Voorzitter Mark De Nil van CVP-Waasland:
«Men moet in Brussel meer en
beter leren luisteren naar de
arrondissementele besturen
De Chiro-Temse heeft in plaatselijke en in arrondissementele CVP-
kringen verrassende sporen getrokken. Naast zijn stichter en grote
bezieler Willy De Wilde, die bijna zijn hele leven kortgebroekt en
bruingehemd doorbracht en het afleggen van deze «gewaden»
niet lang overleefde was er Freddy Gyselinck en vooral ook
Mark De Nil. Zij zijn de drie bekendste figuren geworden van een
legendarische Chiro-lichting, die voor altijd voortleeft in het
geheugen van al wie hen destijds rakkers-enthousiast het VP-plein
in de Gasthuisstraat zag oprijden.
Jaren zijn sindsdien vergleden, en de sloebers van weleer zijn
gezette burgers geworden.
Mark De Nil (42) heeft naast een suksesvolle professionele karrière,
al een aardig woordje meegepraat in Waaslands politiek leven van
het jongste decennium. Als arrondissementeel CVP-voorzitter zit
hij immers niet zo-maar als toeschouwer op de tribune: hij loopt
wel degelijk op het veld, zy het eerder als scheidsrechter dan als
speler.
Als Mark De Nil over politiek praat, herleeft in hem de onstuimige
Chiro-man die gloedvol en bezield argumenteert, met veel gebaren,
een golvende intonatie en vooral ook een rake woordkeuze-met-
treffende-beeldspraak. Drie maanden na de ontnuchterende parle
mentaire verkiezingen hadden we met de arrondissementele voor
zitter een uitvoerige babbel over (vooral) de oorzaken van dit
elektorale dieptepunt.
Mare De Nil werd geboren in Temse op 10
juni 1939, als jongste van de drie kinderen
van Emiel De Nil en Bernadette Philip-
paert. Hij liep lagere school in het Sint-
Willebrordusinstituut in Temse en volgde
moderne humaniora aan het St.-Jozef-
Klein-Seminarie in Sint-Niklaas Aan de
universiteit van Gent behaalde hij in 1962
het diploma van burgerlijk bouwkundig
ingenieur. Nog datzelfde jaar startte hij
een zelfstandig studiebureau en werd hij
professor aan het hoger instituut Sint-
Liikas in Brussel. In 1965 lag hij daar aan
de basis van de oprichting van de afdeling
van het bouwbedrijf (niveau Al. korte
type), waardoor het Sint-Lukasinstituut
de eerste school werd in België die deze
diploma's afleverde. Momenteel doceert
Mark De Nil beton- en staalkonstrukties
en wegenisontwerpen. Hij heeft een eigen
studiebureau en is ook geassocieerd met
het projektbureau Signa in Brussel, waar
hij de funktie van direkteur bijzondere
technieken vervult.
In 1969 stichtte hij in Temse de CVP-
jongcren, waarvan hij voorzitter werd
(1969-1970). Hij was kontonnaal voorzit
ter van de Jong-CVP van 1970 tot 1973 en
arrondissementeel ondervoorzitter van de
CVP van 1971 tot 1973. Sinds 1968 is hij
CVP-voorzitter in Bazel, sinds 1973 ar
rondissementeel CVP-voorzitter. Hij ze
telt in het provinciaal bureau (sinds 1973)
en in het nationaal partijbestuur (sinds
1978) en fungeert sedert de parlementaire
verkiezingen van 1977 als tweede opvol
ger voor de kamer.
Hij huwde in 1964 met kunstenares Lil
Verspreet en is vader van Heidi (16) en
Jan (14). Zij wonen Eikenlaan 42, Bazel.
Hoe ben je eigenlijk in de politiek terecht
gekomen?
Eigenlijk zitten de wortels van mijn poli
tieke aktiviteit bij de Chiro. Niet alleen is
daar mijn politieke interesse ontkiemd, ik
heb er ook een vormingsproces doorge
maakt, dat als voorbereiding en leer
school van zeer grote betekenis is geble
ken. Zeventien jaar ben ik bij de Chiro
geweest, van 1947 tot 1964 (huwelijk), ik
heb er alle kategorieën doorgelopen, van
burchtknaap tot leider. Het was een fan
tastische tijd, waaraan ik de beste herin
neringen bewaar en waaraan ik met nos
talgie terugdenk. Het was een tijd vol
idealisme, inzet en overgave. Met de
onvergetelijke Willy De Wilde als hoofd
leider werd onze Chiro-generatie zo be
geesterd, dat wij omzeggens dag en nacht
voor de Chiro werkten, als kloosterlingen
met een totale overgave. Je leerde er
initatief nemen, met iedereen omgaan,
hulpvaardig zijn, en noem maar op. Het
was ook een echte eenheidsbeweging,
sociale verschillen bestonden daar niet.
