WILLY DE WITTE OP DREMPEL VAN GROTE CARRIERE ALS MOTORCROSSER? BROERS JOHNNY EN TONY VOLGEN ZIJN SPOOR LUCVERLEYSEN: STUDEREN GAATVOOR MOTOCROSSEN 12 - 25-7-75 - De Voorpost «Je moest hem daar zien staan hebben tussen al die andereneen sukkelaar. Zelfs geen laarzen had hij. Een amateurke. En zijn moto? Een «okkasiebakje». Ma vertelt het allemaal. Ma De Witte, als ze over het debuut praat van Willy, de oudste van het crossende broedertrio dat aan de voet van de «Boekhoutberg» te Erembodegem woont. Willy De Witte is nu 23. Broer Johnny 20 en «nieuweling» Tony, een jongen die met een ongeval zijn seizoen 1975 verbrod weet, 17. Willy: «Waarom begin je eigenlijk aan een keiharde en dure sport die motor crossen al na al toch is? Ik weet het gewoon zelf niet. In 1970 betwistte ik als nieu weling BLB enkele wedstrij den en won er drie. Het schonk me moed. Een jaartje laterw werd het een fikse sprong naar vorenals junior vlotte het verdomd goed. Het kampioenschap van België en Oost-Vlaande- ren en de «trofee»: ik veroverde het allemaal. Een prettige belevenis» Willy deed een overstapje naar de BLB-inters en hield er nog drie overwinningen aan over. Kwam dan dat rotte 1973: legerdienst, een pols stuk en geopereerd aan de knie. Als je dat allemaal meemaakt mag je er voor volle twaalf maanden een kruiske overmaken. Uilenspiegel zegde dat na regen zonneschijn komt: 1974 was Willy De Witte gunstiger. Hij crosste bij de inters 13 overwinningen bij mekaar. De oudste van de De Witte-brothers meende dat hij bij de BLB niet zo heel veel meer kon opsteken en schafte zich een BMB- vergunning aan. Niet on middellijk om zich met kerels als Roger De Coster of Mikkola te meten: vooral eer hij het tot internationaal kon schoppen, moest hij eerst troefazen op tafel kunnen gooien. «Hij debuteerde in de BMB bij de senioren, weet ma, en hij kon best heel wat meer overwinningne hebben bij- eengecrosst. Pech heeft hem meer dan eens op een zijspoor gerangeerd: een reeks winnen en dan uitval len wegens mechanisch de- fekt was er nogal geran geerd: een reeks winnen en dan uitvallen wegens me chanisch deffekt was er nogal een keertje te veel aan. Hij kon reeds lang de nationale titel op zak heb ben. sportdiscipline hangen winst en verlies aan en dun draadje. De atleet zelf mag dan al fysisch pikfijn in orde zijn, een machine is vaak onberekenbaar. Internationaal Geen van de drie De Wittes verdient wat aan het cros sen. Willy: «Kan ook niet. Voor een goeie tweewieler betaal je gauw 100.000 frank, en de kosten over een seizoen lopen tot datzelfde «bedragje» op. Je moet een klub hebben, anders kun je ermee stop pen. Tenzij je steenrijk bent natuurlijk. De mensen van de door voorzitter Albert Lievens geleide «Tuftuf- klub» steken er hun «kruk ken» onder. Een financiële bijdrage die allesbehalve te versmaden is en een massa problemen uitveegt. Boven dien is er ook de morele inbreng van de fans: hun aanmoedigingen, een sti mulans bovenop, doen een sportbeoefenaar deugd Trainen? Jawelje moet dat, anders geraak je nergens. In de buurt oefenen, gaat gewoon niet. Ofwel moet je naar Axel in Nederland, 70 kilometer enkel. Of naar Lommei, en dat wordt dan 120 kilometertuffen om er te komen. «Als je anders niets zou te doen hebben dan te crossen kun je gerust de tijd nemen om naar een of ander oefenparkoers te rijden. Maar er moet ook om den brode gewerkt bij de De Wittes, en dan wordt het moeilijker om er lange uren tussenuit te knijpen. Willy De Witte ziet niet tegen een massa inspanningen op. Je moet niet alleen «per motto» kunnen rijden, akrobaat zijn: je lichamelijke konditie moet honderd procent in orde zijn. Daarom hoort er ook footing en versnelde powertraining bij. Hoeveel supporters Willy oppeppen? Moeilijk te schatten, maar Nu is Van Baelen uit Mol de «koploper. Willy staat twee de. Als hij nog twee keer wint, komt de trikolore trui naar Erembodegem. Maar daar denkt ma De Wittes oudste zoon voorlopig niet aan: in motorcross, maar dan in om het even andere Willy De Witte: grootste belof te bij de BMB als senior. Als het allemaal naar wens verloopt, wordt hij binnen kort zelfs internationaal dat