Luc De bode: liever op de Velodroom Lieven Brackman: Kontrole moet strenger zijn miel Schuddinck: itobouwer en renner René De Brucker: later (misschien) prof worden DE VOORPOST De Voorpost - 14.3.1980 - 33 telrennerij, tkulairder i trmoeden: daarna teidene a voriet Jr hij de «Ik hen een middelmatig SDurter. kan behoorlijk wat geld kan verdienen. Zit er de gezondheid kunnen Bode, lonkt meer naar de velodroompoort dan ruwe kasseien van het Franse Noorden. De uit Waasmunster wordt in juli meerderjarig, en als bolde hij slechts één keer als triomfator over de Dat gebeurde uitgerekend in «zijn» dorp, na afloop race die door «zijn» supportersklub was georgani- j beleefde er erg veel pret aan. Indoormocht hij e malen het zegegebaar maken: negen keer als Sinds hij amateur werd, is dat aantal flink gestegen, n individuele ritten als in ploegkoersen (de jongste Poncin) laat de Bode zich gelden. Bode vindt het jam- t aan het pistewerk aandacht wordt ge- m in de kranten: nochtans geen min- onderdeel van en zelfs dan sommi- je zit steeds gebeuren, net zoals voetbalmatch. Een is anders: je voorbijflit- is het weer wachten vooraleer te gebeuren staat. Bode heeft een voor de velodroom: meer mijn genre. Ik verder schoppen als an als wegrenner Bode woont aan de Molen te Waas- In Klein-Lokeren, Neerstraat, komen van zijn «Fanklub» vindt het fijn dat trouwe sup- als één man achter staan. Toch be de wielrennerij als Luc werkt als en dat wil hij ook doen. Al weet je Als hij ooit écht J doorbreken, dan zou diet voor een homp brood en een zak patatten prof rijder willen worden: je moet behoorlijk aan de kost kunnen komen, anders blijf je waar je bent. Houdt Luc De Bode niet van een steile klim en is hij meer spurter dan macht mens, dan belet dit geens zins dat hij in het voorjaar en de zomer ook aan weg wedstrijden deelneemt. Zijn sterkste wapen is zijn vlijm scherp eindschot. Al lokt een massasprint hem niet erg aan, toch laat hij zich niet zo makkelijk naar «de bagage» drummen. «Als er een paar onverlaten tussen zitten, wordt het erg gevaar lijk, doch iemand met erva ring en routine, kan voor zichzelf en de anderen veel onheil voorkomen». Wielrennen op zichzelf is geen riskante boel. Toch niet bij de profs: die zijn veel beter beschermd dan de jeugdkategoriën. Jongeren moeten nog bagage opdoen, stielkennis verwerven van daar. Doping? Luc De Bode ge looft dat er meer gepraat wordt dan geslikt. Hijzelf werd twee keer naar het plasjes hok geroepen, maar dat deerde hem niet: «Vol- «lk ben een middelmatig spurter, kan behoorlijk wat temporijden. Maar klimmen? Nee hoor. niets voor mij», dat niet in. dan blijf je René De Brucker (in juni wordt hij 21 jaar) kent zichzelf gewoon liefhebber: je gaat blijkbaar goed. Of niet? Vooral dat «middelmatig spur- uit werken en fietst voor de ter» vinden de konkurrenten een beetje te bescheiden pret.» vanwege de Aalstenaar die onder het spandoek al eens Koersen een gevaarlijk kan «ontploffen». Als je geen snelle kerel bent, vergaar stieltje? «Je loopt steeds je nooit het aantal overwinningen dat René sinds zijn het risiko te vallen. Wat de debuut in 1974 bijeenfietste. Als nieuweling waren er dat gevolgen van zo'n salto 16, bij de juniores 22 en sinds hij amateur werd, maakte zijn, is onvoorspelbaar, hij reeds acht keer het zegegebaar. Maar als je steeds maar René De Brucker deed men zich sterk dat De Bru- met de daver op het lijf cker mettertijd een be- loopt, moet je zelfs niet roepsrenner wordt waar ve- meer op straat komen, len naar opkijken: hoe lang Daarenboven: ken je één is het geleden dat in de Sint totaal ongevaarlijke sport- Martensstede een coureur discipline? Ik niet». René met naam en faam is opge- De Brucker gaat regelma- staan? naar de dokter: «Ik vind René bekijkt het erg nuch- dat erg belangrijk. Als je ter en realistisch: «Ik zal er n'et honderd procent fit ...jalles voor doen om een bent. zal de arts je wel bineêrt zijn (keiharde) loopbaan op te bouwen. Of vertellen dat er wat schort sport met een job. Niet ik voldoende talent in huis en h°e Je eraan verhelpen heb om voor kopman te kan. Een auto breng je spelen, is een nog niet te