mrukhfr-llttgeuer
3an Dan Ituffcl, Hapellefitraat, 13, te 2labt.
DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN ZATERDAG.
Hoe het ging in ons
land over 100 jaar.
NIEUWE ENCYKLIEK.
Vrij metsel aars testament.
GELIJKENIS.
Transvaal.
Abonnementsprijs voor gansch België, franco te huis, 2.50. Voor de vreemde landen,
6,00. 5 centiemen het nummer. Pakken en brieven hoeven vrachtvrij toegezonden
te worden.Alle briefwisselingen moeten den dijnsdag avond op onze bureelen toege
komen zijn, het blad den woensdag avond ter pers gaande. Ongeteekende brieven wor
den in de scheurmand geworpen. Alle postbureelen ontvangen inschrijvingen, op alle
tijdstippen van het jaar. De onkosten der kwijtingbrieijes zijn ten laste van den be
stemmeling. Men gelieve, bij verandering van woonst, het juist terechtwijs te zenden.
7° JAARGANG. NUMMER 3l2r
Aalst, den 9 Februari van het jaarO. H. 1901.
Vonnissen: 1 frank den kleinen regel. Aankondigingen tusschen de nieuwstij-
dingen 20 centiemen per regel. Aankondigingen op de 3e bladz. 10 centiemen den
rei?el Annoncen op de 4« bladzijde worden berekend volgens plaatsruimte. Voor
de advertentiën buiten de provincie Oost-Vlaanderen, zich uitsluitend te wenden tot
het Office de Publicité, Rue de ia Madeleine, Brussel. De geabonneerden hebben het
recht' een maal per jaar eene annonce van 5 regels te plaatsen, die viermaal achtereen
volgens zal verschijnen. Ruchtbaarmakingen in te zenden voor s Maandaags.
Over een goed honderdtal jaren waren de
Fransche omwentelaars, de Republikeinen mees
ter van België. Up alle plaatsen van het land
weerklonk de kreet Vrijheid Gelijkheid
Broederlijkheid I De vrijheidsboom, tot teeken
dat het tijdperk van vrijheid en broederlijkheid
aangebroken was, werd op iedere gemeente ge
plant. Ja, 't was met de vrijheid en de broeder
lijkheid 1 Gansche drommen woelmakers en om
wentelaars, echt gespuis, verlieten Frankrijk en
zakten naar België af om er te rooven, te plun
deren en te moorden. Zoo armtierig en gemeen
zagen er die mannen uit, dat ons volk ze weldra
overal met den spotnaam Sans-culotten (d. i.
zonder broeken) bestempelde. Die roofgierige
wolven plunderden vooreerst onze kerken, bid
plaatsen en kloosters alles wat er zich in be
vond werd gestolen, onteerd en met gansche wa
gens naar Frankrijk gevoerd. Tot de klokken
toe werden uit de torens gehaald om er kanon
nen en kanonballen van te gieten. Ook de huizen
en winkels werden leeggeplunderd zelfs de boe
rinnen die van de markt kwamen, wierden van
hun geld en hunne juweelen berooid.
En boven die schandelijke roovingen sloegen
de Fransche bestuurders ons land met ontelbare
belastingen edelen moesten tot 80,000 fr. en
gewone burgers tot 3o a 40,000 fr. betalen. En
had men geen geld genoeg om de belasting te be
talen, zoo moest men maar zijne meubels, zijn
land en zijn vee verkoopen.
Wie niet betaalde werd in het gevang gewor
pen of op allerlei manieren gekweld en geplaagd.
Na eenigen tijd werden alle kerken en klooster
goederen aangeslagen, en voor eenen spotprijs
verkocht ten voordeele der Fransche Republiek.