moeten er zowat 500 zijn, waarvan er verscheide ne van crosse naar cross met hem meehotsen. Graag zouden die hem als natio naal kampioen huldigen. Allemaal motocrossentoe- siasten: Willy, Johnny en (rechtstaand naast pa) Tony De Witte houden de sports- feer van de familie hoog. De anderen zijn vanzelfspre kend vurige fans. Willy zelf zegt zo'n titel wel wat, maar eigenlijk ziet hij zijn «Senioresperiode» eer der als een aanloop naar een carrière als internationaal dan als einddoel. «Een tiende plaats bij de interna tionalen spreekt me meer aan dan een zege bij de senioren. Fans zullen die uitspraak misschien minder graag horen, maar ik kan er ook niets aan doenWaarom anders praten dan je denkt?» Internationaal worden is Willy's droom, maar zal hij zich bij al die azen kunnen doorzetten? De oudste De Witte gelooft dat het los loopt. Hij heeft trouwens al «geproefd»: in Nederland en in Musson maakte hij kennis met crossen op het hoogste niveau. Zonder pech stak er telkens de zege in. Dat woordje «pech» speelt een grote rol in Willy De Wittes vocabularium. Te genslag hield hem van verscheidenen overwinnin gen: de zes seizoenzeges van 1975 zijn maar mager als je bedenkt dat er een tiental meer op zijn palmares had den kunnen staan. Doch zeuren doet deze 35-jarige karaktermens niet: het hoort allemaal bij een op de mechaniek stoelende sport. Je mag niet opstandig worden. Je nood gaan klagen bij kollega's moet je evenmin doen: iedereen heeft met zijn eigen miserie al genoeg. Of Willy dan niet ontgoo cheld is als hij niet als winnaar en motocross af rondt? «Je moet de zaken een beetje filosofisch bekij ken: in de sport liggen winst en verlies erg dicht bij elkaar. Voor de supporters is het natuurlijk anders: als ik met bloemen wuif, vindt iedereen dat normaal. In het tegenovergestelde geval maken sommigen daar een drama van. Alles in deze wereld is relatief: krijg je vandaag een klap, dan toren je er morgen mis schien bovenuit. Johnny: elf overwinningen bij debuut Johnny De Witte is vandaag 20. Hij kreeg ook de mikrobe in het bloed1972 betekende voor hem de aanloop. Een schitterend debuut trou wens: bij de BLB-nieuwe- lingen won hij dat seizoen elf keren. Niet weinig. 1973 werd en sukkeljaar: hij zegevierde in een viertal juniorewedstrijden, maar het was toch niet je dat. Voor Johnny was 1974 zo mogelijk nog rotter: twee overwinningen had hij op zak als hij in «zijn» Erembo degem aan één enkele valpartij een meniscusletsel en gescheurde gewrichts banden overhield. Hij kon meteen de boeken dicht klappen en gelaten wachten op «betere tijden». Die betere tijdens schijnen voorlopig niet aangebroken. Johnny is sinds begin 1975 BMB-junior. Eén keer stat er een overwinning in. Te Hove. Hij reed heel de koers op kop. Maar dan begaf zijn Het is een moeilijke kombinatie, motocrossen betwisten en studeren. Luc Verleysen, 18, weet er alles van. Nu het allemaal achter de rug is, wordt hij een beetje kalmer: de eksamens stelden de zenuwen fel op de proef. Maar nu hij uit Liedekerke met een A2-diploma boekhouden naar de Eikestraat te Moorsel terugkeerde, is er een pak van zijn hart. Luc heef nu en zee van tijd om te trainen. In afwachting dat hij zich opnieuw over de studieboeken buigt: graag wilde Luc ekspert-boekhou- der worden en een massa wijsheid over informatie opsteken. Pa gaf voorbeeld De talentrijke Marc Van Gijseghem, bij wie we binnenkort op reportage gaan, had aan Luc Verleysen steeds een goeie fanoveral trok hij met zijn dorpsge noot mee om hem aan te moedigen. Die liefde voor het motorcrossen erfde Luc van pa. Verleysen senior heeft in «zijn tijd» ook meer dan één machine aan digge len gereden. «Toen werd nog niet zo veel van ons geëist, zegt die, «je oefende een beetje als het paste, maar nu moet je het bijna professioneel aanpakken trainen, je konditie verzor gen. De konkurrentie is te scherp vandaag. Luc kon het op een goeie dag niet langer aanzien. Hij wilde zelf meebollen. Dat was vorig jaar. Een triomf tocht van cross naar cross werd het niet. Obk in 1975 klom Luc niet boven de tegenstanders uit. Wel vero verde hij vierde en vijfde plaatsen, waaruit bleek dat hij