toch ook regelmatig naar beantwoorden vraag. Des- de garage voor nazicht.» noods wil ik ook helper Over doping wordt her en worder. Toprenners lopen der veel gepraat, vindt Re- aan de Oude Dendermond- er niet zo dik. Belangrijk né: «Ik ben ervan overtuigd sesteenweg te Aalst, maakt is, dat je behoorlijk wat dat bepaalde «middeltjes» zoals de meeste jonge ren ners: hij droeg er zorg voor eerst een diploma te beha len vooraleer zich «in de stiel» te storten. Hij is A3- houtbewerker en werkt momenteel aan de stads diensten te Aalst: De Bru cker maakt het zichzelf dus niet gemakkelijk. Hij kom- sïecht bekeken. Prof Bij «De René's Vrienden) in het lokaal «De Belskes» de gezondheid kunnen schaden». Sinds hij vijfjaar geleden begon te koersen, is hij slechts vier keer naar de dopingkontrole moeten gaan. Het is weinig. René De Brucker meent dat supporters erg belang rijk zijn voor een renner. Ook thuis moet men «koersminded» zijn. An ders kom je nergens: «Eerst waren pa en ma er allesbehalve voor te vinden met een wielrenner onder dak te zitten. Nadien zijn ze honderd procent bijge draaid,-en dat stemt mt gelukkig.» Een specifieke verzorgt heeft René niet, wel ga; hij af en toe naar c„- massage. Welke overwinning Ren.. De Brucker de belangrijk ste vindt? «Die keer toen ik bij de juniores te Deinze Eddy Planckaert in de spurt voorafging.» (mm) Luc De Bode. (ar) gens de dokters doen op- peppilletjes het niet, het is veel beter je op tijd te laten onderzoeken en te doen en te laten wat de arts zegt». Moet je er als jong renner een verzorger op nahou den? «Ik heb er een», zegt De Bode, «die man bewijst enorm veel dienst; hij mas seert me, reikt de drinkbus sen aan, kijkt de fiets na en geeft raad. Thuis staat iedereen achter Luc: het is prettig als je op wat morele en materiële steun kan rekenen. Het winterbaanseizoen zit er zo goed als op. Het wa ren goede maanden voor Luc De Bode die zich ontpopte tot een van de bes te «indoorrijders». Komt hij over enkele weken ook als wegrenner op de voor grond? (mm) •l Schuddinck? Een boom van een vent. Een kerel lacht in armen en benen. Een wielrenner met talent \Al kwam hij vorig jaar weinig aan de bak. Maar dat 'een verwondering baren: Danny werkt in ploegen- bij een Brusselse autobouwwer. Als je die bedrijvig- <m den brode moet kombineren met de wielrennen/, het niet zo vlot. En toch: langzaam maar zeker wil •n carrière opbouwen. Dat hij wat kan, is reeds heel geblekenals nieuweling won hij zes keer. Bij de es maakte hij elf maal het zegegebaar. Het is niet om de daken te gaan schreeuwen, doch de meesten iten met veel minder tevreden zijn. jiel Schuddinck woont massaspurt schrikt hem niet ét nu met buurdorp ge- af: hij is een spurter en dus 'fneerde Serskamp. Zijn mag hij niet bang zijn van heidjorfm stichtten metter- enig risiko: «Iemand die al ïen (een klub «De Danny- een paar keer met hebben hrijyd«i», een sloegen hun en houden tegen een stukje •eilijfcn op in café Cavaria wereldbol pletste, zal mis- en. I de Wanzelesteenweg. schien voorzichtig zijn.» nenifién man staan ze achter Doping? «Daarover wordt paaipoulain. nogal wat geluld. Eén zaak .vordkan als hobby staat paalvast: pillen slikken iet <jDaniël Schuddinck met- of spuitjes krijgen, schaadt laarjW een goedbetaald prof- de gezondheid, dus blijf je het trakt kan losweken, is beter van die rotzzi af. Als ;ensl graag meegenomen, je sport wil bedrijven om en *r daar is hij nog lang jezelf kapot te maken, kap aan toe: eerst en vooral je er beter mee.» Daniël eft idt hij pas op 25 augus- Schuddinck is reeds drie- n. 121 jaar, en is het nog maal naar de kontrole moe- ner.