m. m, sm Eerbied voor den Boer. OORLOG. 1 HI Xs& Siic - j ZATERDAG 10 SEPTEMBER 1898 it MP Bureel: Kapellestraat13, Aalst. Abonnementsprijs per Jaar 2,50, franco (ImiN. - 5 Centiemen liet nummer. - We Volksstem Bieeri overal verkoopers en wordt tt'anseli Vlaanderen door gelezen. Kriefw isselaars in IleVit «ij hulzen te verlmren Vraagt èXbj meiden orkneelifen zoekt gij ccnc i*e- ilrckkins? wil( gij uwen handel aanhc- veien Plaats dan uwe aankondigingen in dit blad Sect words alom verkocht Gewichtige Gebeurtenis. De Boerenkrijg te Haasdonk, De Zaak Drevi'us. Koningin Wilhelmina. Nieuws over den /X .J j||S saggstesiiSJ! Welke spotter zou op heden den naam van BOER met verachting nog durven uitspreken Het Katholiek Staatsbestuur, hem het stem recht schenkende, erkende in hem een wezen, dat genoeg verstand en oordeel bevatte om ne vens de mannen der hooge wereld en der groote burgerij ook handelend of te treden, om zelf zij ne belangen voor te staan Een man Van Brussel, van Stekene uit de rangen der boeren opgestaan, zal daar, in s lands Kamer nu zetelen, als bewijs dat onder het ruwe pak der boeren een hert klopt, waarin schranderheid en moed huizen om desnoods als de verdedigers hunner rechten op te treden. Welk Staatsbestuur zou de stem van den boer nog durven versmaden Welke wetgever, in ons land, zou er kunnen onverschillig blijven aan het lot van twee millioen menschen, die zich toeleggen om den landelijken rijkdom te bebou wen en er voor alle standen brood en leven uit te trekken - Ten andere, de boer, is hij niet de onmisbaar ste stand der Samenleving Zonder de boer kan rijk noch arm, burger nóch stedeling in zijn le vensonderhoud voorzien. 't Is de boer, die zaait en maait, 't is de boer die voor de duizenden artikelen die magazijnen en winkels onzer steden opvullen, de eerste grondstof levert't is de boer die den werkman der steden, den zwoeger, geroepen om tusschen de muren der fabriek zijn leven te slijten, datge ne aanbiedt wat de buiten ook voor hem verfris- schend, voedend en versterkend voortbrengt. Eerbied voor den boer, want 'tis hij, die op aarde het minst kan gemist worden De oude Belgen, zij dachten zich in een ander land overgebracht, toen niet meer alleen de voortbrengselen der jacht en vischvangst hen tot spijs en kleeding dienden, maar de teelt van graan, vlas en hennep door eenigen van hen on dernomen langs Maas- en Scheldeboorden, al wat smakelijk en deugdelijk was, daartoe aan bood en naarmate de landbouw verbeterde en zich uitbreidde, werd het leven hier zoeter en dragelijker. En wat is er ten huidigendage bij machte Bel gië gerust te stellen Niets anders dan de welvaart van den land bouw. Gaat bij den boer alles goed, 't is te zeggen is de oogst welgelukt, kan de inhoud der schuur in ruime mate voorzien voor de behoeften van menschen en dieren, kan de landman geld ma ken en koopen en verkoopen, gaat hij niet ge bukt onder al te zware lasten Rekent er op, el keen zal tevreden en gelukkig zijn handel en nijverheid zullen als door hem bloeien en de al- gemeene welvaart zal onder het volk heerschen. Wie wij ook zijn mogen, werken wij dus voor den boer, voor den landbouw! Onze Belgische boeren zijn thans de wereld door gekend en ge roemd. De voortbrengselen, door hunne noeste vlijt en bewonderensweerdige werkzaamheid voortgebracht, getuigen ter hunner eere op bin nen- en buitenlandsche markten. Hunne pro- dukten pronken nevens die der fabrieknij ver heid op alle wereldtentoonstellingen. De verbe terde werktuigen, waarvan de vooruitstrevende landman zich bedient om zijne velden te beploe gen en te bezaaien, het graan te dorschen, het vlas te bewerken, de zuivelbereiding te verrich ten, enz., om tal van andere bezigheden te doen met meer gemak en min kost zij getuigen dat e oer ook vatbaar is om mede te werken tot en vooruitgang, die het kenteeken is der negen- ien e eeuw en nog meer dat zal wezen der twin tigste eeuw, de eeuw van 't Volk de eeuw der boeren Dat zal zij worden door de broederbanden, die en we ia overal in gilden en vereenigingen zullen samensnoeren en hen 't recht zullen laten geworden nevens den werkman der fabrieknij- verheid, ten slotte door de erkenning hunner waarde als werkende, vredeminnende en chris- tene leden der Samenleving. Daarom is onze leus voor al wie 't hooren wil Eerbied voor dezen die aan 't hoofd van