebracht. Zo ver staat men nog niet met de afwer king van de wagen, doch het bestuur met voorzitter Etienne Willock en onder voorzitter Filemon Bos man, sekretaris Edgard Van den Abeele, schatbewaar der Frederik Caudron, kom- missarissen Pierre De Wit en Jozef Schockaert heb ben er goede hoop op. Te meer de groep beschikt naast de peter en erevoor zitter Gaston Depero en meter Maria Sonck, over een uitzonderlijke werker. In het klaarstomen van de wagen, ligt voor Jan Lens- sens, zijn karnavalpret. Vorig jaar brachten deze karnavalisten uit de buurt van de Welvaartstraat «De strijd van Vasten tegen Vastenavond», waar Brue ghel met zelfgebakken brood, rijstpap en kop, het opnam tegen de met droge haringen gevoede heks. 1972 werd tot nu toe het laatste dansjaar, toen het tema «Viva Espagna» uitge beeld werd, terwijl het jaar daarvoor steeds weer dat vrouwelijk element aan bod kwam, daar waar de mode «maxi-mini» op de wagen planken gebracht werd. In de moeilijkste omstan digheden werd de wagen van '70 «De afgedankte hei ligen» toch een onverhoopt sukses, daar waar met een prachtige wagen het jaar voordien, uit reden dat de voorstelling te folkloris tisch en niet komisch was, er helemaal geen prijs be haald werd, m.a.w. een le ge kas. Nochtans hebben d'Elementen de beste herinneringen aan hun uit beelding van de Griekse Evzones, de Koninklijke Wacht. De eerste karnaval na de stichting bracht hen naar HawaT, waar de in raffia ge tooide mannen met hun danspassen de eerste prijs behaalden. D'Elementen hebben met een stijgend ledenaantal definitief een vaste plaats veroverd in de Aalsterse karnavalwereld. Zoals ieder jaar draagt de Prinselijke Carnavalcaemere der Aloude Kayserlyke Stede Aelst haar steentje bij tot het welslagen van de drie zotte karnavaldagen van onze beminde Ajuinenstad. Na de eerste inzet, bij het welgeslaagde Driekoningen feest, verklaart deze Carnavalcaemere dat zij reeds duchtige voorbereidselen heeft getroffen voor de eerst volgende Karnavalviering. Of het nu een autoloze zon dag wordt of niet: karnaval wordt in Oilsjt gevierd! Intussen is er al heel wat werk verzet geworden... (en Aalsterse pintjes) en een geheime voorbereiding voor haar Prinsendag, die stilaan een traditie is gewor den. Vorig jaar kwamen reeds heel wat Aalstenaars naar de Grote Markt om samen met de Prinsen rond de Ajuin boom te dansen. Elkeen stelt zich soms weieens de vraag: «en wat zal het dit jaar worden?», doch gewoon lijk als iets dergelijks in ons binnenste opkomt, moeten wij achteraf eerlijk bekennen dat het heel wat beter is afgelopen als dat wij vooropgesteld hadden. Intussen door iedereen wel geweten is dat ook de Prin- sencaemere deelneemt aan de Prinsenverkiezing, en wat eigenlijk niet heeft gezegd of geschreven te wor den: zij neemt ook deel aan de Karnavalfeesten 1974, welke wordt ingericht naar jaarlijkse gewoonte door het Stedelijk Feestkomiteit. Onze Prinselijke Carnavalcaemere der Aloude Kayserly ke Stede Aelst meldt langs deze zijde dat hun PRINSENDAG wordt gehouden op 3 MAART. Met veel leute, muziek, vuurwerk, een drink... en af scheid der Sotternyen 1974. (L)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1974 | | pagina 16