VIJF AALSTERSE ABSTR AKT-KONSTRUKTIEVE KUNSTENAARS BUNDELEN ZICH IN «AKSENT :tl «ARBEID EN KUNST» BRENGT KERSTLEGENDE VAN FELIX TIMMERMANS reï i LEDE MISS BETTE VERKIEZING NAAR NIEUW SUCCES UIT DE ZIEL VAN ROCKER WALLIS CHRIS LATOUR Sr 20-2.1.76- De Voorpost Voor het eerste te Aalst groeperen zich een vijftal konstruktief abstrakten zich in een werkgroep. Vier zijn wat je neofieten noemen kunt: André Serner, Willy De Moyer, Mare De Stoop en Luc Van Canegem. Walter Schelfhout anderzijds, de nestor van het gezelschap is in het Aalsterse allang geen illustere onbekende meer. De werkgroep is niet over ijs van een nacht gegaan. Na talrijke gesprekken pas werd eraan gedacht een werk groep op te richten die naast tentoonstellingen ook ande re nevenaktiviteiten plant. Aksent is een spontane ver eniging van deze kunste naars om het isolement waarin ze werken te doorbre ken. De groep kent dan ook slechts een enkele maat staf, nl. «konstruktief wer ken». Dit laat ieder lid vrij zijn eigen ingeslagen rich ting te blijven volgen en zo zijn eigen normen over wat voor hem «konstruktief» is te behouden. Zo zien we André Berner zwart-wit komposities maken in di verse technieken, Willy De Moyer houdt het bij eerder ingewikkelde meetkundige komposities die sober blij ven door hun kleur, Mare De Stoop legt zich toe op het uitpuren van de mogelijk heid van aluminium en de inwerking van het licht. Luc Van Canegem maakt sobere vormen in de ruimte van het vlaken meestal tweekleurig. Walter Schelfhout, die enke le jaren geleden «blauw- rood-wit-komposities» schilderde toont nu veel kleurige meetkundige wer ken. Aksent heeft voor de onmid- delijke toekomst reeds een tentoonstelling in de Aals terse Belfortzaal, Grote Markt gepland en wel van 25 januari tot 16 februari a.s. Nadien volgen tentoonstel lingen te Zottegem en meer dan waarschijnlijk ook aan de V.U.B.-Brussel, Neer- pelt, Antwerpen, Keulen, Hasselt. Schetsen we even een por tret van de kunstenaars die aksent uitmaken: André Berner Vilvoorde 3/7/1955. Woont te Aalst, Molendreef 68. Studeerde graf ief en publici teit aan de Aalsterse acade mie en nu graveerkunst aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten te Gent. Nam deel aan een groeps tentoonstelling te Lede «De Bonte Os» in Aug. 1974. Zelfs in mijn figuratief werk kon ik niet nalaten telkens opnieuw constructieve ele menten te verwerken. Hier uit komt waarschijnlijk voort dat ik tot puur constructivis me ben gekomen, een we reld die voor mij een onuit puttelijke bron van inspira tie betekent. Voor mij komt het er op neer een andere wereld achter het constructivisme te ontdek ken, niet iets dat zo maar vluchtig op papier wordt ge zet. Immers ben ik van oor deel dat op dit terrein nog heel wat te ontdekken valt. De gelegenheid hiervoor krijg ik nu met Aksent. Willy De Moyer Opbrakel 1952 Woont te Aalst sinds 1966. Kerkhoflaan 58. Schildert in 1970 zijn eerste abstracte werken. Evolueert al vlug naar het constructi visme en zo enkele jaren geïsoleerd verder. Experimenteerde veel met moderne materialen om daarna terug tot klassiekere technieken te komen. Besprak vorig jaar met Schelfhout de idee voor het vormen van een groep con structivisten en zo begon het... Wat mij spontaan aanzette om constructief te schilde ren is het direkte, het con crete eigen aan deze stijl. Schilderen is voor mij de maximale spanning, relatie Toen enkele maanden geleden de stukken van Arbeid en Kunst ons bekend werden en daar een greep naar de oude doos met de kerstlegende van Felix Timmermans in voorkwam stonden we even perpleks en klaar met een stoom van «hoe is het mogelijk...». De tijd luwt dan die opstandige gedachten en naar een voorstelling toe heeft het absolute pessimisme plaats gemaakt voor een meer ontvankelijker gemoed. En terecht, Arbeid en Kunst heeft bewezen dat een terugkeer naar oude gloriestukken op gepaste tijden de moeite loont. Dit