d
4 - 4.1.1980 - De Voorpost
Schepen Herman Roels
Een wens aan allen voor 1980...
Mocht het nieuwe jaar voor u een jaar worden,
van eenvoud en rust,
van vreugde en geluk
De weg naar het geluk begint niet ergens bj
mensen en dingen,
het begint altijd bij jezelf.
Een nieuw begin, elke dag
elke ochtend,
elk uur.
Als je weet dat morgen belangrijker is dan gif
teren,
laten we dan proberen,
1980 te maken tot het jaar van de echte vriend
schap...
gesteund op eerlijkheid en rechtvaardigheid
los van negatieve kritieken
Herman Roe
Schepen van Onderwijs, Kuituur
Toeris
Roelj
ur ej
rismj
Burgemeester Louis D'haeseleer.
NIEUWJAARSBOODSCHAP
van burgemeester L. D'haeseleer
De jaarwisseling is een periode van bezinning en
goede wil.
Zeker op het ogenblik dat we een nieuw decennium
ingaan, worden we overspoeld door herinneringen
aan goede en slechte dingen, meer slechte dingen
dan goede.
In de sereniteit van dè kersttijd en de jaarwisse
ling, zijn we bijwijlen in staat vele dingen te
relativeren, maar ook met een benepen hart stil te
staan bij zo onnoemlijk veel problemen die zich in
de zeventiger jaren jaar na jaar, maand na maand,
dag na dag hebben opgestapeld. Op zo'n ogenblik
ken voelen we dat aan als een opgroeiende, beklem
mende onzekerheid.
Wat in 1980? Wat in de jaren die in het verschiet
liggen? Hoe moet het op internationaal vlak met
het energieprobleem, de inflatie, de ekonomische
krisis, de milieuvervuilingde bewapeningswed
loop, het terrorisme, de muntontwaarding, de
noodzakelijke bezuinigingen in een verspilzuchti-
ge konsumptiemaatschappij, de stijgende krimina-
liteit, enz?... Hoe moet het dichter bij de deur met de
werkloosheid, de vloed van faillissementen, de ver
mindering van de koopkracht, de wankele sociale
zekerheid, het gemeenschapsprobleem, de teloor
gang van universele waarden. Hoe moet het kort
om met de dreigende ineenstorting van de maat
schappij zoals we ze in onze overmoed in de «golden
sixties» hebben durven dromen?
In de kersttijd lijkt het onmogelijke steeds weer
mogelijk, en ik denk hierbij alleen al maar aan een
wapenbestand of een «staakt het vuren» tussen
twee rivaliserende legers. In de atmosfeer die de
eindejaarsdagen met zich meebrengen lijkt het zo
vanzelfsprekend dat alle problemen hun oplossing
vinden.
Desnoods is de oplossing te vinden in een «stap
terug». Nooit hadden we het beter dan vandaag, en
dus kunnen we ons wel veroorloven een kleine stap
terug te zetten, om het zo, met zijn allen, een ietsje
minder goed te hebben Dat geldt voor iedereen,
behoudens voor de minder gegoeden, want die
hadden het nog nooit goed genoeg.
Over veertien dagen denkt iedereen er echter reeds
anders over. Dan wordt het plots opnieuw ondenk
baar, dat we een stap terug zetten, en komt de
realiteit opnieuw boven. Over 14 dagen zijn alle
beleidsmensen opnieuw aan het bekvechten. Ze
vergaderen om zogezegd te zoeken naar een oplos
sing. In feite zijn ze allen bezig steeds het laken
naar zich toe te halen. Het resultaat is dat elk
bestuursorgaan een soort kar is met stuurloze
paarden.
Wat er ook moge van zijn: ik ben in Aalst toch één
van de eersten geweest die de probleemsituatie
waarin we nu leven vlug heeft aangevoeld, en die
ondanks alle weerstanden nooit geaarzeld heeft de
vinger op de wonde te leggen.
