Bericht uit de
witte kamer
PRIESTER DAENS HERDENKING
HET DAENSISME
SYNTHESE OVER HET ONTSTAAN
EN DE INVLOED VAN HAAR POLITIEK
iduwticlutdex pcwti>txj4|uiit tttfuueSttoe.
De Voorpost - 25-6-76 - 11
Op 31 januari 1907 verzoende priester Daens zich met zijn
bisschop en herriep hij zijn priesterlijke opstandigheid. Van
dan af hield hij zich buiten het openbaar leven tot zijn dood
op 14 juni 1907.
Reeds in januari 1902, toen priester Daens ernstig ziek werd,
ondernam het Bisdom pogingen om tot een verzoening te
komen met priester Daens die sinds hij in 1894 tot kamerlid
werd verkozen voor de Christene Volkspartij, in ernstige
moeilijkheden met zijn bisdom was geraakt. Slechts met de
dood voor ogen ging hij daar uiteindelijk op in.
In dezelfde maand dat hij zich
verzoende schreef hij nog:
«Wat mij betreft, werd mijn
overtuiging met de jaren vas
ter, niettegenstaande alle ver
volging en alle nederlagen: om
een gelovig volk te redden is
een vrije, onafhankelijke chris
telijke volkspartij noodzakelijk,
gescheiden van de konserva-
tieve katholieke partij. En al
mogen de konservatieve ka
tholieken mij dit als een mis
daad aanrekenen, ik ben er
van overtuigd dat de goede en
rechtvaardige God mij vergif
fenis zal schenken.»
(L'Avant-garde Luik 1907 jan.)
Met deze woorden schetste hij
een laatste maal detesis die hij
en zijn broer jarenlang verde
in ons dorp werden voor de laatste maal de kermis-
vlaggen uitgehangen. Ook de plaatselijke blazers
zorgden voorde muzikale inkleding van deze laatste
adem kermis, elk in hun gekleurde toonaard. De gelen
met het groene pakje aan verbroederden voor de
gelegenheid, en niet zonder arbeid, liefst niet met de
andere inheemse toeteraars. De blauwe Cicilianen
hielden het al evenzeer bij een verbroedering met
zichzelf. Wat de rode muzikale noot betreft: deze
meest, hand in hand, vanuit de grote stad worden
geïmporteerd en voor de zwarte feestvierders gaven de
niet gekleurde jubileumblazers van den uitkant in het
dorp zelf geen enkele teken van leven. Misschien
houden deze laatsten hun «asem» in voor groot
ajuinegem.
Het «wie kaatst mag de bal verwachten» moet onge
twijfeld van inheemse oorsprong zijn. Als wij voortaan
op de talrijke «bal-sla»-aktiviteiten waarvan hier ter
dorpe de kermisdagen als het ware zwanger zijn lijkt
dit wel voor de hand liggend. En d'er werd er
inderdaad niet «neffen» geslagen door de «kosjers»
van allerlei stag: sportvrienden, donderzonen, dorp-
sportief, heuvel, hokee, erteetee en dies meer hebben
er allemaal een slag van weg. Soms hoort men de
uitroep «vees» wat er schijnt op te wijzen dat de bal
een andere richting uitgaat dan oorspronkelijk ge
dacht. Zekerheidshalve wordt deze sport bij voorkeur
beoefend in de nabijheid van bierwinkels zodat de
spelers tussendoor en achteraf hun «ophef»-makende
esbattementen zonder handschoen kunnen voortzet
ten in een andere discipline. Dat af en toe dan ook een
verloren speler «vees» gaat moet de verklaren zijn door
de intense betrokkenheid.
Een «graafikus» en verfklodderaar met een adellijke
naam maakte van de plaatselijke kermis gebruik om
ook zijn kraam op te zetten en zijn waar aan de man te
brengen op de uitkant van ons dorp. Zoals alles wat
met kermis te maken heeft in wezen de inwendige
mens aangaat-denk maar aan frieten, smoutebollen,
suikerspin, rooie appeltje, om zeker het schuimend
gerstennat niet te vergeten met de harde eieren en de
droge «sossiskens»-stond ook deze eksposante ver-
vigheid onmiskenbaar in een kulinair perspektiefHiet
is namelijk bekend dat de kunstigaard, die zelf reeds
rijzig is, zijn verfwerk aanbrengt met de spuitzak van
de «Pateekes»-bakker van naast de deur. Om duimen
en vingers bij af te likken!
digden in het weekblad Het
Land Van Aelst: om het hei
dens socialisme te voorkomen
en de klassenstrijd tegen te
gaan moeten we'r het christe
lijk socialisme tegenover stel
len.
