BEKNOPT VERSLAG
VAN FANTASTISCHE
DIEFSTAL
ARSEEN GOEDERTIER
WAARSCHIJNLIJK ONSCHULDIG
Moorden voor de Rechters...
èt grijze Gent lag er droef
verlaten bij die ochtend
n de 11 de april 1934toen
al wat oudere kerkbe-
:nde Oscar V an Bouchaute
deuren van de Sint-
afskatedraal wou ontslui-
Tot zijn verwondering
hij echter een oud
luwtje langs een van de
leuren de kerk verlaten,
n Boechaute, dodelijk on-
ust omdat een van de deu-
dus blijkbaar open had
itaan, deed onmiddellijk
rondgang in de kerk,
ïtroleerde er alle offer-
kken en kunstwerken en
eikte zo de Veydtkapel,
ar hij tot zijn ontzetting
tstelde dat er een dubbel
leel van het beroemde
Gods» verdwenen
of
die manier begon de
en est ophefmakende kunst-
jelfstal van de twintigste
w, een diefstal die niet al-
in-n door de aard van het ge-
ene, maar ook door de
nier waarop en door de de-
itesse van de omstandig-
'njen, gedurende enkele ja-
heel Vlaanderen en zelfs
opa in zijn ban zou hou-
Zelfs momenteel zijn er
mensen van alle rang en
)njid die zich bezighouden
,ert de roof. Steeds opnieuw
lk«nen mensen dat zij hebben
gekiend waar het nog
:heds vermiste paneel van de
OEcht vaardige Rechters»
ieh momenteel kan bevin-
ierj.Tientallen keren werden
3% de gerechtelijke dien-
'"jji de aanduidingen nage-
e%d, maar veel meer heeft
orn de tips gelaten voor wat
l^kvaard waren. De Recht-
.irdige Rechters zijn nog
jel£ds weg.
iel politie stond voor een
stjiogelijke taak. Nergens
;ep er een spoor van de in-
:htker(s), geen enkele indi-
aaie was er die in één of an-
aae richting zou kunnen
•.en en bovendien was de
:stoeloop in de katedraal
;root dat de gerechtelijke
sten de plaats van de
laad moesten verlaten,
ituele sporen achterla-
voor de nieuwsgierige
a.
zou echter niet lang du-
voor de geheimzinnige
f van zich liet horen. Op
april ontving Monseig-
ff Coppieters een brief
«rin een losgeld werd
fist van één miljoen (hui-
c waarde is ongeveer
jalf miljoen). De brief was
fckend met de geheimzin-
afkorting D.U.A. Nog
-^ds weet men niet wat de
ibinatie van deze drie let-
betekent. Dat was echter
de enige reaktie die het
lom ontving. In die april
lend van 1934 liep het
iws van de diefstal im-
als een vuurtje door
Bisdom en gerecht
len bestormd door men
ie meenden iemand ge-
n te hebben met een ver-
it pak onder de arm. On-
le belangstellenden heer
een ware psychose,
imigcn gaven zich zelfs
'oor de dief. Een oud-
Ier deinsde er niet voor
om te eisen dat men alle
grootwarenhuizen zou slui
ten, de nijverheidstaks met
de helft verminderen, de vol
ledige tweetaligheid in het
land invoeren en meer werk
lozensteun uitkeren, zoniet
zou hij het paneel vernieti
gen.
Er liep ook een gewone
briefkaart binnen met de
tekst: «Het schilderij is reeds
over de Duitse grens. Ge
rechtvaardigheid is nu ge
schied.»
Getekend: «Het Dietsch
Studentengenootschap.
Men heeft inderdaad een tijd
geloofd dat het paneel naar
Duitsland was gevoerd. De
Duitsers hebben immers
steeds een grote belangstel
ling voor het Lam Gods aan
de dag gelegd.
Tussen de vele brieven die
het bisdom ontving was het
niet gemakkelijk om het kaf
van het koren te scheiden.
Dat bleef zo tot er iemand in
een schrijven voorstelde de
grisaille van Sint-Jan-De-
Doper (de achterkant van het
verdwenen paneel) terug te
bezorgen zonder enige kom-
pensatie, alleen om te bew ij
zen dat men met de ware dief
te doen had. Toen besefte
men dat het deze man ernst
was. Inderdaad, op 30 mei
werd in een bagagekluis van
het Brusselse Noordstation
het tweede paneel ontdekt,
dank zij 'n ontvangstbewijs
dat de onbekende brief
schrijver had gezonden. Dit
werd de start van een hele
reeks vragen en antwoorden
tussen bisdom en rover.
