Artistieke handvaardigheid
in Streekmuseum
te Dendermonde
Armand De Becker
maakte
mooiste scheepsmodel
De post van Groot-Dendermonde
van 1675 tot 1900
Ernest Gorus schildert nabije omgeving
CAFtTARiA
WE.EMKUNQE
'Handenarbeid en Kunst' was het centale tema van een gelegenheidsten
toonstelling in het Streekmuseum aan de Sint-Onolfsdijk te Dendermon-
de. Een merkwaardige tentoonstelling, want de deelnemers zijn stuk voor
stuk lid van de vzw Streekmuseum of hebben er in elk geval een sterke
binding mee. Om aan deze talrijke kunstwerken een plaats te bieden,
diende men de voorwerpen die normaal in het druk bezochte museum te
zien zijn, voor een weekendje op te bergen. Maar dat heeft men er graag
voor over.
Dendermortde. Tentoonstelling Streekmuseum. Gekleurde Russische kantin
ons land nog een zeldzaamheid, was er ook te zien dankzij de hobbyclub
Kreatief Bezig Zijn foto Piet Hermans0
Bij een bezoek aan het Streekmuse
um valt al onmiddellijk op dat het
woongebouw een nieuwe dakbe
dekking heeft gekregen. Iets waar
mee men natuurlijk uiterst blij is. En
ook binnenin zag het museum er
helemaal anders uit. De zo ver
trouwde verzameling scheepsalaam
schaalmodellen van boten, de vele
zaken die wat te maken hebben met
het schippersleven en met de Schel
de, dienae plaats te ruimen voor de
handvaardigheid van tal van leden
van de vzw Streekmuseum die de
kans kregen om de konfrontatie
met het grote publiek aan te gaan.
Zoals dat voor een tentoonstelling
past, was er ook hier voor een inlei
ding gezorgd. Zonder veel proto-
kol, want daar houdt men op de
Sint-Onolfsdijk niet veel van. Ere-
schepen Hubert Maes van de stad
Dendermonde was uitgenodigd om
er een korte toespraak te houden en
de tentoonstelling voor geopend te
verklaren. Rondom hem schaarden
zich enkele deelnemende kunste
naars en belangstellenden die langs
waren gekomen om een kijkje te
nemen. Spreker wees erop dat het
museum een ander uitzicht heeft
gekregen en dat er een weekend
lang de handenarbeid centraal
stond. Handenarbeid van de leden
dan nogwel die de kans kregen om
in groep te expozeren. Zij willen
aantonen dat een hobby ook kunst
kan zijn en wie een rondgang maakt
doorheen het museum, zal dat niet
durven tegenspreken. Integendeel,
wat men te kijk stelt loont meer dan
de moeite waard. Of het nu gaat om
(foto Piet Hermans)
Met zijn schaalmodel van een gaffelschuit werd Armand De Becker
de grote winnaar van een wedstrijd schaalmodellen van boten die in
Oostduinkerke werd gehouden. Aan die wedstrijd namen 30 model
bouwers deel. Armand De Becker, die het Streekmuseum aan de
Sint-Onolfsdijk te Dendermonde leidt en al heel wat schaalmodellen
van schepen bouwde, kreeg de prijs voor de originaliteit, de afwerking
en de presentatie. Het feit dat hij deze prijs kreeg, onderstreept zijn
grote bekwaamheid in deze specialiteit. Hij bouwde reeds ettelijke
schepen op schaal na met een ongelooflijke nauwkeurigheid en preci
sie.
De gaffelschuit waarmee hij in Oostduinkerke werd bekroond is een
schaalmodel 1/40 van een boot die in 1789 werd gebouwd.
Een gaffelschuit is een schuit die veel voorkwam in onze wateren. Het
was een zeer stabiel schip dat vooral stukgoed vervoerde. Het waren
schepen van 40 tot 60 ton.
De gaffelschuit vormt een aparte tak van de grote pleit-otter familie.
De benaming schuit is zo oud als de benaming pleit. Na 1236 stelde
Johanna, gravin van Vlaanderen, tarieven vast voor scheepvaarttol op
de Schelde. In deze tarieven wordt bij de schepen van de tweede klasse
de 'sceute' genoemd. Sedertdien vinden wij steeds in tarieven van
watertollen, sluisreglementen en dergelijke de namen terug van
scheutkens, schute, schuyten, scuutschepen, enz.
Het woord 'schuut' wordt wel eens als verzamelnaam of als synoniem
voor schip gebruikt, maar bij onze rivierschippers vormden de
'schuten' een bepaalde kategorie. Het feit dat men in oude toltarieven
en sluisreglementen het woord 'schuutschepen' tegenkomen, schijnt
er wel op te wijzen dat men onder schuit een bepaalde vorm van schip
moet verstaan. Deze schuiten waren nauw verwant met de otter.