HERDENKING
Na een herdenkingsmis in de
Aalsterse Sint-Martinuskerk
verzamelden zich een vijftigtal
Aalstenaars voor de jaarlijkse
bloemenhulde aan de voorman
van de Christelijke Volkspartij,
priester Daens. Onder het ge
roffel van de landsknecht en
voorafgegaan door het V.N.J.,
de Vlaams Nationale jeugdbe
weging, bereikte de korte stoet
via de Molenstraat het Werf-
plein. De aanwezigen schaar
den zich rond het alsmaar
kleiner wordend pleintje, waar
het monument van de gebroe
ders Daens staat opgesteld.
Bloemen werden neergelegd,
terwijl een drietal vaandeldra
gers die samen met priester
Daens de strijd tegen de kon
servatieve Katholieke partij
kennelijk nog hebben meege-
maaekt, zich fier naast hun
vroegere leider opstelden.
Luc Delaforterie hield vervol
gens een korte toespraak.
Spreker duidde op het belang
van priester Daens in de strijd
voor de ontvoogding van het
Vlaamse volk. Tevens kon
digde hij aan dat door de Pries
ter Daens stichting een fonds
werd opgericht om de studie
van het Daensisme verder mo
gelijk te maken. Volgend jaar
wordt naar aanleiding van het
feit dat Priester Daens 70 jaar
geleden overleed, voor de eer
ste maal een prijs van 30.000 F
uitgreikt. Het werk waarvoor
deze prijs wordt toegekend
moet handelen over de socio-
kulturele strijd tussen 1894 en
1914 en wordt beoordeeld door
een jury waar ondermeer Lode
Wils deel van uit maakt.
LM.
Luc Delafortrie hield een korte toespraak aan het priester
Daensmonument. Er werden tevens bloemen neergelegd (jm)
DE SOCIALE ONLUSTEN
SINDS 1867 IN WALLONIË
Sinds 1867 werden de Luikse
industriëlen jaarlijks gekonfron-
teerd met oproerige stakingen
die evenwel steeds op een sisser
uitliepen. Men achtte dit een
normaal verschijnsel, eigen aan
het grootbedrijf, een zaak die
haar plooi wel zou vinden. Op 25
maart 1886, brak echter een
uitgebreide stakingsbeweging
uit die algauw ook Charleroi zou
lam leggen. De arbeiders die
voor een hongerloon soms 18 uur
per dag in de fabrieken moesten
werken, vaak onder on
hygiënische en mensonterende
omstandigheden, zonder enige
bescherming bij de talrijke
arbeidsongevallen, waren het
kotsbeu. In hun woede verniel
den ze de installaties terwijl ook
verschillende brandstichting
en werden gemeld. Hiertegen
over voerde het leger dat ter hulp
werd geroepen, een harde re
pressie waarbij verschillende
doden vielen.
In de katholieke pers werd als
hoofdzaak voor deze onlusten
het teloorgaan van de gods
dienstzin en het geloof van de
arbeiders aangehaald. De
schuldigen hiervoor: de socialis
ten, anarchisten en de goddeloze
liberalen.
Sinds 1885 bestond inderdaad
de Belgische Werkliedenpartij
die de socialistische organisaties
bundelde. Heel wat linkse li
beralen hadden onrechtstreeks
tot deze evolutie bijgedragen.
Waarde socialisten het bezit der
produktiemiddelen op de kapi
talisten betwisten, hield de
katholieke opinie vast aan haar
paternalistische gemakkelijk
heidsoplossing en wees ze elke
staatstussenkomst van de hand.
Slechts even werd het Verbond
der Katholieke Volkswerken die
de werkmanskringen groepeer
de en op een paternalistisch-
korporatistische basis werkte,
opgeschrikt.
De katholiek sociale kongressen
van Luik in 1886-1887 en 1890
duiden evenwel op een eerste
kentering. In 1886-1887 zijn de
konservatieve paternalisten nog
in de meerderheid, doch de
korporatieven wijzen er reeds op
dat de oplossing van het sociaal
probleem niet enkel ligt in de
weldadigheid maar wel in het
herstel van het gildewezen.
