Aalsterse studenten
protesteerden
Brandweerbevelhebber
Jozef Gravez kreeg grootse
afscheidshulde te Lede
Weekblad van Den der-
Dunne- en
Schele esi
1IM
Aan al onze lezers en medewerkers
een Zalig Kerstfeest
en Gelukkig Nieuwjaar
Team uit O.-L.-Vrouwziekenhuis Aalst
ontvangt Prijs voor Ziekenhuishygiëne
UITGEVERIJ DE CUYFER WENST HAAR
REDACTIONELE BIJDRAGEN
AAN RUIMER PUBLIEK AAN TE BIEDEN
lN
De Voorpost
VRIJDAG 25 DECEMBER 1992
45e JAARGANG NR. 51 - 50 F
Vorige week werd in Aalst in allerheil een betoging georganiseerd door de
studenten klubs Ajonista (Katholieke Hogeschool van Oost-Vlaanderen),
Paids (graduaat van het VTI), Mercurius (Hoger Instituut voor Handel en
Administratie), Enal (Industriële Hoge School van het RUK CTL) en
Nursaia (Sint-Augustinusinstituut voor Verpleegkunde). Zij kwamen dan
ook vorige vrijdag in massa samen op een algemene betoging van alle
studenten hoger onderwijs te Aalst, op de Aalsterse Grote Markt. De
studenten reageerden tegen het geplande dekreet van gemeenschapsmi
nister Van den Bossche, dat het hoger onderwijs wil centraliseren in
grotere entiteiten, gelegen in de provinciehoofdsteden. Dit zou betekenen
dat alle scholen uit Aalst in dit kader zouden verdwijnen en alles zou
samengebracht worden in Gent. «Schaalvergroting kan geen kwaliteit
bieden» beweerden de studenten boos.
De bedoeling van de minister.is om toenemen. Behalve kwaliteitsver
in steden als Gent, Brussel en Ant
werpen entiteiten te creëren van
minstens 5.000 studenten. Hierdoor
komt de Aalsterse Campus, goed
voor zo'n 1.700 studenten, volledig
op de helling te staan, temeer daar
lies, zal dit hogere verblijfs- en ver
plaatsingskosten met zich meebren
gen.
Een tweede grief, die niet recht
streeks met het dekreet te maken
heeft is de geplande gelijkschake-
de schooldirekties pas vanaf 5.000 ling van het hoger onderwijs buiten
ingeschrevenen hun huidige subsi
dies zouden behouden.
De Aalsterse studenten voelen zich
op verschillende terreinen gevi
seerd. Om te beginnen zien ze zich
in het geplande dekreet verplicht
school te lopen in een universiteits
stad waar het overbevolkingspro-
bleem qua infrastruktuur nog zal
de universiteit in het kader van de
openstelling van de Europese On
derwijsmarkt. Studenten hoger on
derwijs van het lange type zien hun
diploma tot een veredeld graduaat
verworden, kortetype-studenten
worden op de arbeidsmarkt wegge
veegd door hoger gekwalificeerde
konkurrenten.
Eerstdaags sturen de betrokkenen
een brief naar de minister waarin ze
vier eisen formuleren: duidelijk
heid in verband met het dekreet,
zekerheid omtrent het voortbe
staan van het hoger onderwijs in
Aalst, het behoud van de waarde
van de diploma's en de opbouw van
sociale voorzieningen in de stad
voor studenten (resto's, sportak-
kommodatie e.d.).
Het dekreet is nog niet onderte
kend. De manifestanten vermoe
den kwaad opzet in het pas voor de
kerstvakantie uitlekken van de
plannen. De scholen zijn gesloten
voor kerstvakantie en in januari vin
den op verschillende plaatsen par
tiële examens plaats zodat het voor
stel in alle stilte zou kunnen worden
gestemd. De Aalsterse studenten
wachten af tot na nieuwjaar. Als er
dan nog geen ministeriële reaktie
komt, dreigen ze met grote akties
«waartegen de spontane zangston-
de op de Grote Markt slechts kin
derspel zal lijken» voegden de boze
studenten er grimmig aan toe.
P.H.
Vanaf 1 januari 1993
Waarde lezer,
Volgende week, donderdag 31 december 1992, verschijnt het laatste nummer van het
weekblad 'De Voorpost'. In dit nummer brengen wij U, bij deze jaarwisseling, een overzicht van
de belangrijkste gebeurtenissen uit de streek van de laatste 30 jaar.
Gedurende al die jaren heeft een redactieteam van onze uitgeverij de politieke, kulturele en
sportieve aktualiteiten gevolgd, kritisch bekeken en voor U wekelijks in het in formatieweek
blad 'De Voorpost' beschreven, gecommentarieerd, en met aangepaste foto's geïllustreerd.