Gaffelschuiten voerden een gaffeltuig en werden dus naar hun tuig
genoemd. Zij deden veel dienst in de beurtvaart, daar het ontbreken
van een boom bij achterlijke wind, die de boom dwars uit het schip zou
zetten, veel gemak verschafte bij het varen door smalle brugspannin-
gen of de Leuvense Vaart en de Dender.
Schuiten-hadden geen opgebouwde roef, maar de grootsten hadden
ccn statie. Zij voerden maar een mast. Bij gaffelschuiten werd de
lange gaffel bij zijn top of 'piek' in bedwang gehouden door 'geerden'
die aan weerskanten met een takel aan boord waren bevestigd.
het borduurwerk, de kantwerkjes,
de poppen, de schilderijen of de
verzamelingen, het zijn stuk voor
stuk dingen die mogen gezien wor
den.
Heel in het biezonder vernoemde
de ere-schepen Aloïs Blindeman
die enkele volksfiguren en Schelde-
landschappen tentoon stelt en van
wie er werken permanent in het mu
seum te bewonderen zijn. Ook de
marines van Sint-Niklazenaar Ton-
ny Gerneau verdienden de aan
dacht net als de heel aparte ten
toonstellingvan filatelist Leon Van
de Wiele uit Wichelen die de ge
schiedenis van de sport aan de hand
van afstempelingen en prentkaar
ten schetst. Daarnaast zijn er na
tuurlijk ook de leden van de Hobby
club 'Kreatief Bezig zijn' die haar
thuishaven heeft in het OCMW
dienstencentrum de Zonnebloem
en uitzonderlijk mooie voorbeelden
van kunstzinnig handwerk brengt.
Kortom, aldus ere-schepen Maes,
deze tentoonstelling loont de moei
te waard. Ook al omdat ze zo ver
scheiden is. Maar nog het meest
omdat ze een uitstekend voorbeeld
is van een kunstzinnige en waarde
volle bezigheid.
Drempel overwinnen
Voor een buitenstaander lijkt het
niet meer dan normaal dat een kun
stenaar met zijn werk naar buiten
komt. Voor een kunstenaar ligt dat
wel even anders. Hij moet eerst een
drempel overwinnen om de kon
frontatie met het grote publiek aan
te durven. Die drempel is zeer hoog
wanneer men als individu expo-
zeert. In een groepstentoonstelling
is dat een wat makkelijker te zetten
stap. Maar steeds blijft de bekom
mernis en de vrees om de kritiek.
Zijn de bezoekers, de kijkers, het
Dendermonde. De deelnemers aan de hobby tentoonstelling die in het Streekmuseum aan de Sint-Onolfsdijk plaats hat
(foto piet Hermans)
publiek tevreden, voelen zij zich
aangesproken door het werk. Als
dat zo is dan is de vreugde ook bij de
kunstenaar groot.
In het Streekmuseum kregen naast
een aantal leden van de vzw, ook
anderen de gelegenheid om deel te
nemen aan de vierde hobbyten
toonstelling, al vinden we zelf dat
deze expo toch veel meer is dan een
presentatie van vrijetijdswerk. De
vele bezoekers zullen er in elk geval
kunnen kennismaken hebben met
schitterende staaltjes van hande
narbeid en kunstzinnigheid. We lei
den u even rond
Bij het binnenkomen van het muse
um heeft men Marka bloemen kun
nen bewonderen met zelf gemaakte
bloemstukken. Aan de muur hingen
er marines van Tonny Germeau uit
Sint-Niklaas die ook aan de hand
van postzegels de geschiedenis van
de scheepvaart uitbeeldde. Begin
nende met de zondvloed, via de
prauw en het zeilschip, naar de ra
derboot, de rivierboten om te ein
digen met de fregatten en moderne
schepen. Dat allemaal aan de hand
van postzegels uit alle lancfen van de
wereld. Deze verzamelaar heeft
trouwens 8.000 postzegels over de
scheepvaart in zijn bezit, waaronder
een biezonder waardevolle zegel
van 40.000 fr.
In het tweede lokaal kan men de
sierjuwelen bewonderen. Armban
den, oorringen, halssnoeren, ze la
gen er allemaal. Verschillend van
vorm, kleur en uitzicht. Maar alle
maal even fraai en mooi. Nog ver
der door verzeilde men in de wereld
van de kant. Met de heel speciale en
voor het eerst ook vertoonde ge
kleurde Russische kant, het Har-
danger of Noors borduurwerk, de
gekende Brugse kant. Elders zag
men dan weer handgemaakte kaar
ten en kralenboompjes. En dan was
er nog de mooie reeks met bosfigu-
ren. Poppen die een krantenlezer,
een musketier, een matroos, een
dronkaard, sprookjesfiguren en ou
de koppeltjes voorstellen in het de-
kor waarin ze thuishoren. Dat alle
maal omgeven door schilderijen van
Aloïs Blindeman.
