i Dom Stanislaus-Buggenhout o.s.b. Benediktijnermonnik van de Sint Pieters- en Paulusabdij Van Dendermonde, vierde op 4 september jl. zijn Gouden Priesterjubileum (1932-1982) R in Waasland aan de eer in «Inventaris van het Kunstpatrimonium van Oost-Vlaanderen 5c: va *2 - 8.10.1982 - De Voorpost In b Bij zyn?gouden professiejubileum in 1975 heeft men getracht Oom Stanislaus te benaderen en te belichten uit alle hoeken en richtingen, hem beschreven als de sociale figuur in het Dendermondse, en met recht. Maar geen van hen heeft de werkelijke bron trachten te vinden waar Dom Stanislaus zyn sociaal denken haalde. Men heeft terloops aangehaald dat zijn vader pionier van het A.C.V. was. Een vaag begrip, maar er is meer. Men kan de figuur van Dom Stanislaus niet de waarde geven en zijn werk niet volledig begrijpen, wanneer men tracht zijn achter grond weg te cijferen. In heel het denken en doen van het «Sociaal Paterke» staat één sterke figuur. De figuur van zijn vader Karei Buggenhout. Zijn vader, waarover de leraar Jos Van de Velde op 30 novem ber 1956 in zijn rouwbeklag bij Kareis overlijden schreef: hij was in meer dan één opzicht niet zoals de gewone meeloper uit de kudde. We hebben hem gekend als een buitengewoon begaafd en bedre ven vakman. We hebben van hem voorbeelden gezien van een uitzonderlijk sterk karakter in de dienst van wat recht was en rechtvaardig. We hebben hem weten doordrijven, zonder vaar of vrees, voor de verwezenlijking van wat hem billijk en goed voorkwam. Omdat hij bezield was met een ideaal van betere menselijkheid en rechtvaardiger behandeling van zijn volk, behoorde hij tot de kleine schaar der edele dwazen, die platvloersheid en onbegrip durven te trosteren, en hun voorbeeld zien in Jezus, die Alleredelste der Dwazen, daar Hij zijn schone Dwaasheid doordreef tot op het kruis. Karei Buggenhout. heeft zijn kruis gedragen, zwaar en pijnlijk. Zij hebben hem vernederd en gekwetst. Zij hebben hem uitgestoten, zij hebben hem getergd tot krankzinnigheid toe. Waarom, moest Karei Bug genhout ten gronde? Was hij misschien van iets te veel op de hoogte. Men kan Dom Stanislaus bij dit gouden priesterjubi leum geen mooier geschenk aanbieden dan: «het eerherstel van zyn vader». Dit geef ik hierbij graag ter overweging aan de Hamse burgemeester Louis Baert. Volledig eerherstel van de man die sedert 1904 in de Christene Volkspartij, het Daensisme de Hamse Werkliedenbeweging stimuleerde, die in 1912 by de oprichting was van de Christeiyke Vakvereni ging «Arbeid en Leven», en in 1919 tot 1941 de dynamische kracht, zal zijn in de uitbouw van de Kristen Werkliedenbond. Hy legde in die organisatie zyn persoonlijke stempel van een Vlaams kristelyke sociaai-demokratische visie. Wy van ons kant willen graag het onze bijdragen tot dit gouden jubileum-geschenk. In 1983 verschijnt het werk: «Karei Buggenhout, een rebel, een volks menner, of... een eeriyk kristen-demokraat». Wy zyn dit aan Dom Stanislaus Buggenhout^ven schuldigd. Gustaaf Buggenhout op zijn plechtige kommunie (27 maart 1917) Hij werd geboren te Ham- me op 9 oktober 1905 tus sen de «mensen achter de dijk». «Den dijk», de strook op de baan naar St.- Niklaas tussen «'t café van Peer de Bolle» en «den Dullaerd» aan de brug van Elversele. Dat was «den dijk». Zijn geboortehuis stond op «den Berg». Juist ongeveer het midden, tussen 't kapel leken, het huis van «den Boswachter» en de «Boere- straat» (Biezestraat). Offi cieel was dat in die tijd een deel van de Drapstraatt. Dit was het ouderlijk huis langs moederszijde waar zijn ouders «inwoonden». In parochie- en burgerlijke standregisters werd hij in geschreven als Petrus, van Pieter naar zijn grootvader langs vaderszijde; en Gus taaf, naar zijn dooppeter, de oudste broer van vader. Echter tussen pot en pint, tussen dooppeter en vader, werd beslist dat hij Gustaaf zou genoemd worden. Zo was het dan. Het eerste menselijk wezen dat hij op deze wereld ont moette was Virgeke