Dankzij het gildewezen zullen
patroons en werknemers niet
langer vijandig tegenover elkaar
staan en kan men dus de
klassestrijd tegengaan.
Ook de eerste christen-
demokraten waren reeds op het
kongres vertegenwoordigd en
lieten een motie goedkeuren
waarbij staatsinterventie in kin-
der- en vrouwenarbeid werd
aanvaard. In 1890 zullen deze
christen-demokraten stelling
kiezen tegen het paternalisme en
het korporatisme. de meerder
heid van het kongres volgde hen
hierin en zo werd in het
katholiek milieu voor het eerst
de eis van de gescheiden
vakverenigingen gesteld.
In 1891 werd op initiatief van de
korporatisten de Belgische
Volksbond opgericht. Reeds bij
het eerste kongres van deze bond
in 1892 bleken de standpunten
van de korporatisten en de
christen demokraten onverzoen
lijk. Op het vlak van de
beroepsautonomie achtte het
kongres de 'gemengde' beroeps
verenigingen een noodzakelijk
heid. terwijl andezijds het recht
werd erkend op eigen politieke
mandatarissen.
De christen-demokraten van
Brussel en Luik, leidden hieruit
af dat ze nu het recht hadden om
een zelfstandige christeiyke
volkspartij te stichten, de gema
tigden daarentegen begrepen dit
laatste als de mogelijkheid om
binnen de Katholieke Partij tot
een korporatleve belangenverte
genwoordiging te komen.
Vooral het punt van de politieke
onafhankelijkheid lokte scherpe
reakties uit in de konservatieve
pers. Charles Woeste, de
spreekbuis voor de konserva
tieve katholieken, bekampte de
politieke onafhankelijkheid en
verzette zich tegen de evenredige
vertegenwoordiging. Hij stelde
dat alleen de katholieke partij
(geleid door de burgerij) de
soci.ale kwestie kan oplossen.
Wel ging hij akkoord met een
belangenvertegenwoordiging.
Van politieke onafhankelijkheid
kon dus geen sprake zijn. Het
monopolie van de katholieke
partij gold immers als waarborg
voor de verdediging van de
katholieke belangen op het
politieke vlak, wie aan dit
monopolie raakte, werkte tegen
de kerk.
Men stelde de christen-demo-
kratische beweging dus voor het
dilemma, of te verzaken aan
essentiële punten van haar
programma of in botsing te
komen met de konservatieve
krachten en het kerkelijk gezag
dat deze konservatieven steun
de.
De idee om een onafhankelijke
christelijke volkspartij te stich
ten komt eigenlijk niet van de
christen-demokraten uit het
Aalsterse. Reeds in 1890 stelden
in Brussel de jonge christen-
demokraten Jules Renkin en
Henry Carton de Wiart de
oprichting van een onafhanke
lijke partij aan de dagorde, ook
in Luik, Verviers en te Gent
hoorde men dergelijke uitla
tingen. In Gent kwam men
evenwel tot een elektoraal ak
koord tussen konservatieven en
de 'antisocialistische werklie-
denbond'.
DE WEEKBLADEN VAN
PIETER Daens
Wanneer we nagaan hoe de
Aalsterse drukker-uitgever
Pieter Daens stond tegenover de
verzuchtingen van de christen-
demokraten, dan valt het op
hoe miniem de demokratische
retleks bij hem in de zeventiger
jaren aanwezig was. In zijn blad
'Het iand van Aelst' hekelde hij
in 1871 even de sociale toestan
den, maar toen de schrik voor
een tweede uitgave van de
internationale geweken was,
verdween ook die sociale be
kommernis. Al werd dan in het
Land van Aels sproradisch
gesproken over sociale proble
men en toonde P. Daens een
zeker begrip ten opzichte van
het verzet der arbeiders, in 'De
Werkman', het blad dat hij in
1872 stichtte was dit geenszins
het geval. De Werkman was een
godsdienstig weekbald dat de
arbeider zeker niet tot politieke
akties aanzette, maar hem wilde
vroom maken en sterk morali
seerde. Dat veranderde in 1878
toen de liberale regering Frère-
Orban aan de macht kwam.