Alle medewerkers-redacteurs, fotografen, verdelers, verkopers, dagbladhandelaars-wensen
wij dan ook te danken voor hun inzet en bereidwilligheid en hopen in de toekomst nog steeds
beroep op hen te kunnen doen.
Gespecialiseerde tijdschriften, magazines, dag- en weekbladen, nationale en regionale radio
zenders, onafhankelijke en commerciële TV-zenders, hebben een nieuw medialandschap
gecreëerd.
Sinds de stichting van 'De Voorpost' begin van de jaren zestig, zijn we een generatie verder;
ouders zijn grootouders, kinderen zijn ouders geworden en de lees- en kijkgewoonten van
ieder van ons zijn grondig gewijzigd.
Uitgeverij De Cuyper wenst haar journalistieke en informatieve taak te blijven vervullen en te
verruimen naar alle inwoners van de streek. Vanaf januari 1993 zal zij het regionaal nieuws
brengen in haar huis-aan-huis-bladen.
Vandaag wensen wij de trouwe lezers van het weekblad 'De Voorpost'te danken en wijhopen
de voorbije jaren aan hun wensen te hebben voldaan. Zij krijgen ook de zekerheid dat wij in de
toekomst de gebeurtenissen in de streek zullen blijven volgen en passende verslagen zullen
publiceren.
Een antwoord geven op de huidige regionale journalistieke wensen vooralle inwoners uit de
streek zal voor ons tegelijkertijd een betrachting en een uitdaging voor de toekomst worden.
Dit nieuw en groter lezerspubliek zal voor de redactie tevens een stimulans zijn om met nog
meer enthousiasme en verantwoordelijkheidsgevoel haar taak te vervullen.
Verenigingen en clubbesturen nodigen wij alvast uit om tijdig hun aktiviteiten en programma 's
over te maken.
D. De Cuyper
verantwoordelijke uitgever
De brandweer is een dienst die bijna levensnoodzakelijk is maar iedereen
hoopt stellig nooit beroep te moeten doen op haar tussenkomst. Het
toetreden tot het brandweerkorps gebeurt op vrijwillige basis en ondanks
de vergoeding per prestatie aangerekend wordt, blijft het in stand houden
ervan toch een dure aangelegenheid. Het is evenwel meermaals gebleken
dat de geïnvesteerde gelden efficiënt besteed worden. Dit kon men alvast
horen tijdens de viering van de afscheid nemende Jozef Gravez die ruim
dertig jaar in het Leedse brandweerkorps aktief geweest is.
Aalst. De Aalsterse studenten hoger onderwijs staken hun ongenoegen omtrent het nieuwe in de maak zijnde dekreet van
gemeenschapsminister Van den Bossche niet onder stoelen of banken (a)
Dc Mölnlycke Prijs voor Ziekenhuishygiëne wordt tweejaarlijks toegekend aan een team dat een belangrijke
bijdrage levert op het gebied van ziekenhuishygiëne. Recent werd deze prijs, waarmee een bedrag gemoeid
is van 600.000 fr., toegekend aan een team van het 0.-L.-Vrouwziekenhuis in Aalst. Vorige week werden
dr. Paul Jordens, pneumoloog en geneesheer-ziekenhuishygiënist uit Waasmunster, Francine De Meerleer,
verpleegkundige-ziekenhuishygiënist uit Erpe-Aalst en apotheker Aimé Beiion, mikro-biolooguit Herder-
sem, speciaal in de bloemetjes gezet. Zij vormden het team dat voor de prijsbehalende studie zorgde.
De tweejaarlijkse Mölnlycke Prijs wordt toegekend aan een studie die een belangrijke bijdrage levert op het
gebied van de ziekenhuishygiëne en meer in het bijzonder op het gebied van de beheersing van het aantal
ziekenhuisinfekties. Het bekroonde werk droeg als titel «Levert outbreak-surveillance resultaten op in de
strijd tegen mcthicilline resistente stafylococcen een vraag waarop, volgens de bevindingen van het team,
positief kan worden geantwoord.
Outbreak-surveillance is een vorm van selektieve bewaking, opgezet wanneer de indruk leeft dat zich een
kleine epidemie voordoet. Met aangepaste maatregelen wordt een belangrijke daling gerealiseerd vanzowel
besmetting als infekties. De prijs zal worden aangewend om de werking van de dienst ziekenhuishygiëne te
optimaliseren.