sterke stuk van Felix Timmermans oefent een even sterke aantrekkingskracht uit op oud en jong. Rond de kerstmis in een kerstversierde stadsschouwburg was «Waar de ster bleef stille staan» op zijn plaats. Felix Timmermans schreef dit toneelstuk te Amsterdam in 1925 samen met Edward Veterman. Het is typisch Timmermans: een drang naar vertellen en uitbeelden, een sappige sterk dialektische taal. vondsten en verrassingen voor het grijpen. We maken drie opeenvolgende jaren de kerstnacht mee met Pitje Vogel, de palingvisser, Suskewiet de herder en Schrobberbeeck de bedelaar. Om geld in 't bakje te krijgen, zo nodig voor de dagelijkse druppels bij Polien. gaan ze van deur tot deur driekoningen spelen. Hun opbrengst geven ze aan een arme man, zijn vrouw en pasgeboren kindje die ze in een woonwagen in 't bos ontmoeten. Een vreemd gevoel dat zich van hen meester maakt doet Suskewiet geloven dat zij daar de H. Familie gezien hebben. Ziek en een beetje kinds geworden verdiept de oude herder zich in God. Pitje vogel en Schrobberbeeck trekken er de volgende kerstmisnacht al leen op uit, mar komen van een kale reis terug. Pitje Vogel, kwetsbaar als het om armoede gaat. verkoopt zijn ziel aan de duivel. Suskwiet sterft en Schrobberbeek bedelt voort. De derde kerstmis vinden de twee hun vrede terug. Arbeid en Kunst heeft een prestatie gele verd waarvan de totale indruk sterk overheid naar zeer goed. Jammer van het niet eenslui dend dialekt. Theo van Gyse- ghem als Pitje Vogel. Paul Seghers als Suskewiet en Rik Van Hoorde als Schrobberbeek brachten akteurswerk van de bovenste plank. Zelden zagen we zo*n rake typeringen, paul Seghers was schitterend in de sterfscène. Rik Van Hoorde heeft een enige mimiek en Theo Van Gyseghem bewonderen we voor zijn lenigheid, hoe die man nog een stoel op en af sprong... Leentje Van Den Bossche's grootste verdienste lag in de duidelijkheid van haar uit spraak. verder was zij volledig ongeschikt om deduivelsrol voor haar rekening te nemen. Een duivel beweegt zich kronkelend, geheimzinnig, dansend. Rem mingen tijdens repetities zullen zelden tijdens de vertoningen voor publiek in rook op gaan. We stellen ons zelfde vraag of de regisseur niet mag of moet eisen dat akteurs en aktrices tijdens de montage van het stuk alles geven wat in hun mogelijkheden ligt. Martine Saesen (meisje) en André Van der Eist (koster), twee debutanten vielen uit de toon. Zoë De Neve als Polien Pap. Jozef De Ridder als burgemeester. Ronald Schollaert als Jozef. Frangine De Bolle als Maria waren in hun kort optreden voortreffelijk. In en ritme proberen te realise ren met de elementairste factoren van de schilder kunst. Mare De Stoop 18/8/54 Woont te Dendermonde Ro zen laan 1 Studeerde grafief en publici teit aan de academie te Aalst en nu film en fotografie aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten te Gent. Constructivisme betekent voor mij het scheppen van koele vormen begrensd door strakke lijnen die samen een geheel vormen dat niet tot de realiteit behoort en niet tot het alledaagse zoals mensen en landschappen die echt bestaan en dus ntet hoeven geschilderd te wor den. Ik werk voornamelijk met moderne materialen zoals a- luminium. Het gaat er om, zonder kleu ren, vlakken weer te geven die tot stand komen en af hankelijk zijn van de lichtin val. Luc Van Canegem 13/4/1955 Woont te Aalst, Felix De Hertstraat. Studeerde aan de Aalsterse academie en nu aan de Ko ninklijke academie voor Schone Kunsten te Gent. Nam deel aan groepsten toonstellingen te Lede en Denderleeuw (Centraal Complex). Ik voel het constructivisme aan als de enige kunst waar in ik mijzelf kan zijn en waar mee ik het publiek iets nut tigs kan brengen. Walter Schelfhout Aalst 5/9/1942 Woont te Aalst, Dirk Mar- tensstraat 89. Werkt abstract (met con structieve inslag) sedert 1959. Starte op de groeps tentoonstelling «Test» in het Hessenhuis te Antwerpen