Pieter toonde in deze periode
zelfs een tijdlang een zekere
sympathie voor het algemeen
stemrecht. Echter niet uit liefde
voordedemokratie, maar om de
liberalen van de macht te
verdrijven, eens de katholieken
in 1884 opnieuw alleen in de
regering zaten was het gevaar
geweken en ontweek hij het
probleem. Steeds weer eens bij
het gevaar van het goddeloze
socialisme dat slechts kon wor
den ingedijkt door er het
'christelijk socialisme' tegenover
te plaatsen.
De oorzaak van Daens politiek
optreden ligt dus niet in zijn ijver
voor de politieke ontvoogding
van de arbeiders. Anderzijds
breekt nu een periode aan van
katholieke overheersing. We
zullen zien dat Pieter Daens met
zijn vlijmscherpe en soms sar-
kastische pen in deze periode
meermaals kritiek uitoefende op
de katholieke partij.
DEROELANDERSEN
PIETER DAENS
In 1891 lag Woeste overhoop
met de conservatieven te Ninove,
om de Cooman te verslaan,
steunde hij advocaat Van Lan-
genhaeke. die ook gekozen
werd. Hiermee was bewezen dat
de oude bewaarders aan de dijk
konden worden gezet. Onmid
dellijk vormde er zich een groep
rond de senator. Hun weekbald
noemden ze «Klokke Roeland».
Met de grondswetherziening die
het algemeen meervoudig stem
recht zou toekennen in het
vooruitzicht, kreeg deze bewe
ging in 1893 nieuwe vaart. Men
kan stellen dat de Roelanders de
voortzetting waren van de
Vlaamse vleugel van de katho
lieke partij die na 1830 eveneens
samenviel met de radikale
tendens. Door haar godsdien
stige bezieling, anti-socialisme
en een zeker bekommernis voor
de kleine man, vertoonde de
demokratische beweging van de
Roelanders en de Vlaamse
Beweging in het algemeen, een
zekere gelijkenis met het streven
van Pieter Daens. Pieter was
bijvoorbeeld zelf voorzitter van
het Davidsgentooschap en
steunde in zijn bladen de
pogingen om het onderwijs te
vernederlandsen, dit met felle
uitvallen tegen de nederlands
onkunduge Charles Woeste.
Wanneer dan in 1893 de
Christene Volkspartij wordt ge
sticht, moet men dit zien in het
licht van een reeds lang voor
heen heersende ontevredenheid
van boeren, Vlaamsgezinde on
derwijzers en priesters over de
aristokratische en franskiljonse
leiders van het katholicisme in
Vlaanderen.
Door hen werd ondermeer de
tesis verdedigd dat men de
taalkloof zou moeten overbrug
gen om de verzoening van de
klassen te bewerkstelligen. De
taalkloof overbruggen dat be
tekende nederlandstalig onder
wijs. Pieter Daens verdedigde dit
in zijn bladen en hoewel hij te
Aalst gekonfronteerd werd met
Woeste die hiertegen was, toch
spaarde hij deze konservatieve
'hovelingen', die ondermeer de
kongopolitiek van het vorsten
huis leidzaam volgden. Ook het
Aalsters Katholiek stadsbestuur
moest het in zijn bladen
meermaals ontgelden. Hun
houding ten opzichte van de
openbare zedelijkheid noemde
hij veel te laks.
Inderdaad in 1886 stelde een
regeringkommissie vast dat
Aalst niet minder dan 650 kafees
telde. De werkomstandigheden
waren ongetwijfeld nog slechter
dan deze in Wallonië, en als er in
1886 te Aalst geen onlusten
uitbraken, dan was dat enkel en
alleen omdat het socialisme er
nog geen vaste voet had. Als
puritein veroordeelde hij de
orgelbals waar stilaan de lie
deren van de socialisten werden
gezongen.
Al had Daens een grote vat op de
arbeidende bevolking, toch
spoorde hij niet aan, lid 'te
worden van de christelijke
beroepsverenigingen. In de
Daensistische beweging heeft
het inderdaad steeds ontbroken
aan een echte syodikale refleks,
dit in tegenstelling tot de Genste
anti-socialisten. De katholieke
partij vond hierin een argument
om de Christene Volkspartij
plaatsen te weigeren op haar
lijst. Toen de Daensisten naar
voor kwamen mt een eigen
programma probeerde Woeste
druk uit te oefenen via Mgr.