geen figurantje is. De machine testen gebeurt achter detuin. Maar oefenen kan daar vanzelfsprekend niet. Daarvoor moet hij naar Lommei of Axel. Telkens een lange trip. Maar het moet, anders raak je hele maal achterop. Een klub? Nee, al dat gecross, met de zware financiële nasleep, moet uit het gezinsbudget komen. Een dure grap. Het staat trouwens niet op verbete ren. Jan, nu 16, zit al van ongeduld te trappelen: vol gend jaar gaat hij er ook tegenaan. Nog een geluk voor pa en ma Verleysen dat de twee andere broers (ja, ja: vier zonen zijn er bij de Verleysens die wat graag een meisje hadden boven de doopvont gehouden) niet in hetzelfde bed ziek worden. Een vedette worden? Graag, weet Luc Verleysen, maar studeren gaat voor mijn hobby. Later zien we wel hoe de zaken evolueren. voetsteun. De pret was er meteen af. Johnny: «In het begin van dit jaar was het niet alles met zijn fisieke konditie. Een beetje mijn fout, maar wat wil je met al die strubbelingen van vorig jaar. Nu ben ik er bovenop, doch het slaat me allemaal een beetje tegen het hoofd: pech. Johnny is al eens meer ondersteboven gereden door konkurrenten. Er zitten bij die juniores nogal wat «déstereirs» zoals hij ze noemt. Mannen die niet eens weten hoe ze net stuur van hun tweewieler moeten vasthouden. Als je die kerels wil voorbijsteken kun je het kontakt met die zigzaggende «leerlingen» in veel gevallen onmogelijk vermijden. Je gaat dan onvermijdelijk in het zand of de modder. Met alle gevol gen vandien. Het is een beetje normaal dat het er tamelijk zenuw achtig aan toe gaat bij de juniores. Je moet eerst door de schiftingen geraken om aan de eigenlijke cross te kunnen meedoen. Die schif tingen zijn er nodig omdat er steeds al te veel deelnemers opdagen. Begrijpelijk dat het een echte «struggle for life» wordt. Johnny wanhoopt, ondanks alles, niet. Willy meent dat zijn broer talent genoeg bezit om door te breken. Hij kan het wetenals grootste senioresbelofte van België en met zijn jarenlange erva ring, spreekt hij met kennis van zaken. Benjamin Tony inaktief De 17-jarige Tony De Witte zien we dit jaar niet meer aan de start van een cross. Tenzij als toeschouwer. To ny debuteerde vorig jaar. De Hofstaade belofte Dhacse Pa en ma Verleysen hebben vier zonen: Luc erosst. Vol gend jaar wil Jan (uiterst rechts) ook zjn kans wagen Het seizoen zat er al voor een stuk op. Hij veroverde een serie ereplaatsen. Aan deze BLB-nieuwelingen zou die andere belofte, de knap pe Aalstenaar De Ruys- scher, een stevige konkur- rent hebben gehad. Tony won al onmiddellijk in het Nederlandse Axel, voorlo pig het toevluchtsoord voor de BLB-rijders nu hen in België het leven zuur wordtd gemaakt en de wedstrijden om de haverklap op een «njet» van de bevoegde overheid stuiten. Tony werd evenwel het slachtoffer van een ongeval dat hem in de kliniek deed belanden. Hij ging, de winnaar van een koers zijn beker afhalen als plots een internationaal, die aan het crossen was, in het publiek terechtkwam. Tony De Witte was de peer. Vandaag hinkt hij nog steeds rond met metalen staven in het been. Hopelijk is eind dit jaar alle leed vergeten. Met doorgedreven wintertraining moet hij in 1976 in het bezit van al zijn krachten op een nieuwe lei kunnen herbeginnen. Geld Drie crossers «in leven houden» kost veel geld. Het gezin De Witte heeft het kunnen ervaren. Gelukkig maar dat de klubs bestaan. Willy, Johnny en Tony werden eerst door één enkele vereniging gesteund. Maar dan kon niet blijven duren. Het was van het goede te veel. Tony verhuis de: hij kreeg dankzij zijn nieuwe fans en vooral het huis Standing een gloed nieuwe 250cc-machine. Een meevaller dat Tony er te- rechtkon, want anders moest één van de jongere broers, Tony zelf of Johnny, ermee ophouden. Nu blijven ze allemaal in kompetitie. Wie het verst zal brengen? Het ziet er naar uit dat Willy mettertijd een crack wordt. Maar beide anderen zitten zo boordevol «klasse» dat het niet uitgesloten is dat Erem bodegem beroemd wordt via de drie crossende broers De Witte. Mare Marcel Francois Borms uil Erembo degem

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1975 | | pagina 12