Die weerstanden gaven me dikwijls het gevoel van
een eenzame vechter te zijn, vooral op ekonomisch
en kommercieel gebied, om nijverheid, handel,
land- en tuinbouw impulsen te geven. De beste
partners die ik vond in mijn inspanningen waren
de handelaars, de industriëlen en de land- en
tuinbouwers zelf.
Die mensen, hoe nauw ze me ook aan het hart
liggen, zijn voor mij van niet meer belang dan de
man in de straat. Het is precies aan jan met de pet
dat ik denk wanneer ik al die inspanningen doe.
Ik wil daar niet op terugblikken. Dat brengt geen
aarde aan de dijk. Ik ben een man van het soliede
heden en van de toekomst, die ik tegemoet ga met
de Aalsterse leuze «nee spe nee metu» of «door hoop
noch vrees» die ons leert dat wensen en angsten
slechte raadgevers zijn.
Wat belangrijk is, is dat we met z'n allen de handen
in mekaar slaan, hard werken en niet versagen
Het voorjaar barst alvast van kommerciële en eko
nomische aktiviteiten: karnaval, lentekontakt, de
topdag met de reklamewedstrijd en de sportvak-
beurs...
Al die dingen, samen met toch wel een scherpe
aandacht voor een goed algemeen beleid, zullen
onze problemen zeker niet oplossen. Ik kan niet
anders dan aan alle inwoners de zekerheid geven
van mijn goede wil, in de hoop dat hij iets moge
bijdragen tot het welzijn van alle inwoners. Ik wens
alle lezers van De Voorpost van harte een gelukkig
jaar 1980. Evenveel voor De Voorpost zelf!
De Burgemeester
L. D'Haeseleer
Nieuwjaarswens van Dr. jur. Chris
Willems, stadssekretaris Aalst, hoofd
van de administratie en het personeel
Het wordt nu wel voor iedereen zeer duidelijk: de
fusie van gemeenten van 1.1.1977 heeft geen won
deren verricht. Nergens in dit land. Zelfs zonder de
ekonomische krisis, die er zich bovenop nog kwam
aan toevoegen, leidt de fusie omzeggens alle ge
meenten naar de financiële ramp.
Op een ander vlak het bestuurskundige zou de
fusie, als zij 25 jaar geleden was doorgevoerd, aan
een zekere wenselijkheid hebben kunnen beant
woorden. Maar veel van de problemen van toen
worden nu in een handomdraai opgelost dankzij
het veralgemeend gebruik van de informatica.
Voor de meest ingewikkelde en tijdrovende
gemeenteopdrachten zijn computerprogramma's
voorhanden. Zelfs de kleinste gemeenten hebben ze
maar voor het grijpen Men moet echt niet over een
mastodont-administratie beschikken om zich der
gelijke gemakkelijke oplossingen te kunnen
veroorloven.
Het had ook de naam dat om nog andere redenen
moest gefusioneerd worden: een aantal «grote»
gemeenteopdrachten zou in de kleinere gemeenten
ronduit slecht zijn uitgevoerd. En men noemde ze
met hun naam: de ruimtelijke ordening, stede-
bouw, de beveiliging van het leefmilieu, het opha
len en verwerken van vuilnis, de waterbeheersing,
het personenvervoer tegen betaling, de brandweer,
de dringende geneeskundige hulpverlening en de
ekonomische expansie. Maar wat zien wij na drie
jaar fusie? Meer en meer maken de staat of de
provincie zich meester van onze domeinen. Want de
gemeenten hebben dikwijls de handen te kort om er
wat aan te doen; zij hebben er ook geen geld voor, of
zij worden bijvoorbeeld via het betoelagingsme
chanisme van de staat door het centrale gezag in
hun optreden zodanig gekonditioneerd op een
vaak dirigistische wijze dat zij achteraf enkel
wat uitvoeringswerk blijken te hebben verricht
Na de fusie verlies van zelfstandigheid voor bijna
2.000 gemeenten dreigen de nieuwe gemeenten
nu ook op termijn een belangrijk deel van hun
autonomie te zullen verliezen.