waarna individueles volgden te Brussel (2), Oostende, Aalst, enz... Groepstentoonstellingen te Japan (Osaka), Gent (Natio naal Salon voor Schone Kunsten), Siegen (W.D.), Parijs, tentoonstelling Groep Takel te Aalst enz. Stelt in 1967, 32 tekeningen tentoon in Youngstown U.S.A. en het jaar daarop in Lawrence U.S.A. In 1969 indivueles te Meche- len (ADO), Dendermonde (Celbeton), Leuven (Oog) Kassei (Lometsch), Hanno ver (Steintor), Sint-Niklaas (Venetia) Aalst (Reform ga lerij), Brussel (7-50). Groepstentoonstellingen te Aalst, Hasselt en Gent (fa cetten) Vlassenbroek (zes schilders) (Kleur licht) St- Niklaas, Mechelen en Brus sel. Werd geselecteerd op «2de Jozef Mulsprijs», Forum- prijs van de grafief, de Berthe Art prijzen, Jeune Peinture Beige en C.S.C. prijs voor schilderkunst Sint-Niklaas. Hield een tentoonstelling «10 jaar abstracte kunst van hef ce« iep! Schelfhout» in het Museun - Oud Hospitaal te Aalst ii 1970. Stelde grote formaten tea toon bij Drieghe te Wetterei en in de Belfortzaal te Aal: (1971). Is verbonden aan het Aal terse Museum. Mijn werk ontstaat uit hi steeds wederkeren proci van scheppen en herschei pen. De basisidee wordt uitge puurd, tot uit deze kern er nieuwe kern ontstaat, die oP zijn beurt aan de basis lig'_j voor een volgend gel ij kaarde"] dig verloop. Ie i Vorm en vormgeving zijn/lir hierbij de belangrijkste proiet blemen. Alles verloopt be|j0( studeerd en beredeneer^ volgens een welbepaald' schema. |£e Ik schep vormen in de ruim te, hangend, liggend of drie^et dimentionaal. Eigentijdss werk, eigentijds gekleurcfet voor eigentijdse mensen, en en Johan Velghich de figuratierollen traden Jan De Ridder. Emiel Van Essche en Hubert Janssens op. Deze laat ste heeft ons aangenaam verrast. We bekritiseerden wel vaak zijn lichtregie maar kunnen hem nu door zijn kort maar mimisch zeer goed optreden een pluim toe werpen. Verder speelde hij nog een aaridge noot akkordeon en verzorgde met een passend resultaat de grime tot in de puntjes, ter vervanging van Hubert Van Geert. Na het eerste tafereel zat hij reeds weer op zijn vertrouwde plaats achter het lichtorgel. De tekeningen van de hand van Erick Capiau kwamen als dia heel mooi over. In plaats van kopie's van illustraties van Timmermans werk. een op dracht van de regisseur, hadden we hier liever in dit toch modern procédé een totaal vrije Capiua gezien. Ergens geeft zo'n dekor toch niet de warmte van een gewoon dekor. het is moeilijker voor de spelers, bewegingen, lijnen, plaatsing alles moet binnen dit afgelijnd doek ge beuren. Arbeid en Kunst heeft al bij al voor een sfeervolle kerstvertoning gezorgd. ROEL Zaterdag 31 januari '76 om 20 uur organiseert de Orde van de Leedse Hovaardige Boer voor de tweede maal haar miss Bette-verkiezing. Het bijna ongelooflijke succes van vorig jaar, is op zichzelf ai voldoende om er ook dit jaar een topper van te maken. Nochtans heeft de Orde er voor gezorgd dat er dit jaar minstens om 30.000 F. prijzen zullen te verdelen zijn. Ditmaal geen bromfiets als blikvanger, maar een sterio-installatie, een draagbaar T.V. toestel enz. Zaterdag 31 januari zp! de zaal Lelie opnieuw te klein zijn wanneer zangeres Ingrid cn haar orkest The Sonor Band de verkiezing zullen op gang brengen, net is wachten op de kandidaten. Iedere juffrouw of dame, tussen 16 en die in Lede of één van de aanpalende gemeenten woont, kan deelnemen aan deze verkiezing. DEEL I: WALLIS VERNIS VOOR CHRIS, E.O Net als een zeker naamgenoot van ondergetekende zal Wallis Chris Latour (Lamour pour les intimes) ook wel eens gelezen hebben dat Jantje eens pruimen zag hangen. Of de schizofrene Wallis Chris toen opgestaan is uit de drang ofte behoefte om op evenaardige wijze beelden in poëzievorm te gieten, weten we niet. Feit is, als is Chris er «reeds» 22, de Wallis in hem zal wellicht nog niet zolang op deze aardkloot rond wandelen. Met dit zal het de lezer stilaan duidelijk