Groot Meest le Gel.
ALLERHANDE NIEUWS.
Kapitein Schuermans.
Ili>n/li>rrnnnffo - DinsdaS morSend wa"
jjentiermonaeren werkiieden in de
Astene-bij-Deinze.-fsat^a|Xpd
L11IBRGCHT§
Dubbele Misdaad.
Burst.-
Schelde vvindeke.
IMevele.
Grooten brand te Ha eren.
LODEWYK XVII.
8 Juni 1795.
Bril-
Merrïén van minstens 3 jaar.
16 prijs gouden prachtmetaal en 30 fr.
lantine aan Hilaire Michiels, Woubrechtegem,
n° 132.
2® prys gouden prachtmetaal en 25 fr. Ida
aan Emiel DeSchryver, Erembodegem, n° 4.
3e prijs zilveren prachtmetaal on 20 fr. Su-
berbe aan Hilaire Michiels, Woubrechtegem, n°
133.
4e prijs zilveren prachtmetaal en 15 fr. T an-
ny n aan Petrus D'Houdt, Aygem, n° 90.
5" prijs bronzen prachtmetaal en 10 fr. Lisa
aan Honoré Van Vaerenbergh, Meire, n° 163.
6Ö prijs bronzen prachtmetaal en 10 tr. Mar
quisette aan Hilaire Michiels, Woubrechtegem,
n°131.
7® prijs bronzen prachtmetaal en 5 tr. tan-
ny aan Henri Van Hauwermeiren, Wichelen,
n° 39.
Eervolle melding (bronzen prachtmetaal) Mie
aan de We Van Bever, Meire, n° 48.
Eervolle melding (bronzen prachtmetaal)Bloa-
dinne aan Jan-Baptist De Coonian, Welle, n° 1.
Eervolle melding (bronzen prachtmetaal)u Fau-
ny aan de kinderen Windael, Borsbeke, n° 23.
Eervolle melding (bronzen prachtmetaal) Blon-
dinne aan Alexander Kuyssinck, Lede. n° 127.
Tweejarige Merriën.
1" prijs gouden prachtmetaal en 25 fr. Mirza
aan Petrus D'Hondt, Aygora, n° 91.
2a prijs zilveren prachtmetaal en 20 fr. Sara.»
Camiel Maechtelinckx, Haeltert, n" 45.
3* prijs bronzen prachtmetaal en 15 fr. Sara
aan Melcbior De Wilde, Oordegem, n° 37.
Eervolle melding (bronzen prachtmetaal) Mir
za aan Désiré Van den Steen, Vlcckem, n° 52.
Eervolle melding (bronzen prachtmetaal) Jean-
nette aan Victor Reynaert, Herzele, n° 60.
Eervolle melding (bronzen prachtmetaal)Fan
ny aan Gustaaf Matthys, Hofstade, n° 106.
Merriën Jaarlingen
le prijs gouden prachtmetaal en 20 fr. Har
dy" aan Victor Van Bever, Nieuwerkerken, n° 152.
2e prijs zilveren prachtmetaal en 15 fr. Jean-
nette aan Frans Verbeke, Lede, n° 107.
3® prijs: bronzen prachtmetaal en 10 fr. Mouf
aan Alfons De Raedt, Herzele, n° 58.
Merriën Zuigelingen
le prijs gouden prachtmetaal en 20 fr. Julie
aan Victor Van Bever, Nieuwerkerken, n° 150.
2° prijs zilveren prachtmetaal en 15 fr. aan
Alfred Uyttendaele, Schoonaerde, n° 223.
3° prijs bronzen prachtmetaal en 10 fr. aan
Victor Reynaert, Herzele, n° 62.
4e prijs bronzen prachtmetaal en 7 fr. aan
Emiel De Schryver, Erembodegem, n° 5.
5® prijs bronzen prachtmetaal en 5 fr. aan Jan-
Baptist De Cooraan, Welle, n° 3.
Eervolle melding (bronzen prachtmetaal) aan de
kinderen DeNoose, Lede, n° 164.