Weinig goeds dus van het fusiefront, althans op het
technische en financiële vlak
Op het menselijke vlak richtte de fusie zo mogelijk
een nog grotere verwoesting aan. Zelfs de toch al
grote stadsadministratie van klein Aalst 46.000
inwoners) van voor 1977 is men vandaag geneigd
«knus» te noemen, gezellig, vertrouwd en vertrou
welijk, binnen armbereik, op mensenmaat, in één
enkel gebouw.
Sindsdien kende Aalst een explosie van diensten en
personeel, uitgespreid over vele gebouwen wegens
plaatsgebrek, verbouwingswerken en het zal altijd
wel iets zijn. De bijna 2.000 mensen, die tegen loon
of vergoeding prestaties leveren voor het stadsbe
stuur, zijn aan vervreemding toe. Hun aantal is
massaal, onoverzichtelijk, tenzij op papier, en on
voelbaar. Velen, die het anders gewoon waren,
verzinken in dit gigantisme. Die massaliteit brengt
fataal ook verbrokkeling mee, opsplitsing, vor
ming van administratieve eilanden. De ene dienst,
het ene personeelslid, de ene schepen, enz. weten al
lang niet meer wat er op andere diensten, door
andere personeelsleden of schepenen gepresteerd i
wordt, hoe ijverig dit soms ook gebeurt. En dat is
erg. En dikwijls onrechtvaardig. Daarom getuig ik
hier terloops graag dat, als ik (terecht) de naam heb
aan een honderd-uren-werk week te werken, ik
toch ook heel veel werkwillig stadspersoneel ken 1
dat meer dan de gewone werkuren presteert en zich 1
vaak rot rent om de taken van voorheen rond te j 1
krijgen doorheen alle diensten, alle gebouwen en 1
alle systemen.
Om aan dit alles en nog wat te verhelpen wil i
tenslotte iedereen om beurten, die verantwoorde- I
lijkheid kreeg over een sektor (elke grote sektor
wordt in principe apart geleid), wat gaan sleutelen
en dokteren.uit wat men plichtsbesef zou kunnen
noemen of verantwoordelijkheidszin, met de be
trachting nemen wij aan om rechtvaardig te
zijn en de waarheid te dienen, op een slimme,
vriendelijke en eerlijke manier, zonder prijs te' J
geven wat men aan goeds bezit, met geloof in de1
zaak, waarvoor men geplaatst staat, en met het
doel het leven levenswaardig(er) te maken.
Dat is allemaal goed en wel. voor zover echter de
vriendschap en de liefde hierbij inspirerend heeft
gewerkt. Want de diverse inspanningen-om- het- 1
beter- te-doen steunen echt op een te smalle basis,
als de vriendschap en de liefde niet de ondertoon en'
het steunvlak geweest zijn, als men elkaar niet echt; q
heeft aangevoeld, hetgeen zo gemakkelijk kon
bekomen worden in kleine kring, maar vaak ter-
nauwernood kan opgebracht worden in de massali
teit van onze fusie-administratie.
Zodat mijn wens voor 1980 ten overstaan van de,
stadsbestuurders en mijn vrienden van het stads-j g(
personeel, in het belang ook van de Aalsterse
bevolking, zich herleidt tot de stille, waarschuwen-) m
de mijmering van de onbekende dichter, die onsj
moge aanzetten tot een optreden dat te allen tijdej V(
en onvoorwaardelijk met liefde worde gekruid
Zijn vers luidt als volgt:
Plicht zonder liefde maakt verbeten re
Verantwoordelijkheid zonder liefde maakt meedo- pL
genloos 9r
Rechtvaardigheid zonder liefde maakt hard re'
Waarheid zonder liefde maakt kritisch ?e
Slimheid zonder liefde maakt geslepen j 'T
Vriendelijkheid zonder liefde maakt huichelachtig) ei*
Orde zonder liefde maakt bekrompen j 9r'
Eer zonder liefde maakt hoogmoedig
Bezit zonder liefde maakt gierig
Geloof zonder liefde maakt fanatiek
Leven zonder liefde is zinloos
Moge daarom ook op het stadhuis de liefde in alleé
overwinnen.
