De wraak
eens verraders
Nog de verdwijning van
een Belgisch rentenier
NIEUWSBERICHTEN,
OOSTENRIJK.
DENEMARKEN
RUSLAND.
AMERIKA
AFRIKA
Na 15 jaren.
De bevolking van Salzburg is thans zeer
©ntroerd dooreene geheimzinnige zaak welke
r'door eenen houthakker, Gederbraner ge-'
jaaamd, aan het licht gebracht is.
Gederbraner, die thans in het gevang van
(Salzburg opgesloten '»3, heeft bekend dal hij
toet 20 gezellen een zeventienjarig meisje
rtermoord en begraven heeft.
Hij verhaalde de feiten als volgt Vijflien
fiaren geleden was hij voor eene scbietperiodo
'binnengeroepen en met een twintigtal gezellen
jte Salzburg gekazerneerd. Een 17-jarig
'meisje kwam er alle dagen melk brengen.
Zekeren dag werd zij door oen onderoffi
cier org mishandeld en hulpeloos in de wacht
'achtergelaten.
i Do soldaten maaklen zich dan van het
imoisjo meester eu mishandelden ze op hunne
üjeurt.
1 Ziende «lal de ongelukkige hot bewustzijn
Torloren had, poogden zij haar lot het leven
'terug te roepen, doch alles bleef vruchteloos
Den volgenden nacht begroeven zij het
m nisje.
Van <le twinlig plichtigcn zijn er nog een
tw aalftal terug gevondou. Wat den schul
digen onderofficier betreft, deze is thans een
hooggeplaatst ambtenaar.
Overleden
Dr Henning Mntzim, leeraar in de rechten
aan do Hoogeschonl van Kopenhagen, lid
van den Deenschen Landlhing en van het
Scheidsgerecht van den Haag, is overleden.
Eene leening.
De minister van geldwezen, heeft in den
Landlhing een ontwerp neergelegd, eene lee
ning van 50 miljoen vragende, terug betaal
baar in een jaar.
De zuivering wordt voortgezet
Op klaclit van den senator Garine, lid der
onderzoekcommissie, is kolonel Glotoff,
al gemeene opzichter van den kleeding en
voodingadienst te St-Petersburg, aangehouden
911 in het krijgsgevang opgesloten.
Diefstal In eene bank te Luik.
De policie van New-York, heeft een kerel
aangehouden, die in de maand Januari laatst
leden, le Luik, ten nadeelo der bank F. en
E. Mark, eene som van 80,000 dollars ge-
Stolen had.
De kerel had verklaard, zekeren Louis
Mandelbaum te zijn, doch de policie beweert
dat ziju ware naam Leibus Bryski is, en hij
Van Russischen oorsprong is.
Nog aardbevingen in Algiers.
Bijna allo dagen worden aardschokken
waargenomen te Algiers en te Aumale. Bijna
alle buizen zijn onbewoonbaar en dreigen in
te storten.
EXAMENS AFGELEGD
Do volgende heeren, oud-studenten van
$t Jozefscollege, hebben hun examen afge-
jifc'd
In de Hoogeschool van Leuven
M. Mauritz Van der Linden, van Neder-
ywalm, 2,Ie examen van doctor in recht.
In de Hoogeschool van Gent
M. Frederik Eeman, van Aalst, examen
?j,n kandidaat in geneeskunde.
M. Alberic Lauwkrs, van Yper, 2,I# exa-
j-cen van kandidaat notaris, met onderschei
ding.
M. Hubert DeVryldfr, van Aalst, examen
jVaü kandidaat in geneeukuiide, met onder
scheiding.
VRIJ NAAR IIET FRANSCH DOOR
Diomède Gpootjans
49* vervolg.
Zijn hart had slechts bemind om te lijden
Huns was zijne ziel .vermorzeld onder do smar
ten... Al wat hij in zijn leven had gehoopt was
Tcrbrpken als een glas, was gelijk de schadu-
we verdwenen
x Hij ging dus sterven, en met hem ping zijne
iaaUte hoop, zyn laatste troost verdwijnen,
mits de wraak de eenigo balsem was die zijne
«marton kon lenigen.
