KLOOSTER VAN MERE VIERDE EEUWFEEST IN 1974 WILDGROEI AAN JEUGDBEWEGINGEN? ONDERWIJS TE MERE OOK WANDELAARS KOMEN AAN HUN TREKKEN TE MERE 2 B !8 SÖK Sb SSfi 18 - 31-3-1978 - De Voorpost Vervolg van blz. 17 watermolen te bewonoeren. We merken eveneens de twee vijvers op: de één is privaat bezit, de andere is gekend als de vijver van de Blauwbosvissers. Nu moe ten we iets bergop, tot aan de winkel van de «Poele nier». Daar slaan we links af naar de Stevenveldstraat. We lopen nu dwars door het Blauwbos. Als we weer onder de spoorweg door zijn, zien we weer twee vijvers. Langs de Biezeputvijver komen we aan de Oude Heirbaan (uit de Romeinse tijd) waar veel wilde hop groeit. Spijtig ge noeg zal deze weg in de na bije toekomst verdwijnen. Er wordt namelijk een grote baan voorzien van Bam- brugge naar Nieuwerker- ken. Links volgen we de weg tot aan de Dikke Kapel, vanwaar we terugkeren naar 't Mereland. Het Groondalpad: Dit wandelpad dankt zijn naam enerzijds aan de Groenweg en anderzijds aan Den Daal (weiden in het dal). Het leidt ons door het Sint-Baafsdorp. We ver trekken aan de Kerkstraat, via de Kloosterstraat, waar we de 18de eeuwse gekla- seerde pastorij kunnen be wonderen. Langs de Vijver straat komen we aan een typisch boerenhof «Suske Lievens». Het is een mooi voorbeeld van de gesloten bouw, die al de boerderijen van de streek kenmerkt. Rechts volgen we de brede toegangsweg, die ons naar het Groendal leidt. We mer ken een rij statige populie ren, die het erf van de hoeve Lievens afzomen. Links hebben we een mooi uit zicht op een groep van 72 sociale woningen, sierlijk op de hellende kouters inge plant. Het is een venvezen- lijking van Veilig Wonen uit Aalst, architekt Maes van Oudenaarde en aannemer Everaert-Cooreman van Overmere. De hele opzet is gerealiseerd onder het vo rige (CVP) bestuur, met burgemeester Frans Den Herder. Aan het einde van de brede asfaltweg, klimmen we links over een kleine helling, de «Kolenberg». Zo bereiken we de Gorenweg. Het vol gende kruispunt is één van de hoogste punten van het dorp. We zien het dal en het dorpscentrum achter ons liggen, als een groene oase. Zuidwaarts wandelen we door vruchtbare kouters verder. In de diepte zien we reeds de uitgestrekte wei den. Aan het einde van het pad, bereiken we de Jeruza- lemstraat, waar de wieken van de houten standaard molen Van Der Haegen ons volgend doelpunt aan wijzen. Op een holle weg naast de molenaarswoning, blijven we de Oude Heirweg volgen. We bereiken de Ommegangstraat en staan even stil voor de Dikke Ka pel. Van dit punt (51 meter boven de zeespiegel) heb ben we een prachtig verge zicht op de hele omgeving en omliggende dorpen. Op een rijtje herkennen we de kerktorens van Erpe, Eron- degem. Impe, Burst en Borsbeke. Via de Cauwen- bergstraat en de Steen straat kunnen we de Dreef- straat afdalen. Even verder vinden we (in de Kerkveldstraat 31) een 18de eeuwse hoeve: Hof Ten Daele. Door een pri- baat initiatief werd ze geres taureerd in 1973-74. Nu wordt de hoeve erkend als een waardevolle restaura tie. Men heeft er zowel een vergaderzaal als 'n feest zaal. Er is eveneens de mogelijk heid kennis te maken met het archief- en dokumenta- tiecentrum van de heem kundige kring of om na deze wandeling even te verpozen met een fris biertje. Het Blauwbospad: Deze wandeling wordt aan geraden aan wandelaars die meer houden van fauna en flora en minder interesse hebben voor het geschied kundig aspekt van Mere, en zijn beschermde gebou wen. Een paar laarzen zijn zeker geschikt, vooral bij minder droog weer De naam Blauwbos is waarschijnlijk afgeleid van Blauwborch of Blauw- burcht. De wandelaar ver trekt bij de dikke kapel. Op de verharde veldweg