ïmum een jaar wachten ten gaan: «Uiteraard viel het ren paleer hij de leeftijds- telkens negatief uit.» rsleir heeft bereikt. Voorts Het seizoen staat voor de :ns ér hij er zichzelf (en an- deur. Er zitten reeds een feitrn) van overtuigen dat aantal kilometers training kseijhef als broodrijder waar op. Daniël hoopt dal het 'fi\mfnaken: «Eer je beroeps- hem in de komende weken i er her kan worden, stroomt en maanden voor de wind louWeel water naar de zee. Je ij zat voor de sport leven, je 'verindig veel inspanningen ree toosten en zelfs Spar- anffls leven of het wordt een sndo/» mee üël droomt er, zoals de tig, 'sten, van prof te wor- Prof worden? Francois maar erg snel toehap- Nauts glimlacht eens: «Als n zal hij nooit doen «Be- je op mijn leeftijd begint te )or (rijk is te weten in welke koersen, dan moet je er niet best !g je verzeilt. Er zijn meer in zoeken dan een wo lepsrenners die niet uit hobby. st kosten komen. Mij niet De Stekenaar is inderdaad ed ien Als ik niet meer kan een laatkomer en een laat- n g dienen dan in de autofa- bloeier: op tweede Kerstdag ïakt 'k. blijft wielrennen voor van vorig jaar is hij 29 ge- Ider een hobby.» worden. Als je weet dat hij tide uddmck weet niet of hij oas in 1976 debuteerde. e, n t behoorlijk zou kunnen mag je de konklusie zelf :uns nmen: op onze bijna trekken. Jeri kke wegen kun je jezelf Nauts, die aan de Frans t d( tilijk testen. Wél staat hij Van Brusselstraat te Stekene cht i stuk als temporenner en woont, moest onmiddellijk wé Ier het spandoek is hij bij de amateurs van start. sbehalve een «trage». Geen lol. Doch het viel alle- lent tssen blijft het werken maal goed mee. Buiten alle Jen door te breken. Daniël verwachtingen zelfs, want n je er dit jaar eens keihard zijn elfde wedstrijd was om 'naan gaan. Htj weet wat reeds goed voor een over ga kan DusKoersen is winning: «Ik had het nooit Vin 1 leven en hij vindt deze durven dromen». ;r B dp line niet eens gevaar- Sindsdien maakte Franqois Waarom ook. Zelfs een nog vijf keer het zegege- Daniël Schuddinck. ar) gaar. Zijn werk in de auto- Maar zich reeds nu honder- fabriek opzeggen, doet hij dprocent op het wielrennen evenwel niet: hij wil geen te koncentreren, vindt hij beroepsamateur zijn zoals veel te gewaagd: de toe- velen. later zal wel blijken komst zal leren hoe het welke richting hij kiest. moet. (mm) Lieven Backman is pas 17 geworden. Piepjong nog, och hij weet wat hij wil: wielrenner worden. Vooraleer het zover is, moet hij nog een lange weg afleggen. Maar dat hij wat kan, geen meelopertje is, weet hij evenzeer. Zijn resultaten bewijzen dat trouwens. In 1978 debuteerde hij. Het was een aanloop, leren fietsen, in het peloton rijden. Vorig jaar gooide hij reeds hoge ogen. Al acht keer het zegegebaar maakt, negen maal als nummer twee door de finish komt, en bovenop dan nog zes derde prijzen pakt, mag je niet klagen. Deze in Gent geboren Aal stenaar weet vooralsnog niet wat zijn sterkste wapen is. Hij spurt snel. staat be hoorlijk zijn man in het temporijden en als er wat hellingen op het parkoers liggen, schrikt hem dat niet af. Lieven heeft voorts zichzelf getest: hij wilde weten of hij ook op de piste zijn weg vond. Het werd een geslaagd experiment: vooral temporijden ligt hem. Leerkontrakt Lieven Backman zit niet de godganse dag met de wiel rennerij bezig: hij wil niet met blote handen staan als ooit of later zou blijken dat hij van het fietsen zijn be roep niet kan maken. Daarom sloot hij e n leer kontrakt af... met in ei gen ouders. Het be 'kent meteen dat hij de n dige faciliteiten krijgt om te rai- nen. Dat laatste is nati ïr- lijk erg belangrijk. Als ij als renner zijn weg m t vindt, kan Lieven Brack man nog steeds in dt brandbeveiliging. Want dat laatste zou hij in dat geval beroepshalve aanpakken. Is koersen gevaarlijk? Toch wel: «Maar noem me een sportdiscipline die risiko- loos is.» vraagt Lieven zich terecht af. Vooral als je met een groot peloton naar de streep gaat. is het uitkij ken geblazen. Je moet er voor zorgen dat je vooraan zit, in de spits loop je min der gevaar tegen het weg dek te pletsen. Porf worden? «Waarom niet. De meesten beginnen eraan met in het achter- je te begeleiden. Wel is de morele steun van een goeie supportersklub belangrijk. «Vallen en opstaan», waar van het lokaal in café 't Muisken te Aalst gevestigd is, staat achter hem en daar is Brackman erg gelukkig mee. Voorts is het ook Dri- «Er moet dringend wat ge daan worden om de doping eruit te krijgen. De kwaal moet bij de wortel uitge roeid: dat ze beginnen bij de allerjongsten, de junio ren aanpakkenen de ama teurs aan de tand voelen. Bij de profs moeten ze het hoofd de