Maar God waakt over den Christen Odo,
fir non van Sonnoc. de vurige en godvruchti-
fgr-' mag alzoo niet bezwijkenDe Christen
tfaag met geene wraakzuchtige gedachten ster
ken.
Du onversaagde jongeling stapt steeds voort.
Naast de zinnebeelden dor wraak schijnen
^ijne vorschende .Mikken de indruksels der
nvroegiug te onderscheiden....
Nogmaals hli.irt hij versteld staan en slaakt
Wenen kreet Hij had tranen bemerkt die
jtier en daar in don rotssteen uitgekapt waren -,
Nrervolgens in der/.el ver midden, mot eene on
zekere band getrokken, las hij eenen naam...
den naam van Son na e daaronder Dog een
Voord Vermaledijding
Hoe stamelde hij, de naam der Sonnac's
tn dezen roofkuil, afgescheiden van den naam
der ri*rhtofters. omringd van de kenteekenen
der droefheid en gewetenswroeging Wie
Een Parijzer dagblad schreef gisteren dat
het mogelijk, was dat M Vermeersch ergens
in Belgtê in een gevang opgesloten was
wegens eene overtreding.
Dio veronderstelling is totaal ongegrond,
daar M. Vermeersch aisJan voorzeker zijne
familie, of tea minste toch zijnen knecht, of
M. J.... zou verwittigd hebben.
Eene vriendin van M. Vermeersch, die
met dezen in onderhandeling was over den
verkoop van de villa, heeft verklaard, dat zij
in het begin der maand Maart verscheidene
brieven schreef aan M. Vermeersch.
Op 20 Maart vroeg zij aan dezen laatste
eene bijeenkomst orn de zaak bepaald te
regelen, doch zij kreeg geen antwoord.
Ecnige dagen nadien schreef zij nogmaals,
doch wederom bleef haren brief onbeant
woord.
Zij zond dan oen telegram doch met den
zolfden uitslag.
Eenigo dagen later kreeg zij echter oenen
brief, niet van de hand van M. Vermeersch
en ongeteekend. De schrijver zegde enkel
dat M. Vermeersch onverwachts was moeten
vertrekken en nog al lang zou afwezig zijn.
Een tweede brief verwittigde nogmaals
Mov. V.., dat M. Vermeersch nog steeds op
reis was. Het gerecht zal onderzoeken wie
deze brieven geschreven heeft.
De opzoekingen te Parijs gedaan bleven
zonder uilslag. De geheimzinnige zaak ver
wekt te Parijs groote opschudding. Sommige
personen kunnen niet aannemen dat M. Ver
meersch vermoord werd, daar hij reeds meer
maals lange reizen deed zonder er iemand
vooraf van te verwittigen.
De mogelijkheid van eene moord wordt
echter algemeen aangenomen.
Men had reeds vroeger gepoogd hem te
vermoorden, door den ketel der warmtelei-
ding te doen ontploffen, om zich te wreken
wegens eene klacht door M. Vermeersch
neergelegd. Een policieagent is in de villa
van M. Vermeersch geplaatst om alle poging
tot diefstal te verhinderen.
Een dagbladschrijver is in de villa van M.
Vermeersch in den waterput neergedaald in
gezelschap van eenen putgraver. Daar de put
echter 35 meters diep is en er vier meters
water in staat, kon het onderzoek niet voort
gezet worden.
Wat M. J... verklaart
Een Brusselsch dagbladschrijver is in de
Fonsnylaan M. J... gaan vindon, die met
M. Vermeersch in nauwe betrekking was.
M. J... woont er met zijne minnares, de
zelfde jonge vrouw die in zijn gezelschap in
de villa van M. Vermeersch verbleef. De
dagbladschrijver vroeg aan M. J... wat hij
van de zaak wist, of hij M. Vermeersch
kende, of het waar was dat. hij met hem in
goede vriendschapsbetrekkingen was en in
de villa gewoond had, hoe hij de verdwijning
uitlegde en wat hij er van dacht.