tus sen de kouters, krijgen we een prachtig vergezicht over de beekvallei en de Blauwbossen, het doel van de wandeltocht. Al vlug be reiken we de eerste huizen van wijk Broek. Naast de hofstede Van Cauter slaan we linksaf naar de Bieze putvijver, waar verschei dene vissers hun hart kun nen ophalen. Bij spoorlijn 89 komen we in de Broekveld- straat. In de Oostdorpstraat nemen we het eerste pad links. Het is een holle weg tussen de weiden, die jaar lijks wordt omgeploegd. De Gotegemstraat laat ons toe de romp van de topmo len van Haaltert te bekijken. Links in de diepte bemerken we de beekvallei en de Go- tegembossen, met een schaarse behuizing langs de enige straat. Nu dalen we af naar de oude woon kern van Mere. Voor het eerste huis staat nog een bouwvallige buurtoven, waar iedereen eertijds brood bakte. Aan de rand van het Blauw bos, kan de wandelaar de Gotegemmolen, die eeu wenlang een centrum van bedrijvigheid was, bewon deren. Iets verder komen we aan een kunstmatig ge graven visvijver. De aanlei ding van de wildbouw, die de serenitieti van de stilte, het water en het groen ge weld aandoet. Voorbij de Cabaree loopt een steeds breder wordend pad. Het krijgt de nam Sïévens- veldstraat. Vandaar gaat het naar de Oostdorp straat, waar we één pao vinden dat ons toelaat in het Blauwbos te geraken. Een planten- of dierenliefhebber kan zijn hart ophalen. We bereiken de Oude Broekstraat en even verder staan we voor de watermo len van Broek. Links, door de weiden, volgen we het smal slingerend molenpad, tot we de Beekkantstraat kunnen volgen. Langs de Melkerijstraat en de Nijver heidsstraat komen we voorbij een gevaarlijk kruis punt: de Vijfhoek. We zien reeds de kerktoren in de verte, gaan door de Nieuw- straat het gemeentehuis voorbij en zijn weldra weer bij ons vertrekpunt. Een technische be schrijving van de twee laat ste wandeltochten, werd opgenomen in de delen 53 en 54 van een reeks wan delboekjes, uitgegeven door de Vlaamse Wande- laarsbond, die een afdeling is van VAB-VTB. Deze heeft als doel het wandelen te bevorderen als gezonde ontspanning. R. Devijver De op St. Jozefsdag 1842 te St. Kruis-Winkel gestichte Orde der Zuster Jozeflenen stichtte reeds in 1861 het klooster te Herdersem waar een geboren Merenaar, E.H. Jozef De Feyter koadjutor was geweest vóór hij in Winkel pastoor en direkteur der Jozeflenen werd. In 1874 volgde dan reeds de stichting te Mere. Wat nu een bloeiend scholenkompleks is, een rusthuis, een biblioteek, een centrum van sociaal dienstbetoon, van kuituur en van volksontwikkeling ontstond in de tweede helft der negentiende eeuw, periode van armoede en wantoestanden. Slechts enkelen konden lezen en schrijven en kinderen moesten zo rap mogelijk verdienen. Kwam dan nog daarbij, pas vier jaar na de stichting, de schoolstrijd die het land in beroering zou brengen. Het klooster breidt zich steeds maar uit (SJ) De initiatiefnemers Initiatiefnemers om een kloosterkern op te richten te Mere waren pastoor Dan- saert van Mere, de reeds genoemde pastoor Jozef De Feyter, zijn broer pastoor van Herdersem Karei De Feyter en Albert Boone, jong dina- misch priester, onderpastoor in de Finisterrae-kerk te Brussel en later pastoor-de- ken te Etterbeek, afstam mend uit een Aalsterse Op het eerste gezicht moet een buitenstaander denken: «Wat een bloeiend jeugdleven in Mere». In vergelijking met andere gemeenten telt Mere inderdaad veel jeugd verenigingen. Er is weliswaar geen jeugdklub (Dido trekt nogal wat Merenaren aan), maar er is een KSA- bond, een chirojongensgroep, twee chiromeisjesgroe- pen, een V.N.J.