Kommissaris Luysterborgh
van de gerechtelijke politie
die het onderzoek leidde wou
aan de teruggave van de gri
saille geen ruchtbaarheid ge
ven. Pas het volgende jaar
zou men via een aanplakbrief
officieel meedelen dat het
paneel met Sint-Jan was te
rugbezorgd. Via de aankon
digingen in de «Dernière
Heure» had het bisdom kun
nen bedingen dat de terugga-
vesom tot de helft was her
leid. Deze vijfhonderddui
zend frank moest worden
overhandigd aan pastoor
Meulepas van de Antwerpse
Sint-Laurentiusparochie. Er
werd een stuk gescheurde
krant aan de pastoor bezorgd
en deze zou dan het geld
overhandigen aan de persoon
die zich met de andere helft
van de krant zou komen aan
bieden. Degene die het geld
kwam ophalen moest onge-
volgd kunnen weggaan, zo
niet zou het paneel vernietigd
worden. Het gerecht zou zich
echter niet aan deze afspraak
houden. De zak met geld die
de pastoor moest overhandi
gen bevatte slechts 25.000 fr.
de rest was krantenpapier.
De 14de juni rond 16 uur
hield een taxi halt 'voor de
woning van de pastoor, de
chauffeur stapte uit en over
handigde de meid een pakje.
Even later kreeg ook hij een
pakje mee dat hij onmiddel
lijk overhandigde aan de
klant achteraan in de auto.
De inspekteur die, naar 't
schijnt als priester verkleed,
de wacht hield in de pastorij
had er geen rekening mee ge
houden dat een derde per
soon het pakje zou komen ha
len en liet zo een unieke kans
voorbijgaan om de dief of
een medeplichtige te grijpen.
Het duurde niet lang of het
bisdom kreeg e§n veront
waardigde brief over de eer
der schamele inhoud van het
gekregen pakje.
Op 28 juli verscheen het laat
ste antwoord van het bisdom
in La Dernière Heure: «DUA
re?u lettre. Regrettons devoir
maintenir proposition anté-
rieure.»
Ondertussen wist echter de
massa niet wat er gaande
was. De onderhandelingen
waren geheim gehouden, dat
was één der voorwaarden van
de dief. Bisschop Coppieters
heeft later verteld dat hij ak
koord was met één der voor
stellen van de dief. Er zou
een half miljoen in baar geld
betaald worden en twaalf
maanden na de restitutie van
het paneel nog eens vierhon
derdduizend frank. Minister
Janson zag het echter zo niet
zitten. «On ne traite pas avec
des gangsters», zei hij en
daarmee ging een kans voor
bij één van Vlaanderens
grootste kunstwerken te re-
kupereren en misschien om
bij die procedure ook de af
perser in handen te krijgen.
De zaak leek dan op een dood
spoor te lopen tot er plots in
de ochtend van 11 maart
1935, bijna een jaar na de
diefstal, door prokureur des
konings F. De Heem op de
Gentse muren een zonder
linge aanplakbrief werd ge
hangen. Dat zou de aanlei
ding zijn tot een totaal nieuw
gezichtspunt op de zaak eri
daardoor werd tevens het pu
bliek voor het eerst bij deze
ophefmakende zaak betrok
ken. Van toen af begint het
verhaal van Arseen Goeder-
tier. Of liever, dat verhaal
was ook al lang bezig voor
het publiek ervan op de
hoogte werd gebracht.
Arseen Goedertier
I 'ervloedi tijdens zijn opzoekingen in de katedraal (La Libre
I *-12-66)
Oberleutmnt Koehn
In de zaal Belgika te Den-
dermonde werd op 25 no
vember een arrondissemen-
tele vergadering van de Ka
tholieke Volkspartij gehou
den. Onder de deelnemers
bevond zich volksvriend en
syndikalist Arseen Goeder-
tier, geboren te Lede in 1876
en gehuwd met de in Parijs
geboren Julienne Minne. Hij
werd echter onwel en weg
gebracht naar het huis van
zijn schoonbroer Van den
Durpel op de Vlasmarkt,
waar zijn toestand echter niet
verbeterde. Integendeel, hij
verzwakte zienderogen. Een
pater uit de Abdij bleek voor
Goedertier overbodig. Wel
wou hij even alleen zijn met
zijn goede vriend advokaat
Joris De Vos. Toen sprak hij
de ondertussen beruchte zin
nen uit: «Op eeuwig zwijgen
vertrouw ik u toe...alles in
verband met het Lam Gods
bevindt zich in mijn huis...in
mijn schrijflade in de voor
plaats... ik alleen weet waar
het Lam Gods is...niemand
kan het ooit weervin
den...ook ik kan het niet
meer nemen zonder dat men
het ziet...het paneel is ver
stopt...» Toen stierf Arseen
Goedertier.