M. J... verklaarde eerst en vooral, dat het
hom erg speet in' deze zaak gemengd te zijn,
daar hij tot eene uitmuntende familie
behoort.
Daarna legde hij zijn verblijf te Parijs uit.
Hij verklaarde, dat hij dikwijls naar de villa
ging en hij eenige dagen voor Paschen in de
villa was gaan wonen met zijné minnares,
omdat M. Vermeersch hem geschreven had
dat hij op reis moest gaan en de villa niet
onder de waakzaamheid van den knecht,
Odiel Vercruyssen, wilde laten.
M. Vermeersch is daags voor Paschen
vertrokken.
Hij zegde niet waar hij heenging, doch
's Woensdags nadien was hij terug. M. J...
ging hem aan de statie afhalen en zij namen
samen het ontbijt. Na gemiddagmaald te
hebben, gaf M. J... de briefwisseling aan
M. Vermeersch. Hij las zijne brieven en op
is dan dit lid mijner familie Zou het mis
schien, voegde hij zich onderbrekend er bij....
O mijn God
Een wreode, ijselijke, verpletterende twijfel
kwam zijnen geest bestormen.... Sidderend,
met strakke oogeo, stond hij daar.... Terwijl
zyne dwalende gedachte deze kuilen verliet
om hare vlucht naar de brandende luchtstre
ken te nemen.
Ver, heel ver.... op die ongeloovige en ver
vloekte kusten, verheffen slot- en moskeeto
rens trotsch den spits tot in de wolken.
Het is Algiers, het uitdagendo en prachtige
Algiers, dat straffeloos zijn hoonenden hoog
moed ten toon spreidt.
Het is daar dat, hij, voor de eerste maal,
naast, zijnen broeder, onder de oogen des Kei
zers, tegen de vijanden zijns Gods streed
Het is daar dat dio schuldige broeder voor
eeuwig deu naam van Spnnac bevlekte dat
van God en zijnen vader vervloekt, hij het on
geluk over zijn hoofd neder trok
liet is daar dat hij, van zyne wapens be
roofd, in de eenzaamheid zyne schande en
zijnen srnaad verborg en wraak zwoer
Vervolgens bemerkte de joDgeling zijnen
broeder, somber, terneêrgeslagen, verniettigd
ondrr 't gewicht zijner droefheid, in de gehei-
inelyke schuilplaatsen do schim der wroeging
en der wanhoop na zich sleepend.
Zijne inbeelding, opgewekt door do herin
nering van het verhaal des gravin van Bcau-
jeu, toonde hem in de dichte wouden van
Spanje eene gedaante, de gedaante zijns broe
ders, gebuid in do lompen van den bandiet,
rich verschuilend in het verblijf der dieven en
moordonaars, zich wentelend in den modder
der misdaad en oneer
Verders zag hij in don pikdonkeren nacht
den rooden gloed van eenen uitgestrekten
een gegeven oogenblik, na eenen brief gele
zen te hebbeiC zegde M. Vermeersch heel
misnoegdHet is onaangenaam. Ik kom
van eer.6 re;3 terug en moet reeds wederom
weg. Nogmaals zegde M. Vermeersch niet
waar hij heenging. Hij begop in zijne papie
ren le snuffelen en nam er eenen heelen
voorraad mede.
Daarna gingen de bewoners der villa sla
pen.
Nauwelijks was M. J...., te bed, toen er
aar. de deur zijner slaapkamer geklopt werd.
Hat was de knecht O.disl Vercruyssen, die
zeer ontroerd scheen eii een brief toonde,
welke hij zsgde van zijne moeder ontvangen
le hebben. Deze zou erg ziek zijn.
M. J....} zegde nog, dat de knecht hem
vroeg wat hij te doen had, waarop M. J....,
antwoordde, dat hij niet moest wachten en
onrniddelijk moest naar huis gaan.
Vercruyssen trok dan naar Grammene-bij-
Deinze.
s'Anderendaags vertrok M. Vermeersch
ook. Hij droeg enkel eene kleine valies mede,
waarin M. J...., eenige linnen gestoken had.