Het handwerk werd geleverd door
de leden van de hobbyclub 'Kreatief
Bezig zijn' die elke woensdagavond
van 18.30 tot 21.00 uur in de vierde
zaal van het OCMW dienstencen
trum Zonnebloem in de Breestraal
109 te Sint-Gillis Dendermonde
eenkomst, de club vaardigde Nancy,
Lydia, Jeanneke, Paula, Wendy,
Anne-Marie, Violaine, Arlette, Li-
liane, Coleta, Lucienne, Josephine,
Nicole, Jozepha, Tinne, Gwen, El-
za, Kathleen en Emiel naar het
Streekmuseum af.
Heel apart, in de bovenzaaLvan het
schipperskafeetje, was de postze
gelverzameling van Leon Van de
Wiele uit Wichelen te bewondere:
Een tentoonstelling over de 'Post
van Groot-Dendermonde van 1675
tot 1900' met vooral aandacht voor
Wichelen.
Drie frank voor een kerkboek via postorder
Leon Van de Wiele uit Wichelen is een verzamelaar die uit het goede hout is
gesneden. Hij beperkt er zich niet toe een of ander kollektie lukraak aan te
leggen, neen hij wil ook alle stukken die hij bezit, nauwkeurig onderzoeken
naar inhoud en vorm. En vooral, hij wil ook verklaringen voor op het eerste
gezicht onverklaarbare dingen. In zijn geschiedkundige verzameling over
de 'Post van Groot-Dendermonde van 1675 tot 1900' heeft hij trouwens
nogal zaken moeten uitspitten. Tot het ontleden van geschriften toe,
waarvoor hij een beroep heeft gedaan om gerenomeerde specilisten uit
universiteiten. Zijn verzameling die de geschiedenis van de post in beeld
brengt, loont werkelijk de moeite en wie het voorbije weekend een bezoek
heeft gebracht aan het Streekmuseum van de Sint-Onolfsdijk te Dender
monde heeft een klein deel van deze kollektie kunnen bewonderen.
Thuis bezit Leon Van de Wiele nog
heel wat meer. Zo heeft hij over
Wichelen, zijn geboortedorp, alleen
al meer dan 120 oude prentkaarten.
Hij bezit alle postzegels van België
en kan een kompleet overzicht ge
ven van de weg die een brief door de
eeuwen heen neeft moeten afleggen
in onze kontreien.
In het Streekmuseum bracht hij een
vlug overzicht dat deze weg duide
lijk maakt. Uitgangspunt is Wiche
len en de vraag hoe een brief in
Wichelen geraakte of vanuit Wiche
len kon verstuurd worden. De ver
zameling start in het jaar 1645 met
een brief van de Graaf van Vlaande
ren aan de baljuw van Rupelmonde.
Hij is geschreven met lange brede
halen en Leon Van de Wiele heeft
er specialisten van de gentse univ
bijgehaald om de brief te vertalen.
'Thuis heb ik de vertaalde inhoud
liggen', verontschuldigt hij zich bij
na. Vervolgens loopt zijn kollektie
over de verschillende overheersin
gen in ons land om zo bij de landelij
ke post te komen. En ook hier is er
een eigenaardigheid. Wie een brief
naar een landelijke streek verstuur
de, moest extra port betalen. Want
voor de postbode betekende het be
stellen van die brief extra werk. Die
landelijke post verliep via grotere
centra. Dendermonde was in deze
regio de draaischijf en van daaruit
liepen er verschillende routesnaar
Grembergen, naar Appels, Schoon-
aarde en Wichelen en naar Sint-Gil
lis en Lebbeke om maar enkele
voorbeelden te geven. Ieder dorp
had op zo een route zijn kenletter.
Opvallend is dat men als kenletter
niet de eerste letter van de gemeen
te gebruikte. Er bestond een ander
systeem. Hoe dat in elkaar stak
heeft Leon Van de Wiele nog niet
kunnen achterhalen. Waarom bie-
voorbeeld kreeg Schoonaarde de
letter 'w' en Wichelen de 'v'? Nie
mand die het blijkbaar weet. Een
brief die bij een postkantoor langs
kwam, kreeg de letterstempel mee
als bewijs.
In de kollektie ziet men een brief uit
1788, misschien wel de eerste brief
die ooit in Wichelen met de. post
werd verstruurd. Hij werd gesenre-
ven door boer Roggeman die in
Gent lijnzaad bestelde.