Nu ook moesten de Belgen voorzien in den on
derhoud van het Fransche leger. Peerden, hoorn
vee, wagens, graan, hooi, strooi, lijnwaad, ma
trassen, wijn, bier, alles moest ten dienste der
Republiek ingeleverd worden. Edoch, dezen
keer werd het geleverde betaald. In klinkende
munt Neen! in assignaten. Dit waren een soort
van bankbriefjes die de Republiek in overvloed
liet maken en die zij telden voor 10, 20, 100,
1000 fr., doch die weldra de waarde meer hadden
van eenige stuivers, ja, ten laatste maar goed
om de pijp mee aan te steken. Die de assignaten
weigerde, werd gestraft met boet en gevang. Een
herbergier van Brussel werd door den kop ge
schoten omdat hij zegde Papieren geld is
geen geld
Niet alleen waren de Sansculotten afpersers
en dieven, maar ook godsdiensthaters en pries
ter-vervolgers. Men schafte de kloosters af en
verjoeg de kloosterlingen men rukte de kruisen
der kerktorens, verbrijzelde de heiligenbeelden
zelfs de uithangborden die den naam van heiligen
droegen, moesten weg. Van de priesters eischte
men eenen eed dien zij in geweten niet mochten
doen. Alle onbeëedigde priesters wierden ver
volgd en opgejaagd als wilde dieren. De kerken
en kapellen richte men in tot stallen en magazij
nen. Vele geestelijken zaten verstoken, of ande
ren werkten en zwoegden als eenvoudige dagloo-
ners andere nog trokken door dorpen en ste
den, verkleed als ketellappers, leurders ol koop
lieden. Zoo bleven zij bij hunne parochianen,
zoo kwamen zij in vele huizen en bedienden daar
in 't geheim de HH. Sacramenten 's nachts, in
een afgelegen huis, op eenen zolder, in eene
schuur, lazen zij veel in 't geheim de H. Mis.
Intusschen richtten de Republikeinen feesten
in, waar zij wierook branden voor een slecht
vrouwspersoon, dat zij Godinc der Rede
noemden.
Verders werd alle onderwijs verwereldlijkt
de gewone tijdrekening met weken van 7 dagen
afgeschaft en de ioe dag of Republikeinsche Zon
dag moest op straf van boet en gevang gevierd
"worden aan iedere woning moest een Fransch
vlagskens uithangen. De namen der heiligen
wierden uit den almanak gekrabt op vrijdagen
en andere vastendagen was het verboden visch
te verkoopen alle maatschappijen werden ont
bonden en verdietigd en alle boeken en schriften
werden in 't fransch opgemaakt. Niets bleef er
de Belgen over, noch geld noch goed, noch pries
ters, noch godsdienst, noch taal noch vaderlijke
gewoonten.
Eindelijk kwam de wet der Conscriptie de
kroon op al die gruwelen zetten alle jongelin
gen van 20 tot 25 jaar moesten onder de wapens.
De zoon sleepte men weg van zijne ouders, den
echtgenoot van zijne vrouw, om als slachtvee
naar het slachveld te trekken. Maar lang genoeg
heeft de dwingelandij geduurd, de maat was vol
het verroeste geweer wierd van den muur geno
men, nagezien en met nagels of kogels geladen,
de blinkende zeis wierd op den eiken stok ge
bonden, gaffels en vorken gescherpt, en bijlen
geslepen.
De opstand brak los en men trok te velde te
gen den verdrukker.
Zaterdag is vanwege Z. H. den Paus eene nieu
we Encykliek over de christen demokratie aan
de kardinalen uitgedeeld.
De Paus herinnert zijne twee vorige Encyklie-
ken, waarin hij de katholieken aanzette de werk
lieden ter hulp te komen en somt op wat in dien
zin is gedaan geworden. Zulke werking chris
ten socialism noemen, is nauwkeurig. Er is
groot verschil tusschen het socialism en de chris
ten demokratie. Het eerste houdt zich maar be
zig met het stoffelijke en streeft de volstrekte
stoffelijke gelijkheid en de gemeenschap der goe
deren na. De tweede integendeel, betracht, naast
het stoffelijk welzijn, ook het geestelijk welzijn
der volkeren.
De christene demokratie moet ook geene poli
tieke demokratie zijn zij moet onder alle staat
kundige vormen kunnen leven en het wettig ge
zag eerbiedigen.
Met dat begrip voor oogen, moeten de katho
lieken zich wijden aan de maatschappelijke
vraagstukken en aan de verbetering van den toe
stand der werklieden.
Het is niet waar, dat de liefdadigheid eene be-
leediging is voor den arme zij dient om de
verschillige standen samen te snoeren.
Hoe zulke werking der katholieken genoemd
worde, is onverschillig. Het hoofdzakelijke is,
dat zij in dien zin samenwerken. Er moeten
daar dus, noch in bladen, noch in de samen
komsten, geen nuttelooze en verbitterende be
twistingen over plaats hebben,
Die beginsels moeten aan het volk voorgehou
den worden, om het te vrijwaren tegen alle ver
leiding en terugwerkingeerbied voor de over
heid, matigheid en godsdienst moeten de ge
dragslijn der volkeren kenmerken, die alleen
daardoor tot den maatschappelij ken vrede kun
nen komen.