De Voorpost - 5.2.1982 - 15
«De CVP heeft te weinig nadrukkelijk een
Vlaamse reflex getoond» (rdg)
den, ervoor uitkomen, en erover waken
dat onze ministers in die richting hande
len, dat men hen duidelijk kan associëren
met de kristendemokratie. De CVP heeft
nog wel een kristendemokratisch profiel,
maar vroeger was dit duidelijker, omdat
de gedragslijn van de kristendemokratie
door de top aan de basis werd opgelegd.
Ondertussen is enerzijds de basis mondi
ger geworden en gaat zij niet meer ak
koord met een diktaat, terwijl anderzijds
de verzuchtingen die bij de bevolking
leven niet voldoende tot aan de leiding
doordringen. Dit uit-elkaar-gegroeid-zijn,
deze vervreemding tussen basis en leiding
herstellen is een zeer ernstige opdracht
voor de CVP.
De CVP heeft ook te weinig aandacht
besteed aan de verscheidenheid van ons
gewest. Er werd tè gecentraliseerd ge
werkt, men had te weinig oog voor de
eigenheid van bepaalde gebieden. Bij
voorbeeld: één affiche voor heel Vlaande
ren, dat is verkeerd, men moet per streek
kunnen werken, kunnen inspelen op re
gionale eigenheden. Er moet volgens mij
gedecentraliseerd worden, meer initiatief
en ademhalingsruimte komen voor de
besturen op alle niveaus. Meer bepaald
moet men in Brussel meer en beter leren
luisteren naar de arrondissementele be
sturen.
We moeten ook terug infiltreren in onze
eigen verenigingen; onze eigen kristelijke
organisaties zijn doordrongen van vele
andersdenkenden, wij moeten als het wa
re onze eigen verenigingen terug gaan
veroveren. Onze mensen moeten zich be
wust worden van de belangrijkheid
daarvan.
Ik geloof ook dat de CVP te weinig de
jongeren heeft aangesproken, wij zaten
niet op hun golflengte, wij hebben tc
weinig aandacht gehad voor zaken als de
groenbeweging, de biotiekers, enzomeer.
Hier ligt een belangrijke opdracht voor de
CVP-jongeren, die meer affiniteit, voe
ling zouden moeten krijgen met wat echt
leeft onder de jeugd.
Wat natuurlijk ook heeft meegespeeld is
het volgende: sinds de tweede wereldoor
log is de CVP bijna kontinu rechtstreeks
bij het beleid betrokken geweest. Je kan
dan niet gaan zeggen, dat we niet
medeverantwoordelijk zijn voor de krisis,
dat we daar niets mee te maken hebben.
Dèt speelt natuurlijk ook een rol. De
kiezer heeft ook in een krisissfeer geko
zen, en ik denk dat hij er al spijt van
heeft. Want uiteindelijk blijkt duidelijk
dat regeren zonder de CVP niet mogelijk
is. Men heeft ons nodig. En hoewel bin
nen de CVP een stroming bestond om de
gemakkelijkheidsoplossing van een oppo-
sitiekuur te kiezen, hebben wij toch onze
verantwoordelijkheid opgenomen, in het
belang van het land. Ik doe trouwens mijn
hoed af voor Martens. Sinds maart van
vorig jaar de val van zijn regering is
hij vrijwel elke dag bezig geweest met het
bezoeken van bedrijven, hij heeft tijd
gehad om na te denken, om zich te
bezinnen, zich voor te bereiden op een
nieuwe'regering. En daar staat hij nu. Een
groot politikus!
Heeft de CVP ook niet te veel de invloed
van sommige bewegingen en aktiegroepen
onderschat?
Ik som de oorzaken zomaar voor de vuist
op, natuurlijk zijn er nog verscheidene
andere. De akties van milieugroepen, de
vredesbeweging,... zijn één aspekt. We
moeten toegeven dat de CVP deze groe
pen heeft onderschat, zelfs te hooghartig
heeft behandeld. Wij hebben te weinig
aandacht gehad voor hen en zijn bij hun
aktie te weinig betrokken geweest. Wij
hebben ons te afzijdig gehouden, en daar
door werd de weg vrij gemaakt voor
lieden van andere partijen om deze groe
pen tegen de CVP in het harnas te jagen.
