29,900 POLITIE VAN HET VERKEER laatste nieuw© VIER cylinder 9 p. K. G-z*oote sis SrJrrs SSrar-- deuren plaatsen De onder alle opzichten Eloekste en Zuinigste Wagen vervaardigd Hij voegsel aan het dagblad De Volksstem van 22 en 23 November 1931 Telefoon 155 Genlschestraat, 82, AALST Teleloon 155 €lhrlit@ËIN aankd—en--ed^nd"?^S °p' de markt vinden kan Betaa t weinig- van belasting en verzekering. Verbruikt slechts 8/9 liters Essence. Schier niets van onderhoud en daarbij GEEN bijzondere VAKKENNIS vragende. aan den ongelooflijken lagen prijs van Fr citroënVOertU1^en WOrden EEN 1AAR gewaarborgd door het Fabriek Wacht met U te laten opschrijven om eene proef te doen, en dees zonder 'crbintenis aan den rechtstr. Agent voor Aalst-Assche-Ninove-Sottegem: O BIJZONDERSTE BEPALINGEN DER WETTEN EN REGLEMENTEN OP DE POLITIE VAN HET VERKEER Schikkingen van toepassing op al de voertuigen Algemeene verwittiging Iedereen die gebruik maakt van 'Jeu openbaren weg, is er toe gehouden aan dachtig on voorzichtig te zijn. Het is verboden op den openbaren Weg stecnen, afval of welk ander voor-j werp neer le leggen of ,ve.g te werpen, wa ardoor het verkeer kan belemmerd tvorden en schade berokkend wordt aan dieren of rijtuigen. verplichting tot stilstand Deze die gebruik maken van den openbaren weg, im/oeten blijven stil staan op elk verzoek van een beroer den agent. Hst misdrijf van vlucht De geleider van een rijtuig die, we tende dat hij een ongeluk beeft ver oorzaakt, do vlucht neemt om aan de bestal igingon te onlkomen, zal zelfs indien het ongeluk niet door zi ne S!olUIlJS "eboilr<? ^straft worden ii.r.f, eene gevangzitting van 8 dagen Lol maand, en met eene geldboete van 400 toT 1000 frank, of met een de?.ef twee straffen. Daarenboven zal hein hel recht lot geleiden ontzegd 'wor den. Leger, stoeten, processlen. Het is verboden eene op miarseh zijn- de legerafdeeling, een lijkstoet, eene -processie of gelijk welk andere stoet, door de plaatselijke overheid toegela ten, door te breken. Snelheid. Be geleider, van voel tuigen of die ren moet de snelheid matigen, uerw ,- zc dat deze niet gevaarlijk wezo .oor het. publiek of niot storend voor let verkeer. De geleider van een voertuig mort alfjd meesier blijven van de snelheid hij moet deze zoodanig «gelen, dat hij op elk oogenbl.k in staal wozc te stop pen wanneer zulks mocht noodig zijn. c Zonder speciale toelating van den burgemeester, is aire snelheidswed strijd tusschen rijtuigen of dieren np den openbaren weg verboden. Op de vaste- of hangbruggen ma de snelheid der r,Huigen, der trek- last- Ol rijdieren niet grooter zijn dan deze der voetgangers. Geleiders heieder voertuig moet een geleider De geleider nnioet altijd in bel bei-cik zijn van zijn rijtuig, van zij'ne dieren en van z.jn motorrijtuig wanneer d,t in gangvaardigen staat is. Bemerking Een motorrijtuig wordt aanzien als zjinde imam-vaardigen sta.it wanneer de reir.