Toen M, Vermeersch vertrok zegde hij
aan M. J...., dat hij zijn adres zou zenden en
M. Jhem zijne briefwissoling moest op
sturen.
M. J...., heeft echter geen adres ontvan
gen.
Hij bleef tot einde Juni op de villa, doch
dan kon hij de onderhoudskosten niet meer
dragen en daar M. Vermeersch hem geen
geld ter hand gesteld had, besloot M. J,..naar
Brussel terug te keoren. M. J. schreef eerst
naar M. Van Wambeke, een neef van M.
Vermeersch, wonende te Deynze, om hem op
de hoogte te brengen van den toestand. De
knecht was ondertusschen ook teruggekeerd,
en vertelde dat zijne moeder ziek was.
Odiel Vercruyssen had reeds dikwijls ver
klaard dat hij den dienst, van M. Vermeersch
ging verlaten, doch hij ging niet weg.
M. J.... verhaalde verder, dat M. Ver
meersch dikwijls personen van zeer verdacht
uiterlijk in zijne villa onthaalde, en dat hij er
enkel heenging omdat M. Vermeersch zou
goed was voor hem.
Sprekende over de veronderstellingen der
verdwijning, zegde M. Jdat hij geenzins
zou verwonderd zijn, indien M. J. Ver
meersch den eenen of den anderen dag
terugkeerde, maar dat hij toch de mogelijk
heid eener misdaad aanneemt.
De knecht heeft aan M. J.... laten weten
wat er zooal omgaat in de villa, doch van de
familie had M. J.... nog geen nieuws ont
vangen.
M. J.... eindigde met het zeggen dat ^ij
zich tot aller beschikking houdt.
51. Vermeersch zou nog in leven zijn
Terwijl policieagenten en magistraten
rond de villa opzoekingen. doen, kreeg de
meier der wijk waar M. Vermeersch woonde,
een telegram, te Parijs zelf afgegeven en ge-
teekend Vermeersch.
Het telegram meldde dat M. Vérmeersch
Woensdag morgend om ld ure in zijne villa
zou zijn.
Men vreest dat dit telegram echter van
eenen flauwen grappenmaker voortkomt.
Het onderzoek
Mevr. Vernon, die ook dikwijls op de villa
van M.Vermeersch verbleef met hare kinde
ren, zal door den onderzoeksrechter onder
vraagd worden.
De dame beweert dat M. Vermeersch ver
moord werd toen hij van eene reis in België
terugkeerde en eene belangrijke geldsom op
zak had, welke hij aan deze dame moest be
stellen.
De moordenaars zouden het lijk in den
oven van den grooten warmteverspreider
verbrand hebben.
De oven zal onderzocht Worden.
brand.... en t© midden dor vlammen en pnin-
hoopen, diezelfde gedaante den brand aanhit
send, overal schrik en <M>d rond/aaiend, en
aan ile liefdo eener moeder een bevallig kind,
het dochtertje der Beaujeu's, ontrukkend
De jonge Odo zag, aan eenen dichter byaijn-
den gezichteiDdt-r, eene sehaduwe die met ge
weld eene jonge maagd in deze gevloekte grot
ten wegvoerde, eene jonge maagd gehuld in
haar wit kleed en opgetooid met de sieraden
haars huwelijks..., en deze maagd was zyne
verloofde, en die sehaduwe geleek aan do ge
daante dor brandramp de gedaante zijns
broeders
By deze gedachten met afgrijzen bevangen,
stootte Odo verre van zich die sombere denk
beelden weg zich het doel herinnerende dat
hem in deze plaatsen had gebracht, wilde hij
weder vooruit.
Doch eene hevigo, onuitlegbare ontroering
die nochtans geene vrees was, zou hem wil
len terughouden.
Hot was zoo iets dat men gevoelt, dat den
menschheel en gansch in. verwarring brengt
en waarvan men zich geene rekenschap kan
geven, een slach van voorgevoelen, eene on
bestemde vrees (lie u als 't ware doet aarzelen
en tegenhoudt, eene heimelijke neiging, eene
bedwelmende begeerte die u opwekt en aan
trekt.