Bij Joris De Vos moet deze
verklaring wel grote konster-
natie teweeg gebracht heb
ben. Hij ging ten rade bij de
voorzitter van de Rechtbank
de h. Van Ginderachter. Dc
dag daarop gingen advokaat
De Vos en zijn vriend, voor
zitter Van Ginderachter, naar
het huis te Wetteren, Weg
voeringsstraat 5. Zij vonden
er inderdaad allerlei doku-
menten met betrekking op de
diefstal van het paneel. Er la
gen dubbels van de brieven
die gestuurd waren naar het
bisdom, de knipsels uit La
Dernière Heure en een brief
die niet door DUA was ge
schreven, maar wel gericht
was aan de heerGoedertEUr.
Er werd nog een identiteits
kaart gevonden op naam van
een Van Damme en een
nooit geschreven brief aan
het bisdom, waarin vermeld
stond dat het paneel zich op
een openbare plaats bevond.
In die brief gericht aan
«Gocdcrteur» wordt hem
verzocht voor de ruiling te
zorgen bij pastoor Meulepas
te Antwerpen. Men is nog
steeds niet zeker of Goeder
tier die brief zelf schreef of
het inderdaad iemand anders
was die de Wetterse promi
nent verzocht om te bemidde
len.
Bij dat alles vond men nog
een bewijs van afgifte van
een colli. De hoop laaide op
in de harten van de zoeken
den. In het Gentse station
vond men we! een schrijfma
chine, maar geen gestolen
paneel. Vier maanden
duurde het vooraleer beide
vrienden hun gegevens
doorspeelden aan het ge
recht. Zij dachten het paneel
anoniem terug te geven om
daarmee de naam van Goe
dertier te beschermen. Toen
zij echter geen uitkomst za
gen wendden zij zich tot het
gerecht en toen kwam de mo
len op gang. Waarschijnlijk
iets te vooringenomen. Het
gerecht ging er immers van
uit dat Goedertier de dief was
en ging speuren in de naaste
omgeving van de overle
dene.
1935 het overlijden van een
andere figuur die nauw met
Goedertier was verbonden:
Oscar Lievens
Deze drie sterfgevallen vie
len allen binnen de periode
dat men op het gerecht offi
cieel nog niets wist over de
verklaring van de stervende
Goedertier. Men heeft nooit
de lichamen opgegraven en
een lijkschouwing bevolen.
Hóewei er bijvoorbeeld met
de dood van Goedertier ook
dingen niet kloppen. Dokter
De Cock uit Wetteren die
de overlijdensakte tekende
sprak over hartuitzetting,
maar niemand had ooit enig
symptoom daarvan gezien.
Integendeel, meneer Arseen
bleek steeds kerngezond.
Een hartuitzetting krijg je
niet zo maar. Het is een
kwaal die geleidelijk groeit!
De derde overledene Oscar
Lievens woonde te
Wetteren-Jabbeke op een
villa die het «zottenkot»
werd genoemd. Daar werd
op 2 maart het lijk van de
bewoner gevonden. Deze
Lievens was gescheiden,
De villa van Lievens te Wetteren-Jabeke
DRIE DODEN
Een zekere Achiel De Swaef,
woonachtig te Hofstade, met
een kleine verblijfplaats te
Gent werd ziek een drietal
weken voor de dood van
Goedertier. Zijn toestand
verbeterde, maar na Goeder-
tiers overlijden werd hij plots
zo slecht dat hij overleed op
de dag van diens begrafenis.
Ze kenden mekaar goed.
Goedertier gebruikte De
Swaef af en toe als bood
schapper. Deze De Swaef
droeg een puntbaardje en de
winketbediende van het
Brusselse Noordstation
meende in de hem getoonde
foto de man te herkennen die
hem het colli met Jan De Do
per had overhandigd. Men
vindt nergens papieren terug
over een speciaal onderzoek
naar de doodsoorzaak van De
Swaef.
Hernemen we even chrono
logisch: 25 november 1934:
dood van Goedertier; 29
november 1934: dóód van
De Swaef en op 2 maart
doch zijn eerste vrouw heette
De Swaef. Getuigen bevesti
gen dat Goedertier Lievens
heel goed kende. Lievens
zou trouwens op bezoek ge
weest zijn in het begin van de
maand november, enkele da
gen voor Goedertiers dood.
Het lijk van Lievens lag lang-
uit op de rug, de telefoon in
de hand geklemd. In de ka
mer leken er sporen te zijn
van een worsteling. Officieel
zegt men dat Lievens gestor
ven is aan een maagbloeding
tengevolge van een maag
zweer. Maar niets wijst erop
dat hij die zweer inderdaad
had.