Stillemans. Mgr. Stillemans
waarschuwde wel voor een breuk
in de katholieke gelederen maar
kon de Christene Volkspartij en
de kandidatuur van de broer van
Pieter Daens. nl. prister Adolf
Daens ook moeilijk afkeuren.
Enerzijds was het programma
van de Christene Volkspartij
gebaseerd op de encycliek
Lees door blz. 24
Vorige week lekker pech gehad natuurlijk. Een reuze be
richt lag klaar voor de persen maar moest er uit wegens
plaatsgebrek (hum). Eigenlijk mist U dus een aflevering van
dit boeiende feuilleton. Vorige keer werd immers een en
ander onthuld in verband met de witte kamer en het daar
aan verbonden misterie. Ook kwam een flinke brok verle
den ter sprake, nogal belangrijk voor sommige hiermee
relaterendenevenverschijnselen. Dat en nog heel wat meer
mist U dus allemaal. Vermits er tussendoor ook een en
ander aktueel onderwerp besproken werd en die aktualiteit
ondertussen geen aktualiteit meer is gaat de vorige afleve
ring de scheurmand in, voorgoed. Wel bewaar ik de druk
proef, die hang ik met zwart omrand aan één van mijn witte
muren. Eén en ander in verband met duiven en duivensport
wil ik desalniettemin toch niet onthouden. Dat gaat (ging)
dan als volgt:
In het holst van de nacht, tien na vijf liep mijn wekker af. Dat
bleek al op het nippertje te wezen want zowat twintig minu
ten later moest ik al tien kilometer verder op een parking
staan. Onmogelijk dus, met mijn ochtendtempo. Ik diende
mij vervolgens naar Quiévrain te spoeden (schrijf ik dat
juist, brienden duivenliefhebbers?), kijken naar de duiven
die gelost worden. Naar aloude traditie gebeurt dat telkens
zeer vroeg op de ochtend, waarom weet geen kat. Ik ver
onderstel dat het verband houdt met de openingsuren van
duivenlokalen. Maar ja, het is zo'n pittoresk gebeuren dat
het vroege ochtenduur toch wel de moeite loont. Eerst moet
je wel, zoals alle goede convoyeurs wachten tot je porto
leeg is. Dat hoor je af en toe wel eens op de radio: de
begeleiders wachten. Niet op goed weef natuurlijk, alleen
maar wachten tot hun pint leeg is, hun koffie koud genoeg
om op te drinken, hun porto oud genoeg. Dan geeft het
opperhoofd het startsein: rustig wordt er opgekrast, op weg
naar de massa manden die verderop in een wei staan. Het
gekir van de duiven komt na twee minuten langs je oren uit
en dat is ook wel de aanleiding tot het openen van de
keven, ook wel het lossen genoemd. Een afkorting van
verlossen dus, verlossen van het oorverdovende gekir. Dat
lossen is wel iets unieks, onvoorstelbaar. Op een paar
sekonden tijds zitten er een paar tienduizend duiven in de
lucht. Ze flapperen langs je oren de lucht in, de hemelver-
duistering duurt een kleine minuut. Links er rechts pletst er
etwat op de grond, uitkijken is de boodschap. Pluimen
dwarrelen kalm naar beneden, enkele sukkels zijn het
noorden kwijt. Kenners weten te vertellen dat die eenzaten
die na twee minuten nog rondjes vliegen niets waard zijn.
Geen korrel mais zou daar nog mogen aan verspild wor
den, geen drupje water. Direkt de pot in, voor zover ze nog
net te taai zijn natuurlijk. Een schande voor de melker zijn
die, zwarte schapen, lelijke eenden, luie duiven.
Goed, tot daar dan toch enig nieuws van vorige week. Een
ander mooi plannetje dat vorige week ook al geen door
gang kon vinden was een primeur voor deze simpele ru
briek. Een foto. Maar wat voor een foto mensen. Voorstel
ling van de twaalf kandidaten voorde scheldefee-titel. De
scheldefee wordt gekozen te Baasrode als ik het goed
voorheb. Voorwaar geen onaardige gebeurtenis zo te zien.