Het was die geheime, onbestemde en ver
warde ontsteltenis, die inwendige wanorde
welke uwe slagen onzeker maakt en u niet
toelaat met juistheid den dood toe te brengen.
Niettemin, door eene heimelijke veerkracht
voorgestuwd, richt zich Aglaé's verloofde naar
eene schijnbaar nederige zijzaal, welke zich
te midden der pralen dezer plaats verschuilt.
Het is de treurige woon der wanhopige
smart.
Brussel. Duilschers bestolen, Verle
den nacht werd een Duitsche handelaar V...
genaamd in een hotel nabij de Noordstatie
door twee behendige Parijsche dieveggen
Renée F.., en Jeanne G.., uitgeplunderd.
De dieveggen werden 's anderen daags
morgend aangehouden. Zij waren nog in liet
bezit der gestolen som.
Een Duitsch geneesheer, M. Béhring, werd
toen hij de tentoonstelling verliet e;i op een
tramrijtuig wilde stappen, van zijnen geld
beugel, 500 fr. inhoudende beroofd.
Kwaaddoener aangehouden. Twee
agenten der eerste wijk hebben verleden
nacht een gevaarlijken kwaaddoener, Chris-
toffel R...., voermansgast, afkomstig uit het
Groot Hertogdom Luxemburg aangehouden.
Deze werd opgezocht wegens bandiete-
rijen. Hij is opgesloten.
MoordpogingEene naaister der
Montserratstraat, Maria Beauclair, ging
Dijnsdag namiddag, naar de woning van ha
ren minnaar, Hertengang, en had er met hem
eenen hevigen twist.
Een metsersgast, Louis Van Steenberghe,
wilde de jongo vrouw tot kalmte brengen,
doch zij haalde eene scheer te voorschijn en
bracht er Van Steenberghe twee erge steken
in de borst mede toe.
Marie Beauclair is aangehouden.
Het slachtoffer werd gevaarlijk gekwetst
en moest naar het S' Pietersgasthuis over
gebracht worden.
Kind verpletterd. Een 2jarig kindje,
de kleine Jean Grinsbergh, zat op het voet
pad ffer Pierenstraat, in eene appelmand on
der de bewaking zijner öjarige zuster. Eens
klaps deed het knaapje de mand omvallen,
juist toen eene bakkerskar voorbijreed. De
arme kleine rolde onder de wielen en werd
het hoofd verpletterd.
Wraakroepende diefstal. Dijnsdag
namiddag, waren de schrijnwerkers en de
metsers die een huis der Hospitaalstraat aan
het werk waren, hunnen boterham gaan eten
in eene naburige herberg.
Een laffe schurk nam hunne afwezigheid
te baat, om hunne kleederen, drie zilveren
uurwerken met ketens en hunne gereed
schappen le stelen.
Eene menschenjacht. Dinsdag na
middag voelde M. Peelers, meubelfabrikant
te Hoist-aan-Zee, toen hij op do foore der
Zuidlaan stond, dat een persoon zijn gouden
chronometer met keten stool. Terzelfdertijd
zag hij een persoon de vlucht nemen. Hij
zette hem achterna in gezelschap van ver
scheidene andere personen, en de dief, ze
kere Jozef Voets, wonende Birmingham-
straat, kon aangehouden worden. Hij had
onderweg het uurwerk weggeworpen.
Erg ongeluk. Een wielrijder Jan
Bienman, van St-Joost ten-Noode, is aan de
St-Gudulaplaats door een rijtuig omverge
worpen en overreden. Biesman werd erg
over heel het lijf gekwetst. Zijn rijwiel was
geheel verbrijzeld.
Ukkel.Overleden. De ongelukkige
brigadier der kannoniers, die verleden week
ontzadeld en door zijn paard medegesleept
werd langs de montjoielaan, is aan de gevol
gen zijner wonden overleden.