Ten dienste van de ziekenhuishygiëne
In 1987 vatte dc Health Care Divisie van Mölnlycke België, in samenwerking met vooraanstaande personen
uit de ziekenhuiswereld in België en Luxemburg, het plan op een «Prijs» in te stellen met de bedoeling alle
aspektcn van de ziekenhuishygiëne te bevorderen. Dit initiatief, waarvan de eerste editie werd afgesloten in
december 1988. kende een groot sukses en de firma Mölnlycke heeft dan ook besloten een derde editie van
de Prijs voor Ziekenhuishygiëne uit te geven.
Waarom een «Prijs voor Ziekenhuishygiëne» Ziekenhuisinfekties hebben voor patiënten nadelige gevol
gen en brengen hoge kosten voor de gemeenschap met zich mee. Naast de traditionele maatregelen dienen
de elementaire principes van hygiëne te worden herwaardeerd. Er moet gezocht worden naar eenvoudige
maar doeltreffende middelen voor elke specifieke omstandigheid.
Het hoofddoel is het aantal ziekenhuisinfekties te verminderen. Men kan dit doel bereiken door een
verhoging van de kwaliteit van de zorgen, wat automatisch het komfort en de veiligheid van de patiënt ten
goede zal komen. Het garandeert tevens betere werkomstandigheden voor het verzorgend personeel.
Het was voor het O.-L.-Vrouwziekenhuis de eerste keer dat aan dit projekt werd deelgenomen en dit met
sukses. (p.h.)
De waakzaamheid van de brand
weer is genoegzaam bekend want
bij elke oproep duurt het nauwelijks
enkele minuten vooraleer de spuit
gasten op de plaats van de brand
aankomen. Het moet gezegd dat er
nergens anders een dienst bestaat
- met uitzondering van de 100 - die
zo vlug ter plaatse is als er brand
ontstaat, ook vroeger zelfs toen
men niet over de modernste ver
voermiddelen beschikte.
Brandweer Lede
Volgens de reglementen, die een
voortvloeisel waren van de wetten
uitgevaardigd door Napoleon,
moest elke gemeente over «mate
riaal» beschikken. Dit bestond ech
ter uit een bepaald aantal emmers,
touwen, ladder en afdekmateriaal.
De grotere gemeenten beschikten
echter over een «korps» maar niet
altijd over een spuit zodat men bij
een ernstige brand op de naburige
stad moest beroep doen, zoals dit
voor sommige gemeenten nog het
geval is.
In Lede is men zeker dat er reeds in
1860 - wellicht ook voordien - een
brandweerdienst bestond maar
toen zonder enige struktuur en met
weinig materiaal. Hiervoor baseer
de men zich op het voorbeeld van
Holland waar men meer praktisch
gericht was. Bij ons waren de ge
meenten op elkaar aangewezen bij
een eventuele brand.
De in- en oprichting van een
«brandweerkorps» te Lede gebeur
de onder impuls van burgemeester
Baron Delafaille, tevens senator en
voorzitter van de Kamer. Dank zij
deze leidende figuur werd in Lede
reeds een soort reglement opge
steld en kocht men zelfs een pomp
aan. In 1861 kende men toch reeds
een grondreglement met enkele re
gels in verband met het voorkomen
en blussen van brand te I.ede. De
middelen bleven evenwel beperkt
en het «korps» bestond slechts uit
een paar eenheden.
Voor een overzicht van de Leedse
brandweer kan men zich nauwelijks
steunen op archiefmateriaal maar
toch wist Jozef Gravez te vertellen
dat rond 1875 de brandweeraktivi-
teiten op een laag pitje brandden,
met als oorzaak de mindere interes
se van de toenmalige burgemeester
voor deze dienst- en hulpverlening.
Toch, bleven er een paar mensen
aktief want in collegeverslagen ci
teert men de in Lede wonende Er-
penaar Pieje De Zutter, schrijnwer
ker. Samen met zijn vijf zonen on
derhield hij de brandweerdienst te
Lede en dit gedurende verschillen
de jaren. Als laatste van de genera
tie was Gust De Zutter als brand
weerman aktief tot aan de eerste
wereldoorlog.
Volwaardig korps
Tussen de twee wereldoorlogen was
er wel sprake van een gemeentelijke
brandweer maar er waren hoogst
waarschijnlijk geen manschappen
en de dienst beperkte zich eens te
meer tot een materiaalvoorraad.
Het was dan vooral onder impuls
van toenmalig schepen Jef Cool dat
men opnieuw met een «volwaardig
korps» startte in 1938-'39. Toen leg
de men in feite de basis van wat het
thans geworden is. Er werd zelfs
voor de eerste keer een «officiële»
kommandant aangesteld in de per
soon van G. Wouters.
Vervolg op blz. 4
Lede. Kommandant Gravez nam officieel afscheid van het brandweerkorps
van Lede (a)