-nen niet gesto len zijn of wanneer de motor in wer- king it. De geleider moot in slaat zijn om zim rijtuig te besturen, de vereisclite lichamelijke Hoedanigheden en de noo- 'ge konnis on l>ek\vaaimi!ieid bezit ten. DtiR Up C P1 i r I p r irtnof oHürl I De geleider moet altijd zijne een- zeivig'h.eidskaart bij zich' hebben. Te houden rijde. De rijongen en de dieren moeten du rechterzijde houden in de richting van hun beweging en zoo mogelijk de lin kerhelft van den rijweg vrij laten. NocF-tans in het vlakke velcï indien Jde. rijweg vrij is, en indien een aan- jvullend reglement er zich niet tegen [verzei, mn-aen de voertuigen hel mid den van den rijweg houden; in dit ge val moet de hesluurder rechts afste ken zoodra hij verwittigd is van hef, naderen van een anderen weggebrui ker dan een voetganger, en voor een ander voertuig zoo mogelijk eene breedte van ten minste 2.50 lm. vrij-1 laten Deze laatste breedte kan ver minderd worden tot 2 m. voor een nj- wieT, een motorrijwiel, trek-, last- of rijdieren en vee. Het voorsteken Het voorsteken moet, links van het voor le steken rijtuig gebeuren. De best uroers moeten om voor to sleken. zich vergewissen dat de baan links van het voorbij te rijden voer tuig vrij is, en wel ovei zoodanigon af stand dat het voorsteken zonder ge vaar voor aanrijding kan geschieden. Vervolgens moeten zij rehts afsteken, .zoodra zij zulks Kunnen zonder hindci voor het voor bijgereden oertuig of [dier. Zoo nocdig mr.cf de Noorbijgc- reden bestuurder of geleider vertragen om bet voorsleken te vergemakkelijken De bestuurders moe' n n„laten ande-! ire voertuigen voorbij te steken op! lp!:*al sen waar het uitzicht omoldoen- jde vrij is en daar waar die beweging- gevaar oplevert, namelijk in de bedek te bocTïien, aan do wegsplitsingen, aansluitingen cn kruisingen, alsmede op de bruggen,' aan overwegen en bij iaankomst op den top van een helling. IJzcrwegen. I De fjz er wegen aangelegd op den openharen weg genieten bet \oorrecht voor het verkeer hunner speciale voer tuigen dienstig tot de uitbating. De andere weggebruikers moeten stilhouden en in volgorde blijven \an zoodra ze verwittigd worden van de .aankomst van een rijtuig op den ïizer- jWUg. Ten opzichte van de toepassing dei reglementen op het kruisen en voor steken, wordt elk deel van den weg dat «ngenomen is door een op riggels 'loo- pend rijtuig, aanzien als afgezonderd van den openbaren weg. Rot is verboden over barreelen to gaan or të springen, of deze le openen, wanneer dezo gesloten zijn om het verkeer over een overweg tijdelifk te on derm eken. Bi.i het naderen en oversteken van eer, overweg, r ag de snelheid dep rij tuigen de 10 km. in het uur niet over- schrijden. Hoofdwegen en secundaire wegen. Worden ais hoofdwegen beschouwd: L Buiten de bebouwde kommen de radii;aIe wenen cn de wegen voir, aien van kilometerpalcn met rooden KOpt 'ntla ndT'Jt' HU m°ef' b,j Z'jn ae aangelegd zijn naar ce.no stad don zijn ^^.1™°"°^°" "Ch °P vreemde r.f n .ar a„ I-,.-, J" Devmaen, vreemde of naar de kust. ij. Brussel-Anlwerpen-Jfreda. 21) Brussel. Hasselt- Maastricht, M) Brussel-I.uik-Aaehen. 4). Brusscl-.N'amen-Trier. fi) Biussel-Charleroi-i.o rei. b) Brusscl-N'ijvel-Beau ont. 7) Brussel-Bergen-Maubeuge. 8) Brussel-Doorn ijk- iiseh Brussel-Teper-Dunkerque. 10)—"i3nissel-C,ent-Oostènde. Hoofdwegen en eeoundairc wegen 2. In do bebouwde kommen pen die moer dan één ri'ba" 5) Bij een hindernis, waar de voet gangers moeten omheen gaan over den steenweg, moet hij langs die hin dernis een vrije ruimte laten van ten minste één meter of; zoo dit niet mo ffel ijk is, ze voorbijrijden mot de snel- heid van een voetganger; 6) Aan halten van tram- en spoor wegen moet hij vertragen en een vol doende ruimte laten voor het wachten, het in- en uitstappen der reizigers en .desnoods stilhouden de wc-! 