Ray De Smet praat over een reis
AALSTENAARS NAAR CUBA
18 - 1-12-1978 - De Voorpost
Samen met 31 andere gegadigden uit Vlaanderen, Brussel en Wallonië vloog KP-leider van de Denderstreek
Raymond De Sawt, ook batten de eigen kring een geapprecieerde figuur, naar Cuba.
Onder boa, aaneensluitende dynamische kern van de groep elf «Aalstenaars»: Pol en Simonne uit Erembode-
gem, Irma uit Erondegem, Rosa uit Erpe-Mere, Philemon uit Mere, en uit Aalst zelf William en Olga, Jacky en
Suido en last but not least Raymonds en Raymond.
In zijn woning aan het Begijnhof, buurt waar bij ook de algemene achting geniet, tastten we niet de
politieker maar wel de toerist en de zinnige mens even aan de tand in verband met deze door Volkstoerisme
ingerichte reis naar Cuba waaruit op «De Voorpost» een kleurrijke prentkaart belandde.
aantal.
Opvallend écht schone vrouwen en
mannen!
D.Vp.: Vriend Raymond, U is pas
terug uit bet land waaruit U ons
een zo entoeziaste kaart schreef.
Vertel nu even ten gerieve van
onze lezers eens wat Cuba nu ei
genlijk is. Tenslotte ligt het toch
zo maar niet aan onze achterdeur.
R.D.S.: Geografisch gezien is Cuba
het grootste eiland van de Antillen
gelegen tussen de Atlantische
Oceaan, de Golf van Mexico en de
CaraTbische zee. De totale lengte
een paar dagen ons hoofdkwartier
gevestigd. Honderd drieënveertig
kamers, een zwembad op het zesde
verdiep, een knappe, zelfs te fel
afgekoelde bar. Destijds was dit het
hoofdkwartier van Maffia-boss
Lucky Luciano van waaruit hij sa
men en in konkurrentie met kollega
Forano de onderwereld van Havana
kontroleerde waar op dat ogenblik
70.000 jonge vrouwen leefden van
het oudste beroep ter wereld.
D.Vp.: Wat zag U in bet Cubaans
binnenland?
R.D.S.: Langs de wegen die we
bereden naar het zuiden en naar de
CaraTbische zee toe we deden
wikkelde arbeiders trokken immers meer dan 1.000 km per autocar in
naar de buitenwijken der grote ste- het binnenland zagen we qua
den en naar de kleine gemeenten, flora vooral de eeuwige palmboom
de dorpen, de afgezonderde ge- en het overal dominerende suiker-
huchten en woningen. Velen er- riet. Bij ons eerste oponthoud be-
van werden aangevallen en zelfs zochten we een moerassig gebied
vermoord maar wie bleef leerde het met middenin een uitgestrekt
volk lezen en schrijven. Het analfa
betisme is vandaag in Cuba als énig
land van Latijns-Amerika overwon
nen en het onderwijs kan er zelfs
voor vele industrieel ontwikkelde
landen tot voorbeeld worden ge
steld. Normaalscholen die opvoe-
meer. Hier precies een gebied waar
de eerste bewoners van Cuba, In
dianen uit Venezuela, leefden:
Guama, genaamd naar de naam
van het Indiaans stamhoofd dat
langst weerstand bood. Zonder de
pretentie een getrouwe weergave te
waar de verkoelende wind in alle
richtingen waait. Er is een bar, een
amuzementszaal en er zijn fietsen
ter beschikking. Daartegenover,
met een veerpont te bereiken, een
klein vissersdorp met vesting en
toren uit de tijd van de Spaanse
bezetting dat aan elke ingreep van
de tijd heeft weten te weerstaan.