Stadssekretaris Chris Willems
Schepen Eddy Monsieur
AALST 1980
Wat ik de Aalsterse bevolking in 1980 toewens, is
een jaar van vrede, veiligheid, geweldloosheid,
vrijheid en gedurfd pluralisme. De grootste kon-
frontatie in 1980 blijft de werkloosheid. Ik pleit
dan ook voor meer werk in eigen streek, het
invoeren van de 36-urenweek, een oplossing voor
de jeugdwerkloosheid, minder pendelarbeid en een
verdere socialisering van de ekonomische macht
Als schepen van Sport wens ik U een spoedige
afwerking van het nieuwe zwembad, de inplanting
van een nieuwe sporthal, en van andere sportinfra-
strukturen. Moge dit aanbrekende jaar, de verdere
uitbouw van een breed gedecentraliseerd sportbe
leid via de wijksportraden, met hetzelfde sukses
voortzetten.
Voor de sportarme groepen zoals o.a. de
gehandicapten, wil ik met nieuwe initiatieven en
initiatiekursussen bijzondere inspanningen
leveren.
Als schepen van Vrijetijd wens ik U voldoende tijd
om uw liefhebberij volmaakt te beoefenen
Ik wil mij vooral inzetten dat U, voor die beoefe
ning, alle materiële voorzieningen krijgt, en dat U,
indien de eigen middelen ontbreken, op de nodige
infrastruktuur moogt rekenen.
Als schepen van Jeugd wens ik de jeugd in 1980
een maatschappij waarin ze nog kan geloven,
werken en zich ontplooien.
Ik wil ze hierbij helpen en steunen voor het verle
nen van de diensten, materiële voorzieningen en de
vereiste infrastruktuur. Ik wens dit alles te kun
nen waarmaken met het «nodige respekt voor uw
eigenheid en uw autonomie, zonder enige druk of
buitensporige inmenging, naaar met de grootst
mogelijke inspraak, inzicht en toezicht van uwen
twege.
Eddie Monsieur
Schepen van Sport, Jeugd en Vrijetijd
Schepen Gaston Van den Eede
G. VAN DEN EEDE
Schepen van Financiën
wenst aan alle inwoners van Aalst voorspoed,
geluk en goede gezondheid voor het nieuwe jaar.
(Drie voorwaarden om met blij gemoed en zonder
morren uw belastingsbiljetten te betalen en aldus
bij te dragen in de kosten van de stadshuishou
ding.
Setsepem Marcel De Bisschop
Met deze wens ik
aan alle muggenzifters, zin voor grootheid
aan alle azijnpissers, een lagere zuurgraad in hun
urine
aan alle dikkenekken, een verstandiger kop,
aan alle bestweters, begrip voor de relativiteit der
zaken,
aan alle judassen, meer mensenliefde,
aan alle schijvelaars, minder zin voor sensatie,
aan alle fanatiekers, begrip voor de opinie van
anderen,
aan alle politiekers, ontvankelijkheid voor goede
intenties.
aan alle humanisten, meer kristenheid,
aan alle kristenen, meer humanisme,
aan de ouderen een jeugdig hart.
aan de jongeren, respekt voor de ouderen
en ten laatste
aan de gemotoriseerdende gift van recht op de
weg aan alle niet-gemotoriseerden.
Aalst, 1 januari 1980
Marcel De Bisschop