I m -etj In het Aalsterse is de naam de Bethune, gedurende meerdere decennia, onverbreekbaar verbonden geweest met het maatschappelijke en politieke gebeuren. Op een enigszins aparte wijze heeft deze Aalsterse tak van het uit Zuid-Vlaanderen stammende geslacht de Bethune van meetaf aan een belangrijke rol gespeeld, zowel bij de plaatselijke partijpolitiek en de nationale politiek als bij het landsbestuur en het bestuur van de Kongolese privé - vrijstaat van Leopold II. Met Etienne de Bethune-Sully, oudste titelvoerende baron en nazaat van deze enige Aalsterse adelijke familie, werd in wezen reeds de plaatselijke geschiedenis van het geslacht de Bethune afgesloten. Beide zoons, Alain en Bruno de Bethune hebben nooit iets gevoeld voor politiek. Al woont en verblijft baron Etienne de Bethune, als geboren Aalstenaer, nu reeds meer dan 78 jaar ononderbroken in ons aller «Keizerlijke Stede», toch is er van de vroegere bekendheid van de naam de Bethune nauwelijks nog iets te merken. De alomgekende, gewaardeerde en door velen hoog geeerde naam de Bethune ging in de loop van de jongste kwart eeuw geheel vervagen en bleef voor de oudere mensen uit deze streek nauwelijks een verre herinnering. Het is dus allerminst verwonderlijk dat voor de jongere generatie de naam de Bethune ofwel geheel onbekend is ofwel hoogstens reminiscenties oproept aan Hendrik Conscience's «Leeuw van Vlaanderen». Tussen neus en lippen daar trekt Etienne de Bethune trouwens, i met een veelbetekenende mon- kellachomdemond.delijndoor van de historische ontmoeting i. van «de Leeuw», graaf Robrecht de Bethune met de Brugse «Maceklier» Jan Breydel, tot bij het huwelijk van zijn ouders waarbij, zoveel eeuwen later, een I mogelijke nazaat van Graaf Robrecht een even mogelijke j afstammelinge van Breydel zou i ontmoeten. i Dit laatste echter zal baron de Bethune, als gerenomeerd des- kundige op het terrein van heraldiek en familiekunde, ze- ker niet als autentiek historisch gefundeerd durven onderschrij- ven. maar leuk is deze beden king alleszins, vooral dan als - anekdote. De naam «De Bethune-Sully» Volgens baron Etienne de Bé- thune-Sully zou de naam de Bethune reeds rond het einde van de 10e eeuw in de streek van Cambrai (Kamerrijk) bekend zijn geweest. Deze de Béthune's zouden de mogelijke voorvade ren zijn geweest van de later als graaf van Vlaanderen bekende Robrecht de Béthune. Naast de naam Béthune vindt - men enerzijds de aanduiding dat j dit een stad is. in het Noord- Franse departement Pas de Calais, waarvan het de hoofd ei plaats is. en anderzijds de aanwijzing dat het de naam is J van een Franse familie waaruit I o.a. de «conseil d'état» van de Franse koning Henri IV (1553- 1610), Sully is voortgesproten, 3 Of oorspronkelijk zowel de. plaats Béthune als de «conseil I d'état» Sully iets met de huidige familienaam de Bethune-Sully te maken hebben gehad is j nauwelijks na te gaan. Dat het geslacht de Bethune uit Zuid- Vlaanderen (Noord-Frankrijk) I zou stammen is zó goed als vaststaand. De plaatsnaam Bé- i thune zal dus zeker aan de i oorsprong liggen van de adelijke naam «de Béthune». Rond de jaren 1200 kwam de naam de Bethune ook in het Pikardische voor o.a. in de S streek van Doornik. Vanaf die I tijd zal de naam de Be- I thune regelmatig opduiken in de 'j Zuidelijke Nederlanden meestal I als adelijke naam van de plaatselijke vazallen van de Franse koning. Sedert de jaren 1. 