gedachte later naar de top te klimmen. Onderweg haken de mees ten af. Velen zijn geroe pen. Het aantal uitverkore nen ligt aan de erg lage kant. En dan nog. Hoeveel profs zijn er niet die nooit uit de schaduw treden?» Moet een jong rennertje om de haverklap naar de dokter? «Ik doe het in geen geval. Ons gezin is homeo- patisch, dus.. Ik meen dat het belangrijk is dat je leeft zoals een sportman, en eet wat de gezondheid niet kan schaden». Een verzorger? Hoeft hele maal niet. meent Lieven Brackman. Als ze thuis al les voor je doen, heb je niemand anders nodig om Lieven Brackman. (ar) ma dat <^owel zijn ouders als zijn broer de wielrenne rij positief benaderen. Uit stekende supporters zijn ook de heer en mevrouw Matthijs. Strengere kontrole Lieven vindt het rot dat hij nog geen enkele keer naar de dopingskontrole moest gaan: «Het schijnt dat het een kostelijke onderne ming is. Maar waarom laat men de renners geen be paald bedrag storten dat daarvoor zou worden aan gewend. Mijn ouders zijn bereid bievoorbeeld 500 frank per jaar, of een ande re som te betalen. Maak een simpele vermenigvuldi ging en je zal verbaasd staan over het eindgetal...» niet meer gaan zoeken: die zijn naar mijn oordeel vol wassen genoeg om te weten wat ze met hun eigen li chaam kunnen en niet mo gen. Ik heb acht wedstrij den gewonnen, was negen keer tweede en arriveerde dertig maal in de eerste vijf. Geen enkele kontrole heb ik ondergaan. Ik vind het gewoon wraakroe pend!» Lieven Brackman benadert met veel optimisme het nieuwe seizoen. Graag wil hij nog beter doen dan vo rig jaar. Hij hoopt voor zichzelf dat het lekker loopt en meent dat het ook voor zijn beste vriend, Guy De Vreese vruchtbare maanden worden, (mm) vaar. Prima voor iemand die in ploegendienst werkt en tussen de vlagen door moet trainen en koersen. Nauts is steeds een doorzet ter geweest: hij zag er niet tegen op 's avonds op de klasbanken te gaan zitten en een stiel te leren: hij behaal de een diploma B6IB2 en komt als lasser behoorlijk aan de kost in een bedrijf te Sint-Niklaas. Om links en rechts een frankske te ver dienen, klimt hij niet op de fiets: «Voor mij is het een hobby, en dat blijft het ook. Spurten Vanzelfsprekend houdt Franqois Nauts het bij re gionale wedstrijden: dagen lang van huis weggaan om ritte nwedstrij den te betwis ten, is niets voor hem. De plicht roept. En die plicht bestaat er gewoon in iedere dag prezent te zijn als het uur is aangebroken om «het dagelijks brood» te verdie nen. Kan hij zich behoorlijk uit de slag trekken als moet gespurt worden, dan huivert de Stekenaar af en toe als een «dichtbevolkt peleton» naar de eindstreep flitst: «Ik vind zo'n massasprinten erg gevaarlijk. Ik zou niet graag op een goeie dag met heb ben en houden tegen een streepje wereldbol pletsen en aan die salto verwondin gen overhouden. Vergeet niet dat ik 's anderendaags moet gaan werken.. Doping? Daar worden nog al wat roddels over rondge strooid. Jan met de pet weet er steeds alles en nog wat over, en steeds hebben de renners het gedaan. Ik vind het rot. Persoonlijk doe ik gewoon wat de dokter zegt. Als je bij een arts te rade gaat, en je drijft achteraf je eigen zinnetje door, of je slikt wat brol die ze je links en rechts in je handen stop pen, zou men je gerust een dwaas mogen noemen.» Franqois is in de vier voor bije seizoen slechts één keer op doping gekontroleerd geweest: in 1979, te Belsele- Waas, waar het plasje van zelfsprekend yegatief was. Dat zich oppeppen met al lerhande scheikundige mid deltjes vindt Nauts trouwens een schadelijk gedoe: La ter krijg je daar de weerslag van. Sport bedrijven mag niet uitmonden in een tome loze prestatiedrang: het moet je gezondheid kunnen ten goede komen, en niet omgekeerd. Franqois Nauts staat, even als zijn kollega's - renners, met de neus op een spik splinternieuw seizoen: mee draaien met de «goeie ama teurs», af en toe eens win nen en aan de wielrennerij pret beleven, is alles wat hij ervan verwacht. (mm) brengt U alles over uw streek In Belsele kreeg nieuweling Frankie Bossaert een nieuwe fiets, tdic)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1980 | | pagina 33