Daar is het dat we voor het eerst
niet de witte, die we hier nu samen
degusteren, maar wel de oudere
bruine rum zijn gaan proeven. Het
is daar dat we tussen de vissersnet-
ten die oude vriendelijke man heb
ben ontmoet die zijn mooie dertig
centimeterlange schildpad met een
koord aan de staart uit zwemmen
liet zoals een brave huisvader bij
ons 's avonds zijn hondje even een
luchtje laat scheppen. Het is ook
daar dat Irma in de schamele wo
ningen op georganizeerde zoek-
wat anders: een motel in de vorm
van grote rieten hutten met 5 6
kleine appartementen. Een zeer
stemmig restaurant met bij elke
maaltijd optreden van een Cubaans
orkest. Cubanen zijn ten andere
zeer muzikaal. Wanneer men er
drie samen ziet is er steeds wel een
met een gitaar bij, zelfs bij reeds
oudere lui. Ook een zwembad met
direkt bij de hand een bar met frisse
dranken. De Belgen grepen even
wel toch maar eens naar bier.
En dan vandaaruit maar weer op
verkenningstocht in de stad die
door Che Guevara in bloedeigen
persoon op de Batistatroepen werd
veroverd. We bezoeken er, einde
lijk, een sigarenfabriek en zien er de
beroemde Havanasigaren van on
der de behendige vingeren van
vrouwen en mannen rollen. Aan de
universiteit worden we onthaald
kopij van dat uit de States, door
eenvoudige mensen werden uitge-1 i
nodigd om samen met hen te roken
en bier te drinken daarbij van me
ning wisselend over hun stad en
land.
We zouden U de auto's kunnen be
schrijven waarvan de steden vol
zijn: oude wagens die enkel door
hoog technisch werk kunnen rij
klaar worden gehouden maar die
het inderdaad nog steeds doen.
Enkele zinnetjes toch nog over Ern
est Hemingway en de beide bars
die hij er regelmatig bezocht: de
«Bodeguita del Mondio» en de sjie-
kere «Floridita» waar zijn borst
beeld prijkt en we konden proeven
van de door hem geliefkoosde
dranken. Zijn woning aan de rand
van de stad werd tot muzeum inge
richt.
Misschien vergeten we wel
bedraagt 1.250 km of van Aalst
naar de Spaanse Costa Brava en de
breedte schommelt van 31 tot 161
km. Tot aan de stranden toe is er
een zeer weelderige bomen- en
plantengroei waarboven schier
overal de prachtige koninklijke
palm prijkt.
Politiek gezien is Cuba inderdaad
sedert twintig jaar «een begrip».
Het is namelijk het eerste land van
Latijns-Amerika dat zich (in 1959)
uit de greep van Uncle Sam wist te
bevrijden en dat hem daar als een
scherpe angel in de voet steekt.
Cuba is ook het groene eiland dat in
1962 de ganse wereld deed op
schrikken. Een jaar na de mislukte
landing van uit Amerika vertrokken
huurlingen werden er immers ais
tegenzet op steeds toenemende
Amerikaanse druk Sovjet-raketten
■ngevoerd. Tot grote opluchting
/an de hele wereld werden die dan
maar, na onderhandelingen
,ennedy-Kroetsjov, toch maar
^eer ingescheept
■Tenslotte is Cuba voor miljoenen
In dit hotel leerden we dan onze
knappe en vriendelijke gids Bias
kennen. Gedurende de veertien da
gen van ons bezoek aan het eiland
(in de vorm van een krokodil met de
kop onderaan) zou hij ons door zijn
land loodsen. Van daaruit maakten
we voor het eerst kennis met een
volk dat inzake «openheid en vrien
delijkheid wellicht zijn gelijke niet
heeft». Zo sprak ook de kanselier
van de Belgische Ambassade die
we later, zoals trouwens de am
bassadeur zelf, onder dramatische
omstandigheden zouden terug
zien.