7) Hij moet er voor zorgen dat het hebben koetswerk of de lading van in bewe- de on die way, op een spoorweg loopt. Iging zijnde voeden" niet" over Nochtans zijn de wegen met verschil-|de voetpaden uitsteekt., lende r'jbnnen hoofdwegen teil opzich- Verschrikken van dieren te van al de andere. De 'n saanslm-' E,kcn «bruiker van den openbaren tingen tusschen deze rijbanen zijn se- bijzonderlijk de geleiders van leunde ir dieren en voertuigen, moeten bij het Worden als secundaire wegen he- "adercn van trek-, last- en rijdieren S' homvd de aardenwegen cn de wegen e emV ''"eken van verschrikking ge- dm n.et verder dan de aansluiting ^JEÜSlSHSi Bt.lhouden en zoo Een omgekeerde gelijkzijdige dric-l Bijwagens heek. aangebracht in de «ehijheid van „De koPPe«n« dor bijwagens moet de wegsplitsing, aansluiting of krui- waarborg van zekerheid gever smg beduidt dat de gevolgde weg op Ecn bespannen rijtuig m,ag enkel'één dat kruismmt. secundaire weg wordt.;b|Jw»S™ hebben; deze bijwagen moet Buiten de bebouwde lommen .mort °p wegen van groot verkeer vei-e- 1 cnin 4 - u n 11 Vl-Oncl COllll'.ll 'IJlRJf l, J W Ol Q Cl sem tcn minste 0,70 m. zijde heb- ZC w°rdcn door een geleider. Kruispunten en verschillende reglementen Ieder hesluurder van voertuigen die t PPr» ene,.„ t Hel aantal bijwagens getrokken door een auto-tracteur is beperkt lot trie met eene totale lengte, van lioog- ertussen uie ST?, 2a metera- Er "weten voldoende P epn «erundalren wc.g rijdt cn een peIeldor8 "Un om het verkeer (e ver-e- wagsphlsing, aansluiting of knutfsing en' Ac,ltcr dc» '""laten bijwagen, nadert. ,s verplicht den doorgang vrij wannpfir er moer dan één is, moet dan le laten voor den bestuurder die over|PEn peleider gaan. den hoofdweg rijdt. Daartoe moet hij, Stilstanden anderefrwê«-1zondede "a tr88n °r do E?k ,stiIsUand moet derwijze uere weg zonder gevaar voor botsing geplaatst worden dat het verkeer er kan opgereden worden. b het minst door hei^lL !T.üf 61 In de hierboven niet voorziene ge vallen moei.'do hesluurder die een wegsplitsing, aansluiting of kruising 'f ,de" doorgang vrij laten voor (den Iiesturder die van rechts komt. Daartoe moet hij des le langzamer rij den naarmate de zichtbare lengte van don genaderden weg kleiner is Daarenboven is ieder Bestuurder van een voertuig verplicht de volgende re- peten in acht te nemen 4) Hij moet den doorgang vrij laten voor de in beweging zijnde voertuigen: o) Als hij, na een stilstand, weer aanzet b) Als hij uit een aan den openbaren weg gelogen eigendom of uit ern par keerterrein komt; c) Als hij bewegingen vooruit of ach- nuf uotinv.1,1 i vod- „c vi-jitkuei- er net minst door beleimmierd wordt. Al vorens het rijtuig te verlaten moet de geleider alle noodige voorzorgen ne- men om ongevallen te voorkomen. Hel. stilstaan deT voertuigen op den openbaren weg, buiten de daartoe doo. de lokale politic aangewezen plaatsen, wordt aan de volgende regelen onder- worpen Hot is verboden een bespannen ruling op den openbaren weg t.c laten Staan, uitgezonderd voor het laden en hot lossen, of in geval van noodzake lijkheid, dit enkel voor den stipt noo- digen lijd. 2. Het stilstaan der motorvoertuigen is maar toegelaten voor