VOLKSWEEKBLAD VOOR BEIDE VLAANDEREN, BURGER DORUS DUUR OF GOEDKOOP. LANDBOUW ARBEID EEN ECHT HISTORIEKEN. DE OORZAAK. Eerste Jaar. Nummer 2. 2,50 per jaar - 18 Januari 1895. PETRUS VAN NUFFEL, AALST Hoe spijtig toch UITaBVER-DRUKKER Wat zou er best zijn alles duur of alles goed koop V lk geloof dat het een en het ander slecht is. Al les duur, dan zul het dagloon alhoewel groot, de middelen niet geven ora dure eetwaren te koopen. Alles goedkoop, wederom slecht, want dan zullen de eetwaren alhoewel goedkoop, in het bereik van den werkman niet kunnen komen omdat het dag loon noodzakelijk te klein zal zijn. Waar is dan de redding? Mij dunkt dat 'le samenleving best zou gaan indien de dingen van eerste noodzake lijkheid, zooals voedsel en kleederen beterkoop waren als andere dingen die aan het leven min noodzakelijk zijn. Een voorbeeld zal ons dat beter doen begrijpen. Het garen mag men niet aanzien als eerste noodzakelijkheid voor deu werkman. Het verbruik van garen bij deu werkman is immers zeer gering. Veronderstel nu dat ieder bolleken garen een centiemken duurder verkocht worde als nu, wat zal daar het gevolg van ziju De werkman zal door dien opslag niets te lijden hebben, want zijn verbruik is daarvoor te klein. Al die ceutiem- kens zouden op een jaar eene groote som uitmaken welke aan den patroon eene scboone winst en aan den werkman eene redelijke daghuur zou verschaf fen. Past nu bet zelfde toe aan de andere voort brengselen. Hoe'min zij noodzakelijk zijn aah het bestaan vau den mensclt hoe duurder zij mogen zijn. De voorwerpen van luxe zouden zeer hoog nioeteu staan. Dan zouden de minderen met hunne daghuren gemakkelijker kunnen koopen hetgeen volstrekt noodig is tot het leven. Spikblinus. Alois. Dag Prosper, hoe is 't nog? Prosper. Öp zijn oükeus aan jongen maar om alles rechtuit te zeggen 't zou beter geweest zijn hadden al onze mannen in de verleden kiezing ge zegepraald 1 Aloïs. Natuurlijk manmaar alia, die tijd is lang voorbij en daarenboven Paster Donche zit toch in de Kamers. Prosper. Ja ja maar er zijn er die er uit zijn ook. Aloïs. A propos, Prosper, nen Zaligen zelle man! ©escljtebfntö utt jftrizer Aarrl'* ttjö PETRUS "V-A.3ST PTUFFEL 42 Zij traden de prachtige verhoorzaal van Keizer Karei V in. Deze, in kostelijk gewaad gehuld, zat op deu troon, onder een gehemelte van rood da mast. Karei V wees de binnenkomenden een zetel ter ruste aan. Pieter en Jacob bogen ootmoedig den knie en schaarden zich aan de linkerzijde van den troon. Karei V sprak alsdan op langzamen toon Gij zijt Breugelmans, zoo ik mij niet bedrieg gij zijt aan het Hof, benevens mijn schilder Pieter Coucke werkzaam Inderdaad, Hooggestrenge Heer en Meester, antwoordde Pieterik ben in uwen dienst aan vaard om de versieringswerken der nieuwe ont vangstzaal te helpen bespoedigen. Ik ben u genegen, meester. Ik weet het, Majesteit. Vandaar dat ik ver metel genoeg was een verhoor te verzoeken, niet Prosper. Van de gelijken, Alois, van de ge- lijkeu. Aloïs. Eu niet alleen weusch ik u een zalig nieuwjaar maar daarbij nog een vrouwken eer 't jaar om is. Prosper. Spreekt mij van geen vrouwken meer Aloïs. Iloe? zit spel dan scheef? Prosper. Maar Aloïs k'eiit ge d'l Ltoric van Pollare niet...;, vau de arke Aloïs. Van d'arke, baneen man, nog geen woord. Prosper. Ewcl indien gij die kende gij en zoudt mij voorzeker van geen trouwen meer spre ken. Aloïs. Hoe dat Prosper. Luistert.Er ziju er daar een ko|>- pelken in 't huwelijksbootje gestapt, het hartje poppelend van vreugd eu de glimlach op de lip pen. Aloïs. Natuurlijk, gelijk het altij<|gebeurt. Prosper. Ja maar nauwelijks kwamen zij vaa speelreis terv.g aaar Pollare. waar do vlaggen waren uitgestoken, het kanon losbrandde, ecu ark voor 't huis van 't jonge paar was opgetimmerd. Aloïs. Goed jongen, tot eene ark toe! Prosper. Ongelukkiglijk maar laat mij voort gaan, nauwelijks dan zeg ik waren zij daar geko men of de kat ging op.de koQnde,-do.ark£ iauaers was er gezet door onze partijgenoteu. Aloïs. Ewel? Prosper. En omdat die ark er gezet was dcor de Donchisten en wou <le jonge bruid die eeu wocs- tekeu was er niét door. Aloïs. En de man dan? Pbosphr. Dat