1400 tot en met de Franse revolutie kon men de naam de Bethune ononderbroken terug- B vinden, in het Noorden van Frankrijk, als de naam van 1 invloedrijke en gezagsgetrouwe dienaren van de Kroon. U Met de Franse revolutie werd de I adel als het ware vogelvrij I verklaard en haaste iedere adelijke familie zich om al sporen vandien uit te wissen. £j, Ook bij de familie de Bethune. I- de voorouders van Etienne de 2.' Bethune, die toen in de streek van Rijsel leefde, werd de kleine I«de» weggelaten en nam men het burgerlijke Bethune aan. I* Er gaat een verhaal waarbij de rechtstreekse voorvader van de latere Belgische familie de Bethune op de vlucht zou zijn geweest voor de revolutionaire machthebbers van toen en onderdook in de streek van Kortrijk. Door de geleden ont bering. bij die vlucht, zou deze «Bethune» vrij jong zijn overle den met achterlating van een jonge vrouw die zwanger was. Deze jonge vrouw zou zich te Kortrijk nog bij haar zieke man hebben gevoegd. Na diens overlijden huwde zij opnieuw en vestigde zich definitief te Kort rijk. Na de restauratie werd haar oudste zoon als een afstamme ling van de familie de Béthune erkend. Het zou echter pas na de Belgische onafhankelijkheid zijn dat de Kortrijksc familie de Bethune opnieuw in de officiële adelstand zou worden opgenomen. Dit was niet ver wonderlijk aangezien de Kort- rijkse familie Bethune niet alleen een belangrijke rol was blijven spelen o.m. bij het bestuur van de Stad Kortrijk maar er tevens een Bethune lid was van het «Voorlopig-Bel- gisch-Bewind» dat na de Brus selse revolutie van 1830 tenslotte voor het koningschap opteerde en Leopold van Saksen-Coburg als hun koning in haalden. Het was met name Felix de Bethune (1789) die te Kortrijk het levenslicht zag als zoon van de weduwe van hogergenoemde Rijselse edelman de Béthune (toen veiligheidshalve «Citoyen Béthune) die reeds in 1901 1902 opnieuw het recht zou krijgen om de Kleine «de» voor de naam toe te voegen. Deze voorvader van Baron Etienne de Béthune-Sully was tevens burge meester van Kortrijk vóór de revolutie van 1830 en zou alsdusdanig de Belgische revolu tie steunen en lid worden van het Kongres. Deze, door Leopold I geadelde. Baron Felix de Bethune had twee zonen: Jean-Baptiste, die de stamvader zou zijn van de stam Kortrijk. Mark en Paul de Bethune die in 1830 "op 4 mei te Kortrijk geboren werd en de stamvader zou worden van de Aalsterse stam van deze familie. Baron Paul de Bethune zou ook de eerste ondervoorzitter wor den van de Belgische Senaat. Deze Baron Paul de Bethune huwde in 1856 met Adelaide Eliaert en werd aldus verwant Eerder had het er op geleken dat het lot ons ongunstig gezind was want een vroegere afspraak zou onvoorzien vervallen toen baron Etienne de Bethune dringend diende opgenomen te worden in een Brusselse kliniek voor een heelkundig ingrijpen. Het was voor ons des te aangenamer nadien om, veel vroeger dan verwacht, te verne men dat baron de Bethune opnieuw «de oude» was en zich in volle herstelperiode bereid ver klaarde om ons te woord te staan. De ruime werkkamer waarin Etienne de Bethune heel wat uren doorbrengt om zijn genealogische opzoekingen en bevindingen aan het papier toe te vertrouwen ademt de rust en de stilte van een andere tijd, van een andere wereld. Alles is er vreemd autentiek en getuigt van een gedegenheid die ons nauwe lijks noch bekend voorkomt. Ons gesprek gaat hoofdzakelijk in het Nederlands, doch blijkt het af en toe gewenst om over te schakelen op het Frans. Zoals Etienne de Bethune in de loop van het gesprek zal zeggen, is het niet zijn schuld dat hij niet werd opgevoed in het «Vlaams». Zijn kuituurtaai werd nu eenmaal het Frans zoals dit voor mensen van dit tijd en die stand vanzelfsprekend was. Des te merkwaardiger is het om niette min van hem te vernemen dat hij steeds aan de kant van het Vlaamse Volk heeft gestaan en zichzelf zonder kompleksen als een rasechte Vlaming ziet. Zicht op de glasramen en het prachtig altaar in de kapel (JM) met de Aalsterse Industriële familie Leirens-Eliaert die toen eigenaar was van een «Filature» aan de Pontstraat op de plaats waar nu de stadsparkeerplaats gelegen is. Het is van deze adelijk-industriële familie dat baron Etienne de Bethune reehtstreeks afstamt. Te gast op «La Roseraie» Op een vochtig-kille januari dag zochten wij tenslotte baron Etienne