Een volgend blad brengt ons naar
1840 met de allereerste echte post
zegel, de vermaarde 'Black Penny'.
In de kollektie ziet men ook de eer
ste twee zegels van het onafhanke
lijk Belgie en de eerste postzegel
van ons land op eeji brief. Daar
naast krijgt men een overzicht van
de verschillende stempels die in ge
bruik waren. En merkwaardig in
1867 werden er al postnummers ge
bruikt. In 1873 worden de eerste
gele briefkaarten in gebruik geno
men in het binnenland, kort nadien
gevolgd door een briefkaart voor
het buitenland.
We schrijven 1875 Wichelen krijgt
zijn allereerste postkantoor in het
station. Verder worden afstempe
lingen met blinde stempels getoond
en de eerste afstempeling met de
vermelding 'Wichelen'. Dat was in
1900. De periode ook waarin de eer
ste prentkaarten verschenen. 'De
groeten uit' zo staat er in sierlijke
letters vetjes gedrukt onder een bos
bloemen. De naam van de gemeen
te moest men zelf invullen. Merk
waardig is ook de briefkaart die de'
overste van het nonnenklooster van
Wichelen schrijft. In een zeer sier-j
lijk handschrift bestelt zij een kerk
boek, dat 'maar 3 frank mag kosten'.
In 1920 verschijnen de eerste twee
talige stempels. Met het Frans voor-1
aan natuurlijk'Bruxelles - Brussel;
Bruges - Brugge' staat er te lezen.
En zo komen we aan de eerste we
reldoorlog met de bezitting en de
censuur die werd uitgeoefend. Er
zijn ook de kaarten met herinnerin
gen aan de opgeësten uit die eerste
wereldoorlog. Dan volgt de grote
doorbraak van de zichtkaarten en
van de fotografische kaarten die de
voorlopers zijn van de echte post-1
kaart.
En in de verzameling steekt zowaar I
ook een verre voorloper van een
handels- en beroepengids voor Wi
chelen. Alfabetisch per beroep ge- i
rangschikt vindt men alles terug
van apotekers tot brouwers en
scheepsbouwers.
Het pittoreske Vlassenbroek, het
landelijke Mespelare, de kapel aan
de Donk, de brede lanen en dreven
in Berlare, het zijn onderwerpen die
kunstschilder Ernest Gorus koes
tert. Hij weet deze vertrouwde plek
jes uit zijn en onze naaste omgeving
wondermooi op doek te zetten. Het
resultaat van zijn zwerftochten
doorheen onze kontreien is te zien
tot 26 augustus in de tentoonstel
lingsruimte van Huize Geertrui te
Vlassenbroek waar hij van 14.30 tot
21.00 uur terecht kan.
Ernest Gorus, 66 nu, is een telg uit
het schildersgeslacht Gorus. Hij
stak trouwens heel wat op van vader
Pieter Gorus, maar ook van zijn
leermeesters aan de Dendermond-
se Akademie voor Schone Kunsten
waar hij les kreeg van bekende na
men als Van Beveren, Piet Gillis en
Jos De Decker.
Ernest Gorus geraakte in de ban
van de werken die de schilders van
de Dendermondse schilderschool
maakten. Het landschap door hen
in een enorme pracht aan kleuren
gebracht, boeide hem door en door.
En dat is zo gebleven. Gorus schil
dert verder in de stijl van de Den-
Dendermonde. Emest Gorus bij een van zijn werken de zonnebloemen (foto I
Piet Hermans)
dermondse school. Hij kiest ook on
derwerpen die aansluiten bij deze
school. Alleen verschilt zijn kleu
renpalet dat evenwel niet aan rijk
heid inboet. Hij kiest meer voor het
roze, zalmkleurige dat hij met tinten
van bruin en geel laat overvloeien in
een heel aparte kleur die aan
spreekt. Zijn werk heeft zeer veel
diepgang en is vakkundig opge
bouwd. Het hele doek neemt je als
bezoeker in beslag of het nu om de
schoonheid van de herfst gaat of om
het boerenspan dat lijnrechte voren
trekt in de diepbruine verse grond
tijdens de lente. En de zonnebloe-, j
men lachen je toe. Vooral de wcr- J
ken die Vlassenbroek als onder
werp hebben spreken sterk aan. Het i
kerkje dat tegen de dijk aanleunt I
waarop de bomen een houvast zoe- I
ken met hun wortels. Het bouwval
lige huis dat overgaat in de mist die
de Schelde zo vaak laat vervagen in
een sliert van nevel.
14 - 23.8.1991 - De Voorpost