Koekelberg. Erge val.Een metser-
gast van Groot Bijgaarden, Renaat Pisteloon
genaamd, viel Dinsdag namiddag van eene
stelling aan een huis der Van den Borght-
straat. De ongelukkige werd de twee beenen
gebroken, verscheidene ribben ingedrukt en
erg aan het hoofd gekwetst. Zijn toestand is
wanhopig.
Anderlecht. Zelfmoord. Een kool-
handelaar der Gheudestraat, zekere Langlet,
die sinds eenïgen tijd aan zenuwzwakte leed,
heeft zich Dinsdag morgend terwijl hij zich
alleen te huis bevond verhangen. De wanho
pige was reeds bezweken toen men hem vond.
Reeds is Sonnac's zoon er binnengedron
gen, maar plotselings blijft hij staan.
Te midden der zaal, in eenen dier zetels
welke de koningspaleizen zouden versieren
en door de natuur daar in een harer grilligste
luimen geplaatst, lag oen man diepdenkend
uitgestrekt
Het was hijde man der Spelonken dien
men ook de man des Nachts noemde Odo
aanschouwde hem met verbaasdheid
Het was die man niet meer met zijn terug
stootend uiterlijke, met zijn heersehenden
blik. Zyn voorkomen moest dien afkeerigen
haat niet meer inboezemen, dien onweder-
staAnbaren schri k welke zich van aller harten
meester maakte.
De verslagenheid was in gansch zijne hou
ding te lezen zyne trekken hadden niets meer
van dien alles verslindenden nijd, noch van
die woeste en steeds onverzadigde begeerten.
Zij spraken niets meer van dien eeuwigen
wrok welken hij Gode en de menschen gezwo
ren had.
Het was een man door den strijd uitgeput,
bezwijkend vooraleer tot het einde te zijn ge
komen, afgemat, ontmoedigd, onder zijne
eigene slagen gebukt, door het noodlot ver
volgd.
Het was een m®h die zich tot slaaf ayner
driften had gemaakt, die hun ten prooi had
gegeven al wat zijn geest en zijne krachten
maar kwaads vermochten die voor hen een
onbeperkt veld had gedroomd die aan dit al
zijne macht had willen besteden, door in ééne
enkele schoof al de ongeregelde begeerten en
misdadige plannen te vereenigen, om er een
des te machtiger uitwerkingsvermogen aan t©
peveo maar nu lag hij daar overwonnen cd
wanhopig.
Alleen in de wereld, de zijnen verachtend
Schaarbeek. Tusschen dronkaards.
Twee drinkebroers V.., en D.., werden in
eene herberg der Metsysstraat handgemeen
V.., trok een mes en wilde zijnen tegenstre
ver treffen, doch hij werd door de anderö
verbruikers ontwapend. De messentrekker
kreeg alsdan eene erge rammeling.
Proces-verbaal is opgemaakt.
Leuven. Diamanten bruiloft. ue
diamanten bruiloft der echtgenooten Veus-
ters, uit de Vesaliusstraat, is hier met veel
luister gevierd geworden. Heel do buurt was
in feest en aan de gelukkige jubilarisen, die
algemeen geacht worden, werden talrijke
geschenken aangeboden.
Gent. Werkongelnkhen. Gisteren is
een montour van den heer Van Outryve werk
zaam in eene fabriek op de Nijverheidskaai
met de hand tusschen een mekaniek gevat
en vier vingeren verpletterd.
Op dezelfde kaai, in de fabriek - Widauwe»
is een metser die zich op eene stelling be
vond van twee meters hoog gevallen en op-*
genomen met erge kwetsuren over het gan-
sche lichaam. Men moest hem naar eeno
kliniek overbrengen.
Gauwdief. Heden morgend deed
eene vrouw aankoopen op de markt, Zij
werd er ontlast van haren'geldbeugel, in
houdende 13 tot 14 frank en eenige sleutels.
De dief die zeer snel moet gehandeld hebben,
is niet gekend.
Ongeluk. Gisteren avond,rond 8 1/4
ure, was Amand De Meyer, 7 jaar, Make
laarstraat, aan het spelen op de Terneuzen-
laan, op een houtstapel. De kleine viel en
werd het rechterbeen gebroken. Do kleine is
na verzorging naar het gasthuis overge
bracht.