Ruinpaarden minstens 3 jaren.
1® prijs 15 fr. «Robert» aan Rerai Van Lancker,
Lede, n° 127.
2® prijs 10 fr. Vos aan F. Nuttinck, St-An-
telinckx, n° 21
Onder de 3 jaren.
Eenige prijs 10 fr. Jules aan Remi De
Moor, Vlierzele, n° 166.
Prijzen voor de beste voortteelers, vergezeld van het
beste lot zuigelingen Afstammelingen ten minste 6.
1® prijs bijzonder gouden prachtmetaal en 50
fr. Boyard aan Joannes De Vuyst, Borsbeke,
n° 6.
2° prijs bijzonder zilveren prachtmetaal en 35
fr. Mont d'or aan ee kinderen De Noose, Lede,
n° 160.
Men zal zich het incident herinneren, tijdens een
bal in koninklijk paleis, waarvan kapitein Schuer
mans dc held was.
Zijnen generaal ontmoetende, had hij verwaar
loosd, dezen te groeten. De overste maakte hiero
ver zijne opmerkingen, en de kapitein beweerde
hem niet gezien te hebben.
Die verontschuldiging werd niet aangenomen en
Schuermans moest het bal verlaten en werd in ar
rest gesteld
Beweerende onverdiend gestraft te zijn, diende
hij eene klacht in tegen den generaal, en onder
voorwendsel dat een krijgsauditeur schuld in de
zaak had, diende hij dezen eenen kaakslag toe.
De kapitein werd aan een geneeskundig onder
zoek onderworpen en onverantwoordelijk ver
klaard.
Toen gaf hij artikels, brochuren enz. uit en zijn
geestetoestand moet nu in de laatste maanden zoo
zeer verergerd zijn, dat men hem heeft moeten op
sluiten.
Men heeft hem te Gent in het zinneloozengesticht
het Strop in verzekerde bewaring geplaatst.
VRAAGT OVERAL
HET LEUVENSBIER
der gunstig gekende
jFntnH BftMVcé, AAMjST.
gazfabriek in eenen put aan 't werken. Eensklaps
had er eene ontploffing plaats. De geburen kwamen
toegeloopen en redden een der werklieden, die
schrikkelijke brandwonden bekomen had. De on
gelukkige is woonachtig te Appels, gehuwd en va
der van familie.
Vader Luibrechts meende het praktisch middel
gevonden te hebben tegen 't verslijten der broe
ken zijner drie schoolknapen hij deed ze lederen
broeken maken. Doch des avonds kwamen ze
weeral met de broek versleten naar huis.
Hoe is dat toch mogelijk riep Luibrechts.
O dat en ging zoo gemakkelijk niet, zei den
oudsten, wij hebben ons beurtelings op den slijp
steen gezet, terwijl d'anderen draaiden 1...
l)e Nationale Bond der Katholieke Turn- en
Wapenmaatschappijen van België viert op 14-15
Juli 1901, haar jaarteest te Gent, ingericht door
de zorgen der turnafdeeling des Christen Jöttgetin-
genbomt van Gent, hetwelk zal plaats hebben op
S' Pietersplein, ter gelegenheid der Gentsche ker
mis.
Het tiende Bondsfeest belooft onder alle oog
punten prachtig tc zijn. De bijtredingen komen
goed toe, en vtrschillige maatschappijen zullen
met honderd en meer turners aan het feest deel
nemen. Zelfs Frankrijk zal te Gent vertegenwoor
digd zijn, namelijk door de turnafdeeling bestaande
in het Werk der Vlamingen, te Parijs (een werk
opgericht door het bisdom van Gent) en Saint Ge
orges, turn en wapenkring van Croix (Nord).
Kortom, het belooft een der prachtigste en
grootste turnfeesten te zijn die tot hiertoe in Bel
gië plaats gehad hebben, en eene groote volksme
nigte zal naar Gent doen stroomen.