de Bethune op in «La Roseraie». het grote landhuis dat in 1865 door de Familie Leirens-Eliaert werd gebouwd als «Ferme» bij het toenmalige buitenverblijf «Overhamme». Baron Etienne de Bethune-Sul ly, wij hadden gaarne uzelf en uw familie gesitueerd gezien in de tijd en in zijn samenhang. Kan IJ ons hierover een en ander vertellen? Gij vraagt mij een soort identi teitskaart op te maken van mezelfen mijn familie. Wel. ik ben een geboren Aalstenaar en woon sedert die dag van mijn geboorte 10 december 1899 ononderbroken te Aalst en in dit huis. Mijn vader was Felix, baron de Bethune. geboren te Aalst op 19 juli 1857. Mijn moeder was Margeurite Maartens-de Noord- hout-Breydel. afkomstig uit Gent. Mijn ouders kregen twee kinderen, mijn zuster Christine en ikzelf. Wenst U nog meer te weten? Dit is teminste de bedoeling. In de Aalsterse politieke historie komt de naam Leon de Béthune voor. Hoe is deze de Bethune met IJ verwant? Leon was een jongere broer van mijn vader. Wacht even, ik haal preciese gegevens over hem. Kijk hier staat het: «Diplomate et homme politique Beige, nee Alost Ie 7.9.1864». Pardécretdu 2 juillet 1898, Conseiller au Conseil Superieur de l'Etat Independant du Congo. Fils de baron Paul de Béthune. II naquit au chateau d' Overham me (Alost) depuis 1886». Nonkel Leon was doctor in de rechten geworden te Leuven en deed nadien het cksamen van «atta ché et secretaire de légation». Hij werd door Leopold II belast met koloniale opdrachten. Daar naast was hij ook nog gemeente raadslid en schepen van de stad Aalst. Sedert 22 mei 18% was hij tevens volksvertegenwoordiger, voor Aalst, voor de Katolieke Partij. Uw vader deed niet aan politiek! Toch wel. maar op bescheiden wijze. Het was trouwens een ongeschreven wet dat in één zelfde familie slechts een fami lielid in hetzelfde politieke strijdperk zou treden. Deze genoot den ook de steun van de ganse familie. Mijn vader was wel provinciaal raadslid en ook kolonel bij de «Garde Givique». maar dit is geen politiek, nietwaar? Bij het overlijden van Leon in 1907 zou een andere broer van mijn vader, Louis de Bethune. deze als volksvertegen woordiger opvolgen. Met de oorlog raakte de familie de Bethune uit de politiek. Na de oorlog heb ikzelf het opnieuw geprobeerd met wisselend suk- Zonder sukses, lijkt ons anders een juistere uitdrukking, maar daarover hebben wij het later nog. Ik noem het een sukses als men in die naoorlogse jaren geheel alleen zowat 7000 stemmen achter zijn naam kon krijgen. Dit is inderdaad zó, maar U werd niet verkozen! Dit was niet het belangrijkste. Laat ons even wachten met de politiek. U woont hier sedert uw geboorte. Deze «here-boerderij» maakte ooit deel uit van het domein Overhamme. Wij weten dat de historie van het kasteel Overhamme voor U een trieste aangelegenheid is geweest. Kunt U ons vertellen hoe dit kasteel in het bezit kwam van de familie de Bethune en hoe dit tenslotte in ander bezit overging. Oorspronkelijk is Overhamme reeds zeer oud en als heerlijk heid kende het een geschiedenis van meerdere eeuwen. Vóór 1845 was het in het bezit van Barones La Candelle de Gyse- gem die het in dat jaar verkocht aan de Aalsterse industrieel Corneille Eliaert. Door het huwelijk van baron Paul de Bethune. mijn grootvader, met een dochter Eliaert werd het aldus familiebe zit in 1858. De schoonbroer van mijn grootmoeder, Leirens- Eliaert bouwde in 1865 op dit gedeelte van het familiedomein Eliaert. deze «Ferme» als bus ten verblijf. Hier hangt nog een prent, uitgevoerd in steendruk, uit het jaar 1867-1868, Er werden in die tijd een zevental prenten getekend van Aalst, waaronder eveneens de «Filature du Canal». Kijk hier staat het «Alost. Vue sur la Ferme de Mr. Leirens-Eliaert». Het wapenschild van de familie Mertens, afstammelingen van Breydel JM moeilijkheden, na de oorlog, over zwart geld of zo iets diende deze het te verkopen, althans