Drie doden, alle drie overle
den op een eigenaardige ma
nier en in een korte periode.
Drie mensen die mekaar
goed kenden en waarvan men
zeker wist dat één van de drie
iets te maken had met de
diefstal van het paneel.
Kommissaris Luysterborgh
legde wel het verband en
meende dat de twee anderen
medeplichtigen waren van
Goedertier. Waarschijnlijk
was dit een fout, veroor
zaakt door de premisse dat
Goedertier de dief was.
Er bestaat een mogelijkheid
dat er een vierde man in het
spel was. Iemand die de
touwtjes in handen had en die
de drie medeplichtigen naar
de andere wereld heeft ge
holpen om hen het zwijgen
op te leggen. Niemand kan
nu met zekerheid zeggen of
Goedertier, De Swaef en
Lievens niet werden ver
moord...
Misschien is er bij de onbe
kende paniek ontstaan toen
Goedertier een natuurlijke
dood stierf en heeft hij dan de
twee anderen uit de weg ge
ruimd.
Deze vierde man kan nog
steeds in leven zijn. Hij kan
jonger geweest zijn dan de
anderen, de feiten gebeurden
nu 43 jaar geleden.
Uit dit alles blijkt dat het
geen goed heeft gedaan om
de zaak gedurende vier
maanden stil te houden. Het
gerecht kreeg daardoor een
onoverkomelijke handikap te
verwerken. Had men onmid
dellijk na Goedertiers dood
aan het onderzoek begonnen
dan konden misschien De
Swaef; maar in elk geval
Lievens aan de tand gevoeld
worden Toch moet het ge
zegd worden dat in deze zaak
door de gerechtelijke dien
sten heel wat mogelijkheden
over het hoofd werden gezien
alleen al door het feit dat men
van in het begin veronder
stelde dat Goedertier de da
der was. Iets wat hij tijdens
zijn ultieme verklaring niet
eens heeft gezegd!
VEEL VERKLA
RINGEN
MAAR WEINIG
POSITIEFS
In de voorbije veertig jaar
zijn er verschillende mensen
voor de dag gekomen met al
lerlei verklaringen. Naast de
heren Kerckaert en Mortier
die een zeer goed gedoku-
menteerd boek schreven over
de zaak, maar zich verder aan
geen voorspellingen waag
den is er nog de journalist Jos
Cels. -Hij schreef het werk
Meneer Arseen en de
Rechtvaardige Rechters». In
1971 beloofde deze dat hij de
naam zou noemen van de
dief. Het is er nooit van ge
komen.
Pater De Brabander, een
dominikaan, beloofde in
1974 tijdens een tv-
uitzending dat hij veertien
dagen later de naam van de
dief zou noemen indien deze
niet anoniem het paneel te
ruggaf. Niets daarvan. Een
geplande spreekbeurt van de
pater in Brugge ging zelfs
niet door. De meesten zijn
het er over eens: het paneel
zit in de omgeving van de
katedraal. Ook pendelaars en
wichelaars delen die mening.
Er is Monseigneur De Ke-
sel. Die verklaarde aan de
journalisten van «Knack» dat
hij het paneel tijdens de oor
log heeft gezien. Dat men het
toen moeten verstoppen heeft
voor de Duitsers die onder
leiding van oberleutenant
Koehn een onderzoek instel
den in de katedraal. De Ant
werpse architekt Max Wil-
ders beweerde ook dat hij het
paneel nog gezien had, maar
trok later die verklaring op
nieuw in. Max Wildere was
de oud-voorzitter van de Na
tionale Kommissie voor Ge
bouwen en Kunstwerken.
Omer G ra wet liet tijdens
een uitvoerige reportage op
tv duidelijk verstaan dat er
nog meer bekend was.
Wat bedoelde Jan Boon.
vroeger direkteur van de
Vlaamse tv met de woorden:
«Er zullen eerst nog enkele
vooraanstaanden moeten
sterven, vooraleer de
Rechtvaardige Rechters
opduiken.»
Opvallend is wel dat tijdens
de jaren na de diefstal kerk en
staat mekaar meer hebben
tegengewerkt dan geholpen.
Bovendien is het duidelijk
dat het bisdom liefst had dat
er weinig tamtam rond de
zaak werd gemaakt. Soms
gaat het zelfs tot openlijke
tegenwerking van privé-
speurders. In elk geval is het
zo dat mensen die verklaar
den het te weten de mond
werden gesnoerd en enige
tijd later hun verklaringen in
trokken...