De Bien Public van vrijdag roept terecht de
aandacht op eene bijzonderheid, die zich heeft
voorgedaan in eene der laatste zittingen van de
Fransche Kamer, bij 't bespreken der wet tegen
de kloosters.
De internationale ygenciën voor nieuwstijdin
gen zijn ongelukkiglijk allen verknecht aan de
joderij en hebben uit dien hoofde de belangrijke
bijzonderheid in kwestie gansch verzwegen; doch
het Journal des Débats, dat om zoo te zeggen ge
lijk staat met onze parlementaire Annalen, heeft
ze in gansch hare omstandigheid aangeteekend,
zoodat wij er de aandacht onzer lezers kunnen
op roepen.
Ziehier de feiten
De vrijmetselaar Brisson kwam een geweldi
gen uitval te doen tegen de kloosters, in den aard
als die, welke de Nieuwe Slaapmuts, Vooruitvuile
Marjanne en Paters en Nonnen ten minste eens in
de week ne keer aflappen. 't Was 't gewone lied
je van erfenisroof, testamentfabricatie en derge
lijke, en Brisson haalde de bewijzen zijner be
schuldigingen uit.., een feuilleton van La Mode
illustrée
De huilebalken der linkerzijde, vroegen daar
op de sluiting, maar zij werd gelukkiglijk ver
worpen.
M. Lerolle, van de rechterzijde, nam het
woord en antwoordde aan den vrijmetselaar, met
weinig woorden, maar met een document, dat
van heel wat meerdere beteekenis is dan de
feuilleton van Brisson.
Dit document is de vorm van een testament,
door de meesters der vrijmetselarij voorgesteld
aan de leden der logiën. Het begint aldus
Dit is mijn testament. Ik wil dat mijne be-
graving geheel en gansch burgerlijk zij met
de uitvoering van mijn wil, gelast ik MM...
En ziehier, voegde M. Lerolle erbij, welke
ëota's onder aan dien vorm geplaatst zijn
i° Hier aanduiden de namen, voornamen,
beroepen, huisvestingen, der drie testament-
uitvoerders.
Hier kan men deze bepaling bijvoegen
Ik onterf deze of dezen mijner erfgenamen,
die aan mijne begraving een godsdienstig ka-
rak ter zouden doen of laten geven.
Men kan ook eene erfgift aan de Loge doen,
waarvan de testamentuitvoerders deelmaken,
met de volgende bepaling
Ik geef en bezet aan ieder der overlevende
testamentuitvoerders, of enkelijk aan een hun-
ner, de som vanfr.
In dit geval moet men wel zorg dragen,
voegt de nota er bij, hen niet aan te duiden
x> met hunne hoedanigheid van eerbiedwaardi-
gen, sekretarissen of leden der Logiën... want
dan zou het bezet kunnen nietig verklaard
worden als gedaan zijnde, bij middel van een
tusschenpersoon, aan eene Maatschappij die
geen wettig bestaan heeft.
Het is voldoende de bestemming die men
aan de nagelaten som wil geven mondelings te
doen kennen aan de testamentuitvoerders.
En dat is nog niet alles. Men leest daarachter,
in zware letters
Te nemen voorzorgen.
Zoodra zij het testament ontvangen hebben,
kunnen de testamentuitvoerders het afgeven in
't sekretariaat der Loge.
De lezing, welke M. Lerolle van dat stuk gaf,
maakte een verpletterenden indruk voor de vrij
metselaars der Fransche Kamer, wien hij ten
slotte geheel en gansch den mond snoerde, door
mede te deelen dat gezegd stuk te vinden is in
eene brochuur, welke door de Logiën zeiven aan
hare leden is besteld en die voor titel draagt
c Groot Oosten van Frankrijk. Constitu-
tie en algemeen reglement der Federatie.
(Uitgave van 1896).
Ziedaar de ware erfenisroovers, door hunne
eigene voorschriften uitgekleed en voor iedereen
in hunne echte gedaante gesteld.
Destijds maakten die kerels aan het volk wijs,
dat de Logiën enkel maatschappijen van liefda
digheid waren, die volstrekt niets doen tegen
godsdienst noch eenige bestaande instelling.
Zulke documenten, als hetgene dat M. Lerolle
daar aan 't licht heeft gebracht werpen een zon
derling licht op hunne liefdadigheid.