zoover het lerkeer er niel door belommerd wordi 3. Dc geleider moet op het eersle teoken van een bevoegden agent, zijn '-"=»m«eu vooruit of ach- "«sen van een bi .eruit verricht o|mi terug te koeren of k'jtuig verplaatsen vrij laten voor dengeno die van uftT fegeno^gcrteide richting komt on I 3) Hij moet den doorgang vrij la- ten voor het voertuig dat van rechts komt ingeval ze elkaar kruisen od een openbaar plein; Uill, hl' gen iff vallen van den avond dc plaats der hindernis verlicht zij. Varlichting an het vallen van den avond tot 's morgens moet elk voertuig dat op den openbaren weg rijdt met bakenlichten ivoorzien zijn als volgt de motorvoertuigen met meer dan twee wielen, afzonderlijk of met bij wagens, ,a,an den voorkant, door witte Bclilcn, rechts en links geplaatst en naar voren uitstralend; aan den neh- t'-rkant, links door rood licht, naai" achter uitstralend. In voorkomend geval moet het rood licht, op dezelfde wijze, op den laat- stcn hijwagen worden aangebracht De tusschenwagens moeien van voren 'rnks, een wit licht dragen naar voren uitstralend. hpt motorvoertuig voorzien ia ian bak lantaarns, moeien deze derwij- ',fSlelViiMal ,IU» verblindend 'mlit, zonder u,t te gaan .gemakkelijk en spoedig kan worden verzocht of door een ander niet verblindend licht worden vervangen. De vermindering van licht is ver plichtend met' een !f rl'Jdon in de ".frff'omeraties met. een openbare verlichting voertuig.'101 k'UiSen Va" Cen and- dlt ,an,sle geval moet deze be handeling zooveel mogelijk geschie den op ten minste 100 meter afstand en met een vertraging van 't voertuig niuLoiTijwieleii, met of zonden gesleept Cl wagen of side-car, aan da voorzijde uoor een wit licht naar vo- ren uitstralend; aan de achterzijde stralend? 'iCht naar "cW" uit' 'n voorkomend geval moet er ook een rood licht op dezelfde wijze wor den aangebracht op den gesleepte,, wagen. De aanwezigheid van een twee- e wit licht, aan de buitenzijde van dc side-car, en naar voren uitstralend is vcrplichlend indien de side-car links van het motorrijwiel is vastgemaakt, uit licht is niet verplichtend indien de jside-ear rechts van het motorrijwiel is vastgemaakt. Het gebruik van baklantnarns op de motornjmelen is onderworpen aan de zelfde voorwaarden als op de andere motorvoertuigen. Nieuwe bepaling. c) de rijwielen zonder motor, van voren door een wit licht, naar 'voren uitstralend, en van achter door een rood licht achterwaarts uitstralen. Nochtans tot een later vast te stel len datum, zal van achter een roode .glinsterende plaat van ten minste 5 cm. du,meter, die het licht naar achte ren uitstraalt, toegelaten worden. Deze plaat moet loodrecht geplaatst worden en zoo gericht dat zij doeltreffend is d) de bespannen voertuigen zoo als motorvoertuigen (zie a) Het wit licht rechts is nochtans met verplichtend. Daarenboven mogen de landbouwvoertuigen, die ran de hoeve naar het veld of vice-versn rij den, en de hondenkarren, aangeduid wonden enkel door een wil licht aan iet voertuig derwijze gehangen dat het m alle richtingen uitstraalt of dat, m de hand gedragen wordt door een begeleider voor elk voertuig. e) AI de hierboven niet vermelde voertuigen rijdende op rte .gedeeilen van openbare wegen, toegangeiijk voos

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1931 | | pagina 3