Fie- rens, zijn bakel, zijn groot moeder langs moederszij de, en zijn doopmefer. Vervolgens moest hij even wachten, om in moeders armen opgenomen te wor den. Want zijn tweelings broertje Frans, Gilbert was er ook nog, treurig genoeg overleed deze op-28 januari 1906 amper drie en een halve maand oud. Grootmoeder Virgeke en moeder Rozeke zouden dc twee vrouwen in zijn leven worden, waar hij zielsveel van hield. Zo werd het grootouderlijk huis op «den Berg» be woond door de grootou ders, de ouders, Gustaaf en zijn één jaar oudere broer Jeroom. Vader Karei, was een bekwaam wever en moeder Rozeken, naaister. Grootvader Neliske koop man in vlas, terwijl groot moeder Virgeke, een zeer gekende en geliefde «ba kel» was. Begrijpelijk zat dat bakje van enkele vier kante meter overvol. Dit kon zo niet blijven duren. Op 8 juli 1906 verhuisde de hele familie naar de Man- demakersstraat 138, recht over boer Nard Segers. Het was een huis van politie- kommissaris J.C. Verstrae- ten en ze huurden daar aan twee frank en vijfentwintig centiemen. Echter moesten zij gedogen dat de huisge zinnen Vandervorst en Van Geertsom water namen aan de pomp welke op hunnen hof geplaatst was. De Mandemakerstraat was een gewone volksbuurt, hoofdzakelijk bewoond door fabriekswerkers, hou ders van kleine winkels en herbergiers. Het was geen «Jordaen» of wat men een gemene volkswijk zou noemen. In die buurt zou_ Gustaaf opgroeien, samen'met zijn broer Jeroom en de massa kinderen uit de straat. ih> en zijn broer waren twee uitersten. Jeroom een ech te rakker, model «de Wit te», zwom toen hij vijf jaar was in zijn naaktje de Dur- me over. Waar er katte- kwaad in de lucht hing, daar was hij. Maar voor zichtig, niemand mocht één kwaaie vinger naar zijn broer uitsteken, of... hij lag de reibeek in. Gustaaf was anders, stiller, gewoon hij kon geen haantje voor uit zijn. Maar nooit zou er één woord over zijn lippen komen over de esbatte menten van zijn broer. Klikken kon hij niet. hij wist nergens iets van (dat was liegen) wat hem dan een solidaire straf oplever de. Want vader wist wel beter. Dan kwam de grote dag dat hij school ging lopen, en hij werd aan de goede zorgen van Zuster Gabriel toever trouwd in de bewaarschool. De bewaarschool de «kabaskesschool» in de IJ- zerenwegstraat de uni versiteit van ieder gedegen Hammenaar. Daarna zou de periode van het I^ger januari 1920 volledig uit. da Moeder Stanislaus, geloften af op 3 november onderwijs volgen in de Ge- Hij was juist zijn Grieks- Overste der Zwart Zusters 1925 die werden verlengd meenteschool «Center» Latijnse begonnen. MeesKrep!cav«n,h00nS Vh Hü was 9 jaar roen in 1914, S.'-oïe- augustus de oorlog urtbrak. gorjus (Kerkkoor) te Ham- okto gewijd door Mgr. Salvi^^ Abt van Subiaodjen op pten. te Dendermonde, het me- °P '3 november 1928. Hij september droeg_mj zijn ferschap van de jonge vervolgde zijn studies in de Eremis op in- dé kerk vatj^^f kloosterling op zich nam. Abdij 3' en 2e Rethorica, St.-Pieters Bandefi te Ham*""8^ Pater Stanislaus legde zijn daarna op 10 oktober me- Dat alles is nu 50 jaai"°^ eenvoudige- of tijdelijke 1927 tot juli 1933 wijsbe- geleden. Sint- geerte en godgeleerdheid "el 's °P het familiefeest"1 te gaan studeren in de Be- dat daarop volgde, en in dt nediktijnerabdij te Steen- *aal van de Kristen Werk-foor brugge onder Abt Dom hedenbond werd gehoutaercj Modestus van Assche. Dit den, dat de jonge priesteres, werd op 16 augustus 1929 het visioen van zijn toepotlo onderbroken voor twaalf komstig werkterrein zotfcenii maand legerdienst, in het Bepaald zien: een op-Wat Kamp van Beverlo te Leo- marcherende massa jong^eui poldsburg met als eenheid mensen, geflankeerd met de C.I.B.I. (Centre d'In- e6n ve'd van vaandelsthiw, struction de Brancardiers- Nimmer heeft hij daarove^^ Infirmiers) tot 14 augustus gesproken, het is wel bete-^dem 1930. kenisvol, een voorbode vamach Hij legde zijn plechtige ge- de rol die hij in het sociaalmerk loften af in de Abdij te midden van kerk en ge-werk Dendermonde op 18 augus- meenschap zal gaan spelen.