De andere partijen hebben nochtans ze
ker niet het alleenrecht om zich bijvoor
beeld milieubewust te nomen, de CVP is
dat evenzeer! Een les is dat we ons weer
nadrukkelijker moeten engageren en onze
zogenaamde verdraagzaamheid niet mag
uitmonden in een zekere luiheid. We
moeten ons weer integreren in de vele
cellen die de maatschappij vormen. We
moeten de partij opengooien.
Een oorzaak van onze achteruitgang is
volgens mij ook de te vergaande verstaat
sing geweest. De staat mengt zich te veel,
en bij de financiële tussenkomsten is de
verhouding dan vaak nog scheef getrok
ken. De mensen blijven dat niet nemen.
Heb je een fundamentele kritiek op onze
huidige maatschappij?
Ons huidig systeem biedt te veel zekerhe
den, er kan ons bij wijze van spreken niets
meer gebeuren, voor alles is wat voorzien.
Op zichzelf is dat natuurlijk niet af te
keuren, integendeel, maar uiteindelijk be
wijst de werkelijkheid dat deze afwezig
heid van verantwoordelijkheid leidt tot
katastrofale toestanden. Let wel, ik heb
het hier over de doorsnee landgenoot,
niet over bijvoorbeeld de gehandikapten
of de bejaarden, dié moeten n?tuur!ijk
beschermd worden. Maar de gewone bur
ger moet, ieder volgens zijn mogelijkhe
den en kapaciteiten, risiko's leren dragen,
voelen dat hij een kollektieve verantwoor
delijkheid draagt binnen onze maatschap
pij. Als we onze maatschappelijke struk-
turen niet aanpassen, worden we nog een
ontwikkelingsland.
Zie je de gemeenteraadsverkiezingen van
oktober 1982 niet met enige ongerustheid
tegemoet?
Het kan niet ontkend dat de uitslagen van
de parlementaire verkiezingen een teken
a^n de wand zijn. Maar anderzijds dient
toch onderstreept dat de periode tussen
de parlementaire en de gemeente
raadsverkiezingen een jaar bedraagt, en
dat gemeenteraadsverkieziingen toch heel
wat anders zijn. In de gemeenten staan
onze mandatarissen veel dichter bij het
volk, hun invloed is er direkter, groter
ook. Hun dienstbetoon èn hun verwezen
lijkingen zullen beslist door de kiezers
gewaardeerd worden, daar ben ik van
overtuigd. Naast de zuiver gemeentelijke
situatie, zal natuurlijk het kiesgedrag ook
voor een stuk afhankelijk blijven van wat
de huidige regering doet. Het arrondisse
menteel bestuur werkt momenteel aan
een plan ter voorbereiding van de ge
meenteraadsverkiezingen. Wij blijven dus
zeker niet bij de pakken zitten, en ik
geloof vast dat we in oktober weer kunnen
winnen.
Luc De Rjjck
Studenten hadden er zeker geen voetje
voor op arbeiders, je moest jezelf, in een
konstruktieve geest, waarmaken, in dienst
van de beweging. Die jaren de schoon
ste van mijn leven hebben mij sterk
beïnvloed. Uit onze generatie zijn trou
wens verscheidene bekende CVP'ers
voortgekomen, o.a. ook Freddy Gyse
linck (voorzitter CVP-Temse).
Ook mijn eerste kontakt met de politiek
kwam er door de Chiro. In het begin van
de zesiger jaren kregen de jeugdbewegin
gen volgens ons te weinig hulp van het
gemeentebestuur. Zo werd bijvoorbeeld
niet ingegaan op ons voorstel om het
bivakmateriaal te transporteren. Nu doet
ieder gemeentebestuur dat, maar in die
tijd lag dat heel anders. Onze konklusie
was, heel simplistisch: wie beslist daar
over? De CVP! Goed, dan worden wij lid,
zodat we een vinger in de pap krijgen. En
met één klap werden Willy De Wilde,
Frans Van den Bosch, Jef Osselaer,
Etienne Brys, Marcel Martens, Roger
Ivens en ikzelf lid. Fernand Schuerman
zaliger was toen CVP-voorzitter en ving
ons halvelings op, maar verder dan het
lidmaatschap en veel goede voornemens
kwam het nog niet. De politieke interesse
was er wel, maar ze sluimerde.