Havana zelf is een stad van tegen
stellingen. In ganse wijken werden
bij de overwinning van de revolutie
door de vijanden van en de be-
vreesden voor het nieuw regime
verlaten. In deze wijken werden
honderdduizenden daklozen on
dergebracht. Al deze huizen her
stellen en onderhouden was wel
een onmogelijke opdracht. Binnen
in waren ze, tot onze verwonde
ring. wel net en de bewoners nodig-
veel de niet-Aalsterse medereizi
gers. Het was een goede ploeg en
we willen hen allen danken vooi
hun gezelschap: Jef, Marie-Louise,
de «kineasten» van Oostende, Ro
ger, Nicole «de strop», Willy en
wederhelft, Alfred, Jean, het waren
allen vriendelijke en pittige reisge
noten.
Mijn Cubareis groeide uit tot een
belevenis waaraan ik nog veel zal
terugdenken, een reis zeker mijn
tocht naar Mongolië waard Er is
inderdaad veel te leren wat méér is
dan te bekijken als toerist. Een voll
dat het in de komende jaren na vij
eeuwen honger en verdrukking vei
zal schoppen.
tocht naar zeldzame muntstukken
ging. Het is tenslotte daar dat
Jacky. William en ikzelf ons hemd
inruilden tegen elk een prachtige
schelp met paarlemoeren kleuren.
Toch is Cienfuegos uiteraard meer
dan dat alles?
Het is immers ook de haven en het
groots opgezet industriecentrum in
opbouw met meststoffenfabriek,
viswarenbedrijf en het suikertermi-
naalgebouw waar we even van de
Cubaanse suiker konden proeven.
Deze suiker is nog steeds de rijk
dom van Cuba, de bron van de zo
zeer begeerde buitenlandse devie
zen die de ontwikkeling van het
land moet mogelijk maken.
Cienfuegos dat is ook de Botani
sche Tuin met ruim 180 soorten
palmbomen, met de cola- en de
cocaboom en noem maar op, met
de kleurenpracht van onvergetelijk
mooie bloemen, met de bananen
bomen en dan weer andere bomen
van wie de takken in de grond wor
tel schieten. Dat Cienfuegos werd
gesticht door een veertigtal Franse
families kan men wel enigszins
merken aan het centrale plein, aan
sommige gebouwen en ook aan het
type van sommige mensen die men
er ontmoet. Dat we er echter ook
een Vlaming zouden «ontdekken»
hadden we nooit durven denken.
En toch! In een der hoofdstraten
van de stad ging een tentoonstel
ling door van landgenoot Frans
Masereel. Door hem was het dan
ook dat we konden kennis maken
met een jong beloftevol Cubaans
schilder die dan op zijn beurt onze
vriend William aan Cubaanse kar-
navalaffiches hielp. Ook in Santa
Clara, in Trinidad en in Havana zou
hij dergelijke affiches op de kop
weten te tikken.
D.Vp.: En waar kwam U nog na
Cienfuegos?
R.D.S.: Na een bezoek aan een
knap Pioniers-jeugdkamp waar
hartelijk werd verbroederd en
Guido zijn bewondering voor het
jeugdbeleid uitsprak ging het naar
Trinidad, de quasi ongeschonden
gebleven havenstad uit de Spaanse
periode. We bezochten er kleine
maar interessante musea waarvan
één genoemd naar de Duitse ge
leerde Humboldt, gespecializeerd
in de fauna van het eiland, wiens
naam ook prijkt op de universiteit
van Oost-Berlijn.
Een persoonlijke wens: mensen,
blijf steeds van dit typisch stadje af
en laat het a.u.b. zoals het was en
nog steeds is.
Santa Clara bracht ons dan weer
door prof. Manuel, twintig jaar ge
leden zelf sigarenmaker. Bij hun
speurtocht naar karnavalaffiches
trekken Olga en William er weer op
uit en worden vriendelijk onthaald
in de woning van een katoliek gees
telijke, pas enkele dagen uit Rome
terug. Alle wegen leiden dus inder
daad naar Rome
In Varadero, het vroegere lustoord
van USA-miijardairs, zijn er tal van
mogelijkheden. De enen trekken er
uit op de fiets, de anderen gaan op
visvangst of kijken naar kaba-
retprogramma s. wemcnt scnep-
ten sommigen het allemaal mee.