ons blad prijkt 1 Eerbied voor den boer 1 De keizer van Rusland, tsar Nikolaas II, heeft door zijnen minister, graaf Mouraview, eene ukase doen overhandigen aan de vertegen woordigers van alle mogendheden, ten einde de ze uit te noodigen tot eene internationale confe- rencie, die voor doel zou hebben de algemeene ontwapening over de geheele wereld te betrach ten. De tsar noemt den gewapenden vrede, dien we nu hebben, een drukkende last voor de volke ren en wenscht dezen last in naam der mensche- lijkheid weg te nemen. De dagbladen van alle Europeesche Staten juichen den Czaar toe en wenschen dat zijn voor stel tot goeden uitslag moge leiden. Geen enkel blad nochtans loochent de moeilijkheden die aan eene algemeene ontwapening verbonden zijn maar wat moeilijk heet, is daarom toch niet on mogelijk. Naar 't schijnt, is de keizer van Duitschland, in grondbegin, het gansch eens met zijnen Rus- sischen collega. Dat 's veel weerd. Er wordt ook gemeld dat Z. H. de Paus een schrijven tot den Czaar heeft gericht, om hem over zijn initiatief geluk te wenschen. Te Haasdonk, in ons Vlaandren, Daar streden onverveerd De Boeren voor de vrijheid Van Outer en van Heerd Daar stroomde 't bloed van menig held, Daar viel, door 'tFransche lood geveld, Tassyns, de martelaar 1 Geboeid gelijk een booswicht Door boeven vuig en snood, Zoo stronkelde de brave Naar 't eenzaam bosch, ter dood En lijk de Joden, onder 't Kruis, Zoo tergde daar 't gehuurd gespuis Den kloeken martelaar 1 Met bloed bedekt en wonden, Zoo stond hij zonder schroom, Het hoofd fier opgeheven, De ziele vrij en vroom Zijn mond en spuwde haat noch nijd Hij leed gelijk een heiige lijdt En bad als martelaar 1 Hij bad voor vrouw en kindren, In eindloos wee versmoord, Aan wie geen maar mocht melden Dat vader werd vermoord 1 Hij bad en zoo het Jezus deed Vergaf hij 't schandig kwaad en leed, Gelijk een martelaar 1 Vóór hem stond 't helsche monster De Kever, die zijn Land, Zijn Volk en God verzaakte En heerschte als dwingeland Toen trilde en juichte zijne ziel üm 't lam, dat in zijn klauwen viel Om d'eedlen martelaar 1 In 't donker bosch verscholen, Daar hield de priester wacht De vriend die hem tot vaarwel, Zijn laatsten zegen bracht 1 En boven in der Heemlenwoon, Daar schikten de engelen palm en kroon Voor Vlaanderens martelaar 1 Gebiedend klonk een teeken Uit Kevers vuigen mond Er knalden twintig schoten, Een lijk ploft op den grond.... En gulpend kleurde 't bloed het zand En de echo schreeuwde te allen kant: Daar sterft een martelaar 1 Gedenkt, gij die voorbijgaat En diep dit kruise groet, Gedenkt, o Volk van Vlaandren Hier vloeide onschuldig bloed Hier viel Tassyns voor God en Kerk Hier draagt de grond het heilig merk Van eenen martelaar 1 Deze zaak, waarvan iedereen heeft hooren ge wagen en die gansch Frankrijk in rep en roer zette, is weer op 't tapijt gebracht. Ziehier in het kort wat er gebeurde Over twee jaren werd een Fransche kapitein beschuldigd de plannen der Fransche versterkin gen in handen van Duitschland overgeleverd te hebben. Hij werd vóór eenen krijgsraad ge daagd en veroordeeld tot eeuwigdurenden dwang arbeid. Nochtans, tijdens de debatten werd het stuk, dat Dreyfus veroordeelde, niet getoond. Waar om niet Volgens het schijnt, was dit stuk uit het ge zantschap van Duitschland ontstolen. Moest dus het Fransch Gouvernement dit stuk aan het licht brengen, daaruit had zonder twijfel eenen nieuwen oorlog tusschen Frankrijk en Duitsch land gesproten. De familie en de verdedigers van Dreyfus ei- schen krachtdadig dit stuk te zien. Vandaar al dit gewoel. Om het volk nopens deze veroordeeling gerust te stellen, verklaarde het gouvernement in het bezit te zijn van andere stukken, die Dreyfus plichtigheid insgelijks bewezen. Deze stukken werden in het licht gebracht. Kolonel Piquart,een der verdedigers van Drei- fus, verklaarde dat deze laatste papieren niet echt waren en schreef dit naar M. Brisson, over ste van het Fransch kabinet. Dijnsdag werd luitenant-kolonel Henry, eenen der beschuldigers van kapitein Dreyfus, bij den minister van oorlog geroepen, en, in strikvragen gebracht, was hij ten laatste gedwongen te be kennen dat hij die stukken vervalscht had Hij werd onmiddellijk aangehouden en in het gevang opgesloten. Woensdag morgen vond men hem in zijne cel doodliggen hij had zich met zijn scheermes