®611 F tus 1931, dus op 26-jarige neem hier een kleine*6 b leeftijd. rustpoos. Wij voorzien een^^ Intussen verhuisde de fami- cyclus van nog twee artike-net ii lie op 29 mei 1929, van de Icn; Dom Stanislaus, Bene^ Mandemakerstraat naar 't diktijnermonnik en Pries-1 Penninckwegelken de ter Dom Stanislaus enT« Dijkstraat rechtover de Katholieke Arbeiders'' «Jefken den Hovenier». Jeugd en Dom Stanislaus in Op 4 september 1932 werd het volkse milieu van deP0^* Dom Stanislaus Buggen- Mandemakerstraat teVan J Karei en Rosalia Buggenhout-Boel, de ouders van Dom Stanislaus. hout in de abdijkerk te Hamme. Dendermonde tot priester Op 27 maart 1917 doet hij me (tot 1924). zijn Plechjige H. Commu- In 1920 gaat hij, met zijn nie. Hij is de eerste en er schoofzak onder de arm, werd een schitterende witte werken. Drukkersjongen strik met gouden franjes op in de Drukkerij Vermeir in zijn mouw gespeld. Dat de Slangstraat. 25 frank was.een eer voor een gewo- weekloon, dus 1,70 fr. per ne volksjongen. Hij mocht uur. Dit blijft bij een klein samen met zijn moeder bij intermezzo van zes maand. Notaris Maeyens chokola- In september van datzelfde demelk gaan drinken en jaar gaat hij verder stude- koek met rozijnen daarin... ren aan het H. Maagdcolle- en 't was oorlog. Maar ge te Dendermonde. Gaat thuis was er geen feest, 's middags in de Benedik- want op 9 maart was groot- tijnerabdij eten en treint vader Neliske gestorven, van Hamme naar Dender- Hij was de graaggeziene .monde en terug. Een zeer spil in het gezin. gevulde dag. In het H. Dom Stanislaus-Buggenhout bij zijn intrede in de Sint- Pieters- en Paulusabdij te Dendermonde op 28 augustus 1924. .Na het bezoelj^ian Notaris Deschoesitter deelt groot moeder Virgeke aan haar dochter en schoonzoon meeJdat volgens de laatste wil van vader Cornelis, Je room en Gustaaf verder zullen studeren, (acte 482 - lin. 14 van 8 december 1909) En dat «zij» dat wel in orde zal brengen. Door bemiddeling van Jef Verberckmoes, hoofdon derwijzer te Elversele, komt Gustaaf en zijn broer op 8 september 1917 in het St. Antoniuscollege (Min derbroeders) te Lokeren terecht. Op 5 december van datzelfde jaar wordt «op bevel der Duitsche Overheid» het College ge sloten en keren de jongens terug naar huis. Rector E.P Liberatus schrijft in een voetnota: «Hiermede getuig ik. zeer tevreden te zijn over Gustaaf. geduren de de kleine drie maand die hij bij ons heeft doorge bracht. In 1917 werd hij leider van het Zondagspatronaat «de Jamba». Dit zou hij blijven tot 1924. Op 20 september 1918 her vat het College te Lokeren de lessen. Maar even na het begin van het leerjaar 1919- 1920. brandt het College op fortki L. Van Meldert^erd Reedf #e on &188C In het twaalfde deel van de serie «Inventaris van het Kunstpatrimonium Oost- Vlaanderen», een initiatief dat door het Provinciebestuur werd genomen, worden vijf kerken van de fusiegemeente Beveren belicht. Het gaat hier om de Onze Lieve Vrouw Hemelvaartkerk van Doel, de Heilige Petrus- en Pauluskerk van Kallo, de Sint-Michaelkerk van Kieldrecht, de Heilige Engelbertuskerk van Kieldrecht en de Heilige Laurentiuskerk van Verrebroek. Van al deze kerken wordt in deze inventaris de architektuur besproken (bouwgeschiedenisd en beschrijving). Dan volgt de eigenlijk inventarizatie. architekturaal dekor, meubilair, beelden, schil derijen, kultusobjekten, funerea. On het architekturaal dekor verstaat men gedenkplaten, muurschilderingen, glasramen, klokken, torenuurwerken. Van de meeste van deze kerk wordt bovendien een tamelijk uitgebreide bibliografie gegeven. De auteur van deze inventaris is Bert Joos. Voor het architekturaal gedeelte verleende Antony Demey zijn medewerking Dit twaalfde deel van de «Inventaris van het Kunstpatrimonium Oost-Vlaanderen» is 381 blad zijden dik. Er zijn 178 foto's of tekeningen in opgenomen en kost 050 fr. Het is