Waarschijnlijk is Varadero wel de
naam die ons langst zal bijblijven.
Een medereiziger van onze groep
wordt er inderdaad getroffen door
een hartaanval tijdens het mid
dagmaal en overlijdt reeds drie uur
nadien. Algemene konsternatie op
vier dagen van het einde van de
fantastische tocht.
Havanasigaren rollen, in Cuba ht
jongeren, en ook voor ouderen,
verspreid over de hele wereld, het
land van Fidel Castro en Che Gue
vara en anderzijds ook dat van gita-
renmuziek en kokende dansen, een
mengsel van Spaanse en Afri
kaanse kuituren.
D.Vp.: Voor d« meesten van ons is
Cuba zo ver weg dat we geen idee
van tijd noch afstand hebben. Hoe
geraakte U eigenlijk ter bestem
ming?
R.D.S.: Twee uur dertig vlucht
bracht ons in Madrid waar we, als
voorsmaakje, reeds kennis maak
ten met «cuba libre», een typische
drink. Daarna verwijlden we niet
minder dan twaalf uur boven de
Oceaan. Wegens een cykloon bo
ven de bekende eilandengroep «de
Bahama's» werd de koers immers
gewijzigd en ging het naar Gander
in Canada waar een tussenlanding
werd gemaakt. Vervolgens ging het
zuidwaarts en werd de kust van de
States gevolgd waarna Havana, de
hoofdstad, werd bereikt. In Havana
dienden we dan onze uurwerken
zes uur terug te zetten.
aVp.: Havana is in oma gonst
goassocioord mot sigaren en ook
donken we dan wol misschien aan
suikerriet Wil U ons eens wat
meer over deze stad vertellen?
R.D.S.: In hotel Deauville op de
dijk waartegen de baren van de Golf
van Mexico aanbeuken en vaak
overslaan, hadden we althans vooi
bezichtigen waard.
den ons vaak vriendelijk uit binnen
te komen en boden ons koffie aan
Vooral langs de Chinese wijk zijn er
weliswaar ook krotten.
En ban uai andere Havana: groots
opgevatte lanen en pleinen, prach
tige hoewel vaak in overladen stijl
opg. trokken gebouwen uit het
Spaanse tijdperk. Daarbij dan weer
ultra-moderne hotels uit de periode
dat de USA het groene eiland in de
zon tot een ekonomische en poli
tieke kolonie hadden gemaakt en
Havana en een paar andere steden
tot amuzementsoorden.
Een paar gelegenheden zouden we
ervan bezoeken: het minder grote
kabaret «Parisienne» en wellicht
het grootste kabaret ter wereld
«Tropicana» waar Sinatra en an
dere lievelingen van de maffia reu-
zesuksessen kenden. Nu ten an
dere nog indruk wekken met een
sprankelend en kleurrijk pro
gramma en een publiek dat zijn ve
detten opzweept tot een meesle
pend en bruisend spektakel.
D.Vp Dat wat betreft de gebou
wen. Maar hoe staat hat er eigen
lijk met de mens zelf?
R.D.S.: Een probleem dat voortdu
rend in de belangstelling van de
overheid stond was de strijd tegen
het analfabetisme. Het muzeum
van de alfabetizatie was dan in
1961 ook het biezonderste onmid
dellijk objektief. De weinige onder
wijzers, studenten, soldaten ont-
ders kweken ziet men er als pad
destoelen uit de grond rijzen en de
televizie, aanwezig in qua elke wo
ning, speelde een grote rol in de
kulturele ontvoogding van het volk.
D.Vp.: Hoe is de huidige bevolking
van Cuba en waarvandaan komt
za?