Kloek aan 1 Nationale Bond, laat uwe dichte
drommen in de schaduw van Gentschgrijze Belfort
opmarcheren toont uwe macht, uwe kracht, uwen
vooruitgang in de edele Turnzaak.
plaats alhier een groote stal afgebrand, toehooren-
de aan M. Van Ooteghem. Met grootte moeite heb
ben de moedige geburen de aanpalende gebouwen
kunnen behouden. De schade is nogal aanzienlijk,
en door verzekering gedekt.
Ri>irc&<v| - Opsluiting Woensdag namid-
1>I l'hot.l dag stond gansch het Marollen-
kwartier overhoop ten gevolge van de ontdekking
van een opgesloten kind. Op een kamerken van de
Abrikozenboomstraat woont zekere Louis Ofstade-
Thoa, 33 jaar oud, die van haren man gescheiden
leeft. De echtgenooten Ofstade hebben een kind,
Elisa, nu 7 jaar oud. Sinds twee jaar, hadden de
geburen dit kind dat bij zijne moeder gebleven
was, niet meer gezien.
Telkens men deze laatste vroeg waar het kind
was, antwoordde zij dat de kleine Eliza ziek was en
de kamer niet mocht verlaten. Woensdag namid
dag hoorden de geburen het kind kermen, zij wil
den op de kamer dringen, doch de sleutel was van
het slot en de moeder was niet thuis. Eene buur
vrouw ging de policie verwittigen, daar zij onge
rust was nopens den toestond van het kind. M.
Matsaert, officier van policie, en een slotmaker
kwamen ter plaatse.
De deur werd geopend en men vond het kind in
een hoek der kamer op een vuilen strooizak uitge
strekt, het arm meisje een geraamte gelijk, lag op
sterven. M. Matsaert bevool de oogenblikkelijke
overbrenging van de arme kleine naar 't Sint-Pie
tersgasthuis, de geneesheeren verklaren dat er
niet veel hoop bestaat het schepseltje in leven te
houden. M. Matsaert begaf zich oogenblikkelijk op
zoek achter de moeder en vond deze in eene drank
slijterij 1 De vrouw werd naar het kommissariaat
der Regenciestraat gevoerd.
Ten 4 ure kwam het parket op het kommissari
aat, ondervroeg verscheidene geburen en leverde
een aanhoudingsmandaat tegen vrouw Ofstade af.
Na ondervraging werd deze laatste evenwel terug
naar hare woning gevoerd, daar zij zich in belang-
wekkenden toestand bevindt.
Duizendmaal dank. Dank aan de bloed
zuiverende, slijm verdrijvende Walthérypil, die ge
mij hebt aangeraden, ben ik volkomen genezen van
mijne maagpijn, en van de verstoptheid waaraan
ik sinds 3 jaren leed.
L. M. Francotte, gepensionneerd onderwijzer te
Laon.
Te verkrijgen bij M. Renneboog, Nieuwstraat.
Een koopman in
viggen, kwam in
volle vaart langs de Statiestraat gereden, toen op
eens zijn gespan omkantelde en in de Molenbeek
viel. Daar er juist eene fanfarenmaatschappij in
den omtrek was, waren er spoedig redders genoeg
bij de hand. De koopman werd ongedeerd uit het
water gehaald; de faniare speelde de Brabanconne
op de gelukkige redding.
Een hevige brand is zaterdag
nacht in de Langemunt uitgebor
sten bij M. L. 't Kindt, schrijnwerker en meubel
maker. De ruime gebouwen, met hunnen inboedel
dienende voor huis, magazijn van nieuwe meube
len, houtmagazijn en werkmanswoningen, zijn bij
na gansch vernield. De schade bedraagt omstreeks
20,000 fr. De brand deelde zich mede aan de na
bij staande schuur, kuiperswinkel en stallingen
van M. Bruno Van den berge, doch kon gelukkig
door dezes zoon beperkt worden.