te bekomen bij de Dienst voor Kulturele Aangelegenheden van de Provincie Oost-Vlaanderen, Bisdomplein 3 te 9000 Gent. Vier uit het Scheldeland Ter gelegenheid van de vijftigste verjaardag van het overlijden van de priester dichter Jan Hammenecker uit Mariekerke en van de twintigste verjaardag van het overlijden van de letterkundige Filip De Pillecijn uit Hamme, werd het initiatief genomen tot het uitgeven van een kleine keuze van teksten uit het werk van de drie grootste literaire figuren uit het Scheldeland: Filip De Pillecijn, Jan Hammenecker en Emilie Verhaeren. Om te beklemtonen dat de Schelde geen grens is, maar slechts een bindteken voor allen die langs de stroom wonen of van dit land echter de dijken houden, werd deze uitgave een gezamenlijk initiatief van de Gewestelijke VW Klein-Branvant-Scheldeland en de Gewestelijke VW Land van Waas. De bekende xylograaf Gerard Gaudaen uit Sint-Niklaaa leverde de illustraties (houtsneden) bij deze kleine bloemlezing. Hij vervolledigde meteen het viertal «groten» uit het Scheldeland. Het formaat van deze publikatie is 23 op 32 centimeter. Het werk is gedrukt op kunst papier, gebonden in vollinnenband met goudstempel en stofwikkel het kost ÏOOO fr. (te verhogen met 115 fr. voor de verzending) Men kan dit bedrag storten op rekeningnummer 061-7806640-00 van de VVV Klein-Brabant-Scheldeland met de vermelding «Vier uit het Schelde land». Bakkersveer te Kruibeke In de loop van de tijden hebben de veerdiensten steeds een belangrijke rol gespeeld in de geschiedenis van de menselijke betrekkingen Het Bakkersveer van Kruibeke maakt daarop geen uitzondering. Dit veer was vooralaktief tussen 1531 en 1819 en het is die periode die door Siegfried De Cock dan ook wordt beschreven in de brochure «Het Bakkersveer te Kruibeke». Het Bakkersveer, dat zijn na.™ ontleende aan Jan De Backer, pachter en latere eigenaar van de veerdienet, bevond zich aan de linkeroever van de Schelde, met name te Kruibeke., Het dienstgebouw, dat in 1629 werd herbouwd, bleef bewaard en wordt thans gebruikt als direlftiegebouw van een scheepswerf Tijdens de ontploffing aan boord van een tankschip op 27 april 1982, werd het gebouw ernstig beschadigd. De lotgevallen van het Bakkersveer zijn opeenvol gende eigenaars en de eksploitatie van de overzetdienst, eeuwenlang een schakel tussen het Waasland en Antwerpen worden in de brochure «Het Bakkersveer te Kruibeke» toegelicht. Deze brochure verscheen als nr. 238 in de reeks «Vlaamse Toeristische Bibliotheek» en is verkrijgbaar in alle VBT boekhandels tegen de prijs van 40 fr. ing nake (Tan i-aaie 8 hij ran 1 e Bn richtt leoeft lij h( nuse meest le li kunst n zij: Ierse inerz ol tijn p Juliei Maagdcollege werkt hij zijn Grieks-Latijnse huma niora tot de Grammatica (incl.) (tot de 4[) af. In het College aldaar was hij lid van de Mariakongregatie (1923-24), in zijn geboorte plaats was hij aangesloten bij het Katholiek Vlaamsch Studentenverbond; Stu- dentengilde «Met Woord en Daad» (1922-24). Donderdag 28 augustus 1924 Feest van Sint-Au- gustinus. Petrus. Gustaaf Buggenhout vertrekt uit het ouderlijk huis naar de Benediktijnerabdij te Den dermonde. Er heerst een drukte van jewelste in de Mandemakerstraat. De he le buurt staat buiten, de vrouwen in klosjes bij el kaar, te tateren en de man nen pijprokend, leunend tegen de stijl van de deur. Ze willen allemaal nog een «goên dag» zeggen aan «Stafke van Rozeken Boel» voor hij de straat ver laat. Hij was er één van hen. Hij werd gekleed op 30 Aalst. Menig hartig woordje werd er gewisseld op de Netwerkscene (ad) oktober 1924. en nam de kloosternaam Dom Stanis laus. naar patroonsheilige Stanislaus. Bisschop van Krakau in Polen. De rede waarom hij die naam koos, kwam doordat de Eerwaar- )p Ti itelde on ge dartv liet orgd irime laad, dat m ilaatf •oorg De froot de vei eider lunst lan publie lilde en bei groeit

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Voorpost | 1982 | | pagina 22