Pas in 1969 werd het menens. Ik richtte
toen in Temse hoewel ik dan al in Bazel
woonde de CVP-jongeren op, met
andere Chiromannen als Freddy Gyse
linck, Roger Ivens, Frans Van den
Bosch,... vóór de eigenlijke oprichting
vormden wij al een soort komplotterende
jongeren, maar we hadden te weinig in
spraak en moesten ons dus wel officieel
binnen de partij installeren. Dat is niet
eenvoudig geweest, we hebben werkelijk
moeten knokken om in de CVP-raad te
geraken. Dat was heel wat anders dan nu
met onze jongeren. Nu vormen zij een
beschermde groep, ze zijn verzekerd van
éénderde van de bestuursposten, er is nu
dan ook nog nauwelijks vechtlust. In onze
tijd lag dat helemaal anders, er was een
hevige strijd voor nodig. Maar we slaag
den. Bij de gemeenteraadsverkiezingen
van 1970 hebben wij trouwens een niet
onbelangrijke rol gespeeld: vier van de
vijftien kandidaten op de lijst waren jon
geren: Juliette Van Nespen, Freddy Gyse
linck, André Brys en Dirk Spiessens. Drie
werden verkozen. Juliette Van Nespen
werd zelfs schepen, en dat was een eis van
de jongeren.
Dat was zowat mijn aanloop tot de poli
tiek. Met de jongeren in Temse hadden
wij een goede kring, maar we misten
ervaring, konden te weinig naar de diepte
werken en waren daardoor een soort
idealistisch geïnspireerde avonturiers,
maar partijbewust èn loyaal, we waren
kritisch, maar binnen de partij.
Mijn verdere politieke aktiviteit was een
logisch doortrekken van de start, ik ging
militant vooruit, als een boot die afloopt:
die krijgt een klop van 35 ton en die is
weg. onhoudbaar. In 1971 stelde ik mij
voor het eerst kandidaat als arrondisse
menteel voorzitter, maar ik haalde het
niet, dr. Karei Buyse bleef in de voorzit
terszetel. In 1973 stelde hij zich niet
langer kandidaat, zodat ik hem zonder
slag of stoot opvolgde. Een element dat
mijn kandidatuurstelling voor het voorzit
terschap heeft beïnvloed was de aan de
Scheldekant veel gehoorde kritiek: de
Scheldekant speelt politiek niet mee, er
zijn geen parlementairen, enz.
Bij de jongste parlementaire verkiezingen
werd ook de CVP-Waasland zwaar geteis
terd: 14% verlies voor de kamer, 10%
voor de senaat. Waar situeer je de voor
naamste oorzaken?
Er zijn zonder twijfel verscheidene oorza
ken. Ik geloof dat de CVP te weinig
nadrukkelijk een Vlaamse reflex heeft
getoond. Let wel, die reflex was duidelijk
aanwezig, maar hij werd niet beklem
toond of uitgesproken. Wij hebben op dat
punt te goeder trouw gehandeld, zo in de
zin van: «In het belang van het land
mogen wij ons niet gaan gedragen als de
Waalse nationalisten». We hebben het
land een dienst willen bewijzen, maar
hebben er onszelf geen dienst mee bewe
zen. Persoonlijk was ik een sterk voor
stander van een meer uitgesproken
Vlaamse koers. Op het nationaal kongres
van december heb ik dat trouwens onder
streept, en o.m. woordelijk gezegd: «Wij
moeten voor de zoveelste maal vaststellen
dat het zogenaamde prioriteitenprogram
ma met het Vlaamse belang weer weinig
rekening houdt». De CVP moet zich
Vlaamser gaan opstellen. Gedaan met het
staaldossier, Vlaams geld in Vlaamse
handen!
Een oorzaak van onze achteruitgang be
treft ook het te weinig kristen-demokra-
tisch profiel. We moeten terug met meer
nadruk de kristelijke waarden voorhou-
Dokument. Sherlock en Sherlack, aldias
Jef Osselaer en Mark De Nil, in 1956 bij
de opname van «Het geheim van de
zwarte map», een speelfilm van de Chiro
van Temse (foto Freddy Gyselinck)
Mark De Nil tot onze verslaggever: «Men moet in Brussel meer en beter leren
luisteren naar de arrondissementele besturen(rdg)