was ne vent meê haar op zijn tanden ne rechten Donchist alla. Aloïs. Ja maar is hij er doorgegaan? Prosper. De man wou er door kost wat kost maar aau de bruid was er niets te doen Z' en wou zij niet of z'en wou zij niet. Aloïs En hoe is 't spel dan afgeloopen? Prosper. Dat heeft daar een spel geweest van den anderen wereld. De man gebruikte alle middelen om er zijn geliefde door te krijgen, zoete woordekens suikerbeloften en veut-tu en voila, maar al boter aan de galg. Aloïs Evaken bleef staan? Prosper. Evaken bleef staan. Alois En dan Prosper. De bruidegom die meer hield aau ziju vrouwkeu dan aan de partij schoof van kant, achtte zich gelukkig voor de eerste maal het hoofd in den schoot te leggen en trok langsheen de ark het huis binnen. Aloïs. Ja maar beginnen ze de christene voor mij, maar ten opzichte van dezen jongeling hier, Jacob Coucke is-zijn naam ik heb hem op verzoek van uwen toezichter ter gemeente Teral- pheue afgehaald om hem hier als pagie van u en uw gevolg dienstvaardig te zijn. Spreek vrijelijk, meester, hernam dc Keizer; of ontbreekt die knaap allicht iets Indien ik voor hem iets doen kan, welnu ik zal het niet laten. Op deze woorden begon de schilder de levensge schiedenis van Jacob Coucke omstandig te verha len wat zijn vader voor soort van wangedrocht was, er al de omstandigheden bijvoegende welke de toekomst van den jongeling konnen dwarsboo- men en hem het leven hatelijk maken. Dan heerschte er een oogenblik stilte in de ver hoorzaal. De Keizer sprak Ik houd Jacob Coucke in mijnen dienst. Ik ga u echter rechtuit zeggen wat mij op het hart ligtbij den eersten blik welke ik op uwen ver trouweling sloeg, was ik getroffen door zijn bleek gelaat en zijn zwak gestel, ingenomen door de zachtheid zijner inborst van dan af zag ik dat hij inwendig leed, dat zijn harte blaakt van kinderlij ke vaderliefde... Zoodus, ik wil dien knaap onder mijne bescherming nemeu, en nal geene pogingen onverlet laten om de schuilplaats zijns Vjiders te volkspartij alzoo te bevechten, Prosper. Och enne ja! en zeggen dat uriju toekomende mij 't zelfde zou kunuou bakken waul zij is ook verre vau Donchist Ie zijn. Aloïs. Alla liebt dan nog wat patientje nuui Vooraleer te trouwen. Ge zult toch op iets uit ko men dat u gelijkt: is liet. wat min tot daartoe. Prosper. Ja maar een appelkeu gelijk als «lat welk ik in 't oog heb eu pronkt op alle hoornen niet. Aloïs. Stoe! zoudet gij misschien ook nog Woeslist worden om Prospee. Wie weet al! Ons partij heeft mij toch zooveel al doeu verliezen eu rechtuit gezeid.... maar neen 'k zal 't zwijgeu. Aloïs Als 't alzoo begint te gaan dan is ons christene volkspartij voorzeker om zeop! Prosper. Als ik maar mijn vrouwkeu en heb! Molanus. Hoe spijtig is het toch dat er zooveel geld ver kwist wordt aan dien ongelukkigen drank Indien de werkman het misbruik van den drank niet wil verlaten dan is het onmogelijk van zijn lot te verbeteren. Gij moogt in eene mand zooveel wa ter gieten als gij wilt, bet zal er toch al doorloopen. Zoo is het ook met die huisgezinnen waar gedron ken wordt. Hoe meer gewin, boe meer verteer; zoo kan men nooijt iets bezitten. Wilt gij eens weten, geliefde Lezer, hoe wij ons geld uitgeven Ziehier. 1° De som in sterke dranken verteerd is drij vierden grooter dan hetgeen meu aan brood uit geeft. 2° Wij verteeren drijmaal en twee derden zoo veel voor dronkmakende dranken dan voor boter en kaas. 3° Wij vcrteèren meer dan viermaal zooveel voor sterke'dranken dan voor melk. 4° Wij geven bijlia vijf maal zooveel voor sterke dranken dan voor suiker eu zes maal zooveel dan voor koffij. 