-groep... En toch, is dit niet van het goede te veel? Komt daar geen ongezonde naijver van? IN EEN NOTEDOP Eerst toch even vertellen hoe de jeugdwereld in Mere eruit ziet. Buiten de traditio nele jeugdwerkvormen (de jeugdbewegingen) treffen we in Mere weinig aan, Jefi en Milac misschien niet te na gesproken. De Onze- Lieve«vrouwbond van de Katholieke Studentenaktie viert dit jaar haar 45-jarig jubileum en is daarmee in Mere de oudste jeugd groep. Er zijn zo'n 50 leden aangesloten Chiro Faidoli voor de jongens heeft er zo'n 21 jaar op zitten en heette vroeger Sint-Bavo. Sommige mensen herinne ren zich misschien nog de titel van een hit enige jaren terug «Faidoli»... Hier heeft men zo'n 70-tal leden. Vroeger bestond voor de meisjes ook één chirogroep (Parlanda): die is echter sterk gedecimaliseerd, maar een tijdje terug werd een nieuwe meisjeschiro- groep boven de doopvont gehouden. Tenslotte is daar ook nog de Vlaamse Natio nale Jeugd, die in Mere zelf echter weinig leden telt, ook al omdat de beweging er nog niet lang gevestigd is. VERSCHILLENDE VISIES Bij elk van onze gespreks partners vonden we een ongenoegen over deze kwantitatieve veelheid van jeugdbewegingen. Iemand had het over een «wild groei» Iemand anders haalde het feit aan dat van mekaar leden afgesnoept wordt. Vroeger vooral, nu zou dat minder zijn. Meer samenwerken, stelde ie mand als oplossing. Eén grote gefusioneerde jeugdbeweging, stelde een andere voor. Hoe dan ook, het blijkt dat men zich in de groepen zelf bewust is van deze scheefgegroeide si tuatie en da s toch al veel. De kern van het probleem ligt evenwel dieper. We wil len het enkel aansnijden omdat het een juister beeld werpt op de situatie. Geen een van de 3 kriste- lijke bewegingen heeft mo menteel een proost. De re den hiervan is telkens een grondig meningsverschil in de kijk op het jeugdwerk met onderpastoor Schollaert die hiervoor als eerste (als op volger) in aanmerking komt. Het is moeilijk die twee vi sies beknopt weer te geven, maar we kunnen er toch dit uithalen: De onderpastoor stelt zich behoorlijk wat vragen rond het jeugdwerk zoals dit momenteel in Mere ge beurt. Hij meent dat men te veel terugkijkt naar de glo rietijd van de jaren vijftig en dat men te weinig jeugdbe weging van deze tijd is. Er zit weinig inhoud in de wer kingen. Het zijn gewoon ba bysitdiensten geworden. Vooral de chirogroepen gaan de politieke toer op en zijn kliekjes geworden rond een bepaald figuur. Hij ver gelijkt met sommige skoutsgroepen rond me neer den architekt of de no taris... In plaats daarvan zou hij bewegingen willen die open blijven voor alle jonge ren. Jeugdbewegingen die zich inlaten met de proble matiek van deze tijd. Wan neer men vaststelt dat er steeds meer «kinderen al leen» zijn, dan krijgt de jeugdbeweging een sociale funktie Als ouders minder met mekaar en hun kinde ren praten, dan ligt hiervoor de jeugdbeweging een vormende taak. Dat dit moeilijker is dan oude uni formen afdragen, voetbal len de ganse tijd en uit de bijbel halen dat gemengd werken niet verantwoord zou zijn (verwijzing naar een bekvechterij een tijd ge leden tussen jongens- en meisjeschiro), daar is hij zich van bewust. Ook meent de onderpastoor dat men negatief ingesteld is t.o.v de mening van ie mand die ex officio (bv een proost) in een vereniging zit. Daarom ook is hij uit Faidoli getrokken Overigens is voor hem de tijd aangebro ken van de aflossing van de wacht, zegt hij. In de jeugdbewegingen zelf is men meestal de mening toegedaan dat het plezierig spel zonder meer ook zijn kansen moet krijgen. We hadden de indruk dat we begrip opgebracht wordt voor de mening van E,H. Schollaert (en gelijkgezin den), maar men acht die vi sie te teoretisch, ja zelfs te modern. Zelf stelt men heel wat minder vragen achter tradities. Een