de keel afgesneden. De vraag is nu Zal daarmeê het proces Drey fus herzien en voor eene andere rechtbank ge bracht worden? In dit geval riskeert heel Frank rijk het onderste-boven te geraken immers dan moet Dreyfus van het Duivelseiland gehaald en naar Frankrijk gebracht worden de eenen ver klaren zich gunstig aan de herziening, anderen willen er niet van hooren, waaronder den minis ter van oorlog, die Zondag, zonder veel compli menten, zijn ontslag inzond. Gelukkig Frankrijk werd door de gansche natie gevolgd In de ker ken van alle gezindheden, zoo in 't moederland als in de koloniën, werden godsdienstoefeningen gehouden, waarbij de plaatselijke overheden te genwoordig waren. Den 5 September, om kwaart na 2 uren, kwa men de koninginnen te Amsterdam aan de sta tie toe. Vandaar begaven zij zich naar het pa leis, voorafgegaan en gevolgd door eenen stoet van hoogweerdigheidbekleeders des koninkrijks en de Indische prinsen, ('t Is waarlijk koddig om den naam van die vreemde vorsten uit te spre ken. Ziehier de naam van den Sultan Z. Hoog heid Jang di Perioewan besar Sjarif Hasjin Ab- doel Djalil Saifoeddin, Sultan van Siak Sri Inda- poera zijne twee zoons, die bij hem waren,hee- ten Pangeran Mangkoe Negoro en Pangeran Sosro zijn broeder heet Pangeran Ario Mata- ram). Langs den weg werd de ordedienst waargeno men door 12000 mannen, allen leden van werk liedenmaatschappijen. De kroningsplechtigheid had plaats den 6 11., om 11 uren 's morgens, in de Protestantschc Nieuwe Kerk, op den Dam. Bij het binnenkomen der koningin zong een koor het Wilhelmuslied. De koningin, op den troon plaats genomen hebbende, sprak daarna eene korte redevoering uit en zwoer den eed, door de Grondwet voorge schreven. Onmiddellijk daarop werd zij tot koningin uit geroepen. H. M. Wilhelmina ontving vervolgens den eed der leden van de Staten-Generaal. De wapenkoningen riepen met luider stem Hare Majesteit Koningin Wilhelmina is ingehuldigd 1» en driemaal achtereen Leve de koningin 1 Zoowel bij den intocht als tijdens de inhuldi ging, speelde de beiaard op alle torens en wer den 101 salvoschoten gelost. De koningin deed den 9 September daaropvol gende haren plechtigen intocht in de Residentie 's Gravenhage. 't Was woensdag 31 Augusti, dat koningin Wilhelmina haren achttienden verjaardag vier de. Volgens de grondwet der Nederlanden is zij nu meerderjarig en zij heeft dan ook van dien dag af de regeering aanvaard. Hare eerste daad, als koningin, was het verleenen van eene hooge ridderorde aan hare moeder, de koningin-wedu we Emma, wie het nederlandsche volk groote dankbaarheid verschuldigd is voor de uitmun tende opvoeding, welke zij aan hare dochter gaf. Het vorstelijk voorbeeld, om dien gedenk- weerdigen verjaardag vooral kerkelijk te vieren Schrikkelijke ellende. De bekende schrijver van de Siberische Schetsen, George Kennan, schildert in den New-Yorkschen Outlook de verschrikkelijke too- neelen, die zich voordeden 11a den slag van San tiago. Het zoogenaamde amerikaansch hospitaal, zegt hij, bevindt zich op vijf kilometers afstand ten oosten van de stad, in een klein dal. Het la- zaretpersooneel beschikte over veel te weinig krachten. In plaats van 50 doktoren, die men noodig had, waren er op den eersten dag maar vijf, op den tweeden 10. Dezen hadden aanvankelijk niet meer dan 20 verplegers ter hunner beschikking, zoodat zij geen oogenblik rust konden nemen en zonder ophouden 21 uren dienst achtereen te doen hadden. Op den tweeden dag alleen moesten 300 ope- ratiën worden verricht. Ondanks den iever, waarmede de geneesheeren allen trachtten te helpen, moesten meer dan 100 ernstige gewon den blijven liggen op den grond, uren lang zon der voedsel of welkdanige hulp, overdag bloot gesteld aan de brandende zonnestralen en des nachts bevangen door den kouden natten nevel. Verbandstoffen, chirurgijnsche instrumen ten en dergelijke waren slechts in onvoldoend getal aanwezig. Tenten had men enkel voor ten hoogste 100 man, terwijl er bijna geene hang matten waren en evenmin matrassen, kussens of dekens. Een paar wollen dekens en ongeveer twaalt hemden, ziedaar den heelen voorraad. De voe dingsmiddelen, waarover het hospitaal kon be schikken, beperkter, zich tct eenige bussen i V^-ïtÖïL> it ,V> -i \f!i -.1; v Miv i ,/wr-v* tl J

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1898 | | pagina 1