worden dat Wallis de dichter, de muzikant enfin, de kunstenaar (en misschien hierdoor per definitie de schuinmarcheerder) symbolizeert. Chris is dan anderzijds de nette jongen die zich tracht te houden aan het verkeersreglement de bezitter van een identiteitskaart... kortom, de jong-volwassene die zich net als de anderen konform moet leren gedragen naar de regels van het maatschappelijk Schaakspel, de vis die spartelt in het netwerk van een niet-gedroomde wereld. «De laatste maanden ben ik liever Wallis dan Chris», zegt Wallis Chris en we geloven hem best na het lezen van de zowat honderdtwintig gedichten die we ter inzage kregen, netjes gebundeld in vijf boekjes gaande van 1970 tot 1975. Aangezien beter dan (voorlopig) best mogelijk moet zijn mogen we het wel schrijven: the sky is the limit. De wolken zijn alleszins reeds bereikt. DEEL II: LATOUR TOUT COURT Idille Een lentebloem bracht haar mee in bloesems en blad getooid haar gewaad geurde naar marijuana en haar stem zweefde op sitarklanken de warmte in de zomerzon liet haar dra openbloeien voor mij het droomzaad ontkiemde er en drenkt tot in mijn diepste wezen. Maar toen joeg de herfstwind haar met de vogels op de vlucht en eenzaam slenterde ik langs nachtlanen op een bladerdek zacht als huid weldra vervroor de winterkou haar beeld tot een ijzige fiksie sneeuw bedekte de laatste sporen van wat een edens beleven was Ik boetseerde mijn liefde in klonters hoop en vertwijfeling zocht haar stem in het stormgeraas zocht haar ogen in de vuurgloed maar de lente was me voor en haar adem joeg de vrieslucht weg haar lichtaam droeg de kleuren van de liefde en haar trouw en zij. och zij was zo mooi PSYCHOPATISE IRONIE als de warmte de zon, je mond, mijn verlangen mij doorzinderen en de dagen ach, luttele sekonden als de koelte de maan, de dauw, mijn bruisen mijn doordrenken en de nachten ach, luttele sekonden als de liefde de gloed, je lichaam, een orgasme eindeloos lijken en de eeuwen acht, luttele sekonden dan denk ik waarom het leven verachten als alles toch zo mooi kan zijn maar vergeet het ik ben een slechte misleider ik loop er niet eens zeifin WANDEN nu heb ik het duidelijk gezien de wanden roerden zich alhoewel er geen enkele uitwendige oorzaak was het waren ook mijn ogen nit die hersenschimmen zagen want de kast roerde niet de wanden ademen hun stilte Uit «Hade»,'72-'73 Uit «Lillasiklus», '72 - '73 Uit «Upside Down» 1970 DEEL Hl: EEN LEVENSVISIE, EEN GROEP, EEN PASSIE... In september '75 richtte Chris samen met Marc Van Schandevijl de groep Chrisma op (Een interresante viermansformatie die we heel binnen kort zullen belichten.) Een voorlopige presentatie: Chrisma daar ver voorbij de horizon in een wereld die een anti-wereld is in een tijd die een anti-tijd is daar waar rede en realiteit eindigen in een onberedeneerd, surrealistisch gevoelen... in een infinitesimaal beleven van het bestaan... daar ergens begint Chrisma in een ruimte, onbegrensd en multi- dimensjonaal van belevingen, van komiese krachten die één worden met de droom en de hallusinasie materieloze ekstraterresijele golven energiekwanta van geluk, liefde, haat. melancholie, sehnsucht... Chrisma betekent zoveel en terzelfdertijd zo heel weinig Chrisma is de oneindigheid van het niets Chrisma is een nirwana waar de rede en de realiteit het plasenta zijn van het gevoel endesurrealiteit Chrisma kent maar één aksioma: ik voel. dus ik ben dit beredeneren leidt naar onbegrip dit aanvaarden en beleven leidt naar het echte leven Uit «Chrisma», na 5 sept. '75 Er is hier lang getikt, het jeukt waar er wordt gekrabd, de kater stoot de fruitmand omver, de appellen rennen over de vloer, de lamme benen strekken zich tussen de lauwe lakens, we gaan onderzeil met materieloos ekstraterriëel gesnurk, energiekwanta van vermoeidheid... dèèègdag. RENE DE WITTE

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1976 | | pagina 20