kristalliserend voorbeeld kan het «uni form» zijn. Overigens ont kent men het argument van het politiek gebondene en dat er helemaal niets van inhoud in de werkingen zou zitten. En één grote jeugd beweging. niemand had daar echt grondige bezwa ren tegen. Dit toont dan wel aan dat de verschillen zo maar niet ongenuanceerd tegen mekaar mogen uitge speeld worden MEISJESCHIRO Toch overkwam dit de meis jeschiro. De begeleiding werd verdeeld in twee klie ken: voor of tegen de visie van de onderpastoor. De rangen werden naderhand sterk uitgedund. De oude chiro zou «voor» zijn, en de nieuwe chirogroep, ja, die willen die tegenstelling wel vergeten, maar heeft toch leidsters van de tweede kliek. Wel heeft die nieuwe groep duidelijk de wind in de zeilen en stijgt 't ledert- aantal voortdurend. GEMENGDE WERKING Precies omdat de chirower- king van de meisjes lange tijd slabakte, zochten som mige ouders voor hun doch ter een oplossing bij de jon- genschiro. Daar had men geen bezwaren, precies omwille van dat praktische motief waar men begrip voor opbracht. Nu de meis jeswerking echter weer op dreef komt, stelt Faidoli zichzelf weer als onge mengde jongensgroep voor. Ook al omdat het ge west ertegen is. Eigenlijk ziet niemand de nood in gemengd te gaan werken Ook bij KSA hoor den we: «ja, we zijn ervoor, maar is dat nodig?» TOT SLOT De situatie is inderdaad vrij kompleks. Als buitenstaan der komt 't ons voor dat een echte oplossing van familie. Van Burgemeester van Bambrugge Bernardus De Feyter werd door E.H. Boone met eigen middelen een boerderij gekocht, Vij- verveld-hofstede genaamd. Verder kocht hij een weide van Rosalia Coppens en later een grotere weide van Oktaaf Wijnant. Op 16 april 1874 kwamen drie zusters naar Mere: zusters Ambrosia. Antonia en Pharaïlde. Deze laatste bleef meer den 30 jaar overste te Mere. Moeilijk begin: De beginperiode was zwaar en vol beproevingen. De woonruimte was klein: in nauwelijks drie plaatsen moest alles gebeuren en ondergebracht worden. Hulpvaardige handen zetten een ovensteen in om zo vlug mogelijk verbouwingen te kunnen doen. Van mei tot oktober 1874 werden de eerste kinderen onderwezen in een geïmproviseerd lo kaaltje; zonder énige vergoe ding. In juni werden reeds een drietal behoeftige zieken verzorgd. Inkomsten kwa men enkel van gedurende de vrije uren gepresteerd hand- werk. Merenaren toonden zich zeer hulpvaardig. Zo gelastte juf frouw Coleta De Smet een stalknecht een koe los te maken en ze naar het klooster te brengen als start van een kleine boerderij. De familie Van Dorpe zorgde voor geldelijke steun en allerlei benodigheden en zou later, in 1923, het klooster uitzonderlijk begiftigen. In maart 1880 werd de eerste steen van een kleine kapel gelegd. De schoolstrijd In 1879 losgebarsten was deze strijd in het Aalsterse bizonder hevig. Er werd een dekanale schoolraad opge richt en na het uitgeven van een manifest en het inrichten van «De Schoolpenning» liep de gemeenteschool ledig. Van de drie klassen bleven er in februari in de meerse gemeenteschool nog slechts acht leerlingen over. In de Steenstraat iperd een vrije lagere school voor jongens opgericht met twee klassen. De meisjes liepen over naar de kloosterschool en ook de jongens werden er aanvaard. Er was nood aan lokalen, een verblijf voor oude mannen werd ontruimd en het moe derhuis zond nieuwe hulp krachten. Na de verkiezingen werd de toestand vlug genormali seerd: de jongens konden opnieuw naar de gemeente school maar de meisjes bleven allen in de klooster- Af ere telt heel wat jeugdbewegingen (SJ) zovele problemen er alleen kan komen door een eerlijk en open gesprek met alle betrokkenen. Alleen dan kan men tot een