De gebouwen toebehoorende aan M. Ad. Vander
Looven te Nazareth, zijn verzekerd, evenals den
inboedel van M. 'tKindt. Bij de werklieden Emiel
Pauwels, Aug. Silversmit, Th. Kneuvels en J. B.
Van Landuyt die gansch hunnen inboedel verliezen
is niets verzekerd.
Clav/linn-P - Sinds de werkstakingen van
verleden jaar hecrscht er al
hier eene vijandschap tnsschen zekere fabriekwer
kers. Zondag avond geraakten de tegenstrevers
handgemeen en de messen werden getrokken. Ze
kere Pieter Vandenberghe bekwam een zoo ergen
steek dat men wanhoopt hem te redden. Het slacht
offer is gehuwd en vader van twee kinderen. De
vermoedelijke dader is aangehouden.
Lezers, indien gij bleek, zwak en bloedeloos zijt,
versterkt u met de pil van Dr Raphael en ge zult
aanstonds eene frissche gelaatskleur, kracht en le
vendigheid terugvinden. 1.75 fr. de doos in alle
apotheken.
Te verkrijgen bij M. Renneboog, Nieuwstraat.
Twee ouderlingen vermoord.
Het dorpke Neufville, niet verre van Zoningen,
is het tooneel geweest van een gruwelijk schelm
stuk.
Op eene afgelegene plaats, te midden van het
open veld, heeft men twee grijsaards, de gebroe
ders Jan en Hubert Saublain, vermoord gevonden
nabij hun huis dat zij bewoonden
Zaterdag namiddag hoorde een werkman, die
langs daar kwam, gekerm in een koornveld. Hij
ging zien en vond eene der broers met eene groo
te wonde op het hoofd. Hij was niet dood en poog
de te spreken, doch gelukte er niet in.
Geholpen door twee vrouwen, bracht de werk
man Caty genaamd, den gekwetste naar huis. Zij
zonden een kleinen jongen vooruit om den broeder
van den gekwetste te verwittigen, doch deze kwam
bleek en beangstigd teruggesneld vertellende dat
de andere broer vermoord nabij de woning lag.
Men vond inderdaad den ouden man met verbrij
zeld hoold, en een stuk hout in de hand, ten teeken
dat hij zich tegen zijne aanvallers verdedigd had.
Gendarmen en geneesheereu kwamen toegesneld
te midden van eene groote menigte volks.
Ongetwijfeld hebben de moordenaars hier den
diefstal van drijfveer gehad, dacht men, want de
gebroeders Saublain hadden de faam van wel be
middeld te zijn, ofschoon zij maar armoedig leef
den.
Later.
In strijd met hoogerstaand bericht bevat de Etoi-
le Dinsdag de zonderlinge tijding dat de gebroeders
Saublain niet de slachtoffers zijn geweest van moor
denaars, maar dat zij in en barbaarsch gevecht om
zoo te zeggen elkander vermoord hebben.
Zij zijn nog niet dood. maar hun toestand is zeer
erg. Zij hebben nog geene uitleggingen kunnen ge
ven doch men vermoedt dat zij, over hunnen gelde-
lijken toestand twistende, aan 't vechten zijn ge
raakt.
Vroeger waren zij welgestelde boeren, doch zij
gingen achteruit, verkochten hun vee en hunne
paarden en leefden ellendig in de grootste verwaar-
loozing en vuilnis.
Een der gewonden is in eenen gevaarlijken staat
van opgewondenheid. Gedurig springt hij in zijn
bed recht, en roept dan; zijn verband afrukkend
Lafaard, vervl... lafaard Het is vreeselijk om aan
te zien.
17L Crr Zondag avond, rond 11 ure, is de hof-
•- ste&Q der kinderen De Prez, met
gansch den inboedel, door een geweldigen brand
in ascli gelegd, het vee, peerden, en verkens heeft
men kunnen redden. In het branddend huis stond
de lijkkist van een der gebroeders De Prez, een der
zusters, niet dan haren moed raadplegende, liep in
den brand en haalde de lijkkist uit de vlammen.
De schade door verzekering gedekt, is zeer groot.