een gedeelte van het domein. Op deze wijze kwam het kasteel met bijgebouwen in het bezit van de Maertens-Noordhout met in het blazoen nog emblemen van de families Maertens-Breydel. De ze familie stamt af van «de» Jan Breydel die door graaf Rob- brecht in de adelstand zou zijn na de oorlog niet zó goede is veranderd. Het dat iedereen gedwong* gelijke voet wordt gezet door uiteindelijk elke stil gaat ontbreken. Tenslottel tirrf itter'» van Dendern landbouwzake tl ik als ambi i het ministeri ng komt alsdusdai Het wapenschild van de familie de Bethune (JM) Tussen haakjes, weet gij des het Corneille Eliaert was die in zijn spinnerij-klature- in 1850 het eerste stoomtuig plaatste. Wij dwalen van het oorspronke lijke Overhamme af. Wat ge beurde er met het, nu niet meer bestaande kasteel, nadat het familiebezit de Bethune was geworden. Zoals ik zegde erfde de schoon zoon van Corneille Eliaert, mijn grootvader Paul de Béthune, het kasteel in 1857-1858. Sedertdien bleef het familiebezit tot in 1939. Wist U trouwens dat, vóór barones de la Candelle van Gijzegem, het Kasteel Over hamme normaal door erfenis in het bezit zou zijn gekomen van «Garde Civique»-kolonel Van der Noot de Vreckem die van 1848 tot 1867 burgemeester van Aalst was. Deze Vander Noot weigerde de erfenis Overhamme wegens onenigheid over de gegeven waarde van de vis op de vijvers. Kijk. daar hangt nog een portret van burgemeester van der Noot. Hoe ging het dan met Overham me na 1939? Wel. bij het overlijden van nonkel Leon in 1907, had nonkel Louis deze opgevolgd als volks vertegenwoordiger en ook het kasteel in bezit gekregen. Toen Louis de Bethune dan overleed in 1939 werd het kasteel gekocht door Odilon Van der Scheuren. Deze verkocht het door aan Van den Nest uit Hofstade die er de bomen begon te rooien. Door huidige eigenaarde la Kethulie. Het was deze de la Kethulie die het kasteel dan zou afbreken. Ja. dat is zo! Wij nemen aan, aan de stijl te zien, dat de kapel bij «La Roseraie» niet terzelfdertijd werd opgetrokken als het land- hub zelf. Is dit zó? Inderdaad, de plannen voor deze kapel werden gemaakt door mijn bloedverwant baron Jean-Baptiste de Béthune uit Marke-Kprtrijk. Het was deze Jean-Baptiste de Bethune die algemeen gewaardeerd werd als architekt en dekoratief ontwer per. Hij bevorderde, samen met Willy Pugin te Brugge, de «Gothic Revival». Dit is aan de kapel te zien. Hij wordt, samen met Pugin en broeder Marés, als voorganger beschouwd van de in 1865 opgerichte St. Lucasscho- len. Hij stierf in 1894, ik heb hem dus niet gekend. Hij bouwde ook de begijnhofkerk te St. Amandsberg. Willen wij eens gaan kijken in de kapel? Dat hadden wij reeds willen vragen. Er is niet veel meer aan te zien, weet U. Vroeger werd hier elke zondag Mis gelezen door een pater van Affligem. In 1%7 werd er het Kerkelijk huwelijk van mijn dochter Christine ingezegend met Jacques della Faille de Leverghem. Kijk, er hangen wapenschilden van de familie de Bethune en de familie verheven. Bij het binnenkomen i wij een heilige beeld bov kapel-deur in een nb, heilige b dit? «Saint Etienne»-, Sint Stc dus of Stephanus want het er op. Het is mijn heilige. Willen wij op ons uitganj van daar net even uw identiteitskaart? beroep? Landbouwer, kijk In 1922 was ik, ris voor oorlogsschade rechtbank van gelast met dien kwam ik als terecht op het landbouw. Daarnaas landbouw bedrijf van Ha. en volgens de landbouwtelling was gemeente ingeschreven bouwer. Landbouwer zijnde werd weggevoerd, gedurende ste bezetting, door de Uiteindelijk ben ik een man» al zou ik er niets hebben als er gewoon gestaan. Tenslotte voel boer! Ie b als ■i" U werd in 1899 geboren dus weldra 80 jaar. U van de evolutie? Elke tijd en zal er nodig zijn. Tenslotte verandering het heersende mentaliteit, meen ik dat er in vgl. met

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1978 | | pagina 14