her- Ook Mere heeft een brede waaier aan mogelijkheden wat betreft het onderwijs. Over het ontstaan, de expansie en de huidige mogelijkheden die het «Klooster» aan zowel leerlin gen van de basisschool als van de middelbare leeftijd biedt leest U elders in dit blad. Zoals op de meeste plaatsen boert de gemeentelijke «Jon gensschool evenwel achteruit zodat ze van 6 klassen eer tijds is gevallen op drie. Het huidig schoolhoofd is de heer Luc Suys, Groeneweg 12 te Mere. Daling van het geboorte cijfer en de mening dat wat in de toch zo nabije stad gebeurt ipso facto beter is zullen daaraan wel niet vreemd zijn. Er is ook nog een wijkschool te Beek met twee kleuterklas sen en één lagere klas met 1e en 2e leerjaar Schoolhoofd is hier José Suys. Merestraat 54, te 9410 Erpe. De school is nu geïntegreerd in het St.-Maartenskompleks van Aalst Verder is er nog de bloeiende (8 klassen) Rijkslagereschool met als schoolhoofd Albert Scheerlinck, Bouchtstraat 6A te Denderleeuw. LH school die in 1885 v<xx termijn van tien jaar dcx gemeenteraad werd nomen zodat de leerknu bezoldigd werden. Uitbouw! In 1886 werd een vleugel bijgebouwd 1892 kwam Zuster Fel Mere aan als eerste ged meerde zuster van de gregatie. Grote bloei en steeds nieuw ontdubbeling klassen volgde. Gesteld de keuze internaat of w huis werd voor het geopteerd. De laatste i kinderen vertrokken in ln 1906 werden één. in twee klassen bijgebouw! Moeder Pharaïldis ovt in 1908 en zag haar le werk rijke vruchten dr Ze werd opgevolgd Moeder Josephine die werd bijgestaan door i Felix, jw Irma Witteb en Pastoor Hemelsoe 1911 werden vier klassen gebouwd en teli school reeds 80 kostsc meisjes, vooral uit het werpse. Tijdens de oorlog wen internaat tijdelijk opgei en kwam het noviciaat Mere. Na wereldoorlog I Bij de leerplicht kree school plotseling een vloed van leerlingen bewaarschool was ov volkt. een 7e leeqaar vierdegraadklas weldra volgd door twee 8e zodat in 1930 de bei school 221 leerlingen tel de lagere school 282. In 1923 bij de oprichtin de VZW «Gesticht H. Jo Meire» volgens de wet 1921 kreeg het klot rechtspersoonlijkheid, i roerende of onroerende! deren, door het kloosti gebruik genomen, afgi of afgehuurd, werden de leden-stichters aan VZW overgedragen. I n 1922 werd een volksb teek opgericht met o.m. van de families Knibberen Crommelini in 1972 bedroeg het a uitleningen 17460 en boekenbezit steeg tot 85 Vijftigjaar! Het 50-jarig bestaan in kon niet onopgemerkt i bijgaan. De kapel vergroot, er kwam een konfektieklas en verder den gepland het optre van een gebouw vooi vrouwen van het rusthu de bouw van een wijkst te Oostdorp bestaande een bewaarklas en e klas. nieuwde bloei komen van het jeugdbewegingsleven in Mere. Ten bate van de be trokken kinderen en jonge ren. pd Verdere uitbreiding In 1941 werd een beroep! geopend weldra aange met handelsklassen, in met terugwerkende ki door het Rijk erkend 1948 volgde een volk splitsing tussen handels beroepsonderwijs, werde nieuwe lokalen trokken en waren er ongeveer 250 leerlingen. In 1961 wordt een huml ra-afdeling opgericht We schappelijke B waarbij i een laboratorium komt. aardrijkskundelokaal eveneens een ruime sport In 1974 werd dan gestart een nieuwe afdeling: koop en Etalage. La Sekundaire Beroepsschcx Enkele statistieken Na 100 jaar groeide de uit tot - een zustergemeenschap 45 zusters waarvan II Mere - een rusthuis met 107 zie en bejaarden - een bewaar- en basisset met 18 klassen en leerlingen - een technische school 25 klassen en 488 leerlinge - een humaniora wet. B m< klassenen 181 leerlingen - wen 110 koppig per tone* - een 110-koppig personee

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1978 | | pagina 18