VRAAGT OVERAL
HET LiEUVENSBIER
der gunstig gekende
B rou wei' ij Brutcé, A A Ij ST.
Den 5 Juni 11. is een vreeselijk onge
luk geluk gebeurd te Burst, de ge
naamde F. Dysseler, pikeur aan den spoorweg al
daar, werd tusschen twee wagons verpletterd. Hij
laat eene oude moeder achter van 82 jaar en eene
vrouw van 18 weezen en op liet punt voor de ne
gentiende maal moeder te worden. Een komiteit is
tot stand gekomen om de ongelukkige familie te
helpen. Dezen die tot dit goed werk willen bijdra
gen worden verzocht hunne gift te sturen aan M.
Droeshout sekretaris van het komiteit te Herzele.
Audei»half millioeo schade.
In den nacht van Zaterdag tot Zondag ontstond
in de gemeente Haeren brand in de fabriek van
meubelpapier, toebehoorende aan M. Peeters-La-
croix.
Deze fabriek had in de laatste jaren eene kolos
sale uitbreiding genomen. Er waren bestendig 200
werklieden in bezigheid, terwijl er 12 bureelbe
dienden en 20 handelsreizigers aan de bureelen ge
bezigd zijn.
De brand begon ten half 1. Geburen, die het za
gen, wekte M. Peeters, welke een 10C tal meters
van de fabriek woont.
Geholpen door twee andere personen gelukte hij
er in de boeken te redden. Toen poogde hij, per te
lefoon hulp der pompiers van Vilvoorde te vragen,
maar de draden, waren gebroken en de aanwezigen
moesten hulpeloos de gebouwen zien vernielen.
De gemeente Haeren bezit geen bluschmaterieel
en de fabriek zelf evenmin.
Al de machienen, waaronder er zijn, die 20,000
fr. waarde hebben, zijn vernield. De totale schade
mag op anderhalf millioen berekend worden.
De oorzaak van den brand is niet gekend.
Hij was de "ooi! van koning Lodewijk XVI van
Frankrijk en van koningin Marie Antoinettn. Eerst
werd hij hertog van Normandië genoemd, daarna
Dauphin, wat de titel was van den vermoedelijken
troonopvolger van Frankrijk. Hij was toenmaals
vier jaar oud. Zijn oudere broeder was juist gestor
ven op den 8 Juni 1789 en hij zelf zou zes jaren
later, in 1795, om zoo te zeggen den dood des
martelaars te sterven.
Hoe beminnenswaardig was dit kind met zijne
zachte, blauwe oogen en zijne lange, blonde lok
ken.
Den 10 Februari 1790 hadden de koning en de
koninging met de overige familieledeu van het ko
ninklijke huis en het hof het kinderhospitaal be
zocht. Den volgenden dag verraste Lodewijk XVI
zijn kind op het oogenblik dat het bezig was met
het ledigen van alle schuifladen en met het opsta
pelen van geldstukken.
Het is niet goed, mijn zoon, zei de koning,
gierig te zijn en met geld te spelen. Een koning
mag slechts van het geld houden, om daarmee zijne
onderdanen te ondersteunen.
Maar, papa, daarom was ik gisteren zoo
treurig, die arme kleine kinderen te zien, die
vader noch moeder meer hebben. Ik heb alles,
zooveel ik kon bij elkaar gezocht, en zie nu, hoe
veel dit voor ieder hunner zal uitmaken, om het
hun te sturen.
Na zijne moeder, die hij zeer lief had, was hem
niets liever dan bloemen en wapenen. Vóór zijne
gevangenneming, toen hij nog in de Tuleriën was,
had men hem aan het einde van het oeverterras
eenen kleinen tuin gegeven, waai' hij bloemen voor
zijne moeder kweekte. Eiken morgend bracht hij
er haar eenige, opdat zij ze bij het ontwaken zou
vinden.
Op zekereu dag, zei de koning tot hem Louis,
morgen is uwe moeder jarig, gij moet haar eenen
schoenen bloemruiker maken.