Onze lezers kunnen er gebruik van maken,
wanneer se soms hier of daar nog een domkop
hooren schreeuwen van de erfenisroovers uit ro
mans en feuilletons a la Brisson
De Franscheu hadden in 1662 eene brok van ons
Vlaanderen afgenomen even als nu de Engelschen
eene brok van Zuid-Afrika willen afnemen. Al zijn
die Vlamingen al over de 200 jaren als franscheu
uitgeroepen, toch blijven ze nog altijd vlaarasch
spreken en dus de vlaamsche zeden bewaren.
Nu komt de fransche Minister van godsdienst
aan de priesters in Fransch Vlaanderen verbieden
het vlaamsch nog te bezigen op den predikstoel of
in den Catechismus. Welke dwingelandij in een
land, dat gedurig het woord vrijheid op de lippen
heeft.
Welke verkrachting van de wetten der natuur,
die elke volkstaal wil eerbiedigen.
De Minister verbiedt het vlaamsch, omdat het
vlaamsch een nationaal gevaar is in Frankrijk
Men mag in Frankrijk Duitsch leeren, Engelsch,
Italiaansch, enz. maar geen vlaamsch de vlaam
sche taal die, zoo weinig slechte boeken voorbrengt,
is een nationaal gevaar.
Wat dan gezegd in België van de fransche taal,
die eiken dag gansche vrachten fransche onzedig
heid in boek en dagblad rondstrooit
Om eene leugen te houden staan moet de leuge
naar somtijds wel tien leugens ter hulp roepen, en
een stap op een dwaalspoor is dikwijls door dui
zend misstappen gevolgd, ten zij men bij tijds te-
rugkeerd.
Dit ondervinden de Engelschen.
Met den onrechtveerdigen oorlog te beroepen,
hebben ze zich op een dwaalspoor gezet. Met alle
aanbod tot vriendelijke tusschenkomst te weigeren
hebben ze zich in de onmogelijkheid gesteld terug
te keeren. En met de presidenten Kruger en Steyn
zonder recht of reden vervallen te verklaren, kun
nen ze zelf met geenen van beiden onderhandelen.
Intusschen gaat de bloedige oorlog vernielend
voort, en geraken de Engelsche regimenten door de
vijandelijke kogels gedund en door moedeloosheid
en ontevredenheid overmeesterd.
De Boeren doen wonderen van snelheid en van
dapperheid. Alleman doet den oorlog mede. De
kinderen zeiven staan op de hooge bergtoppen als
verkenners uitgesteld, en, zoodra ze in de verte
met hunne goedziende oogskens Engelschen bemer
ken, loopen ze de tijding aanzeggen er zijn
Roonekken in de verte. De vliegende generaal
De Wet heeft door 30,000 vijanden achtervolgd op
12 dagen 400 kilometers afgelegd, en vele Engel
schen doodschietende is vogelvrij uit het net, dat
rond hem gespannen was, herhaaldelijk ontsnapt.
Eens moest hij door de Engelsche liniën stor-
merderhand doorbreken hij was slechts door en
kele dapperen vergezeld.
Lord Kitchener houdt niet op hulptroepen te
vragen een teeken dat hij de handen meer dan vol
heeft.
Al de Engelschen, die nu nog levend in de Boe
ren hun handen vallen, worden van wapens en
bovenkleederen beroofd en dan op den arm ge
brandmerkt. Daarna moeten ze beloven van geenen
oorlog meer te voeren en ze worden losgelaten,
onder gesprek dat zoo ze nog oorlog voerende in
handen komen, ze allen zonder genade mannen
voor den kogel zijn.
Het getal peerden door de Engelschen in Zuid-
Afrika verloren is beraamd op 100,000 1
Wat de Boeren van Transvaal heden meest be-
hertigen is de spoorwegen vernielen om zoo de
levensmiddelen af te snijden en den vijand uit te
hongeren.
Engeland gedurende gansch de verledene eeuw
heeft nooit opgehouden door alle middelen land
streken te veroveren en te verarmen. Voelde het
den tegenstand van machtige volkeren, het trok
achteruit: voelde het geenen of flauwen tegenstand
het stapte vooruit. Maar nu komt 't vrouwken om
haar geld, nu, moet het zonder profijt millioenen
en millioenen besteden zonder vooruitzicht van
eenige vviustZwart ziet de toekomst. Onder die
veroverde landstreken staat de Kaap eertijds toe-
hoorende aan het kleine Holland, maar afgenomen
door Engeland.