Wel voer voor dolle mina's en andere getergde vrouwsper
sonen. De kandidaten moeten immers ook in badpak het
podium op. Fier als een gieter staan ze daar dan een tijdje
te pronken, terwijl de jury aandachtig toekijkt. Waar dat
allemaal voor nodig heb? Om een fee te kiezen natuurlijk.
Ter attentie van de nieuwsgierige lezer hier even aan toe
voegen dat er kandidaten van zowat overal te lande wren
komen opdagen: Tongeren, Brussel, Gent, Leuven en zelfs
Hasselt. Om daar dan in Bikini op een podium te gaan
staan. Wat een scheldefee leiden kan!
De ijskreemkar van kwart voor tien speelt een deuntje dat ik
mij vaag herinner uit mijn prille kinderjaren. Een of ander
wekkertje speelde het als je het liet aflopen. Het wekkertje
bestaat waarschijnlijk nog wel, de mekaniek heeft het he
laas niet overleefd, 't Was nochtans erg mooi, en het
deuntje was mooier dan dat van de ijskreemkar van tien
voor tien. Vervelend is dat wel, zo laat op de avond die
ijskreemkarren die ijskreemkarren die rondtoeren. Wie
komt er nu nog buiten, de teve staat aan, de kindertjes
slapen.
Vrouwen en voetbalhaters aller landen, verenigt U. Nu
moet het uit zijn. Vier dagen op nog geen week tijd, zo kan
het niet langer. En indien het dan nog gewone matchen
waren, maar néé, met negentig minuten hebben de heren
lang niet meer genoeg, ze moeten nu twee uur spektakel
hebben. En wij maar klagen en zuchten. Alhoewel, span
nend was het toch wel. Heeft de nederlaag van Nederland
U ook zo'n deugd gedaan? En die gele kaart voor Cruyf?
Heeft u ook eens hartelijk gelachen? Ondertussen is het
toch duidelijk geworden dat het West-Europese voetbal
terrein verliest. Om niet te zeggen dat het een afgang was
van jewelste. Wat zouden onze rode duivels er dan wel van
terecht gebrachthebben?
Nog wat sport, voor de afwisseling misschien? Het Belgi
sche wielerkampienschap. Ook een triestige bedoeninc
zeg. Met zijn veertigen naar de eindstreep, één kerel op kop
meteen minuut voorsprong. Wat rijden die andere dan nog
mee eigenlijk? Voor de tweede plaats? Mooie verdienste is
dat, in een wedstrijd die geen strijd meer is. En Fred De
Bruyne die weer niets wistte vertellen. Of begint de BRT de
uitzendingen altijd te vroeg? Zodat Fredje na een kwartier
(hooguit) al uitgepraat is? Misschien kunnen ze in de toe
komst beter alleen het laatste kwartier uitzenden? Hoe
nemt de nieuwe Belgische kampioen nu ook weer? Makke
lijk is dat wanneer de groten niet merijden.
Frank, in 's hemelsnaam, haast je wat met die plank jongen.
Ik heb die dringend nodig want ik heb een tafel verkocht.
Dat zit namelijk zo. Een vriend verhuist en verkoopt bij die
gelegenheid een frigootje. Hij heeft dat niet meer nodig
want waar hij nu gaat wonen staat er al een en twee frigoos
is wel een luxe in deze tijd. Ik heb geen f rigoo en dus wou ik
dat ding van hem wel kopen, het is amper drie maanden
oud. Hij (die vriend dus) heeft echter een tafel tekort en ik
heb er een teveel als jij nu maar vlug met die plank voor de
pinnen komt. Zeven maanden is toch een hele tijd, vind je
zelf niet? Als hij die tafel van mij krijgt geeft hij me een fikse
korting op dat frigootje, gesnoepn?
Frank leest dit waarschijnlijk niet, dus indien iemand zo
vriendelijk wil zijn hbm deze boodschap over te brengen.
Ten ware dat Frank via Milac, dat soldatensyndikaat. een
gratis abon nement op dees krant heeft en enige belangstel
ling voor witte kamers aan de dag legt. Wanneer, Frank?
Ik wil er weer een einde aan maken en heb weer de indruk
dat ik een en ander vergeten ben. Misschien doe ik er in het
vervolg beter aan dringende boodschappen of andere
flauwekul op te schrijven, met de dringende titel: bericht uit
de witte kamer. Zo zijn we dan toch rond geraakt.
Guy dip