R.D.S.: Niet zo bekend is het feit
dat in Cuba, ons in het Westen nog
geen 500 jaar bekend, bij de ont
dekking van Amerika door Colom-
bus in 1492 honderduizend India
nen woonden. Door de Spanjaar
den werden ze praktisch tot de laat
ste man uitgemoord, vaak met me
deweten van de Kerk. Toen deze
dan goed en wel uitgeroeid waren
werd aan import gedacht. Vanaf
1521 werden dan ook Afrikaanse
slaven «ingevoerd» en zulks hon
derden jaren lang tot midden vorige
eeuw slavenhandel onmogelijk
werd. Tegen een kontrakt van acht
jaar slavenarbeid tegen het beko
men van hun persoonlijke vrijheid
werden ook Chinezen ingevoerd
Acht jaar hielden ze hel echter zel
den uit. Slechts in Havana hebben
we nog enkele van hun afstamme
lingen ontmoet. Over gans Cuba
varieert de huidskleur van overwe
gend diep zwart over melkchoko-
lade naar blank en dit in het minste
neoDen gemaaxt van wat gedu
rende meer dan 500 jaar in het ge
heel van deze eilandengroep ge
beurde werd hier toch een hoed
overgehouden uit het verleden met
o.a knappe bronzen beelden die
het leven van de toenmalige India
nen weergeven. Ook werd het een
typisch vakantie-oord.
Qua bewoners stelden we de visu
vast dat van énige rassendiskrimi-
natie niet de minste spraak is. Er
zijn op Cuba geen rassenproble
men. Op de weg naar de Varkens
baai waar in '61 de beruchte poging
tot landing plaatsgreep regent het
dat het giet en als het op Cuba
regent giet het letterlijk. Van uit
stappen kan dan ook geen sprake
zijn. Slechts aan de krokodillen-
kwekerij hielden we even opont
houd om er de «lieve beestjes» te
zien en op de gevoelige plaat vast te
leggen.
avp.: Raymond, bezocht Una Ha
va na nog andere steden op hel
eiland?
R.D.S.: Cienfuegos wordt onze
nieuwe pleisterplaats. Even buiten
de stad, aan een baai in de CaraTbi
sche zee, boven op een helling, het
ultra-moderne hotel «Passaca-
ballo» (overzetplaats voor ruiters)
Deze schildpad wera door zijn baas elke dag met een koordje in het water
gelaten, een gewillig huisdiertje.
Op een reis mag er ook een pleziei
voor het oog is.
Terwijl de weduwe door velen
wordt omringd en inzake formali
teiten wordt geholpen door de lo
kale overheid, door Cubatour en
later door de Belgische Ambassa
deur te Havanna moet de reis ver
der gaan. We willen niet nalaten
hier nogmaals ons innig medeleven
in de rouw van mevrouw Rachel te
betuigen.
af: vissen vangen dat het een lus
Wij in West-Europa vergeten im
mers al te gemakkelijk dat twe
derden van de wereldbevolkin
nog honger kent en vreselijke ziek
ten. We hebben oogkleppen oj
voor bepaalde toestanden. We wil
len het niet voor gezegd houdei
dat ónze welstand ook stoelt
uitbuiting van anderen
LI
D.Vp.: Een hele tocht, inderdaad.
Kan U ons nu nog kriskras door
elkaar uw indrukken, al ware het
maar schematisch, meegeven?
R.D.S.: Te Havana sluit zich de
ring. We kunnen niet nalaten te wij
zen op het feit dan overal de revolu
tie door het volk wordt gedragen.
We zouden nog kunnen vertellen
over de prachtige nieuwe woonwijk
nabij Havana door mikro-
briganden opgetrokken. Bouwbri-
gades gevormd uit vrijwilligers uit
alle bedrijven waar de overige ar
beiders bereid zijn met verminderd
personeel de produktie op peil te
houden.
We zouden het kunnen hebben
over de landbouwgemeenschap-
pen waarbij gelzoleerde boertjes
hun hut kunnen ruilen voor betere
leefvoorwaarden en kunnen bijdra
gen om op topafra's» (suikerriet-
oogst) te realizeren. We zouden
kunnen trachten een beeld te
scheppen van die avond in Havana
toen we rechtover het Capitool, een
De Aalsterse groep tijdens de Cuba reis, een zorgvuldig te bewaren kiekje.