Omvergeworpen. Gisteren avond is
Franciska Godyn, 66 jaar, op de Plezante-
vest, door eenen wielrijder omvergeworpen.
De vrouw werd gekwetst aan het hoofd en
kloeg over inwendige pijnen. Zij moest naar
hare woning gevoerd worden.
Stekene. Smokkelhandel. In de
stallelï van Petrus Vervaet, op de Hoefijzers,
hebben de douaniers van Koewacht een ge
smokkeld zwijn aangeslagen.
AanhoudingNabij de Hollandsche
grens hebben de douaniers eenen verdachten
persoon, van Franschen oorsprong, die zich
zonder middelen van bestaan bevond, opge
leid en ter beschikking van het gerecht ge
steld.
Beveren-Waas.Kwaadwillige brand.
Verleden nacht, rond 2 ure, ontstond brand
in de stalling van den landbouwer Alois
Vonck, op de wijk Halsterbroeck. Het vuur
nam onrniddelijk zulke groote uitbreiding,
dat toen de landbouwer met zijn gezin gewekt
werd reeds alles in laaie vlam stond en er aan
geen blusschen meer te donken viel. Alles
werd ten gronde vernield.
Een paard, vier koeien en verscheidene
runderen en varkens bleven in de vlammen.
Aan verschillige teekenen kon men duidelijk
zien dat de brand aan kwaadwilligheid moet
toegeschreven worden. Het parket van Den-
dermonde is verwittigd en wordt ter plaats
verwacht. 1
Gevecht. In de herberg van Van
Overfeld, Moortelhoek ontstond twist, wel
dra kwam het tot vechten en de zoon van
den herbergier kreeg ook zijn deel. Deze
greep een geweer dat aan de muur hing en
bracht er een zijner tegenstrevers eenen
ergen slag op den arm mede toe.
Het slachtoffer, Edward De Wreede, kon
den arm niet meer bewegen. Een onderzoek
is geopend.
Lokeren Nog het onweder. Twee
kleine meisjes zijn op de wijk Blauwpoort,
door den bliksem opgenomen en een vijftal
meters ver geslingerd geworden. De meisjes
bleven er bewusteloos liggen doch konden na
een half uur tot het leven teruggeroepen
worden. Zij werden niet gekwetst.
en verlatend-, door dezen verafschuwd welke
hij laffelijkhad bestreden, en in dit voor allen
menschelijken blik ontoegankelijk verblijf,
thans zijn verbanningsoord geworden, de bij
tende wroegingen zijns gewetens verber
gend
De lange zwarte rok welke hem gewoonlijk
omhulde, hong neêr op de leuningen van den
zetel....
Onder dit grove kleedsel droeg hij de klee
ding der edó'en.... Het wamhuis dat tot ann
zijnen gordel kwam en het manteltje om zyne
schouder, duidden genoegzaam aan dat hy
aan de hofgebruiken niet vreemd was.
Een leeuwenvel lag aan zijne voeten open-
gespreid zijne armen waren op de borst ge
kruist, en op zijn gerimpeld voorhoofd las
men den indruk eener kommervolle en einde-
looze smart.
Twee dikke tranen rolden van zijne dorre
wangen.
Hij weende
Odo kon hem niet aanschouwen zonder me
delijden te gevoelen.
Hij was gekomen om den kwaden geest die
zijne familie vervolgde, den gehaten bandiet
te bevechten, en hij vond slechts nog eenen
ongelukkige op wien de vervloeking des He
mels zwaar nederdrukte.
Zijn verbaasde blik ontleedde dien man.
Bij dien uitgedoofden straal van sombere
grootheid, bij dit overblijfsel van verwelkte
majesteit welke door de moedeloosheid van
dit gelaat drongen, kreeg de zoon Sonnac's
eene herinnering, eene onzekere, verre, doch
onstuimige berinnering
Hy had dien meosch eertijds nog gezio&j...
Hij had dicht veor hem gestaan!
(Wordt voortgezet).