5° Wij verteeren meer in dranken dan voor het huren van alle pachthoeven en huizen van 't ge heel land. G° Wij verteeren bijna twee maal méér in dran ken dan voor onze totale onkosten vau while, ka toen eu lijnwaad. Dat is de weg alwaar hét geld weggaat en het ontdekken. Schep moed, Jacob, uw lijden zal wel dra ten einde zijn zorg dat gij uwen plicht als hofknaap stipt volbrengt, 't is al wat ik van u ver zoek.Vaarwel. Bij deze woorden verliet Keizer Karei het gehe melte en verdween in eene naburige zijkamer. Toen de twee vrienden buiten eu op het wapen- plein gekomen waren,kon de schilder zich nici be dwingen van de edelmoedigheid en de gerechtig- tigheid te roemen van den machtigsten der We reldvorsten en zich tot den nieuwen pagie wenden de, zegde hij vriendelijk Ge ziet, beste vriend, wat er u dan in Iiefc ver volg te doen staat, om in 's Keizers gunst te blij ven bij draagt u achting toe, bij heeft u lief welke eer, welke troost don machtigsten vorst der-, aarde tot beschermer te bebbcn Jacob kon dit laatste niet ontkennen, en ant woordde Gij, Pieter, die zoo hartelijk voor mij ten bes te gesproken hebt, gij verdient meer dan iemand van mij geeërd en bemind te worden als een twee de vader, daarom zij u dank, duizendmaal dank Ik deed wat de plicht mij gebood niets meer, hervatte Breugelmansmaar vau wat anders gesproken ik had u vergeten te zeggen dat Zijne is niet gemakkelijk oenen slech teren uit tc vinden. Hoe spijtig toch, niet waar, beste Lezer? Welke uiug de oorzaak ziju van «Ion elleudigen toestand der werklieden waarvau wij hier vrijdag laatst spraken, de woorden aanhalende van Z. II. den Paus Leo XIII? De groote Paus geeft o#ua de oplossing vau 4it vraagstuk in weiuige maai kracht ige woorden welke wij hier overschrijven. In de vorige eeuwen vonden zij (de werklieden) u kracht en steun iu de gilden der ambachten; doch de Revolutie dor verledeue eeuw heeft die ver- u nietigd zonder ze door iets anders te vervangen u alle godsdienstig gevoel en grondbeginsel is uit de openbare wetten en instellingen verdwenen, en zoo gebourde 'tallengskeus dat de.worklie- u deu, alleen staande en van alle bescherming be- roofd, mettertijd onder dc willekeurige macht vieleu van meesters menigmaal zonder hert, eu de prooi wierden van de .hebzucht eener onbo4 beugelde concurrentie. Daarenboven is eene schraapzuchtige woekorij de kwaal nog komen vergrooten. Wel is waar werd die herhaalde kée- ren voor de kerk veroordeeld; doch dan kwam lij wederom onder eeuou ander" vorm te voor- schijn, eu die woekerij is blijven gepleegd ^wor- den door liedén die maar uit ziju op winst en begeerig bovenmate. Voegt daarbij, dat nijver- beid en koophandel uitsluiteud de eigendom ge- worden zijn van eeuige rijken en machtigen, die alzoo een .bijna slafelijk juk aan 't oneindig getal arbeiders opleggen. Die woorden zijn nog al bard, maar wio onder de ware katholieken "en";aangekleefde kinderen van den li. Vader zou die durven beknibbelen of' ver zwakken? In ons volgende nummers zullen wij die oorzaken een voor een behandelen en er de juist heid van doen zien. LANDBOUW. St-AMBROsius Gilde1" Posthoorn Bieenteelt. Aalst. Mijnheer, Dc eerste algemeene Vergadering onzer Gilde zal plaats hebben op Zaterdag, 2 Februari, (Licht mis), teh 2 uren namiddag, iu het gewoon lokaal u Den Ppsthoorn. Dagorde 1° Inzameling der gelden voor 1895. 2" Prijsloting voorzien in art. 11 standregelem 3" Gedeeltelijke,veruieiiwiugvanden Raad. N. B. Pe bijdrage vaiï 2 franken geeft rechtop Majesteit vpor gewoonte heeft op het tegenwoordig uur een rijtöertje met zijn gevolg, door de straten van 't oudé Gent te doen. Alsdan vergezellen hem ook, benevens ridders en .schildknapen, eeuige. trouwe lijfjonkers, wkarvan er voorzien zijn van toortsen, die bij de terugkomst aanstoken.worden. Welnu, Jacob, straks gaat gij uw pagiekleed aau- spelen en zult ons te paard vergezellen ik zal deu draver van Pollekeu Vinck ter uwer beschikking houden en steeds aan uwe zijde blijven oni u des noods bij té staMi. Middelerwijl begon dc avond van lieverlede zijn recht te doen gelden en wanneer het acht uren op 'stads belfort geslegen was, stonden een aantal flink opgezette ruiters op hunne slanke paarden do bedienden maakten de Taatste toebereidselen en eindelijk verscheen de Keizer met twee zijner vrieudeu, die insgelijks de zadel bestegen. Pieter Breugelmans en Jacob Coucke sloten met andere dienaars den stoet. Zoo was men de stad mge trokken en reeds had men verscheidene straten doorkruist, wanneer, op eeuen hoek der straat gekomen, het paard dat Kei zer Karei bereed vreeselijk begon te steigeren. ('t Vervolgt).

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1895 | | pagina 1