O papa, ik heb in mijnen tuin eene bloem,
die ik juist voor dien dag gekweekt heb, het is
eene Immortelle (1) en die zal te gelijk mijn geluk-
wensch zijn, want ik zal haar zeggen Ik wensch,
dat mama zij gelijk deze bloem.
De laatste vreugde die hem vergund werd, was,
op de muren van zijne gevangenis eenige van die
armzalige, kleine, gele bloempjes te zoeken, ver
nederd gelijk hij zelfen die zacht op den drempel
der deur te leggen, waar zijne moeder gevangen
zat. Hij wist niet, dat zij reeds ter dood gebracht
was. Hij geloofde, dat zij daar nog was, en als hij
leed, zei hij tot zijne bewakers
Ik mag niet harop klagen, want dan zou mama
het hooren, en denken dat ik ziek ben, en dat zou
haar veel verdriet veroorzaken.
Den 13 Augusti 1792, werd hij met zijne ouders
in de gevangenis van den Temple opgesloten. Na
de onthoofding van zijnen vader werd hij van zijne
moeder gescheiden en aan eenen hofmeester
toevertrouwddie door den gemeenteraad van Pa
rijs benoemd werd. Een schoenmaker, Simon ge
naamd, een brutale dronkaard en een revolution-
nair, werd met de verzorging en bewaking van het
koningskind belast. Deze wreedaard sloeg den
ongelukkigeu knaap om hem te dwingen brande
wijn te drinken en smaadliederen tegen zijnen
vaderen zijne moeder te zingen...
Het kind werd op zekeren nacht door zijnen god-
deloozen bewaker verrast, toen het met gevouwen
handjes op zijne legerstede knielde om te bidden.
Het was in die houdiDg ingeslapen. Bij dien aan
blik ontstak de wreede beul in woede hij wekte
zijne vrouw, om haar te laten zien wat hij zooeven
ontdekt had, en te overleggen, hoe den kleine het
pijnlijkste te straffen. Het was zeer koud, de
schoenmaker nam eene kruik ijskoud water, en
goot die over het ziekelijke lichaam van het ge
knielde kind.
De knaap ontwaakte uit zijnen slaap. Hij schrei
de niet, maar legde zich snel in het bed. Weldra
echter vluchtte hij daaruit wegens het koude water,
dat in het bed liep. Woedend greep de booswicht
nu zijn arm slachtoffer, niettegenstaande de pogin
gen zijner vrouw om hem tot bedaren te brengen.
Ik zal u leeren Onze vader te bidden en in
het midden van den nacht als een Trappist op te
staan, snauwde de schoenmaker het verschrikte
kind toe.
Intusschen sloeg de onmensch den armen ko
ningszoon met eenen met ijzer beslagen schoen in
het gezicht, terwijl het kind zijn gelaat met de
handjes trachtte te bedekken. Daarna duwde de
beul hem in het natte, ijskoude bed, waar zijn offer
zich niet meer verroerde. Simon begaf zich weer
ter ruste, terwijl hij mompelde. Gij, serpent
Drie dagen na deze laffe mishandeling viel Si
mon in ongenade en verliet den Temple.
Maar vóór zijn heengaan liet hij nogmaals zijn
zware hand met kracht op het hoofd van den onge
lukkige gevangene neerkomen, die stom en onbe
weeglijk de verwenschingen van zijnen beul aan
hoorde.
Serpent, ge zijt nog niet fijn gemalen, maar
nimmer zult gij uit uw hol komen, al zouden alle
Capucynen u daaruit willen trekken bulderde de
schoenmaker woedend.
Den 21 Januari 1794, juist éen jaar na het ter
dood brengen van zijn vader, nam men het konings
kind en sloot het alleen het was toen nog geen
negen jaar oud in een vertrek van de gevange
nis op. Het venster werd dicht gespijkerd, zoodat
er lucht noch licht door kon. Daarna werd de deur
eveneens dicht gespijkerd. Men liet er een gat in